Regeling vervallen per 16-07-2020

Marktverordening Amersfoort 2013​

Geldend van 06-12-2012 t/m 15-07-2020

Intitulé

Marktverordening Amersfoort 2013​

Verordening

Reg.nr. 4209961

De raad van de gemeente Amersfoort;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 oktober 2012, sector Stedelijke Ontwikkeling en Beheer, afdeling Economie & Wonen (nr. 4192567);

gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet;

overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de markt(en) en bevordering van mogelijkheden met betrekking tot ambulante handel;

b e s l u i t:

vast te stellen de volgende verordening:

Marktverordening Amersfoort 2013

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    markt: de door het college ingestelde warenmarkt of themamarkt;

  • b.

    marktterrein: de gehele oppervlakte in de openbare ruimte of voor het publiek vrij toegankelijke grond, die bij besluit van het college voor het uitoefenen van de markthandel is of wordt aangewezen;

  • c.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • d.

    vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • e.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel is ingenomen;

  • f.

    standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

  • g.

    standwerkerplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • h.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats, een standplaats, of voor het organiseren van een markt;

  • i.

    gegadigdenadministratie: administratie waarin gegevens van gegadigden voor een vaste standplaats zijn opgenomen;

  • j.

    anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

  • k.

    brancheringslijst: de lijst met artikelen(groepen) of branches;

  • l.

    marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;

  • m.

    seizoenplaats: de standplaats die tot wederopzegging beschikbaar wordt gesteld en waarin een seizoengebonden artikel wordt verkocht;

  • n.

    markt- en ventcommissie: de door het college ingestelde commissie van advies, die tot taak heeft het college te adviseren inzake marktaangelegenheden.

    • Artikel 2 Regels over de markt

      • 1.

        Het college kan ten aanzien van de markt bepalen:

  • a.

    op welke locaties de markt wordt gehouden;

  • b.

    het aantal standplaatsen;

  • c.

    de afmetingen van de standplaatsen;

  • d.

    de opstelling en indeling van de markt;

  • e.

    welke plaatsen op het marktterrein worden aangewezen als vaste standplaats en als standwerkerplaats;

  • f.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor het verhandelen van bepaalde artikelen;

  • g.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor het plaatsen van verkoopwagens;

  • h.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor frituren, bakken en braden.

    • 2.

      Het college kan voor de markt vaststellen:

  • a.

    een lijst met artikelengroepen of branches;

  • b.

    een maximum aantal standplaatsen per branche.

    • 3.

      Het college kan, om bijzondere of dringende redenen, bepalen dat:

  • a.

    geen markt wordt gehouden dan wel op een andere dag wordt gehouden;

  • b.

    een markt tijdelijk geheel of gedeeltelijk op een andere locatie wordt gehouden;

  • c.

    een wijziging wordt aangebracht in het aanvangs- en/of sluitingsuur van de markt.

    • 4.

      Het college kan regels stellen over:

a.de inschrijving en registratie in de anciënniteitlijst en gegadigdenadministratie;

b.het toewijzen en bezetten van standplaatsen;

c.het gebruik van de standplaats;

d.de energievoorziening op de markt;

e.het maken van reclame op de markt;

f.de orde en veiligheid op de markt;

g.het tegengaan van verontreiniging van het marktterrein.

Artikel 3 Beslistermijn

1. Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning of ontheffing binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag.

Het college kan de termijn voor ten hoogste acht weken verlengen.

Indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt ingediend minder dan drie weken voor het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, kan het college besluiten de aanvraag niet te behandelen.

Artikel 4 Vergunning of ontheffing bij niet tijdig beslissen

Op vergunning of ontheffingen genoemd in deze verordening is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • Artikel 5 Voorschriften en beperkingen

    • 1.

      Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing.

    • 2.

      Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

Artikel 6 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing

Elke vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of krachtens deze verordening anders is bepaald of de aard van de vergunning zich daartegen verzet.

Artikel 7 Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing

  • 1.

    De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:

    • a.

      indien ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het

verlenen van de ontheffing of vergunning, intrekking of wijziging noodzakelijk is vanwege het

belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning of ontheffing is vereist;

c.indien de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of

worden nagekomen;

  • d.

    indien van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij het ontbreken van een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn;

  • e.

    indien de vergunninghouder dit verzoekt.

Artikel 8 Termijnen

Een vergunning of ontheffing geldt voor onbepaalde tijd, tenzij bij de vergunning of ontheffing anders is bepaald of de aard van de vergunning of ontheffing zich daartegen verzet.

HOOFDSTUK 2 STANDPLAATSVERGUNNING

Artikel 9 Standplaatsvergunning

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

Artikel 10 Vereisten toewijzing standplaatsvergunning

Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college en een geldig legitimatiebewijs toont.

