Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR607743
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR607743/1
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent standplaatsen Nadere regels omgeving standplaats 2018
Geldend van 01-02-2018 t/m heden
Intitulé
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent standplaatsen Nadere regels omgeving standplaats 2018Burgemeester en wethouders van Amsterdam
gelet op artikel 1.1 van de Taxiverordening Amsterdam 2012;
overwegende dat het voor het bevorderen van de kwaliteit van taxivervoer in Amsterdam wenselijk is de omgeving standplaats aan te wijzen;
brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 30 januari 2018 hebben besloten:
vast te stellen de Nadere regels omgeving standplaats 2018
Artikel 1 Begripsbepaling
In deze nadere regels wordt onder standplaats mede verstaan: taxistandplaatsen, avondlijke standplaatsen en pop-upstandplaatsen.
Artikel 2 Omgeving standplaats
Als omgeving standplaats zijn aangewezen:
- a.
de delen van de openbare weg aangeduid in de bijlage, voor de standplaatsen gelegen nabij:
- 1º.
Centraal Station;
- 2º.
Leidseplein;
- 3º.
Rembrandtplein;
- 4º.
Oudebrugsteeg;
- 5º.
Nieuwmarkt;
- 6º.
Arena;
- 1º.
- b.
voor andere standplaatsen dan bedoeld onder a, de delen van de openbare weg
- 1º.
met zicht op de standplaats of binnen het zicht van de standplaats;
- 2º.
op loopafstand van de standplaats;
- 3º.
binnen de invloedssfeer van de standplaats.
- 1º.
Artikel 3 Inwerkingtreding
Deze nadere regels treden in werking op 1 februari 2018.
Artikel 4 Citeertitel
Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels omgeving standplaats 2018.
Ondertekening
Burgemeester en wethouders voornoemd,
J.J. van Aartsen,
waarnemend burgemeester
A.H.P. Van Gils,
gemeentesecretaris
Bijlage bij artikel 2, onder a, van de nadere regels omgeving standplaats 2018
Toelichting bij de nadere regels omgeving standplaats 2018
Algemeen
Kwaliteitseisen voor het verbeteren van de kwaliteit van het taxivervoer zijn veelal verbonden aan gedrag op of in de omgeving van de standplaats. In de praktijk kan er discussie ontstaan over de exacte afbakening van die omgeving van de standplaats en daarmee de grens waarbinnen gehandhaafd mag worden op hinder, zijnde ontoelaatbaar gedrag. Om bij handhaving te kunnen bepalen waar het om gaat, het voorkomen van hinder, en een discussie over een afbakening van het gebied te voorkomen is in artikel 1.1 van de Taxiverordening Amsterdam 2012 de bevoegdheid aan het college gegeven de omgeving van de standplaats vooraf te bepalen.
Bij het bepalen van de omgeving standplaats is aansluiting gezocht bij de praktijk van handhaving, het gebied waar ten tijde van vaststellen van de nadere regels wordt gehandhaafd en de jurisprudentie over het afbakenen van de omgeving standplaats. Voor het afbakenen van de standplaats is gebruik gemaakt van enerzijds een exacte intekening op een kaart voor een aantal standplaatsen en anderzijds een nadere duiding van het begrip omgeving voor de overige standplaatsen.
Artikelsgewijs
Artikel 1 Begripsbepaling
Voor de omschrijving van de begrippen taxistandplaats, avondlijke standplaats en pop-upstandplaats wordt verwezen naar artikel 1 van de Taxiverordening 2012.
Artikel 2 Omgeving standplaats
onder a
In onderdeel a zijn de standplaatsen genoemd waarvoor de exacte afbakening van de omgeving is weergegeven op een kaart. Deze kaarten zijn opgenomen in de bijlage.
Het exact afbakenen heeft als voordeel dat het rechtszekerheid en duidelijkheid vooraf geeft aan zowel taxichauffeurs, TTO’s als aan handhaving. Het nadeel is dat een vaste afbakening kan leiden tot verschuiving van de plaatsen waar hinderlijk gedrag zoals stilstaan of stremmen van verkeer, plaatsvindt. Voor de genoemde standplaatsen heeft het belang van de voordelen zwaarder gewogen dan het nadeel. Dit nadeel wordt ondervangen door de mogelijkheid van snelle besluitvorming tot wijziging van de nadere regels.
onder b
Voor alle standplaatsen waarvoor de afbakening niet op een kaart is ingetekend, wordt de afbakening bepaald door de genoemde kenmerken. Deze zijn afgeleid uit de jurisprudentie. In de jurisprudentie zijn factoren als loopafstand, looproute, en de invloed van de hinder op de standplaats betrokken in de afbakening van de omgeving standplaats.
Artikel 3 Inwerkingtreding
De nadere regels leggen de bestaande praktijk vast. Hierdoor worden gevolgen voor de bestaande vergunninghouders, als die gevolgen er al zijn, minimaal en verwaarloosbaar geacht. Het belang van de duidelijkheid die de regels met zich meebrengen wordt zwaarder geacht. Om die reden is gekozen voor onmiddellijke werking voor alle lopende aanvragen, reeds verleende vergunningen en nieuwe aanvragen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl