Regeling vervallen per 07-04-2018

Mandaatbesluit algemeen bestuur aan dagelijks bestuur stadsdeel Nieuw-West

Geldend van 14-12-2017 t/m 06-04-2018

Intitulé

Mandaatbesluit algemeen bestuur aan dagelijks bestuur stadsdeel Nieuw-West

Mandaatbesluit algemeen bestuur aan dagelijks bestuur stadsdeel Nieuw-West

Het algemeen bestuur besluit: 

1.         aan het dagelijks bestuur respectievelijk mandaat, ondermandaat en ondermachtiging te verlenen voor het uitoefenen van de bevoegdheden die zijn opgenomen in de bij dit besluit behorende ‘mandaatregister 27 maart 2014';

2.         te bepalen dat het dagelijks bestuur bevoegd is aan anderen ondermandaat en ondermachtiging te verlenen van de aan hem gemandateerde en onder-gemandateerde bevoegdheden en verleende ondermachtigingen;

3.         Mandaat te verlenen aan het dagelijks bestuur voor een juiste besteding en beheersing van de bij besluit van de gemeenteraad van 13 februari 2014 aan de bestuurscommissies toebedeelde budgetten 2014 voor de bestuurscommissies per programma, welke zijn gebaseerd op de stadsdeelbegrotingen en deel uitmaken van de gemeentebegroting 2014, gecorrigeerd voor de verandering in de verdeling van bevoegdheden en taken zoals uitgewerkt in de bij het bedoelde raadsbesluit behorende nota ‘vaststellen budgetten 2014' naar de omvang van de budgetten voor de periode 19 maart - 31 december 2014 zoals vastgesteld op de bedragen zoals vermeld in kolom 8 van bijlage 1b van genoemde nota;

4.         te bepalen dat dit besluit met terugwerkende kracht tot 19 maart 2014 in werking treedt;

5.         dat het algemeen bestuur deze mandaatsregeling in de vergadering van januari 2015 opnieuw agendeert om die te kunnen evalueren en eventueel gewijzigd vast te stellen.

Bijlage MANDAATREGISTER 6 december 2017

behorende bij het mandaatbesluit van het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van het stadsdeel Nieuw-West d.d. 27 maart 2014

wijzigingen: 7 april 2014, 29 oktober 201, 24 juni 2015, 23 september 2015, 25 mei 2016, 14 september 2016, 23 november 2016, 6 december 2017

Inhoud

0. Algemene bevoegdheden 2

1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer 7

2. Openbare ruimte, groen en parken 18

3. Afval 25

4. Monumenten en archeologie 27

5. Wonen 31

6. Economie 34

7. Milieu en duurzaamheid 37

8. Wegen 41

9. Parkeren 43

10. Gemeentelijk vastgoed 44

11. Waterbeheer 45

12. Welzijn (incl. jongerenwerk) 45

13. Schuldhulpverlening 46

14. Maatschappelijke ondersteuning 47

15. Jeugdgezondheidszorg 47

16. Vrijwilligerswerk 47

17. Diversiteit en discriminatie 48

18. Kunst in de openbare ruimte en buurtgebonden cultuurinitiatieven 49

19. Sport 50

20. Wet op de lijkbezorging 51

21. Inspraak, initiatief en burgerparticipatie 52

22. Subsidieverlening 53

23. Vergunningverlening, toezicht en handhaving 55

24. Overige gemandateerde bevoegdheden 63

0 Algemene bevoegdheden

.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

A.1

 

besluiten tot het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen van de Gemeente Amsterdam

 

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder e, Gemeentewet

 

 

ondermandaat

 

a. geldt niet voor het oprichten of deelneming in een rechtspersoon

b. financiële dekking moet aanwezig zijn in de vorm van een daarvoor bestemde begrotingspost

c. het aangaan van de rechtshandeling moet voortvloeien uit de aan de bestuurscommissie expliciet opgedragen taken en bevoegdheden

d. de rechtshandelingen vinden plaats binnen stedelijke kaders, dit betekent in elk geval in lijn met de nota inkopen en aanbesteden, de aanbestedings-instructies, de nota 10 wegen, het leningen- en garantiebeleid, de nota doelgericht op afstand 2.

e. het aangaan van een rechtshandeling heeft betrekking op het verhaal van kosten van de grondexploitatie bij een ruimtelijk besluit, als bedoeld in artikel 6.24 Wro.

 

 

A.2

 

 

verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen (waaronder het ondertekenen van overeenkomsten)

 

 

art. 171 Gemeente-wet

 

n.v.t

 

Vz heeft volmacht van burgemeester voor verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen voortvloeiend uit de bevoegdheid bij nr. A.1

 

A.3

 

beslissen op aansprakelijkstellingen van derden

 

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder e, Gemeentewet

 

 

ondermandaat

 

 

A.4

 

besluiten om een derde aansprakelijk te stellen, in gebreke te stellen in het kader van een door de bestuurscommissie ingestelde (rechts-) vordering, voor zover deze vordering, aansprakelijkstelling, ingebrekestelling betrekking heeft op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie

   

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder e, Gemeentewet

 

 

ondermandaat

   

 

A.5

 

besluiten die betrekking hebben op bestuursrechtelijke geldschulden, voor zover deze betrekking hebben op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie

 

 

titel 4.4 Awb

 

mandaat

 

 

A.6

 

beslissen op ingebrekestellingen wegens het niet tijdig beslissen, voor zover dit betrekking heeft op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie

   

 

paragraaf 4.1.3.2 Awb

 

mandaat

 

 

A.7

 

behandelen en afdoen van klachten als bedoeld in in titel 9.1

Awb, voor zover die

betrekking hebben

op een

aangelegenheid

opgenomen in de

takenlijst en het bevoegdhedenregister

 

 

titel 9.1 Awb

 

ondermachtiging

 

de ondermachtiging omvat niet de verantwoordelijkheid voor een zorgvuldige klachtbehandeling. De kaders voor zorgvuldige klachtbehandeling worden vastgesteld in een stedelijke regeling

 

 

A.8

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

A.9

 

Vervangen door reproducties, en vervreemden van archiefbescheiden en opmaken van een verklaring van vervanging door reproducties, en vervreemding van archiefbescheiden

 

 

art. 7, 8, eerste en tweede lid, Archiefwet art. 6, eerste en tweede lid, 7, eerste en tweede lid, 8, Archiefbesluit

     

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.10

 

overbrengen en vervroegd overbrengen van archiefbescheiden naar de gemeentelijke

archiefbewaarplaats en het opmaken van een verklaring van overbrenging

 

 

art. 12, eerste lid, art. 13, eerste lid, Archiefwet en art. 8, 9, eerste, tweede en derde lid, Archiefbesluit

 

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.11

 

verzoeken om een machtiging van Gedeputeerde Staten om overbrenging naar de

gemeentelijke archiefbewaarplaats op te schorten

 

 

art. 13, derde en vierde lid, Archiefwet

 

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.12

 

opmaken van een verklaring van vernietiging van archiefbescheiden

 

 

art. 8, Archiefbesluit

   

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.13

 

stellen van beperkingen aan de openbaarheid van archiefbescheiden

       

 

art. 15,

eerste en tweede lid en art. 16, tweede lid, Archiefwet en art. 10, Archiefbesluit

 

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.14

 

overdragen van archiefbescheiden van een organisatie-onderdeel aan

een ander organisatie-onderdeel

 

 

art. 4, onder d, van het Besluit informatie-beheer 2010

   

 

ondermandaat

 

mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies

 

A.15*

 

besluiten om tegen een uitspraak van de bestuursrechter hoger beroep dan wel incidenteel hoger beroep in te stellen, incl. het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening te treffen (inzake besluiten die op grond van een gedelegeerde bevoegdheid zijn genomen)

 

 

art. 8: 104, lid 2 Awb; art. 8:110, lid 1 AWb

 

mandaat

 

* (was A.9)

 

A.16*

 

vertegenwoordigen van het

algemeen bestuur bij procedures bij de bestuursrechter waarbij besluiten aan de orde zijn die op grond van een gedelegeerde bevoegdheid zijn genomen

 

     

 

machtiging

 

* (was A.10)

 

A.17*

 

beslissen op verzoeken om verstrekking van informatie m.b.t. bestuurlijke aangelegenheden als bedoeld in art. 6 Wet openbaarheid van bestuur voor zover die betrekking hebben op de in dit bevoegdhedenregister opgenomen bevoegdheden

 

 

art. 6 Wob

 

mandaat

 

*(was A.11)

 

A.18*

 

beslissen inzake het uit eigen beweging verstrekken van informatie m.b.t. bestuurlijke aangelegenheden zoals bedoeld in art. 8 Wet openbaarheid van bestuur, voor zover die betrekking hebben op

 

 

art. 8 Wob

 

mandaat

*(was A.12)

 

A.19*

 

beslissen op bezwaarschriften tegen in ondermandaat van het DB genomen besluiten, gebaseerd op een aan het AB gedelegeerde of gemandateerde bevoegdheid

 

 

art. 7:11 Awb

 

mandaat/ondermandaat

 

*(was A.13)

a) behandeling vindt plaats overeenkomstig de Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften.

b) in geval het dagelijks bestuur afwijkend op een advies heeft besloten, stelt zij het algemeen bestuur op de hoogte van dit besluit.

1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer

Algemene beperkingen:

  • 1.

    Mandaat en ondermandaat geldt niet voor stedelijke gebieden, projecten en belangen, zoals nader aangegeven op bij dit register behorende kaart nr. 1.

  • 2.

    Mandaat en ondermandaat is beperkt tot projecten tot maximaal € 5 miljoen (investering of opbrengst waarbij de hoogste maatgevend is) dan wel tot projecten waarvan de voorbereiding en uitvoering bij afzonderlijk besluit aan de bestuurscommissie is toebedeeld (minder complexe projecten).

  • 3.

    Als op grond van onderdeel 7 (Milieu en duurzaamheid) de bevoegdheden o.g.v. de Wabo en milieuregelgeving bij het college blijven, dan blijven de bevoegdheden genoemd in de onderdelen B.12 tot en met B.17 ook bij het college en vindt er dus ook geen mandaatverlening plaats aan het DB

  • 4.

    Ingeval van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) blijven de bevoegdheden genoemd onder B.12 tot en met B.17 ook bij het college en vindt er dus geen mandaatverlening plaats aan het DB.

  • 5.

    Mandaat en ondermandaat geldt niet als de vergunningverlening betrekking heeft op tunnels.