  • Artikel 11 Intrekking vaste standplaatsvergunning

    • 1.

      Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij de vergunning wordt overgeschreven met inachtneming van het bepaalde in het marktreglement;

    • 2.

      Indien degene op wie een vergunning wordt overgeschreven al een vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken;

    • 3.

      Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken indien een vergunninghouder zich voor een periode van gedurende twee jaren wegens ziekte heeft laten vervangen.

Artikel 12 Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning

Onverminderd het bepaalde in artikel 3 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken of schorsen indien de vergunninghouder of een persoon die hem/haar bijstaat:

    • 1.

      het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

    • 2.

      zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

    • 3.

      niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229

      van de Gemeentewet;

    • 4.

      de marktmeester belemmert in de uitoefening van diens taak dan wel de door de marktmeester gegeven aanwijzingen niet naleeft.

Artikel 13 Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker

Onverminderd het bepaalde in artikel 6 kan het college een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkerplaats uitsluiten, indien deze:

  • 1.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

  • 2.

    zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • 3.

    niet als standwerker actief is op een hem/haar toegewezen standwerkerplaats;

  • 4.

    niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet;

  • 5.

    de marktmeester belemmert in de uitoefening van diens taak dan wel de door de marktmeester gegeven aanwijzingen niet naleeft.

Artikel 14 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien deze:

  • 1.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • 2.

    zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog.

Artikel 15 Ventverbod

  • 1.

    Het is verboden te venten zoals bedoeld in artikel 5:15 van de Algemene plaatselijke verordening Amersfoort op het marktterrein tijdens de duur van de markt;

  • 2.

    Het college kan ontheffing verlenen van het verbod uit het eerste lid voor de verkoop van alcoholvrije dranken en voor directe consumptie geschikte etenswaren ten behoeve van op de markt werkzame personen.

HOOFDSTUK 3 ORGANISEREN VAN MARKTEN

  • Artikel 16 Organisatievergunning

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders een markt te organiseren;

  • 2.

    Een organisatievergunning kan uitsluitend worden verleend aan een rechtspersoon.

  • 3.

    Een organisatievergunning kan uitsluitend worden verleend voor het organiseren van een themamarkt indien de branches van deze markt naar het oordeel van burgemeester en wethouders voldoende onderscheidend of voldoende van ondergeschikte betekenis zijn ten opzichte van de op de Amersfoortse markten gevoerde branches;

  • 4.

    Een aanvraag van een organisatievergunning bevat een door het bestuur van de rechtspersoon vastgesteld plan, dat waarborgt dat de markt op een ordentelijke en veilige wijze wordt georganiseerd en waarin in ieder geval wordt ingegaan op:

  • a.

    de wijze waarop de organisatie van de markt is geregeld;

  • b.

    de wijze waarop de standplaatsen worden toegewezen;

  • c.

    de wijze waarop het toezicht op de veiligheid van de bezoekers aan de markt is geregeld;

  • d.

    de afspraken met de hulpverleningsdiensten;

  • e.

    de wijze waarop het afval van de markt wordt ingezameld en het marktterrein schoon wordt opgeleverd na de markt;

  • f.

    de wijze waarop de informatievoorziening aan omwonenden is geregeld;

  • g.

    de namen en bereikbaarheid van de personen die verantwoordelijk zijn voor de dagelijkse gang van zaken op de markt.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders weigeren de vergunning als de markt naar hun oordeel niet op een ordentelijke en veilige wijze kan worden georganiseerd dan wel als continuïteit van de markt niet gewaarborgd is;

  • hoofdstuk 4 straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 17 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening en/of nadere regels wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 18 Dagelijkse leiding, toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester, de adjunct-marktmeester en de assistenten-marktmeester, alsmede de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 19 Intrekking oude regeling

De Marktverordening gemeente Amersfoort 2009, vastgesteld op 13 januari 2009, wordt ingetrokken op de dag van inwerkingtreding van deze verordening.

  • Artikel 20 Overgangsbepalingen

  • 1.

    Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de Marktverordening gemeente Amersfoort 2009 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2.

    De bestaande gegadigdenadministratie wordt geacht de gegadigdenadministratie in de zin van deze verordening te zijn.

  • 3.

    De bestaande anciënniteitlijsten worden geacht anciënniteitlijsten in de zin van deze verordening te zijn.

  • 4.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening gemeente Amersfoort 2009 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die waarop zij bekend is gemaakt.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening Amersfoort 2013.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 20 november 2012.

de griffier,

de voorzitter,

PUBLICATIEDATUM: