Regeling vervallen per 16-01-2017

Nadere regels Langparkeren Amsterdam

Geldend van 16-07-2016 t/m 15-01-2017

Intitulé

Nadere regels Langparkeren Amsterdam

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a. aaneengesloten periode: de onafgebroken periode dat een voertuig op een aangewezen parkeerplaats staat;

  • b. aangewezen parkeerplaats: een parkeerplaats in een parkeergarage of op een parkeerterrein waarover het college afspraken met exploitanten heeft gemaakt met betrekking tot het beschikbaar stellen van parkeerplaatsen en die door het college zijn aangewezen als aangewezen parkeerplaatsen in de zin van deze regeling;

  • c. ASA: Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • d. bewonersparkeervergunning: de vergunning zoals door de gemeente is afgegeven voor bewoners zoals gedefinieerd in artikel 9 van de Parkeerverordening 2013 van de gemeente Amsterdam;

  • e. college: het college van Burgemeesters en Wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • f. kentekenregistratiesysteem: het digitale systeem van de exploitanten van de parkeerplaatsen of -terreinen waarmee de kentekens worden geregistreerd en waaruit de aaneengesloten periode is af te leiden;

  • g. parkeerplangebied: het gebied waarop het Parkeerplan betrekking heeft zoals dat in januari 2014 door het college in het Parkeerplanconvenant is vastgesteld;

  • h. subsidiesysteem: het digitale systeem dat de gemeente gebruikt voor het nemen van een besluit op de aanvraag van de subsidie;

  • i. vergunninggebied: het gebied waarbinnen parkeervergunningen kunnen worden verleend, zoals bepaald in de Parkeerverordening 2013;

  • j. vergunningsysteem: het vergunningensysteem van de gemeente waarin gegevens van vergunninghouders zijn opgenomen.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013is van toepassing op deze nadere regels.

Artikel 3 Doel

De subsidie is van toepassing op het beleidsterrein Verkeer, vervoer en infrastructuur van de gemeenten zoals genoemd in artikel 2 van de ASA. Het doel van deze subsidie is om de parkeerdruk in het parkeerplangebied te verminderen door houders van bewonersparkeervergunningen te stimuleren hun voertuig voor aaneengesloten periodes op de aangewezen parkeerplaatsen te laten parkeren.  

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Het college kan subsidie verstrekken voor het parkeren van een voertuig gedurende een aaneengesloten periode als voldaan is aan de onderstaande criteria:

    • a.

      de aanvrager heeft een bewonersparkeervergunning;

    • b.

      het voertuig waar de vergunning betrekking op heeft kan feitelijk op de aangewezen parkeerplaats parkeren;

    • c.

      het kenteken van het voertuig is leesbaar voor het kentekenregistratiesysteem.

  • 2. De subsidie geldt alleen voor de subsidiabele activiteiten zoals die worden uitgevoerd binnen de duur van deze nadere regels zoals bepaald in artikel 12, tweede lid.

Artikel 5 Subsidiabele kosten en hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidiabele kosten zijn de bedragen per dag per vergunninggebied zoals opgenomen in bijlage I en in bijlage II. De bedragen in bijlage II gelden nadat het college dit bekend heeft gemaakt.

  • 2. De subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten voor elke volledig aaneengesloten periode van 24 uur parkeren in dezelfde aangewezen parkeergarage voor maximaal 20 aaneengesloten periodes van 24 uur.

  • 3. Het college stelt de aaneengesloten periode vast op basis van de geregistreerde gegevens in het kentekenregistratiesysteem.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond

Artikel 6 Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt € 450.000,-

Artikel 7 Verdeelsleutel subsidieplafond

De verdeling van het subsidieplafond geschiedt in de volgorde van de indiening van de aanvraag als bedoeld in artikel 7, eerste lid van de ASA op grond van de aanvraag zoals ingediend volgens artikel 8.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 8 Aanvraag tot subsidievaststelling

  • 1. In afwijking van artikel 5 eerste lid van de ASA vindt de aanvraag tot subsidievaststelling plaats door een melding in het digitale subsidiesysteem waarbij in aanvulling op artikel 5 tweede lid van de ASA de volgende stukken worden overgelegd:

    • a.

      naam en adresgegevens, waaronder email en telefoonnummer;

    • b.

      rekeningnummer op naam van de aanvrager;

    • c.

      kenteken van het voertuig;

    • d.

      nummer van de bewonersparkeervergunning;

    • e.

      akkoord verklaring van de aanvrager voor het gebruik van het vergunningensysteem, communicatie langs elektronische weg en het kentekenregistratiesysteem.

  • 2. Het college betaalt de subsidie uit in februari en september op basis van de aaneengesloten periode van parkeren op de aangewezen parkeerplaats op basis van de gegevens van het kentekenregistratiesysteem. Het college kan besluiten in de volgende periode te betalen als de aangeleverde betaalgegevens niet correct zijn of vanwege andere onvoorziene omstandigheden.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 1. Het college stelt de subsidie vast in februari 2017 op basis van de aaneengesloten periodes van parkeren op de aangewezen parkeerplaats op basis van de gegevens van het kentekenregistratiesysteem.

  • 2. Het college kan besluiten, in afwijking van artikel 17, eerste lid van de ASA, in de volgende periode te betalen als de aangeleverde betaalgegevens niet correct zijn of vanwege andere onvoorziene omstandigheden.

Hoofdstuk 4 Weigering van de subsidie

Artikel 10 Weigeringsgronden

  • In aanvulling op artikel 9 van de ASA weigert het college de aanvraag tot subsidie als:

  • a. er om welke reden dan ook geen aangewezen parkeerplaatsen beschikbaar zijn;

  • b. voor zover de aanvrager vergunninggegevens verstrekt die niet overeenkomen met de gegevens van het vergunningensysteem;

  • c. voorzover er sprake is van fraude met parkeren en/of kentekenwijzigingen;

  • d. de gemeente uit het kentekenregistratiesysteem om welke reden dan ook geen gegevens kan krijgen over de aaneengesloten periode;

  • e. als geen subsidie mogelijk is op grond van artikel 5 of;

  • f. zich een wijziging voordoet in de omstandigheden voorzover die gewijzigde omstandigheden zich verzetten tegen vaststelling van de subsidie.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen van het bepaalde in deze nadere regels afwijken of bepalingen buiten toepassing laten, voor zover toepassing ervan leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 12 Inwerkingtreding en duur van de nadere regels

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op 16 juli 2016.

  • 2. De subsidieregeling geldt tot en met 183 dagen (zes maanden) na de inwerkintreding zoals bepaald in het vorige lid.

  • 3. Deze subsidieregeling treedt uit werking op 16 januari 2017.

Artikel 13 Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels Langparkeren Amsterdam.

Toelichting

Algemeen

De gemeente Amsterdam streeft naar een goed werk-, woon- en bezoekklimaat. De afgelopen jaren is de parkeerdruk in het parkeerplangebied en de daarmee gepaarde hinder echter sterk toegenomen. Om dit probleem op te lossen is het Parkeerplan van Amsterdam opgesteld. Hierin staat dat een goed parkeerbeleid nodig is om de leefbaarheid binnen de stad te verbeteren. Een onderdeel hiervan is de reeds genomen maatregel om aan centrumbewoners gratis parkeermogelijkheden in parkeergarages binnen het parkeerplangebied aan te bieden. Een probleem dat hierbij speelt is dat het aantal parkeerplaatsen in de betreffende parkeergarages beperkt is. Om die reden heeft de gemeente besloten een soortgelijk plan in te stellen voor het parkeren van auto's in parkeergarages buiten het parkeerplangebied. Om te stimuleren dat vergunninghouders deel gaan nemen aan dit project heeft de gemeente Amsterdam besloten een subsidieregeling op te zetten waarbij de vergunninghouders aanspraak kunnen maken op een financiële tegemoetkoming indien zij hun auto voor een bepaalde periode in de betreffende parkeergarages parkeren. De subsidie is uitgewerkt in deze nadere regels.

Artikelsgewijs

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit artikel worden de begripsbepalingen gegeven.

Er is een definitie opgenomen van een aangewezen parkeerplaats. Dit zijn de parkeerplaatsen waar het college met de exploitanten van een parkeergarage of op een parkeerterrein afspraken heeft gemaakt. Het college stelt een lijst samen van de beschikbare parkeergarages of -terreinen ten behoeve van langparkeren. De subsidieontvanger mag zelf kiezen waar geparkeerd wordt.

Het kentekenregistratiesysteem is het digitale systeem dat de exploitanten van de parkeerplaatsen of -terreinen gebruiken om kentekens mee te registreren. Uit dit systeem kan de gemeente bepalen wat de parkeertijd is geweest. De subsidie wordt toegekend aan de hand van de parkeertijd.

De gemeente heeft een eigen digitaal subsidiesysteem opgezet voor het afhandelen van de subsidies op grond van deze nadere regels.

Het vergunningsysteem is het systeem ePermixx van de gemeente dat wordt gebruikt om vergunningen aan te vragen. De gemeente heeft de gegevens van dit systeem nodig om te kunnen controleren of de vergunning is verleend. 

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

Op deze nadere regels is de ASA van toepassing. Deze is te vinden op http://www.regelgeving.amsterdam.nl/. Conform artikel 2 lid 1 van de ASA is het college bevoegd om voor een aantal beleidsterreinen subsidieregelingen vast te stellen. Dit geldt onder andere voor het beleidsterrein verkeer, vervoer en infrastructuur. Deze subsidieregeling past binnen dit beleidsterrein. Hiermee mag het college de subsidieregeling vaststellen mits de Gemeenteraad de beleidskaders en het bijbehorende budget reeds heeft vastgesteld (artikel 3 lid 1 ASA).

De subsidie op grond van deze nadere  regels is aan te merken als een eenmalige subsidie zoals bepaald in artikel 1 onder c ASA. Dit is gedefinieerd als een subsidie die is bedoeld voor activiteiten van de aanvrager waarvoor de gemeente slechts tijdelijk geld voor beschikbaar wil stellen.

Artikel 3 Doel

Het globale doel van de gemeente Amsterdam vanuit haar parkeerbeleid is het verbeteren van het woon-, werk- en bezoekersklimaat binnen de gemeente. De parkeerdruk in het parkeerplangebied heeft een hier een negatief effect op. Met deze subsidieregeling wil het college houders van bewonersparkeervergunningen stimuleren om hun auto voor aaneengesloten periodes buiten het parkeerplangebied te parkeren. De parkeerproblematiek kan worden verminderd indien de auto's voor een langere periode in de aangewezen parkeergarages en -terreinen geplaatst worden (hiermee blijven verkeersbewegingen door vergunninghouders van en naar de binnenstad beperkt).

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Om voor een subsidie in aanmerking te komen is vereist dat de auto voor een aaneengesloten periode van 24 uur op de aangewezen locaties buiten het parkeerplangebied is geparkeerd. Daarbij geldt een beperking dat alleen binnen de duur van de nadere regels subsidie mogelijk is. Deze is nu vastgesteld op 365 dagen na inwerkingtreding. De gegevens zoals beschikbaar via het kentekenregistratiesysteem zijn leidend voor het bepalen van de duur van de parkeertijd. Verder geldt er een aantal aanvullende eisen. Zo moet de aanvrager in bezit zijn van een bewonersparkeervergunning in het vergunningengebied in het parkeerplangebied zoals vastgesteld door het college. De gemeente wil zich richten op het verminderen van de parkeerdruk in het parkeerplangebied. Om deze reden kunnen enkel de houders van een vergunning voor het parkeren binnen het parkeerplangebied in aanmerking komen voor subsidieverstrekking. De aanvrager moet daarom woonachtig zijn in het gebied waar de bewonersparkeervergunning betrekking op heeft. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet het betreffende voertuig wel toegang kunnen krijgen tot de parkeergarage of -terrein en moet kunnen worden geparkeerd op de aangewezen parkeerplaats. Hieraan is bijvoorbeeld niet voldaan als het voertuig te groot, te breed of te hoog is of als alle parkeerplaatsen bezet zijn. De gemeente heeft dit aan willen geven met de zinsnede ‘om welke reden dan ook'. Verder moet het kenteken in het midden aan de voorkant van het voertuig en leesbaar zijn voor het kentekenregistratiesysteem. Dit betekent bijvoorbeeld dat een motor niet voor subsidie in aanmerking komt. Dit geldt ook voor een Alfa Romeo, omdat het kentekenbewijs niet in het midden zit. Dit is wellicht niet leesbaar door het kentekenregistratiesysteem.