.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

B.1

 

 

doen van een kennisgeving van het voornemen een bestemmingsplan voor te bereiden

 

 

art. 1.3.1, lid 1 Besluit ruimtelijke ordening

 

 

ondermandaat

   

 

B.2

 

 

plegen van vooroverleg

 

 

art. 3.1.1, lid 1 Besluit ruimtelijke ordening

 

 

ondermandaat

   

 

B.3

 

plegen van vooroverleg i.v.m. voorbereiden van het vaststellen van een wijzigingsplan

 

 

art. 3.9a Wet ruimtelijke ordening, art. 3.1.1, lid 1 Besluit ruimtelijke ordening

 

 

ondermandaat

 

 

B.4

 

plegen van vooroverleg i.v.m. voorbereiden van het vaststellen van een uitwerkingsplan

 

 

art. 3.9a Wet ruimtelijke ordening, art. 3.1.1, lid 1 Besluit ruimtelijke ordening

 

 

ondermandaat

 

 

B.5

 

besluiten tot het stellen van nadere eisen

 

 

art. 3.6, lid 1, aanhef en onder d en lid 4 Wet ruimtelijke ordening

 

 

mandaat

   

 

B.6

 

beslissen tot het toepassen van de coördinatieregeling

 

 

art. 3.30, lid 2 en lid 3 en art. 3.31 Wet ruimtelijke ordening

 

 

mandaat/

ondermandaat

 

 

soort overdracht is afhankelijk van en volgt de bevoegdheid van de te coördineren bevoegdheden

 

Voor zover een van de te coördineren besluiten een bestemmingsplan, wijzigingsplan, uitwerkingsplan of omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) betreft, heeft mandaat uitsluitend betrekking op:

* de beslissing om de coördinatieregeling toe te passen

* beslissingen en handelingen die samenvallen/samenlopen met beslissingen in het kader van de voorbereiding van het bestemmingsplan, wijzigings- en uitwerkingsplan en projectafwijkijkings-besluit

 

 

B.7

 

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergoeding voor planschade (incl. sluiten van een overeenkomst)

 

 

art. 6.1 (m.u.v. het bepaalde onder lid 2, aanhef en onder a) en 6.4a Wet ruimtelijke ordening, art. 6.1.3.1 en 6.1.3.2 Besluit ruimtelijke ordening

 

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als het schadeveroorzakend besluit door de bestuurscommissie genomen is

 

B.8

 

verbinden voorschriften exploitatiebijdrage aan omgevingsvergunning en stellen termijn exploitatiebijdrage

 

 

art. 6.17 Wet ruimtelijke ordening

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.9

 

stilleggen bouw bij niet voldoen betalen exploitatiebijdrage

 

 

art. 6.21, lid 1, Wet ruimtelijke ordening

 

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.10

 

invorderen exploitatiebijdrage bij dwangbevel

 

 

art. 6.21, lid 2, Wet ruimtelijke ordening

 

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.11

 

geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning bij niet betalen van exploitatiebijdrage

 

 

art. 6.21, lid 3, Wet ruimtelijke ordening

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.11a

 

 

het opnemen van de in artikel 6.24 Wro genoemde bepalingen in (anterieure en posterieure) overeenkomsten;

het publiceren van de kennisgeving van de overeenkomst;

het ter inzage leggen van een zakelijke beschrijving van de inhoud van de overeenkomst.

 

art. 6.24 Wet ruimtelijke ordening en art. 6.2.12 Besluit ruimtelijke ordening

 

ondermandaat en -machtiging

 

 

B.12

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder a, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

mandaat

   

 

B.13

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder b, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2,23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

 

mandaat

   

 

B.14

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, de regels gesteld krachtens art. 4.1, lid 3 of art. 4.3, lid 3 van de Wet ruimtelijke ordening of een voorbereidingsbesluit voor zover toepassing is gegeven aan art. 3.7, lid 4, tweede volzin, van die wet (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder c, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.12, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23. art. 2.24, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

(dan is sprake van een collegebevoegdheid)

   

 

B.15

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk met het oog op de brandveiligheid bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorieën gevallen (brandveilig gebruik) (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder d, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

 

mandaat

   

 

B.16

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder g, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo jo art. 21 Erfgoedverordening

 

 

mandaat

   

 

B.16a

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevings-vergunning voor het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder h, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

mandaat

 

 

B.16b

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevings-vergunning voor het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.2, lid 1, aanhef en onder c, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo juncto art. 21 Erfgoedverordening 2013

 

 

mandaat

 

 

B.16c

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevings-vergunning voor het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan te veranderen (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.2, lid 1, aanhef en onder e, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo juncto art. 3 garageveror-dening

 

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

(dan is sprake van een collegebevoegdheid)

 

B.16d

afhandelen van een

sloopmelding en

stellen en wijzigen

van voorschriften.

college delegatie AB

art. 1.27 t/m

1.30

Bouwbesluit

2012

 

mandaat

 

 

B.17

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

B.18

 

intrekken van een omgevingsvergun-ning

 

 

art. 2.33, art. 3.23 Wabo

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.19

 

beslissen tot het nemen van verhaal op de krachtens art. 4.1 Wabo gestelde financiële zekerheid bij niet-nakoming verplichting (incl. invorderen bij dwangbevel)

 

 

art. 4.1, lid 3 Wabo

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.20

 

beslissen op verzoeken tot toekennen van een naar billijkheid te bepalen vergoeding in de gevallen genoemd in art. 4.2, lid 1 Wabo

 

 

art. 4.2 Wabo

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.20a

 

afhandelen gebruiksmelding alsmede stellen en wijzigen nadere voorwaarden

 

 

art. 1.20 t/m 1.22 Bouw-besluit 2012

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.21

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing geluidhinder bij bouw- en sloopwerkzaam-heden

 

 

hoofdstuk 8 Bouwbesluit 2012

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.22

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing trillingshinder bij bouw- en sloopwerkzaamheden

 

 

hoofdstuk 8 Bouwbesluit 2012

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

B.23

 

beslissen dat het uiterlijk van de bouwwerken genoemd in artikel 12, lid 1, aanhef en onder a en b in ernstige mate in strijd is in met redelijke eisen van welstand, beoordeeld naar de criteria opgenomen in de welstandsnota, bedoeld in artikel 12, eerste lid, 12a, eerste lid, onderdeel b Woningwet

 

art. 12, lid 1, en 12a, eerste lid, onderdeel b

Woningwet

 

 

mandaat

 

 

B.24

 

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing van in het Bouwbesluit gegeven voorschriften omtrent het slopen of het uitvoeren van bouw- of sloopwerkzaamheden, voor zover dat bij of krachtens Bouwbesluit is toegestaan

 

 

art. 6, lid 2, art. 2, lid 2 en 3 Woningwet

 

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.25

 

 

verlenen van de verklaring (als bedoeld in art. 2.4 Wabo) waarin wordt verklaard dat de omgevingsvergunning voor bouwen wordt verleend als de ontheffing van het Bouwbesluit door de minister wordt verleend

 

 

art. 7, lid 2 Woningwet

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.26

 

 

het bij omgevingsvergunning expliciet toestaan een bouwwerk te bouwen, dan wel deel daarvan in stand te laten voor zover daarbij niet wordt voldaan aan de op dat bouwen van toepassing zijnde voorschriften in de Bouwverordening omtrent het tegengaan van het bouwen van een bouwwerk op verontreinigde bodem alsmede de bouwverordening kan voorschriften bevatten van steden-bouwkundige aard.

 

 

art. 7b, lid 1 en 2 art 8, lid 2 en lid 5 Woningwet

 

 

mandaat

 

mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.27

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

B.28

 

vaststellen standplaatsen en ligplaatsen en afbakenen panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen

 

 

art. 6, lid 2 en lid 3 Wet basisregistraties adressen en gebouwen (BAG) en art. 4, lid 1, aanhef en onder c, Verordening op de vastgoed-registratie Amsterdam 2011

 

 

mandaat

 

Bevoegdheid van de bestuurscommissie en mandaat aan het DB inzake panden en verblijfsobjecten geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend

 

 

B.29

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

B.30

 

aanwijzingen geven voor het aanbrengen van naamborden

 

 

art. 5 Verordening op de vastgoed-

registratie

Amsterdam 2011

 

 

mandaat

 

 

B.31

 

aanwijzingen geven voor het aanbrengen van (huis)nummerborden op objecten door rechthebbenden

 

 

art. 6 Verordening op de vastgoed-registratie Amsterdam 2011

 

 

mandaat

 

 

B.32

 

vaststellen van ontwerpen voor de (her)inrichting van

de openbare ruimte (waaronder een programma van eisen, voor zover de

vaststelling van deze plannen een feitelijke handeling betreft

 

 

machtiging

 

De machtiging is beperkt tot die gevallen waarin de uitvoering aan de bestuurscommissies

is opgedragen;

Het algemeen bestuur geeft middels een piep-systeem1 aan over het ontwerp voor de

herinrichting te willen besluiten;

Indien de voorgestelde herinrichting van de openbare ruimte afwijkt van de

vastgestelde kaders, zal dit worden voorgelegd aan het algemeen bestuur.

1Ten behoeve hiervan ontvangt de bestuurscommissie het definitief ontwerp via de e-mail, indien

minimaal drie leden binnen één week bij de bestuursondersteuning aangeven het te willen

bespreken zal de definitieve besluitvorming via het algemeen bestuur verlopen.

(Ab-besluit 2014/int/1543 26-11-2014)

2. Openbare ruimte, groen en parken

Algemene beperking: mandaat is beperkt tot situaties die zich geheel binnen de grenzen van een stadsdeel voordoen

.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

C.4

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevings-vergunning voor het vellen of doen vellen van een houtopstand (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, aanhouden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten)

 

 

art. 2.2, lid 1, aanhef en onder g, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo juncto art. 3, eerste lid Bomenverordening 2014

 

 

mandaat

 

a. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer

b. mandaat geldt niet indien sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

 

C.4a

 

 

alle overige besluiten ter uitvoering van de Bomenverordening, met uitzondering van de aanwijzing van toezichthouders

 

 

Bomenver-ordening 2014

 

 

mandaat

   

 

C.5

 

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing om voorwerpen aan te brengen boven of over de weg of vast te maken aan bomen of aan objecten die zijn bestemd voor of gebruikt worden ten behoeve van de openbare dienst

 

 

art. 4.2, lid 2, APV

 

mandaat

   

 

C.6

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning om voorwerpen of stoffen op, aan, in of boven de weg te plaatsen, aan te brengen, te hebben of te storten

 

 

art. 4.3, lid 1, APV

 

mandaat

   

 

C.7

 

het stellen van nadere regels en het aanwijzen van wegen en weggedeelten als bedoeld in art. 4.5 APV

 

 

art. 4.5, lid 2 en lid 3, APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.8

 

aanwijzen van aanplakobjecten voor het aanbrengen van meningsuitingen die geen reclame zijn;

stellen van nadere regels voor het gebruik van de aangewezen aanplakobjecten

 

 

art. 4.8, lid 1 en lid 4, APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.9

 

1. beoordelen van mededelingen inzake de toelaatbaarheid van reclame aan

2. onroerende zaken;

stellen van nadere regels over de toelaatbaarheid van reclame aan roerende zaken;

3. vaststellen van de vereisten waaraan een mededeling moet voldoen

 

 

art. 4.10 APV

 

1. mandaat

       

2. niet geman-dateerd

     

3. niet geman-dateerd

 

   

 

C.10

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het maken van reclame op of aan de weg

 

 

art. 4.11, lid 3, APV

 

mandaat

   

 

C.11

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het verspreiden van voorwerpen voor reclamedoeleinden

 

 

art. 4.12, lid 2, APV

 

mandaat

   

 

C.12

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor werkzaamheden op of in de weg

 

 

art. 4.13, lid 2, APV

 

mandaat

   

 

C.13

 

aangeven van de afmetingen waarbinnen beplantingen op of in de weg moeten worden teruggebracht

 

 

art. 4.14, lid 2, APV

 

mandaat

 

 

C.14

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van voertuigen van autobedrijven e.d.

