Regeling vervallen per 03-07-2014

Verordening op de vertrouwenscommissie benoeming burgemeester Amstelveen 2013

Geldend van 19-12-2013 t/m 02-07-2014 met terugwerkende kracht vanaf 12-12-2013

Intitulé

Verordening op de vertrouwenscommissie benoeming burgemeester Amstelveen 2013

Artikel 1 Taken vertrouwenscommissie

  • 1. De raad benoemt uit zijn midden een commissie die belast is met de beoordeling van kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente Amstelveen.

  • 2. De commissie heeft tot taak de geschiktheid van kandidaten voor het ambt van burgemeester van de gemeente Amstelveen te beoordelen en daarover schriftelijk en gemotiveerd verslag uit te brengen aan de raad en de Commissaris van de Koning in Noord-Holland.

  • 3. De commissie voert daartoe gesprekken met de kandidaten die door de commissaris in beginsel geschikt worden geacht voor benoeming en met eventueel andere op de lijst van sollicitanten voorkomende kandidaten.

  • 4. De commissie doet haar verslag vergezeld gaan van een concept-aanbeveling van de raad van twee kandidaten, die naar haar oordeel voor benoeming in aanmerking komen, een en ander zoals bedoeld in artikel 61 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Toetsingscriteria

De commissie vormt zich een oordeel over de geschiktheid van de door haar ontvangen kandidaten aan de hand van de door de raad vastgestelde profielschets.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat bij voorkeur uit de voorzitters van de fracties die deel uitmaken van de gemeenteraad; een fractie kan bepalen een ander raadslid voor te dragen als lid van de commissie.

  • 2. De voorzitter van de commissie wordt uit haar midden door de commissie gekozen. De commissie kiest uit haar midden ook een plaatsvervangend voorzitter.

  • 3. Plaatsvervanging van de leden van de commissie is niet toegestaan.

Artikel 4 Ambtelijke ondersteuning

  • 1. De raadsgriffier is secretaris van de commissie en verleent, waar nodig, ambtelijke bijstand.

  • 2. De gemeentesecretaris of een ander lid van de directie is plaatsvervangend secretaris van de commissie.

  • 3. De secretaris en de plaatsvervangend secretaris worden, vanuit hun functie en rol in de commissie, in de gelegenheid gesteld aan de beraadslagingen van de commissie deel te nemen, maar zijn geen lid van de commissie en hebben geen stemrecht.

Artikel 5 Geheimhoudingsplicht

  • 1. De vergaderingen van de commissie zijn besloten. Alle stukken van de commissie zijn geheim; dit wordt op de stukken vermeld.

  • 2. Alle leden van de commissie en de (plaatsvervangend) secretaris van de commissie hebben volstrekte geheimhoudingplicht omtrent hetgeen direct of indirect in hun functie aan hen mondeling of schriftelijk ter kennis is gebracht.

  • 3. De voorzitter van de commissie wijst in elke vergadering op de geheimhoudingsplicht, die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van de Gemeentewet.

  • 4. De commissie legt in elke vergadering overeenkomstig het bepaalde in artikel 86 van de Gemeentewet geheimhouding op omtrent de inhoud van de stukken en omtrent het behandelde tijdens de vergadering.

  • 5. De voorzitter ziet er op toe dat aan het gestelde in de vorige leden wordt voldaan.

  • 6. Aan raadsleden die geen zitting hebben in de commissie, noch aan anderen wordt inzage of informatie verstrekt inzake de stukken en handelingen die aan de commissie worden toevertrouwd.

  • 7. De commissie, noch de raad kunnen de geheimhouding waartoe de Gemeentewet verplicht opheffen. De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 8. Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de (plaatsvervangend) secretaris.

  • 9. De commissie zal ervoor zorgdragen dat gesprekken met sollicitanten plaatsvinden op een plaats en een tijdstip waardoor hun privacy maximaal worden beschermd; correspondentie aan sollicitanten wordt uitsluitend door tussenkomst van de secretaris verzonden en gericht aan het door sollicitanten opgegeven privé adres.

