Regeling vervallen per 01-07-2021

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels over op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden (Subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden)

Geldend van 17-11-2020 t/m 30-06-2021

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels over op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden (Subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden)

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

gelet op Gemeentewet, art 160 eerste lid , Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013, artikel 3, gezien het collegebesluit Dienstverlening Hulp bij het huishouden door zorgcoöperaties.

besluit de volgende regeling vast te stellen:

Subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASA: Algemene Subsidieverordening Gemeente Amsterdam 2013;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • c.

    Hbh: hulp bij het huishouden zoals bedoeld in Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Amsterdam 2020;

  • d.

    huishoudelijke hulpen: personen die beroepsmatig werkzaam zijn als hulp bij het huishouden;

  • e.

    initiatiefnemers: tenminste twee huishoudelijke hulpen met werkervaring in Amsterdam die het initiatief hebben genomen tot het in- en oprichten van een werknemerscoöperatie Hbh;

  • f.

    penvoerder: persoon die namens een werknemerscoöperatie in oprichting de aanvraag indient en verantwoordelijkheid draagt voor de uitvoering van de beschikking;

  • g.

    stadsdeel: een stadsdeel binnen de gemeente Amsterdam, zoals omschreven in artikel 1 van de Verordening op lokaal bestuur;

  • h.

    werknemerscoöperatie: een coöperatieve vereniging bestaande uit minimaal twee leden die mede-eigenaar zijn en tevens werknemer zijn van de coöperatie, waarbij ieder lid gelijke zeggenschap in de werknemerscoöperatie heeft;

  • i.

    Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.

Artikel 2. Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel subsidieregeling

De subsidie heeft als doel Amsterdamse huishoudelijke hulpen te ondersteunen bij het op- en inrichten van een werknemerscoöperatie voor het leveren van Hbh in Amsterdam.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Het college kan aan maximaal tien initiatieven voor werknemerscoöperaties Hbh een eenmalige subsidie van maximaal € 4.000 verlenen voor de kosten verbonden aan op- en inrichten van een werknemerscoöperatie, waarbij het kan gaan om:

  • a.

    notariële kosten voor het oprichten van de werknemerscoöperatie;

  • b.

    kosten verbonden aan de inhuur van professioneel advies en begeleiding;

  • c.

    kosten verbonden aan het opzetten en inrichten van een eigen administratie;

  • d.

    kosten verbonden aan het bouwen van een eigen website.

Artikel 5. Subsidieplafond

Het subsidieplafond van deze regeling bedraagt € 40.000 voor het tijdvak dat loopt van 1 januari 2021 tot 1 maart 2021.

Hoofdstuk 2 Subsidieaanvraag

Artikel 6. De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door de penvoerder van het initiatief voor een werknemerscoöperatie Hbh.

Artikel 7. Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In afwijking van het bepaalde in artikel 5 van de ASA 2013 worden bij een subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:

  • a.

    documenten waarmee van tenminste twee initiatiefnemers het arbeidsverleden in de Hbh van de afgelopen drie jaar voorafgaande aan de aanvraag in de gemeente Amsterdam aangetoond wordt door middel van bijvoorbeeld kopieën van een of meerdere arbeidsovereenkomsten bij een instelling of via persoonsgebonden budget;

  • b.

    de ondertekende intentieverklaring van de initiatiefnemers;

  • c.

    het stappenplan met een activiteitenlijst, inclusief een begroting;

  • d.

    bewijs dat het bankrekeningnummer waarop de aangevraagde subsidie ontvangen wenst te worden, op naam staat van de penvoerder.

Artikel 8. Aanvraagtermijn eenmalige subsidie en wijze van afhandeling

  • 1. In afwijking van artikel 6 van de ASA 2013 kan een aanvraag worden ingediend tot 31 december 2020.

  • 2. Uitsluitend complete aanvragen worden door het college in behandeling genomen, waarna deze in volgorde van binnenkomst worden afgehandeld.

Artikel 9. Beslistermijn

In afwijking van artikel 8 van de ASA 2013 beslist het college op een aanvraag voor een subsidie binnen 4 weken na ontvangst van een volledige subsidieaanvraag.

Hoofdstuk 3 Weigering van de subsidie

Artikel 10. Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9, eerste lid, van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te verlenen als:

  • a.

    er sprake is van een aanvraag door of namens een bestaande organisatie;

  • b.

    van de initiatiefnemers niet minimaal twee beschikken over werkervaring als huishoudelijke hulp gedurende tenminste 6 maanden in de afgelopen drie jaar;

  • c.

    de penvoerder is niet ingeschreven in de metropoolregio Amsterdam.

Hoofdstuk 4 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 11 Aanvullende verplichtingen

Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013 is aan de subsidie de volgende verplichting verbonden dat de subsidieontvanger de werknemerscoöperatie Hbh heeft opgericht voor 1 maart 2021.

Hoofdstuk 5 Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Artikel 12. Verantwoording en vaststelling van de subsidie

  • 1. De subsidieontvanger dient uiterlijk binnen 8 weken na 1 maart 2021 de aanvraag tot vaststelling van de subsidie in.

