Nadere regels veiligheidsplan horecabedrijven

Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Intitulé

Nadere regels veiligheidsplan horecabedrijven

Inhoud

Artikel 1

  • De volgende horecabedrijven zijn verplicht te beschikken over een veiligheidsplan volgens het door de Burgemeester vastgestelde format (laatste versie is te vinden op www.amsterdam.nl/horeca):

  • a. horecabedrijven waar beveiligingsbeambten worden ingezet;

  • b. horecabedrijven die vaker dan vijf keer per jaar open kunnen zijn tussen 04.00 uur en 07.00 uur;

  • c. horecabedrijven met een capaciteit van meer dan 500 bezoekers;

  • d. afzonderlijke horecabedrijven indien de aanwezigheid van een veiligheidsplan naar het oordeel van de Burgemeester wenselijk is om de openbare orde en veiligheid, het woon- en leefklimaat en de gezondheid te waarborgen.

Artikel 2

  • 1. Het veiligheidsplan wordt overgelegd bij de aanvraag om een vergunning voor de exploitatie van een horecabedrijf, of de verlenging daarvan.

  • 2. Het veiligheidsplan wordt overgelegd indien door de Burgemeester hierom wordt gevraagd.

  • 3. Het veiligheidsplan wordt aangemerkt als een aan de exploitatievergunning verbonden voorschrift.

  • 4. De vergunninghouder is verplicht zich te houden aan het bepaalde in het veiligheidsplan.

Artikel 3

  • In het veiligheidsplan licht de exploitant als bedoeld in art. 3.1 lid 1 onder c van de Algemene Plaatselijke Verordening 2008, toe op welke wijze hij en zijn leidinggevende(n) zorgdragen voor een goede gang van zaken in het horecabedrijf en in de directe omgeving daarvan zoals bedoeld in artikel 3.16 lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2008. Hierbij wordt onder andere ingegaan op de getroffen maatregelen om te voorkomen dat:

  • - overlast plaatsvindt;

  • - drugs worden verhandeld of aanwezig zijn;

  • - wapens worden binnengebracht of aanwezig zijn;

  • - wordt gediscrimineerd;

  • - geweld wordt gebruikt;

  • - geld of goederen van bezoekers worden gestolen;

  • - seksuele intimidatie of aanranding plaatsvindt;

  • - excessief alcohol wordt geconsumeerd;

  • - overige veiligheid- of gezondheidsrisico's plaatsvinden.

Artikel 4

  • 1. De burgemeester kan op grond van een relevant belang de exploitant verplichten tot het opnemen van specifieke maatregelen in het veiligheidsplan.

  • 2. Deze maatregelen worden geacht deel uit te maken van het veiligheidsplan.

Artikel 5

De vergunninghouder is verplicht te controleren, of het personeel dat is belast met beveiligingstaken toestemming heeft van de eenheidsleiding van de politie Amsterdam tot het verrichten van beveiligingswerkzaamheden in de desbetreffende horecaonderneming en beschikt over een legitimatiebewijs, voorgeschreven op grond van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus..

Artikel 6

Het niet naleven van het veiligheidsplan is een overtreding van de voorschriften van de exploitatievergunning. Handhaving hierop vindt derhalve plaats op basis van de vigerende Handhavingsstrategie Horeca en slijterijen (inclusief winkels) Drank- en Horecawet).

Toelichting

 Toelichting

Artikel 1

lid d:

Het gaat hier bijvoorbeeld om horecabedrijven waarin bedrijfsmatig publiektoegankelijke dansgelegenheid geboden wordt zoals dancefeesten. Feesten gepaard gaande met een verhoogde kans op middelengebruik en daarmee samenhangende (gezondheid)risico's, geweld en/of overlast. Ook kan het hier gaan om publiektoegankelijke inrichtingen die na een openbare orde sluiting van de Burgemeester heropend worden.

Artikel 2

Het veiligheidsplan moet overeen komen met de bedrijfsvoering van een horecabedrijf en dient actueel te zijn. Daarom wordt bij elke verlenging van de exploitatievergunning gevraagd om het veiligheidsplan te actualiseren. Indien voor de verlenging van de exploitatievergunning grote wijzigingen worden doorgevoerd in de bedrijfsvoering die een direct invloed hebben op de onderwerpen die staan beschreven in het veiligheidsplan, kan het zijn dat tussentijds het veiligheidsplan moet worden geactualiseerd.

Zo kan bijvoorbeeld het veranderen van het muziekgenre bij het geven van feesten een dusdanige invloed hebben op de bedrijfsvoering en de te treffen veiligheidsmaatregelen, dat aanpassing van het veiligheidsplan noodzakelijk is.

Artikel 4

Met een relevant belang wordt hier onder andere bedoelt het woon- en leefklimaat, de openbare orde en veiligheid. Bij het bepalen welke maatregelen instructies verplicht worden gesteld, wordt onder andere gekeken naar de wijze van exploitatie, de ligging en de grootte van de inrichting, het karakter van de buurt of de aard van de bezoekers.