 

 

art. 4.20, lid 2, APV

 

mandaat

 

 

C.15

 

1. aanwijzen van weg of weggedeelten waarop het verboden is voertuigen te koop aan te bieden;

2. beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het te koop aanbieden van voertuigen

 

 

art. 4.21, lid 2 en 3, APV

 

1. niet man-dateren

     

2. mandaat

   

 

C.16

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van reclamevoertuigen

 

 

art. 4.23, lid 2, APV

 

mandaat

 

 

C.17

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van grote voertuigen

 

 

art. 4.24, lid 3, APV

 

mandaat

 

 

C.18

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van caravans e.d.

 

 

art. 4.25, lid 2, APV

 

mandaat

 

 

C.19

 

1 uitoefenen bevoegdheden inzake het parkeren van fietsen, bromfietsen en gehandicapten-voertuigen

 

2 aanwijzen van gebieden waarin fietsen of bromfietsen uitsluitend in een daarvoor bestemde voorziening mogen worden geparkeerd

   

 

1 art. 4.27, lid 1, 2 en 4 APV

       

2 art. 4.27, lid 3, APV

 

1. mandaat

         

2. Niet gemandateerd

 

Beperking NS-stations vervallen

mandaat geldt vanaf 1 januari 2015 in ieder geval niet voor gebieden bij NS-stations

 

C.20

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het gebruik van explosieven

 

 

art. 5.4, lid 1, APV

 

mandaat

   

 

C.21

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor veroorzaken hinder door toestellen, geluidsapparatuur en machines in werking te hebben of andere handelingen te verrichten

 

 

art. 5.5, lid 2, APV

 

mandaat

 

 

C.22

 

 

aanwijzen van ten

hoogste twaalf

dagen of delen van

dagen per

kalenderjaar

waarop de in het

Activiteitenbesluit

opgenomen

lichthindervoorschriften

ten

behoeve van

incidentele

festiviteiten en

activiteiten binnen

een inrichting voor

sportactiviteiten

niet van toepassing

zijn

 

art. 5.6, lid 3 onder b, APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

mandaat heeft uitsluitend betrekking op inrichtingen in de zin van art. 1.1, vierde

lid Wet milieubeheer, die op 1 januari 2013 niet behoren tot een categorie van

inrichtingen waarvoor een vergunning is benodigd op grond van artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo.

C.22a

aanwijzen van ten

hoogste twee

dagen of delen van

dagen per

kalenderjaar

waarop de in het

Activiteitenbesluit

opgenomen

geluidsvoorschrifte

n ten behoeve van

incidentele

festiviteiten binnen

een inrichting voor

horeca-activiteiten

niet van toepassing

zijn.

art. 5.6, lid 2

onder c, APV

n.v.t.

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

C.22b

aanwijzen van ten

hoogste twaalf

dagen of delen van

dagen per

kalenderjaar

waarop de in het

Activiteitenbesluit

opgenomen

geluidsvoorschrifte

n ten behoeve van

incidentele

festiviteiten binnen

een inrichting voor

sport- en recreatieinrichtingen

niet

van toepassing zijn.

art. 5.6 lid 2

onder d, APV

n.v.t.

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

mandaat heeft uitsluitend betrekking op inrichtingen in de zin van art. 1.1, vierde lid Wet milieubeheer, die op 1 januari 2013 niet behoren tot een categorie van

inrichtingen waarvoor een vergunning is benodigd op grond van artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo

 

C.23

 

1. aanwijzen van plaatsen waar met een motorvoertuig of een bromfiets een wedstrijd mag worden gehouden;

2. stellen van regels over het gebruik van de onder punt 1 bedoelde plaatsen

 

 

art. 5.8, lid 2, APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.24

 

1. aanwijzen van groenvoorzieningen waarin het verboden is zich daarin te bevinden;

2. beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor gebruik groen-voorzieningen

 

 

art. 5.9, lid lid 2 en lid 5, APV

 

 

1. mandaat

     

2. mandaat

   

 

C.25

 

aanwijzen van plaatsen waarop de opruimplicht voor uitwerpselen van honden niet van kracht is

 

 

art. 5.12, lid 2, onder a, APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.26

 

aanwijzen van plaatsen waar het aanlijngebod voor honden niet van kracht is

 

 

art. 5.13, lid 3, APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.27

 

aanwijzen van plaatsen waar het verboden is voor honden

 

 

art. 5.14 APV

 

Niet gemandateerd

   

 

C.28

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor de verkoop van duivenvoer

 

 

art. 5.16, lid 3, APV

 

mandaat

 

 

C.29

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het uitvoeren van werkzaamheden in de openbare ruimte (incl. aanhouden, intrekken en overschrijven)

 

 

art. 8, lid 1, art. 9, art. 14. art. 19 en art. 21 Verorde-ning werken in de open-bare ruimte

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als de openbare ruimte betrekking heeft op het hoofdnet auto of het hoofdnet rail

 

 

C.30

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een instemmingsbesluit voor het uitvoeren van werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels

 

 

art. 5.4, lid 1, aanhef en onder b, Telecom-municatiewet

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als de openbare ruimte betrekking heeft op het hoofdnet auto of het hoofdnet rail

 

 

C.31

 

1. aanwijzen van wegen waarop het verboden is zich op of aan de weg op te houden met het kennelijke doel anderen te bewegen een abonnement te nemen op een krant, blad of andere publicatie, een steunver-klaring te geven, om lid of donateur te worden van een organisatie of om deel te nemen aan een onderzoek of enquête;

2. beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het aanbieden van diensten op de openbare weg

 

 

art. 2.50, lid 3 en lid 4 APV

 

1. niet geman-dateerd

                             

2. mandaat

   

3. Afval

.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

D.1

 

besluiten dat inzameling van huishoudelijke afvalstoffen nabij elk perceel plaatsvindt

 

 

art. 4, lid 2 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.2

 

besluiten dat huishoudelijke afvalstoffen minder vaak dan 1 keer per week worden ingezameld

 

 

art. 4, lid 3 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.3

 

aanwijzen met behulp van welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of met behulp van welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt

 

 

art. 4, lid 4 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.4

 

stellen van regels omtrent het gebruik van een van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel

 

 

art. 8, lid 3 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.5

 

stellen van regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden

 

 

art. 8, lid 4 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.6

 

vaststellen van de dagen en tijden waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling mogen worden aangeboden

 

 

art. 9, lid 1 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.7

 

stellen van regels omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere inzamelaars

 

 

art. 10, lid 1 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

 

D.8

 

stellen van regels omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop de krachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling kunnen worden aangeboden

 

 

art. 14, lid 3 Afvalstoffen-verordening 2009

 

Niet gemandateerd

 

4. Monumenten en archeologie

Algemene beperking:als op grond van onderdeel 7 (Milieu en duurzaamheid) de bevoegdheden o.g.v. de Wabo en milieuregelgeving bij het college blijven, dan blijven de bevoegdheden genoemd in dit onderdeel ook bij het college en vindt er dus ook geen mandaatverlening plaats aan het DB

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

E.1

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevings-vergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht

 

 

art. 2.1, lid 1, aanhef en onder f, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo

 

mandaat

 

 

b. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer

c. mandaat geldt niet indien sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

 

 

E.2

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een gemeentelijk monument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een gemeentelijk monument op een dusdanige wijze waardoor het wordt ontsierd of de monumentale waarden in gevaar worden gebracht

 

 

art. 2.2, lid 1, aanhef en onder b, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.15 Wabo juncto art. 10 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

mandaat

 

a. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer

b. mandaat geldt niet indien sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

 

E.3

 

intrekken van een omgevingsvergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument of gemeentelijke monument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument of gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht

 

 

art. 2.33 Wabo en art.14 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

mandaat

 

- zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer

- mandaat geldt niet indien sprake is van een aanvraag voor het verkrijgen van een  omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)

 

E.4

 

toepassen van de artikelen 3:11 tot en met 3:17 van de Awb ten behoeve van een door de minister te nemen besluit op een aanvraag voor een vergunning voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een archeologisch monument dan wel een vergunning voor het herstellen, gebruiken of te laten gebruiken op een wijze, waardoor het archeologisch monument wordt ontsierd of in gevaar gebracht van een archeologisch monument

 

 

art. 14a Monumentenwet 1988

 

mandaat

 

 

E.5

 

1) aanwijzen, intrekken en wijzigen van een aanwijzing van een gemeentelijk monument

       

2) voorbereiding besluit als bedoeld onder 1)

 

 

1) art. 3, lid 1, art. 8, lid 1 en art. 9, lid 1, Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

2) Afd. 3.4 Awb

 

1) Niet gemandateerd

2) mandaat

2) Het mandaat geldt voor het opstellen van het ontwerpbesluit, behandeling zienswijze. Het AB beslist over het al dan niet nemen van een besluit tot aanwijzing, intrekken en wijzigen van een gemeentelijk monument.

 

E.6

 

bepalen dat een beschrijving wordt opgesteld van het beoogde aan te wijzen gemeentelijk monument

 

 

art. 3, lid 4, Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

mandaat

   

   

E.7

   

bepalen dat een gemeentelijk monument gedocumenteerd moet worden

 

   

art. 9, lid 5,

Erfgoedver-ordening Amsterdam

   

mandaat

   

 

E.8

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van nadeelcompensatie

 

 

art. Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

 

mandaat

   

 

E.9

 

aanwijzen van stads- en dorpsgezichten als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht

 

 

art. 16 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

Niet gemandateerd

 

zie ook E.13

 

E.10

 

registreren van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten op de lijst van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten

 

 

art. 17 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

mandaat

 

 

E.11

 

wijzigen van de aanwijzing van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten

 

 

art. Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

Niet gemandateerd

 

 

E.12

 

intrekken van de aanwijzing van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten

 

 

art. 19 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

Niet gemandateerd

 

 

E.13

 

reageren op een voornemen tot aanwijzing van stads- en dorpsgezichten als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht of wijziging van een aanwijzing als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht

 

 

art. 16 en 18 Erfgoedver-ordening Amsterdam

 

mandaat

 

zie ook E.9

 

 

E.14

 

 

het nemen van een selectiebesluit conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie

 

 

art. 24, lid 1 Erfgoedverordening Amsterdam

 

ondermandaat

de RVE Monumenten en Archeologie stelt vast of een archeologisch rapport (artikel 39, lid 2 van de Monumentenwet) voldoet aan de kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie en het Kwaliteitshandboek van de afdeling Archeologie van de RVE Monumenten en Archeologie. De RVE Monumenten en Archeologie stelt aan de hand van een archeologisch rapport ook het selectiebesluit op

 

 

E.15

 

het vaststellen van een programma van eisen conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie

 

 

art. 24, lid 3 Erfgoedverordening Amsterdam

 

ondermandaat

 

 

E.16

 

 

het vaststellen of een bouwhistorisch onderzoek of rapport voldoet aan de Richtlijnen Bouwhistorisch Onderzoek

 

 

art. 1, lid 1 en artikel 3, lid 4 Erfgoedverordening Amsterdam

 

ondermandaat

 