  • 2. In aanvulling op artikel 14, tweede lid, van de ASA bevat de aanvraag tot subsidievaststelling:

    • a.

      het inschrijvingsnummer bij de Kamer van Koophandel;

    • b.

      de contactgegevens van de werknemerscoöperatie.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 13. Citeertitel, inwerkingtreding en looptijd

  • 1. Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden

  • 2. Deze subsidieregeling treedt in werking een dag na publicatie in het Gemeenteblad en vervalt van rechtswege op 1 juli 2021.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 20 oktober 2020.

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting bij de subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden

Deze toelichting valt uiteen in twee delen:

In het Algemene deel wordt ingegaan op:

  • de relatie met de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (ASA) alsmede het beoogde doel van deze subsidieregeling. Wat wil de gemeente Amsterdam bereiken met deze regeling?

Het tweede deel bestaat uit de Artikelsgewijze toelichting.

  • 1.

    Algemene deel van de Toelichting

Relatie met de ASA

Het subsidierecht is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De gemeente Amsterdam heeft dit nader geregeld in de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 (ASA) waarin staat dat het college binnen de kaders van de gemeentebegroting nadere subsidieregelingen kan vaststellen.

De grondslag voor deze Subsidieregeling op- en inrichten van een werknemerscoöperatie Hulp bij het huishouden is derhalve gelegen in de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013.

In deze subsidieregeling worden bepalingen uit de ASA niet herhaald. Er wordt alleen aangegeven waar van de ASA wordt afgeweken of waar wordt aangevuld op hetgeen in de ASA is bepaald.

Algemene Toelichting

Amsterdam gaat huishoudelijke hulpen de mogelijkheid bieden om hulp bij het huishouden (Hbh) te leveren als werknemerscoöperatie. Deze coöperaties zijn kleinschalig waardoor zij zelf het kloppend hart van de organisatie zijn en zij zelf de prioriteiten kunnen stellen. Tegelijk blijft de continuïteit van de ondersteuning gewaarborgd doordat de medewerkers zich verenigen en zij bij ziekte en vakantie voor elkaar kunnen invallen.

Een werknemerscoöperatie voor Hbh houdt in dat een groep huishoudelijke hulpen samenwerkt in een coöperatie. Deze huishoudelijke hulpen zijn naast medewerker ook deelnemer/lid en mede-eigenaar van de coöperatie. Zij zijn in dienst van de coöperatie voor een normaal salaris, maar de leden bepalen gezamenlijk het beleid van de coöperatie. Het geld dat de coöperatie verdiend wordt eerst besteed aan kosten en salarissen en wat er overblijft, kan uitgekeerd worden als winst aan de leden. Bij de werknemerscoöperatie beslissen de leden/medewerkers daar zelf over. Dit in tegenstelling tot zorgaanbieders met andere rechtsvormen, waarbij de eigenaren bepalen wat er met de winst gebeurt en medewerkers minder of niet profiteren van goede resultaten.

Tevens hebben deelnemers (leden) van de coöperatie de vrijheid om de organisatie naar eigen inzicht in te richten. Het ligt voor de hand dat er een bepaalde werk- en taakverdeling ontstaat. De leden beslissen zelf of zij een coördinator of manager aanstellen. En de leden benoemen gezamenlijk het bestuur.

De werknemerscoöperatie is bij voorkeur kleinschalig (bij inschrijving niet meer dan 20 leden) zodat de leden onderling overzicht hebben. De coöperatie en haar medewerkers/leden kennen de buurt, weten wat er speelt en hebben korte lijnen om de benodigde ondersteuning te kunnen bieden of te organiseren. Door de ondersteuning in de wijk, op kleine schaal te organiseren komt de cliënt meer centraal en wordt beter maatwerk gecreëerd. Met ondersteuners uit die buurt komt ook meer samenhang in die buurt.

In het kader van deze subsidieregeling biedt de Gemeente Amsterdam huishoudelijke hulpen die een werknemerscoöperatie willen oprichten voor het leveren van Hbh in Amsterdam financiële steun met een subsidie. Met deze subsidie kunnen huishoudelijke hulpen de werknemerscoöperatie oprichten (juridische kosten), een website en een administratie opzetten en advies en begeleiding inhuren. Per op te richten werknemerscoöperatie Hbh bedraagt de subsidie maximaal 4.000 euro. In totaal is 40.000 euro beschikbaar om werknemerscoöperaties Hbh te ondersteunen in hun oprichting.

Deze ondersteuningssubsidie is zeker in de opstartfase nodig zodat de werknemerscoöperatie in het eerste bedrijfsjaar continuïteit kan realiseren. De €4.000 is voldoende voor noodzakelijke kosten zoals de kosten voor de notaris. Ook is er ruimte voor het inhuren van een deskundige mentor, die in het eerste bedrijfsjaar van belang kan zijn. De subsidie dekt daarmee de kosten voor eerste drie (aanloop-) maanden. De kosten voor de periode daarna zullen uit de omzet gedekt moeten worden.

De subsidieverlening voor het oprichten van een werknemerscoöperatie Hbh staat los van de opdrachtverlening voor het leveren van Hbh in Amsterdam. De subsidie is er voor huishoudelijke hulpen die een werknemerscoöperatie willen starten en oprichten.