Artikel 5 Subsidiabele kosten en hoogte van de subsidie

De subsidie is een bedrag voor elke aangesloten periode van 24 uur zoals gemeten door het kentekenregistratiesysteem naar rato van de subsidiabele kosten. De subsidiabele kosten zijn de bedragen die zijn opgenomen in een aparte bijlage die is gepubliceerd.  De subsidie bedraagt maximaal 100% van deze bedragen. Er geldt alleen subsidie voor elke aaneengesloten periode van 24 uur. Als een voertuig een deel van deze periode parkeert dan is er dus geen subsidie voor deze periode mogelijk. De hoogte van de bedragen zijn gebaseerd op de relatieve parkeerdruk in die gebieden.

De subsidie is beschikbaar voor maximaal 40 dagen per 365 dagen. Dit maximum geldt voor elke aanvrager. Het college bepaalt de aaneengesloten periode uitsluitend op basis van het kentekenregistratiesysteem.

Artikel 8 Aanvraag tot subsidievaststelling

Om voor subsidie in aanmerking te komen kan de aanvrager een melding doen in het daarvoor beschikbare digitale systeem van de gemeente. In dit systeem moet een aantal gegevens worden overlegd. Het kenteken van het voertuig is nodig om de parkeerduur te bepalen op grond van het kentekenregistratie systeem en dus de hoogte van de subsidie. Ook moet de aanvrager verklaren ermee akkoord te gaan dat de gemeente de gegevens van het vergunningensysteem en het kentekenregistratiesysteem voor de subsidie gebruikt.

Het college ziet de melding als een aanvraag tot vaststelling van de subsidie. Het college beslist over deze aanvraag bij de betaling van de subsidie. De betaling vindt plaats in februari en september van elk jaar op basis van de gegevens van het kentekenregistratiesysteem. Op grond van artikel 8 lid 2 ASA kan het college de beslistermijn van een aanvraag uitstellen als dit bij wettelijk voorschrift is vastgelegd. De vaststelling van de subsidie vindt dan direct plaats na afronding van de activiteiten zonder verdere verantwoordingsplicht, zoals bepaald in artikel 13 ASA (en de toelichting).

Artikel 10 Weigeringsgronden

Het is mogelijk dat ondanks het feit dat een subsidieaanvraag is ingediend en verleend wordt, in de praktijk blijkt dat er bij de parkeergarages of -terreinen niet voldoende parkeerplaatsen beschikbaar zijn. Hierdoor is er geen subsidie mogelijk. De auto kan dan immers niet voor een aaneengesloten periode van 24 uur in de aangewezen parkeergarages of op de aangewezen parkeerterreinen geplaatst worden. Bij een situatie als deze zal er geen tegemoetkoming verleend worden. Ook kan er geen aanspraak op tegemoetkoming worden gedaan indien het niet mogelijk is om via het kentekenregistratiesysteem de duur van het parkeren van de auto te bepalen. Of deze situatie is ontstaan door het al dan niet toedoen van de vergunninghouder doet hier niets aan af. De aanvraag kan eveneens worden afgewezen als er geen subsidie mogelijk is. Op grond van artikel 5 heeft het college een lijst samengesteld waar de vergunninggebieden staan die voor subsidie in aanmerking komen. Als op deze lijst een bepaald vergunningengebied niet staat dan is er geen subsidie mogelijk en kan de aanvraag worden afgewezen. Tevens is een weigering mogelijk als zich onvoorziene omstandigheden voordoen, zoals een brand in een parkeergarage.  

Bijlage I

Bijlage II