F. Wonen

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

F.1

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een onttrekkingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning

 

 

art. 21, lid 1, onder a, Huisvestings-wet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

mandaat

 

de bevoegdheid om te handhaven op grond van artikel 30 van de Huisvestingswet valt niet onder de bevoegdheid van de bestuurscommissie

 

F.2

 

intrekken van een (tijdelijke) onttrek-kingsvergunning

 

 

art. 26 Huisvestings-wet 2014 en art. 3.3.3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

   

 

F.3

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

F.4

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een samenvoegings-vergunning alsmede het overschrijven van een vergunning

 

 

art. 21, lid 1, onder b, Huisvestings-wet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

de bevoegdheid om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet valt niet onder de bevoegdheid van de bestuurscommissie

 

F.5

 

intrekken van een samenvoegings-vergunning

 

 

art. 26 Huis-vestingswet 2014 art. 3.3.3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

 

F.6

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een omzettingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning

 

 

art. 21, lid 1, onder c, Huis-vestingswet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

mandaat

 

de bevoegdheid om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet valt niet onder de bevoegdheid van de bestuurscommissie

 

F.7

 

intrekken van een omzettingsvergunning

 

 

art. 26 Huis-vestingswet 2014 art. 3.3.3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

 

F.8

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor woningvorming alsmede het overschrijven van een vergunning

   

 

art. 21, lid 1, onder d, van de Huisvestings-

wet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

de bevoegdheid om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet wordt niet gedelegeerd

 

F.9

 

intrekken van een vergunning voor woningvorming

 

 

art. 26 Huis-vestingswet 2014 art. 3.3.3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

 

F.10

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een splitsingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning

 

 

art. 22 Huisvestings-wet 2014ergen Hoofdstuk 4, afdeling I, paragrafen 4 tot en met 6 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

   

 

F.11

 

intrekken van een splitsingsvergunning

 

 

art. 26 Huisvestings-wet 2014 en art. 3.6.5 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016

 

 

mandaat

 

6. Economie

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

G.1

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing die betrekking heeft op de openingstijden van een winkel c.a.

 

 

alle ontheffings-mogelijk-heden genoemd in art. 6 Winkel-tijdenwet, het Vrijstellingen

besluit Winkeltijden-wet en de Verordening Winkeltijden Amsterdam 2010

 

 

mandaat

 

mandaat heeft geen betrekking op het stellen van regels ten aanzien van de verdeling van avondwinkels (art. 5, lid 4 Verordening Winkeltijden Amsterdam 2010)

 

 

G.2

 

uitvoering geven aan de Marktverordening

 

 

art. 3.1, art. 3.3 art.3.6

onder d, e, g, h, i,en j , art. 3.7, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art. 3.13, art. 3.14, art. 3.15, art. 3.16, art. 3.17, art. 3.18, art.

3.19, art 3.20, art. 3.22, art. 3.23, art. 3.24, art.

3.25, art.

3.26, art.

3.27, art.

3.28, art.

3.29, art. art, 5.1, art. 5.2, art. 6.1,

art. 6.2 lid 1 en lid 2 onder f, h, i en j,

art. 7.2 (voor zover het gedelegeerde bevoegdheden betreft)art. 7.4 (voor zover deze betrekking heeft op de art. 3.15

art 8.2, art.

8.4 (voor

zover deze

betrekking

heeft op de

art. 3.13, 4.6

en 4.7)

 

 

mandaat

   

 

G.2a

 

 

Uitvoering geven aan de Verordening op de staan- en ligplaatsen buiten de markt en venten

 

art. 3.1,

art. 3.4,

art. 3.7,

art. 3.8,

art. 3.9,

art. 3.11,

art. 4.2,

art. 4.5,

art. 5.1,

art. 6.1 lid 1, lid 2, lid 5 onder g (met uitzondering van venten) en onder h sub 1, 2, 3 en 5,

art. 7.2 (voor zover het gedelegeerde bevoegdheden betreft),

art. 7.4

 

 

mandaat

 

 

G.3

 

instellen, afschaffen of veranderen van jaarmarkten of gewone marktdagen

 

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder h Gemeente-wet

 

 

Mandaat

 

 

G.4

 

Vervallen

(vaststellen van nadere regels voor economische subsidies voor wat betreft subsidies aan winkeliersverenigin-gen en bedrijven-groepen voor gezamenlijke activiteiten)

 

 

 

 

 

G.5

 

Vervallen

(vaststellen van een subsidieplafond en vaststelling van wijze waarop subsidieaanvragen worden beoordeeld)

 

 

 

 

 

G.6

 

vervallen

(beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een economische subsidie aan winkeliersverenigingen en bedrijvengroepen voor gezamenlijke activiteiten)

 

 

 

 

 

G.7

 

Vervallen

(beslissen op aanvragen van individuele ondernemers voor het verkrijgen van subsidie)

 

 

 

H. Milieu en duurzaamheid

Algemene beperking:

  • 1.

    als sprake is van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) of

  • 2.

    als sprake is van een inrichting waarvoor op 1 januari 2013 een vergunning benodigd is op grond van artikel 2.1, lid 1, onder e Wabo

blijven de bevoegdheden tot het beslissen op aanvragen om een omgevingsvergunning ook bij het college en vindt er geen mandaatverlening plaats aan het DB

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

H.1

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

 

H.2

 

beslissen op aanvragen voor een omgevingsvergunning ex artikel 2.1, lid 1 onder i Wabo, voor andere activiteiten die behoren tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving

 

 

art. 2.1, lid 1, onder i Wabo

art. 2.2a Bor

 

 

mandaat

   

 

H.3

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

H.4

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

H.5

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

H.6

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

H.7

 

alle voorbereidings-besluiten en –handelingen ten behoeve van het vaststellen van hogere geluidwaarden

 

 

art. 45 e.v, art. 55, lid 4, art. 110a t/m art. 110c Wet geluidhinder

 

mandaat/onder-mandaat

 

mandaat geldt uitsluitend als de bevoegdheid tot het nemen van het besluit, waarop het besluit tot vaststellen van hogere waarden betrekking heeft, is gedelegeerd aan het algemeen bestuur

 

ondermandaat voor het voorbereiden van besluit hogere waarden volgt de bevoegdheidsverdeling van de besluiten waarop voor het besluit hogere waarde ziet

 

 

H.8

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

Vervallen

 

 

H.9

 

besluiten over milieu- en klimaatgerelateerde subsidies (energiemaatregelen)

 

 

ASA

 

ondermandaat

 

ondermandaat geldt tot 1 januari 2015 en voor de periode hierna die nodig is voor de afhandeling van subsidiebeschikkingen

 

H.10

 

voorbereiden en opstellen van milieueffecten-beoordelingen

 

 

artt. 7.2, lid 1 onder b en 7.16 Wet milieubeheer en Besluit milieu-effecten-rapportage

 

 

mandaat/onder-mandaat

 

bevoegd gezag hangt af van besluit waarvoor de beoordeling van de milieu-effectenrapportage wordt verricht.

 

mandaat geldt alleen voor zover het besluit /plan waarvoor de beoordeling van de milieu-effecten-rapportage wordt verricht, is gedelegeerd aan het algemeen bestuur

 

ondermandaat tot het voorbereiden van de beoordeling van de milieu-effectenrapportage volgt de bevoegdheidsverdeling van het besluit waarvoor de beoordeling van de milieu-effectenrapportage wordt opgesteld.

 

ondermandaat heeft geen betrekking op de beslissing omtrent de vraag of bij de voorbereiding van het betrokken besluit voor de activiteit, vanwege de belangrijke nadelige gevolgen die zij voor het milieu kan hebben, een milieu-effectrapport moet worden gemaakt.

 

 

H.11

 

voorbereiden en opstellen van het milieueffecten-rapportage

 

 

artt. 7.2, 7.2a, 7.7, 7.16 t/m 7.19, 7.22, 7.24, 7.25, 7.27 Wet milieubeheer en Besluit milieueffecten-rapportage

 

 

mandaat/onder-mandaat

 

bevoegd gezag: hangt af van besluit waarvoor milieueffectenrapportage wordt opgesteld.

 

mandaat geldt alleen voor zover het besluit /plan waarvoor de milieueffectenrapportage moet worden opgesteld, is gedelegeerd aan het algemeen bestuur

 

ondermandaat van de voorbereiding van het milieueffectenrapportage: volgt de bevoegdheidsverdeling van het besluit waarvoor het milieu-effectenrapportage wordt opgesteld.

 

ondermandaat ziet niet op het advies omtrent reikwijdte en detailniveau van de informatie ten behoeve van een milieu-effecten-rapportage als bedoeld in art. 7.24, lid 2 en 3, art .7.27, lid 2 Wet milieubeheer

 

H.12

uitoefenen van

bevoegdheden en

uitvoeren van taken

op grond van het

Activiteitenbesluit

milieubeheer en de

Activiteitenregeling

milieubeheer

Activiteiten-besluit milieu-beheer

en

Activiteiten-regeling

milieubeheer

mandaat

De bevoegdheid van de bestuurscommissie heeft uitsluitend

betrekking op inrichtingen

* waarvoor op 1 januari

2013 geen vergunning

benodigd is op grond

van artikel 2.1, lid 1,

onder e, Wabo, en

* waarbij geen sprake is

van een vergunningplicht

als bedoeld in

artikel 2.1 lid 1 onder i

Wabo, waarbij het

college bevoegd is op

grond van de onder 1.

van dit hoofdstuk

genoemde algemene

beperking

H.13

uitoefenen van

bevoegdheden en

uitvoeren van taken

op grond van bij of

krachtens

hoofdstuk 8, 10, 17,

19 van de Wet

milieubeheer (Wm)

gestelde regels

Wet

milieubeheer

Mandaat

voor zover de taken en

bevoegdheden betrekking

hebben op inrichtingen,

heeft de bevoegdheid van de bestuurscommissie uitsluitend

betrekking op inrichtingen

* waarvoor op 1 januari

2013 geen vergunning

benodigd is op grond

van artikel 2.1, lid 1,

onder e, Wabo, en

* waarbij geen sprake is

van vergunningplicht

als bedoeld in artikel

2.1 lid 1 onder i Wabo,

waarbij het college

bevoegd is op grond

van de onder 1. van dit

hoofdstuk genoemde

algemene beperking

H.14

uitoefenen van

bevoegdheden en

uitvoeren van taken

op grond van het

Besluit lozen buiten

inrichtingen

Besluit lozen

buiten

inrichtingen

mandaat

met uitzondering van

bevoegdheden en taken

die betrekking hebben op

* het lozen van

grondwater bij

bodemsaneringen en

proefboringen als

bedoeld in artikel 3.1;

* het lozen van

grondwater bij

ontwateringen als

bedoeld in artikel 3.2

8. Wegen

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

I.1

 

 

nemen van verkeersbesluiten en het plaatsen van verkeersborden op het onderliggende wegennet en hoofdnet OV, hoofdnet fiets en overige wegen en tot 1 januari 2015 op het hoofdnet auto en het hoofdnet rail (zie bijzonderheden)

 

 

art. 15 en art. 18 Wegen-verkeerswet

 

mandaat

 

Bevoegdheid van het AB en mandaat geldt niet indien sprake is van een door het college aan te wijzen grootstedelijk project dan wel wanneer overige uitvoering, zijnde beheer, onderhoud, vervanging en uitbreiding van assets, een stedelijke taak betreft of een stedelijk belang heeft

 

 

I.2

 

besluiten over ontheffingverlening

 

 

art. 87 Reglement Verkeers-regels en Verkeers-tekens 1990

 

 

mandaat

 

Bevoegdheid van het AB en mandaat is beperkt tot situaties die zich geheel binnen de grenzen van een stadsdeel voordoen

 

I.3

 

dagelijks beheer, onderhoud en gladheidsbestrijding aan wegen

 

 

art. 15 Wegenwet

 

mandaat

 

Bevoegdheid van het AB en mandaat is beperkt tot de wegen en werkzaamheden die tot de taken van de bestuurscommissie behoren

 

 

I.4

 

1) onttrekken van wegen aan het openbaar verkeer

             

2) voorbereiding besluit als bedoeld onder 1)

 

1) art. 9 Wegenwet

             

2) Afd. 3.4 Awb

 

1) mandaat*

               

2) mandaat

 

1) *mandaat is van toepassing op onttrekkingsbesluiten die voortkomen uit een eerder vastgesteld bestemmingsplan (of omgevingsvergunning ex artikel 2.12 lid 1 onder a Wabo), uitwerkingsplan, herinrichtingsplan of investeringbesluit (AB-besluit 23-11-2016, 2016/int/1418);

 

2) Het mandaat geldt voor het opstellen van het ontwerpbesluit, het publiceren van het ontwerpbesluit, het opstellen van een nota van beantwoording zienswijze

   

Bevoegdheid van het AB en een eventueel mandaat geldt niet als de weg onderdeel uit maakt van het hoofdnet auto of het hoofdnet rail (deze beperking geldt vanaf 1 januari 2015)

 

 

I.5

 

besluiten omtrent gevraagde medewerking aan het geven van de bestemming openbare weg aan een weg

 

 

art. 5 Wegenwet

 

Niet gemandateerd

 

Bevoegdheid van het AB en een eventueel mandaat geldt niet als de weg onderdeel uit maakt van het hoofdnet auto of het hoofdnet rail (deze beperking geldt vanaf 1 januari 2015

 

I.6

 

ter inzage leggen en mededeling daarvan doen van een afschrift van een uitspraak in beroep waarbij een weg aan het openbaar verkeer wordt onttrokken

 

 

art. 12 Wegenwet

 

mandaat

 

Bevoegdheid van het AB en mandaat geldt niet als de weg onderdeel uit maakt van het hoofdnet auto of het hoofdnet rail

(deze beperking geldt vanaf 1 januari 2015)

 

I.7

 

het onderhoud van een binnen de gemeente liggende weg ten laste van de gemeente brengen; het opleggen van de verplichting tot afkoopbare jaarlijkse uitkeringen aan degene, die van het onderhoud of het geven van bijdragen tot het onderhoud bevrijd worden.

 

 

art. 20 Wegenwet

 

mandaat

 

Bevoegdheid van het AB en mandaat geldt niet als de weg onderdeel uit maakt van het hoofdnet auto of het hoofdnet rail (deze beperking geldt vanaf 1 januari 2015)

 

9. Parkeren

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

J.1

 

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een gehandicapten-parkeerkaart alsmede het beperken van de geldigheidsduur, het verstrekken van een duplicaat en het ongeldig verklaren van een dergelijke kaart

 

 

artt. 49, 51, 52 en 53 BABW en de Regeling gehandi-capten-parkeerkaart

 

 

mandaat

 

10. Gemeentelijk vastgoed

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

K.1

 

 

verhuren, ontruimen, kopen en verkopen en het vaststellen van huurprijzen van gemeentelijk vastgoed dat is opgenomen in een door het college goedgekeurd gebiedsplan

 

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder e, Gemeente-wet

 

mandaat

 

door goedkeuring van het gebiedsplan verkrijgt de bestuurscommissie het “economisch eigendom” van het betreffende gemeentelijk vastgoed

 

K.1a

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

K.1b

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

11. Waterbeheer

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

L.1

 

 

beschikkingen op grond van de Verordening op het binnenwater 2010, met uitzondering van de beschikkingen op grond van de artt. 2.1.1, 2.1.2, lid 3, 2.1.3, 2.3.5, lid 3 en lid 4, 2.4.1. lid 2 sub b, 2.4.5 (tenzij de exploitatie op een afgesloten water in het stadsdeel plaatsvindt), 2.5.1, lid 1 en 2lid 3 (bij de aanpak van verwaarloosde vaartuigen), 3.2.1, 3.2.2, 3.2.3, 3.3.1, 3.3.4, 3.3.5, 3.3.6, 3.3.7, 3.3.8, 3.4.1 en 3.4.2

 

 

Verordening op het binnenwater 2010

 

mandaat

 

De bevoegdheid besluiten van algemene strekking te nemen (o.a. nadere regels), is niet aan het AB gedelegeerd en is dus ook niet aan het DB gemandateerd

 

L.2

 

intrekken of wijzigen van verleende ontheffingen of vergunningen op grond van de Verordening op het binnenwater 2010 (binnen de beperkingen van onderdeel L.1)

 

 

art. 1.2.8 Verordening op het binnenwater 2010

 

mandaat

   

12. Welzijn (incl. jongerenwerk)

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

M.1

 

zorgdragen voor de kwaliteit en de continuïteit van de maatschappelijke ondersteuning op het gebied van wijkgericht welzijnswerk (opbouwwerk), activering en participatie, ondersteuning bewonersinitiatieven, bestrijden armoede en preventie en signalering rond de aandachtsgebieden gezondheid, sociaal isolement/eenzaamheid en armoede

 

 

art. 9a Wet maatschap-pelijke onder-steuning

 

mandaat

 

 

M.2

 

waarborgen van de kwaliteit en de continuïteit van de maatschappelijke zorg op de onder M.1 genoemde gebieden, als het verlenen van desbetreffende maatschappelijke ondersteuning door derden wordt verricht

 

 

art. 9a en art. 10 Wet maat-schappelijke onder-steuning

 

mandaat

 

13. Schuldhulpverlening

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

N.1

 

mede uitvoering geven aan het door de gemeenteraad vast te stellen plan dat richting geeft aan de integrale schuldhulpverlening aan de inwoners van de gemeente

 

 

art. 3 Wet gemeente-lijke schuldhulp-verlening

 

mandaat

 

mandaat is beperkt tot de stadsdeeldoelgroepen en geldt niet GKA (Gemeentelijke Kredietbank Amsterdam) en crediteurenmanagement

 

N.2

 

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van reguliere schuldhulpverlening

 

 

art. 3 en art. 4 Wet gemeente-lijke schuldhulp-verlening

 

 

mandaat

 

mandaat is beperkt tot de stadsdeeldoelgroepen

14. Maatschappelijke ondersteuning

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

O.1

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

O.4

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

15. Jeugdgezondheidszorg

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

P.1

 

zorgdragen voor de uitvoering (opdrachtverlening en bekostiging) van de jeugdgezondheidszorg en opvoedondersteuning in samenwerking met de OKC’s (inclusief schoolmaatschappelijk werk)

 

 

mandaat geldt tot 1 januari 2015 (i.v.m. decentralisatie AWBZ)

   

 

ondermandaat

 

ondermandaat geldt tot 1 januari 2015

 

  

16. Vrijwilligerswerk

 

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

Q.1

 

zorgdragen voor de kwaliteit en de continuïteit van de maatschappelijke ondersteuning op het gebied van vrijwilligerswerk

 

 

art. 9a Wet maatschap-pelijke onder-steuning

 

mandaat

 

 

Q.2

 

waarborgen van de kwaliteit en de continuïteit van de maatschappelijke zorg op het onder Q.1 genoemde gebied, als het verlenen van desbetreffende maatschappelijke ondersteuning door derden wordt verricht

 

 

art. 9a en art. 10 Wet maat-schappelijke onder-steuning

 

mandaat

 

17. Diversiteit en discriminatie

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

R.1

   

 

besluiten tot het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen op het gebied van samenwerking

 

 

 

zie onderdeel 0. Algemeen

 

R.2

 

informatie verstrekken aan inburgeraars

 

 

art. 2 Verordening inburgering Amsterdam 2013

 

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als de inburgeraar onder de verantwoordelijkheid van de Dienst Werk en Inkomen valt

 

R.3

 

aanbieden van een inburgeringsvoorziening of taalkennis-voorziening

 

 

art. 3 Verordening inburgering Amsterdam 2013

 

 

mandaat

 

mandaat geldt niet als de inburgeraar onder de verantwoordelijkheid van de Dienst Werk en Inkomen valt

 

R.4

 

 

uitreiken bevestiging verkrijging Nederlanderschap

 

art. 11, 17, 23, 29, 60a en 60b Besluit verlies en verkrijging Nederlanderschap

 

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

  

18. Kunst in de openbare ruimte en buurtgebonden cultuurinitiatieven

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

S.1

   

 

omgevingsvergunningen voor het realiseren van kunst

 

 

Wabo

 

 

Zie onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling

 

S.2

 

uitvoeren van het Kunstenplan 2013 – 2016 (subsidiëring)

 

 

ASA

 

ondermandaat

 

ondermandaat geldt tot 1 januari 2017 en voor de periode hierna die nodig is voor de afhandeling van subsidiebeschikkingen

 

 

S.3

 

Vervallen

(subsidiëren van buurtgebonden kunstinitiatieven, die niet in aanmerking komen voor bekostiging op grond van het Kunstenplan)

 

   

   

 

19. Sport

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

T.1

 

besluiten tot het

aangaan van

privaatrechtelijke

rechtshandelingen

 

art. 160, lid 1, aanhef en onder e, Gemeentewet

 

 

ondermandaat

 

zie onderdeel 0. Algemeen

Vanaf 1 januari 2015 geldt

het mandaat niet voor de

inkoop die aan sportaccommodaties

verbonden

is alsmede het bepalen van

de tarieven voor de

verhuur. Vanaf 1 juli 2015

geldt het mandaat niet voor

de verhuur van sportaccommodaties

 

 

T.2

 

Vervallen

(beslissen op subsidieaanvragen voor sportactiviteiten die deel gaan uitmaken van stedelijke subsidieprogramma’s)

 

   

 

 

20. Wet op de lijkbezorging

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

U.1

 

nemen maatregelen ten behoeve van de identificatie en opsporing, voordat een graf van een onbekende wordt geruimd

 

 

art. 31, lid 5 Wet op de lijkbezorging

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.2

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het in gebruik nemen van een bewaarplaats voor urnen buiten een crematorium of begraafplaats

 

 

art. 64 Wet op de lijkbezorging

 

mandaat

 

 

U.3

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het bestemmen van een terrein om permanent as te verstrooien

 

 

art. 66b Wet op de lijkbezorging

 

mandaat

 

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.4

 

in ontvangst nemen van en beslissen op aanvragen om verkorting of verlenging van de termijn voor lijkbezorging

 

 

art. 17 Wet op de lijkbezorging

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

   

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.5

 

in ontvangst nemen van en beslissen op aanvragen om ontleding van een stoffelijk overschot

 

 

art. 68 Wet op de lijkbezorging

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.6

 

in ontvangst nemen van en beslissen op aanvragen om opgraving van een lijk

 

art. 29 Wet op de lijkbezorging

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.7

 

in ontvangst nemen van en beslissen op aanvragen om een laissez-passer

 

 

art. 11 Besluit op de lijkbezorging

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

U.9

 

uitvoeren van de beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen en crematoria Amsterdam

 

 

Beheers-verordening gemeente-lijke begraaf-plaatsen en crematoria Amsterdam

 

 

mandaat

   

  

21. Inspraak, initiatief en burgerparticipatie

 

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

V.1

 

uitvoeren van de Inspraakverordening bij het verlenen van inspraak van beleidsvoornemens van de bestuurscommissies

 

 

Inspraak-verordening 2003

 

mandaat

 

momenteel zijn er acht Inspraakverordeningen, delegatie gaat uit van uitvoering van één centrale Inspraakverordening.