  • 10. Alle stukken voor de commissie worden aan het privé adres van de secretaris gericht, dan wel persoonlijk aan hem overhandigd en op zijn adres bewaard.

Artikel 6 De orde van vergaderen

  • 1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee leden dit noodzakelijk achten.

  • 2. De voorzitter doet ten minste twee dagen tevoren aankondiging van een vergadering aan de leden van de commissie.

  • 3. De commissie vergadert niet indien niet ten minste de helft van de leden aanwezig is.

  • 4. Gesprekken met en oordeelsvorming over de sollicitanten zullen behoudens ziekte en ontstentenis niet plaatsvinden dan in aanwezigheid van alle leden van de commissie.

Artikel 7 De werkwijze van de commissie

  • 1. De vertrouwenscommissie verschaft zich door tussenkomst van de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland de door haar nodig geachte informatie over kandidaten. Inlichtingen over de kandidaten kunnen ingewonnen worden door eigen informatievergaring, waarbij uiterste zorgvuldigheid moet worden betracht; overleg met derden is uitgesloten.

  • 2. De vertrouwenscommissie voert gesprekken met door de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland geselecteerde kandidaten en eventueel andere op de lijst van sollicitanten voorkomende kandidaten, die hetzij zich eigener beweging tot de commissie hebben gewend, hetzij door de commissie worden uitgenodigd. Indien de commissie besluit een door de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland geselecteerde kandidaat niet te ontvangen, worden de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland en de kandidaat door haar schriftelijk, met vermelding van de redenen van de beslissing, op de hoogte gesteld.

  • 3. Nadat de vertrouwenscommissie haar standpunt over de geschiktheid van de door haar ontvangen kandidaten heeft bepaald, brengt zij schriftelijk verslag uit aan de raad en aan de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland. Zij doet het verslag aan de raad vergezeld gaan van een concept-aanbeveling van ten minste twee kandidaten die naar haar oordeel voor de benoeming in aanmerking komen. De commissie vermeldt daarbij ten aanzien van iedere kandidaat de motieven die tot haar oordeel hebben geleid. De aanbeveling, bedoeld in artikel 2, wordt bij meerderheid van stemmen vastgesteld, waarbij ieder lid van de commissie één stem heeft. De commissie streeft naar unanimiteit bij de besluitvorming.

Artikel 8 Bevoegdheden van voorzitter en secretaris van de commissie

  • 1. De voorzitter van de commissie treedt als contactpersoon en vertegenwoordiger naar buiten.

  • 2. De voorzitter en de secretaris tekenen alle stukken die van de commissie uitgaan.

  • 3. De secretaris draagt er zorg voor, dat na afronding van de werkzaamheden alle stukken die de commissie onder zich heeft onverwijld onder geheimhouding worden gearchiveerd en dat alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

  • 4. De leden en de plaatsvervangend secretaris dragen er zorg voor dat de aan hen ter beschikking gestelde stukken veilig en goed worden bewaard en na ontbinding van de commissie volledig worden overgedragen aan de voorzitter en de secretaris met het oog op vernietiging, zoals in het vorige lid is bepaald.

Artikel 9 Ontbinding commissie en archivering

De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag volgende op die waarop aan de raad is bekend gemaakt dat in de benoeming is voorzien.

Artikel 10 Slotbepaling

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist de commissie.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar vaststelling.

  • 3.

    Afschrift van deze verordening wordt door de zorg van de griffier verzonden aan de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland.

  • 4.

    Deze verordening vervalt op de dag waarop de burgemeester is benoemd, behoudens het gestelde over de geheimhouding.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 11 december 2013.
De griffier, De voorzitter,
drs. P. Georgopoulou drs. S.E. Mager, plv