 

 

V.2

 

uitvoeren van de Verordening op het burgerinitiatief, het volksinitiatief en het referendum bij het (beoordelen van een verzoek om of een voornemen tot het) houden van een burgerinitiatief, volksinitiatief of referendum

 

 

Verordening op het burger-initiatief, het volksinitiatief en het referendum

 

 

mandaat

 

momenteel zijn er zeven referendumverordeningen, delegatie gaat uit van uitvoering van één centrale referendumverordening.

   

22. Subsidieverlening

 

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

W.1

 

uitvoeren ASA 2012 en titel 4.2 Awb binnen taken, bevoegdheden en budgetten bestuurscommissies

 

 

ASA en titel 4.2 Awb

 

mandaat

 

zolang de Algemene subsidieverordeningen van de voormalige stadsdelen gelden, vindt de uitvoering plaats op grond van deze verordeningen

 

 

W.2

 

uitvoeren bijzondere stedelijke subsidie-verordeningen

 

 

diverse bijzondere stedelijke subsidie-verorde-ningen en stedelijke subsidieregelingen.

 

 

mandaat

 

mandaat is beperkt tot die gevallen waarin de uitvoering aan de bestuurscommissies is opgedragen

 

W.3

 

vaststellen en uitvoeren van subsidieregelingen en beleidsregels 

   

 

diverse bijzondere subsidiever-ordeningen, nadere regels en beleids-regels

 

 

Mandaat/ondermandaat

 

Bevoegdheid van het AB en (onder) mandaat is beperkt tot die gevallen waarin een stedelijk kader voor een bepaald beleidsterrein met zoveel woorden voorziet in de mogelijkheid tot het vaststellen van eigen subsidieregels 

 

 

W.4

 

 

Vervallen (vaststellen nadere regels en beleidsregels)

 

 

 

 

 

W.5

 

alle besluiten ter uitvoering van de Bijzondere subsidieverordening fractieondersteuning bestuurscommissies 2014

 

 

Bijzondere subsidiever-ordening fractieonder-steuning bestuurs-commissies 2014

 

 

mandaat

 

23. Vergunningverlening, toezicht en handhaving

Voor alle taken en bevoegdheden die op grond van de takenlijst en dit register zijn gedelegeerd geldt dat de bevoegdheid om toezicht te houden of te handhaven onderdeel van de delegatie is tenzij anders is bepaald.

Verder geldt in het algemeen de beperking voor de bevoegdheden in dit hoofstuk dat vergunningverlening, toezicht en handhaving aleen geldt in relatie tt de overige gedelegeerde en gemandateerde bevoegdheden met de daarbij vastgelegde beperkingen en met dien verstande dat de handhavingscapaciteit van de bestuurscommissies en organisatieonderdelen flexibel ten behoeve van stedelijke hadhavingsprioriteiten zal worden ingezet conform de bestuurlijk afspraken.

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

X.1

 

alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en besluiten die verband houden met vergunningverlening c.a. waarvoor delegatie en mandaat is verleend aan de bestuurscommissie

 

 

Awb

 

mandaat/onder-mandaat en machtiging/ ondermachti-

ging (voor zover het geen bevoegdheden van de burgemeester betreft)

 

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

X.2a

 

geven van een machtiging tot binnentreden in een woning voor de uitvoering van de toezicht- en die

aan de bestuurscommissies

zijn

gemandateerd of

gedelegeerd (andere doeleinden dan strafvordering)

 

 

art. 2 en 3, lid 2 Algemene wet op het binnen-treden

   

 

Is door burgemeester gemandateerd aan de VZ voor zover het diens bevoegdheden betreft

 

X.2b

 

geven van een machtiging tot binnentreden in een woning voor de toepassing van bestuursdwang ten aanzien van de taken en bevoegdheden die aan de bestuurscommissies zijn gemandateerd of gedelegeerd (andere doeleinden dan strafvordering)

 

 

art. 5:27, lid 2 Algemene wet bestuurs-recht en art 2 en 3, lid 2 Algemene wet op het binnen-treden

 

 

Mandaat en ondermandaat

aan de voorzitter

de bevoegdheid is gedelegeerd aan het algemeen bestuur voor zover die betrekking heeft op taken en bevoegdheden die aan de bestuurscommissies zijn gedelegeerd. De bevoegdheid is gemandateerd aan het algemeen bestuur voor zover die betrekking heeft op taken en bevoegdheden die aan de bestuurscommissies zijn gemandateerd. Voor de bevoegdheid kan, zowel bij de gedelegeerde als de ge mandateerde bevoegdheden alleen ondermandaat worden verleend aan de voorzitter

 

X.3

 

toepassen van bestuursdwang, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gedelegeerd door het college (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en -besluiten)

 

 

art. 125, lid 1 en lid 2, Gemeente-wet, afd. 5.3.1 Awb,

titel 4.4 Awb

 

mandaat en machtiging

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

X.3a

 

opleggen van een last onder dwangsom, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gedelegeerd door het college (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en –besluiten)

 

 

art. 125, lid 1 en lid 2 Gemeente-wet, afd. 5.3.1 Awb, titel 4.4 Awb

 

mandaat en machtiging

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

X.4

 

toepassen van bestuursdwang, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gemandateerd door het college (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en -besluiten)

 

 

art. 125, lid 1 en lid 2 Gemeente-wet, afd. 5.3.1 Awb, titel 4.4 Awb

 

ondermandaat en ondermachtiging

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

X.5

 

opleggen van een last onder dwangsom, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gemandateerd door het college (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en -besluiten)

 

 

art. 125, lid 2 Gemeente-wet, afd. 5.3.2 Awb,

titel 4.4 Awb

 

ondermandaat en ondermachtiging

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

X.6

 

toepassen van bestuursdwang, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gemandateerd door de burgemeester (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en -besluiten)

 

 

art. 125, lid 3 Gemeente-wet, afd. 5.3.1 Awb,

titel 4.4 Awb

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.7

 

opleggen van een last onder dwangsom, die dient tot handhaving van regels waarvan de uitvoering aan de bestuurscommissie is gemandateerd door de burgemeester (incl. alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen en -besluiten)

 

 

art. 125, lid 3 Gemeente-wet, afd. 5.3.2 Awb,

titel 4.4 Awb

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.8

 

handhaven van redelijke eisen van welstand in het kader van de excessen-regeling als bedoeld in 3.4 van de welstandsnota bedoeld in artikel 12, eerste lid, 12a, eerste lid, onderdeel b Woningwet

 

 

art. 12, lid 1 Woningwet

 

mandaat

 

 

X.9

 

opleggen van de verplichting tot het laten opstellen van een onderhoudsplan door een deskundig persoon of een deskundige instantie aan een vereniging van eigenaars ten behoeve van een bij haar in beheer zijnd gebouw

 

 

art.12d Woningwet

 

 

mandaat

 

 

X.10

 

opleggen van de verplichting tot het binnen een te bepalen termijn treffen van voorzieningen waardoor de staat van dat gebouw of dat bouwwerk komt te liggen op een niveau dat hoger is dan het niveau dat overeenkomt met de voorschriften, bedoeld in artikel 1b, tweede lid,

 

 

art. 13, lid 1 en 2,art.1b, lid,2 art. 12d, lid 1 Woningwet

 

 

mandaat

 

 

X.11

 

opleggen van de verplichting tot het binnen een te bepalen termijn treffen tot het treffen van voorzieningen vanwege redelijke eisen van welstand

 

 

art. 13a, Woningwet

 

 

mandaat

   

 

X.12

 

beslissen tot het in gebruik geven c.q. beheer geven van een gebouw, open erf of terrein dat op grond van artikel 17 Woningwet , artikel 174a van de Gemeentewet, een verordening als bedoeld in artikel 174 van die wet of artikel 13b van de Opiumwet is gesloten

 

 

art. 14 Woningwet 174,174a Gemeente-wet, art. 13b van de Opiumwet

 

 

mandaat

 

 

X.13

 

besluit tot sluiten van gebouw, open erf of terrein, indien overtreding van de bij of krachtens hoofdstuk I, II, of III Woningwet gegeven voorschriften met betrekking tot de staat of het gebruik van een gebouw, open erf of terrein gepaard gaat met een bedreiging van de leefbaarheid of een gevaar voor de veiligheid of de gezondheid, en er een klaarblijkelijk gevaar is op herhaling van de overtreding

 

 

art. 17 Woningwet

 

mandaat

 

 

X.14

 

bestuursrechtelijk toezicht en handhaving van het bepaalde bij of krachtens de hoofdstukken I tot en met III Woningwet, het Bouwbesluit en Bouwverordening

 

 

art. 92 Woningwet,

Bouwbesluit

2012 en

Bouwverordenin

g

 

mandaat

 

 

X.15

 

beslissen tot verkoop in het openbaar van de overblijvende materialen indien toepassing van bestuursdwang ter handhaving van de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften leidt tot het slopen van een bouwwerk, tenzij, naar redelijkerwijs is te verwachten, bij onderhandse verkoop een hogere opbrengst kan worden verkregen

 

 

art. 104 Woningwet

 

 

mandaat

 

 

X.16

 

toezicht en handhaving schade en hinder door voorwerpen

 

 

art. 4.6 APV

 

ondermandaat

 

 

X.17

 

Vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

 

X.18

 

toezicht en handhaving illegaal aangebrachte aanplakbiljetten, afbeeldingen of teksten

 

 

art. 4.7, lid 1 APV

 

ondermandaat

 

 

X.19

 

Vervallen

(toezicht en handhaving illegaal of hinderlijk aangebrachte beplanting)

 

 

 

 

 

X.20

 

toezicht en handhaving veroorzaken hinder door motorvoertuigen en bromfietsen

 

 

art. 5.7 APV

 

ondermandaat

 

 

X.21

 

Vervallen

(toezicht en handhaving bepalingen omtrent staanplaatsen buiten de markt en venten die gedelegeerd zijn op grond van G.2a) 

 

 

 

 

 

X.21a

 

 

Vervallen

(toezicht en handhaving bepalingen omtrent markten die gedelegeerd zijn op grond van G.2)

 

 

 

 

 

X.22

 

toezicht en handhaving hinderlijk gebruik alcohol op de openbare weg

 

 

art. 2.17 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

 

X.23

 

hinderlijk gedrag in of bij gebouwen

 

 

art. 2.18 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.24

 

toezicht en handhaving verbod doen van natuurlijke behoefte buiten een urinoir c.a.

 

 

art. 5.11 APV

 

ondermandaat

 

 

X.25

 

toezicht en handhaving bespiedingsverbod

 

 

art. 2.25, lid 2 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.26

 

toezicht en handhaving bij het bestrijden van gladheid

 

 

art. 4.19, lid 1 APV

 

ondermandaat

 

 

X.27

 

toezicht en handhaving Colportagewet

 

 

Colportage-wet

 

ondermandaat

 

 

X.28

 

toezicht en handhaving gevaarlijke honden

 

 

art. 5.15 APV

 

ondermandaat

 

 

X.29

 

toezicht en handhaving gebruik gedenktekens

 

 

art. 4.16 APV

 

ondermandaat

 

 

X.30

 

toezicht en handhaving verontreiniging van de weg en het water

 

 

art. 4.17 APV

 

ondermandaat

 

 

X.31

 

toezicht en handhaving openlijk gebruik en handel in harddrugs en andere stimulerende middelen

 

 

art. 2.7 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.32

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

X.33

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

X.34

 

toezicht en handhaving verbod spelen om geld op de weg

 

 

art. 2.19 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.35

 

toezicht en handhaving speelcasinovergunning

 

 

art. 27h Wet op de Kansspelen

 

 

ondermandaat

 

 

X.36

 

toezicht en handhaving plaatsing bewakingsapparatuur

 

 

art. 2.25, lid 1 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.37

 

toezicht en handhaving over het bezigen van vuurwerk

 

 

art. 5.3 APV

 

ondermandaat

 

uitvoering decentraal, aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

X.38

 

toezicht en handhaving garages en uitritten

 

 

Garagever-ordening

 

ondermandaat

 

 

X.39

 

toezicht en handhaving parkeeroverlast

 

 

Wegenver-keerswet, Wet Mulder

 

 

ondermandaat

 

wegsleep: beleid en uitvoering toenemend centraal, vraag decentraal

 

X.40

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

X.41

 

toezicht en handhaving bestemmingsplannen, grondexploitatieplannen en omgevingsvergun-ningen

 

 

Wet ruimtelijke ordening en Wabo

 

ondermandaat

   

* dit mandaat geldt alleen als de primaire bevoegdheid door het college aan de bestuurscommissie of de stadsdeelsecretaris is gemandateerd. Als een bevoegdheid is gedelegeerd is de bevoegdheid voor het toezicht en de handhaving ook gedelegeerd. 

* meer centrale regie, uitvoering lokaal en centraal nader op elkaar afstemmen

 

X.42

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

X.43

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

 

Vervallen

 

X.44

 

toezicht en handhaving bij openbare manifestaties en betogingen

 

 

art. 2.32 t/m art. 2.36 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

X.45

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

X.46

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

X.47

 

vervallen

 

 

vervallen

 

 

vervallen

 

vervallen

 

X.48

 

toezicht en handhaving inrichtingen die geen bouwwerk zijn

 

 

Brandbeveili-gingsveror-dening

 

ondermandaat

 

 

X. 49

 

toezicht en handhaving wrakken en verwaarloosde voertuigen op of aan de weg.

 

 

Art. 4.22 APV

 

mandaat

 

Het verbod geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien bij of krachtens de Wet milieubeheer.

X.50

 

toezicht en handhaving blokkeren parkeerruimte voor reservering

 

Art. 4.26 APV

 

mandaat

 

24. Overige gemandateerde bevoegdheden

Nr

Omschrijving bevoegdheid

Grondslag

Soort overdracht

Bijzonderheden en beperkingen

 

Y.0

 

 

aanwijzen van wegen of weggedeelten waar het verboden is alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flesjes, blikjes e.d. als-mede het aanwijzen van

plaatsen en tijden waarop het verbod niet geldt

 

 

art. 2.17, lid 2 en lid 4 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

Y.1

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor slapen op of aan de weg

 

 

art. 2.20, lid 2 APV

 

ondermandaat

 

 

Y.2

 

aanwijzen van wegen en tijden waarop het verbod om fietsen te verkopen op of aan de weg niet geld

 

 

art. 2.22, lid 3 APV

 

Niet gemandateerd

 

 

Y.3

 

mededeling doen van het oprichten c.a. van een inrichting voor het aanbieden van nachtverblijf en het vaststellen van een model-nachtregister

 

 

art. 2.26, lid 2 en lid 3 APV

 

ondermandaat

 

 

Y.4

 

vaststellen model-verkoopregister; waarmerken opkoopregister; ontvangen mededeling van een handelaar dat hij van het opkopen zijn beroep of gewoonte maakt; verlengen van de termijn waarbij het verboden is een door opkoop verworven zaak over te dragen of daaraan wijzigingen aan te brengen

 

 

art. 2.28 t/m 2.30 APV en art. 2 uitvoerings-besluit ex artikel 437, eerste lid, Wetboek van Strafrecht

 

 

ondermandaat

 

 

Y.5

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning of vrijstelling voor het houden van een openbare inzameling (collectevergunning)

 

 

art. 2.52. lid 1 en lid 4 APV

 

ondermandaat

   

 

Y.6

 

aanwijzen van wegen of gedeelten daarvan, waarop het verboden is geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen te verspreiden, aan te bieden of bekend te maken alsmede het beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing van dit verbod

 

 

art. 2.53, lid 1 en lid 2 APV

 

Niet gemandateerd

 

 

Y.7

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een loterijvergunning

 

 

art. 3, lid 1 Wet op de kansspelen

 

ondermandaat

 

 

Y.8

 

aanwijzen van het huis der Gemeente (trouwlocaties)

 

 

art.106 en art. 147 Gemeente-wet

 

ondermandaat

 

 

Y.9

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor een evenement en het stellen van een andere termijn voor het indienen van een aanvraag

 

 

art. 2.40, lid 1 en lid 3 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

dezelfde verhouding centraal-decentraal: aanscherping criteria evenementenbeleid, dit in verband met spanning lokale rust versus stedelijke uitstraling. Soms ook in verband met gevaarzetting. Na aanscherping criteria discussie over mate en wijze van handhaven

 

 

Y.10

 

verbieden van een evenement als hiertegen bezwaren bestaan

 

 

art. 2.41, lid 5 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

dezelfde verhouding centraal-decentraal: aanscherping criteria evenementenbeleid, dit in verband met spanning lokale rust versus stedelijke uitstraling. Soms ook in verband met gevaarzetting. Na aanscherping criteria discussie over mate en wijze van handhaven

 

 

Y.11

 

aanwijzen van gebieden en periodes waarvoor beperkingen worden gesteld aan het aantal te houden evenementen

 

 

art. 2.41, lid 6 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

dezelfde verhouding centraal-decentraal: aanscherping criteria evenementenbeleid, dit in verband met spanning lokale rust versus stedelijke uitstraling. Soms ook in verband met gevaarzetting. Na aanscherping criteria discussie over mate en wijze van handhaven

 

 

Y.12

 

aanwijzen van plaatsen waarvoor de vergunningplicht voor het houden van evenementen niet geldt

 

 

art. 2.42, lid 1 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.13

 

verbinden van voorschriften en beperkingen aan een evenementen-vergunning alsmede het bepalen dat een borgsom wordt betaald in het belang van deze voor-schriften een en ander voor zover het evenement binnen één stadsdeel plaats vindt

 

 

art. 2.44, lid 1 en lid 2 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.14

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor een voor publiek toegankelijk evenement in een gebouw of vaartuig

 

 

art. 2.47, lid 1 APV

 

n.v.t.

   

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.15

 

aanwijzen van wegen en tijden waar niet als straatartiest mag worden opgetreden of waar geen muziek ten gehore mag worden gebracht en het beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning als straatartiest of voor het ten gehore brengen van muziek

 

 

art. 2.49, lid 1 en lid 2 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht aanvullende criteria stedelijke regie: spanning lokale rust versus stedelijke uitstraling

 

Y.16

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een exploitatievergunning voor een horecabedrijf

 

 

art. 3.8, lid 1 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria stedelijke regie (horecahandhaving en alcoholbeleid)

 

 

Y.17

 

beperken van de openingstijden van horecabedrijven en het ingeval van bijzondere omstandigheden of van bijzondere horecabedrijven verruimen van de openingstijden

 

 

art. 3.15, lid 1 en lid 3 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

wellicht nadere regels in kader scherper alcoholbeleid en 24-uurseconomie

 

 

Y.18

 

wijzigen of intrekken van een exploitatie-vergunning voor een horecabedrijf

 

 

art. 3.24 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.19

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor de ingebruikneming van de weg ten behoeve van een terras alsmede het aan-wijzen van wegen waar geen terras mag worden geëxploiteerd alsmede het vaststellen van beleidsregels ten aanzien van de ingebruikneming van de weg ten behoeve van een terras

 

 

art. 3.17 en art. 3.18 APV

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.20

 

beslissen op een aanvraag voor een vergunning voor een prostitutiebedrijf

 

 

art. 3.3, art. 3.27, eerste lid en art. 3.32 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor alle bestuurscommissies met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.21

 

beperken van de openingstijden van een prostitutiebedrijf

 

 

art. 3.35 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor alle bestuurscommissies met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.22

 

intrekken van een vergunning voor een prostitutiebedrijf

 

 

art. 3.36 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor alle bestuurscommissies met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.23

 

beslissen op een aanvraag voor een vergunning voor een escortbedrijf

 

 

art. 3.40 en 3.43 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor alle bestuurscommissies met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.23a

 

beslissen op een

aanvraag voor een

vergunning voor een

escortbedrijf dat niet

in een voor publiek

toegankelijk gebouw

is gevestigd

 

art. 3.2,

3.40 en

3.43 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de

bestuurscommissie in

stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en

aanvullende criteria ten

behoeve van stedelijke

regie

 

Y.24

 

intrekken van een vergunning voor een escortbedrijf

 

 

art. 3.44 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.24a

 

intrekken van een

vergunning voor een

escortbedrijf dat niet

in een voor publiek

toegankelijk gebouw

is gevestigd

 

 

art. 3.2 en

3.44 APV

 

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de

bestuurscommissie in

stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en

aanvullende criteria ten

behoeve van stedelijke

regie

 

Y.25

 

beslissen op een aanvraag voor een seksinrichting

 

 

art. 3.3, art. 3.47 en art. 3.49 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.26

 

intrekken van de vergunning voor een seksinrichting

 

 

art. 3.52 APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.27

 

meedelen dat de wijze van tentoonstellen, aanbieden of aanbrengen van zaken, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken, afbeeldingen van erotisch-porno-grafische aard de openbare orde of het leefklimaat in gevaar brengt

 

 

art. 3.53, eerste lid APV

 

n.v.t.

 

Is gemandateerd aan de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum voor

alle bestuurscommissies

met nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.28

 

verlenen van een gedoogverklaring inzake de verkoop van softdrugs aan horecabedrijven bedoeld in het besluit van de burgemeester van 4 april 1995, nr. 953306

 

   

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie (in ieder geval maatwerk bij te verplaatsen en te sluiten coffeeshops; nauwe samenwerking transformatie en transitie en uitvoering nieuwe screening Bibob)

 

 

Y.29

 

vaststellen van een formulier voor de aanvraag voor een gedoogverklaring als bedoeld in Y.28

 

 

art. 4:4 Awb

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.30

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het houden van openbare vermakelijkheden op zondag voor 13.00 uur

 

 

art. 4, lid 3 Zondagswet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.31

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het uitoefenen van een horecabedrijf of slijtersbedrijf (incl. het verbinden van voorschriften en het beperken tot het verstrekken van zwak-alcoholische drank)

 

 

art. 3, lid 1 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie (in kader van scherper alcoholbeleid)

 

Y.32

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing van de bij of krachtens artikel 4 Drank- en Horecawet gestelde regels met het oog op bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen

 

 

art. 4, lid 4 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.33

 

raadplegen van het register als bedoeld in artikel 8, lid 5 van de Drank- en Horecawet bij het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3, bij het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 35 en bij een melding als bedoeld in artikel 30a van de Drank- en Horecawet

 

 

art. 8, lid 5, aanhef en onder a Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

   

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.34

 

de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een bedrijf exploiteert als bedoeld in artikel 18, tweede lid, of artikel 19, tweede lid, onder a, en die in een periode van 12 maanden drie maal artikel 20, eerste lid, heeft overtreden, de bevoegdheid ontzeggen zwak-alcoholhoudende drank te verkopen vanaf de locatie waar bedoeld gedrag heeft plaatsgevonden

 

 

art. 19a, lid 1 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.35

 

opleggen van een last onder bestuurs-dwang ter hand-having van een krachtens artikel 19a Drank- en Horecawet opgelegde ontzegging

 

 

art. 19a, lid 3 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.36

 

in ontvangst nemen van de melding van een wens van de vergunninghouder als bedoeld in artikel 30a, lid 1 Drank- en Horecawet, bevestigen van de melding en het weigeren van de wijziging van het aanhangsel

 

 

art. 30a Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.37

 

intrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 3 Drank- en Horecawet

 

 

art. 31 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.38

 

schorsen van een vergunning voor een periode van ten hoogste 12 weken in de gevallen bedoeld in artikel 31, lid 2 en lid 3 Drank- en Horecawet

 

 

art. 32 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

   

 

Y.39

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een ontheffing ten aanzien van het verstrekken van zwak-alcohol-houdende drank bij een in de beschikking aangewezen bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen en de mogelijkheid om voor jaarlijks terugkerende identieke bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard, besluiten één ontheffing te verlenen, mits de verstrekking van zwak-alcohol-houdende drank telkenmale geschiedt onder onmiddellijke leiding van dezelfde persoon

 

 

art. 35 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.40

 

toegang ontzeggen aan andere personen dan hen, die wonen in de ruimte, waarin in strijd met de Drank- en Horecawet alcoholhoudende drank wordt verstrekt

 

 

art. 36 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.41

 

opleggen van een bestuurlijke boete ter zake van overtreding binnen het stadsdeel van het bij of krachtens de artikelen 3, 4, 9, lid 3, lid 4 en lid 5, 12 tot en met 19, 20, lid 1 t/m 4, 22 lid 1, lid 2, 24 en 25, behoudens het gestelde in lid 3, 25a t/m 25d, 29, lid 3, 35, lid 2 en lid 4 of 38 van de Drank- en Horecawet

 

 

art. 44a Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.42

 

afwijken van artikel 3 en 4 van het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horeca-wet, indien er sprake is van een lokaliteit die gevestigd is in een beschermd monument als bedoeld in

artikel 1.1 van de Erfgoedwet 

 

 

art. 4a Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.43

 

toepassen van bestuursdwang ter handhaving van de bij artikel 5:20, lid 1, van de Awb gestelde verplichting

 

 

art. 44 Drank- en Horecawet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.44

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het aanwezig hebben van een speelautomaat met inachtneming van hetgeen in de artikelen 2 en 3, lid 1 en lid 2 van de

Verordening kansspeelautomaten en speelautomatenhallen, incl. het verbinden van voorschriften en beperkingen aan een vergunning, het weigeren en intrekken van een vergunning

 

 

art. 30b, art. 30c, art. 30d, art. 30e en art. 30f Wet op de kansspelen

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.44a

 

 

afhandelen melding

klein kansspel en verbieden klein

kansspel

 

art. 7c Wet

op de Kansspelen

 

mandaat

   

 

Y.45

 

opleggen van een bestuurlijke boete

 

 

art. 35c Wet op de kansspelen

 

n.v.t.

 

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.46

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een vergunning voor de exploitatie van een speelautomatenhal (incl. wijzigen en intrekken)

 

 

art. 4 en art. 9 Verordening speelauto-maten(hallen)

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

Y.47

 

 

opvragen van strafregistergegevens en het vragen van inlichtingen uit de algemene documentatieregisters op grond van de artikelen 9 tot en met 13 van de wet en van artikel 13 van het Besluit justitiële gegevens ten behoeve van:

- het nemen van besluiten op grond van de Wet op de kansspelen

- ten behoeve van het nemen van besluiten op grond van de Drank- en Horecawet

- ten behoeve van het nemen van besluiten voor het exploiteren van een prostitutie-bedrijf of een seksinrichting;

- ten behoeve van het nemen van besluiten voor het exploiteren van een horecabedrijf, een prostitutiebedrijf, een seksinrichting of een speelautomatenhal op grond van de Wet Bibob

 

 

artt. 9 t/m 13 Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, art. 13 Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

als het mandaat betrekking heeft op prostitutiebedrijven of seksinrichtingen geldt het mandaat alleen voor de voorzitter van de bestuurscommissie in stadsdeel Centrum

 

Y.48

 

opvragen van strafregistergegevens en het vragen van inlichtingen uit de algemene docu-mentatieregisters op grond van artikelen 9 tot en met 13 van de wet en artikel 15 van het Besluit justitiële gegevens ten behoeve van:

- artikel 7, eerste en tweede lid Wet Bibob juncto artikel 3, eerste lid Wet Bibob en artikel 4 Besluit Bibob en de APV (een horecabedrijf , een prostitutiebedrijf, een seksinrichting, of een speelautomatenhal)

- artikel 27, derde lid Drank- en Horecawet juncto artikel 3 Wet Bibob;

- artikel 31, tweede lid en derde lid Drank en Horecawet juncto artikel 3 Wet Bibob

- artikel 30c, eerste lid onder c, artikel 30e, derde lid, artikel 30f, derde lid en artikel 30k, vierde lid Wet op de Kansspelen juncto artikel 3 WetBibob.

 

 

artt. 9 t/m 13 Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, art. 13 en 15 Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens

 

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.49

 

opvragen van strafregistergegevens en het vragen van inlichtingen uit de algemene documentatieregisters op grond van artikelen 9 tot en met 13 van de wet en artikel 15 van het Besluit justitiële gegevens ten behoeve van:

- artikel 2.20, lid 1 en lid 2 Wabo;

- artikel 2.20, lid 1 en lid 2 Wabo juncto artikel 5.19, lid 4, onder b Wabo

 

 

artt. 9 t/m 13 Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, art. 13 en 15 Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens

 

 

n.v.t.

 

Is door college gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.50

 

vragen van politiegegevens in verband met de beoordeling van het levensgedrag als bedoeld in de artikelen:

- 3.10, eerste lid, onder b;

- 3.11, derde lid, onder e;

- 3.24, aanhef en onder b;

- 3.29, eerste lid, onder b van de APV 2008 en;

- 4, lid 1, onder b van het Speelauto-matenbesluit 2000

 

 

Wet politiegegevens, Besluit politiegegevens

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.51

 

vragen van politiegegevens op grond van artikel 4:3, eerste lid, onder l Besluit politiegegevens in verband met de beoordeling op grond van de Wet Bibob als bedoeld in:

- artikel 7, eerste en tweede lid Wet Bibob juncto artikel 3, eerste lid Wet Bibob en

- artikel 4 Besluit Bibob;

- artikel 27, derde en vierde lid Drank- en Horecawet juncto artikel 3 Wet Bibob;

- artikel 31, tweede lid Drank- en Horecawet juncto artikel 3 Wet Bibob

 

 

art. 4:3, lid 1, aanhef en onder l, Besluit politiegegevens

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

   

 

Y.52

 

vragen van politiegegevens op grond van artikel 4:3, eerste lid, onder l Besluit politiegegevens in verband met de beoordeling op grond van de Wet Bibob als bedoeld in:

- artikel 2.20, lid 1 Wabo;

- artikel 2.20, lid 1 juncto

- artikel 5.19, lid 4, onder b Wabo

 

 

art. 4:3, lid 1, aanhef en onder l van het Besluit politie-gegevens

 

n.v.t.

 

Is door College gemandateerd aan Vz

 

Y.53

 

aanwijzen van ambtenaren voor het in ontvangst nemen van het proces-verbaal met de verzegelde pakken, bedoeld in artikel N 2 en artikel N 9Kieswet

 

 

art. N 11 Kieswet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

betreft overige verkiezingen en referenda; wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.54

 

aanwijzen van ambtenaren voor het in ontvangst nemen en aftekenen van ondersteuningsver-klaringen

 

 

art. H 4 Kieswet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

betreft overige verkiezingen en referenda; wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

Y.55

 

behandelen van aanvragen voor het verkrijgen van een vervangende stempas

 

 

art. J 8 Kieswet

 

n.v.t.

 

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

   

Y. 56

 

   

het verkorten van de

aanmeldingstermijn

voor een optocht, het

geven van

voorschriften en het

verbieden van een

optocht

   

art. 2.34, lid

3, 2.35,

2.36, lid 1

APV

   

n.v.t.

   

Is door burgemeester gemandateerd aan Vz

 

betreft overige verkiezingen en referenda; wellicht nadere regels en aanvullende criteria ten behoeve van stedelijke regie

 

 

y.57

 

 

vervallen

 

vervallen

 

vervallen

 

 

Y.58

 

beslissen op aanvragen voor het verkrijgen van een geschiktheids-verklaring voor een pand als prostitutiebedrijf

 

 

hoofdstuk 6A Bouw-verordening 2003

 

mandaat

 

 

y.59

 

Adviseren college adviseren over voorstellen tot vaststelling en benoeming van een openbare ruimte als bedoeld in de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, artikel 6, en de Verordening op de vastgoedregistratie Amsterdam 2011, artikel 4

 

Wet basisregi-straties adressen en gebouwen, artikel 6, en de Verordening op de vastgoed-registratie Amsterdam 2011, artikel 4

 

machtiging

 

Deze machtiging kan slechts worden uitgeoefend met inachtneming van het gestelde in, en in overeenstemming met de beperkingen van het Reglement vastgoedregistratie Amsterdam 2011

 

Het algemeen bestuur geeft middels een piep-systeem1 aangeeft advies te willen besluiten

 

1 Ten behoeve hiervan ontvangt de bestuurscommissie het advies via de e-mail. Indien minimaal drie leden binnen één week bij de bestuursondersteuning aangeven het te willen bespreken zal de advisering via het algemeen bestuur verlopen.

 (Ab-besluit 2015/int/1152 23-09-2015)