De opdrachtverlening voor het leveren van Hbh in het kader van de Wmo binnen de gemeente Amsterdam loopt via de separate aanbesteding voor dienstverlening Hbh door werknemerscoöperaties. Dit kan ertoe leiden dat partijen wel een opstartsubsidie krijgen, maar geen opdracht. Of dat werknemerscoöperaties die geen subsidie hebben aangevraagd of ontvangen wel een opdracht voor het leveren van Hbh vanuit de Wmo krijgen. Werknemerscoöperaties die de opdracht gegund krijgen, factureren net als de andere aanbieders Hbh hun dienstverlening aan de gemeente. Uiteindelijk krijgen maximaal vijf werknemerscoöperaties een overeenkomst gegund vanuit de aanbesteding. Het staat werknemerscoöperaties daarbij vrij ook andere opdrachten aan te nemen. Dat geldt zowel voor de werknemerscoöperaties die de opdracht gegund krijgen, als de werknemerscoöperaties die buiten de gunning vallen.

Voor Hbh zijn door de gemeente de volgende inkoopdoelen geformuleerd:

Een gebiedsgerichte organisatie van hulp bij het huishouden en het waarborgen van de beschikbaarheid, capaciteit kwaliteit en betaalbaarheid van hulp bij het huishouden, waarbij het resultaatgericht werken wordt voortgezet. Het betreft de volgende dienstverlening:

  • Beschikken over een schoon en leefbaar huis;

  • Beschikken over schone was;

  • Beschikken over boodschappen;

  • Beschikken over maaltijden.

  • 2.

    Artikelsgewijze toelichting

In het artikelsgewijze deel wordt per bepaling in ieder geval aandacht besteed aan de vraag of bij die specifieke bepaling sprake is van een aanvulling op of een afwijking van de ASA. Uiteraard wordt dan ook de (reden voor de) aanvulling of afwijking toegelicht.

Artikelen 1 en 2

Geen toelichting.

Artikel 3. Doel subsidieregeling

De subsidie heeft als doel Amsterdamse huishoudelijke hulpen te ondersteunen bij het op- en inrichten van een werknemerscoöperatie voor het leveren van Hbh in .

De gemeente biedt huishoudelijke hulpen die een werknemerscoöperatie willen oprichten voor het leveren van Hbh in Amsterdam financiële steun met een subsidie. Met deze subsidie kunnen huishoudelijke hulpen de werknemerscoöperatie oprichten (juridische kosten), advies en begeleiding inhuren en een administratie en een website opzetten.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Per op te richten werknemerscoöperatie Hbh bedraagt de subsidie maximaal 4.000 euro. Dit bedrag is bedoeld voor de aanloop- en oprichtingskosten: hiermee kunnen huishoudelijke hulpen de werknemerscoöperatie oprichten (juridische kosten), een administratie opzetten, advies en begeleiding inhuren en een eigen website inrichten.

Artikel 5. Subsidieplafond

Het subsidieplafond van deze regeling bedraagt € 40.000, waarmee maximaal 10 werknemerscoöperaties in oprichting zullen kunnen worden ondersteund.

Artikel 6. De aanvrager

Hiermee wordt een persoon als eindverantwoordelijk voor de aanvraag, de ontvangst van de subsidiegelden en de subsidievaststelling aangewezen.

Artikel 7. Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In dit artikel staat voorgeschreven welke stukken aanvullend op artikel 5, tweede lid van de ASA 2013 dienen te worden overgelegd.

Het arbeidsverleden kan worden aangetoond door het overleggen van kopieën van arbeidsovereenkomsten of andere overeenkomsten (bijvoorbeeld opdrachten) waaruit blijkt dat tenminste twee initiatiefnemers zelf werkzaam zijn of de afgelopen 3 jaar zijn geweest als Hbh in het kader van de WMO in Amsterdam. Het minimum aantal initiatiefnemers is twee, maar natuurlijk kunnen er meer dan twee initiatiefnemers zijn voor een werknemerscoöperatie Hbh.

De intentieverklaring is bedoeld voor de initiatiefnemers; daarin bevestigen zij naar elkaar toe de gezamenlijke intentie om een werknemerscoöperatie Hbh op te richten en daarin wordt de penvoerder aangewezen. Voor het opstellen van de intentieverklaring kan een voorbeeld document worden gedownload van de site van de gemeente Amsterdam

Voor het stappenplan en de activiteitenlijst en de begroting is een toelichting beschikbaar die kan worden gedownload van de site van de gemeente Amsterdam. Deze toelichting beschrijft waar het stappenplan, de activiteitenlijst en de begroting tenminste aan moeten voldoen.

Bewijs kan worden geleverd door een kopie van een bankafschrift of een kopie van een bankpas (voor en achterkant) met daarop het betreffende bankrekeningnummer met de naam van de penvoerder.

Artikel 8. Aanvraagtermijn eenmalige subsidie en wijze van afhandeling

Geen toelichting

Artikel 9. Beslistermijn

De termijn om te beslissen op een aanvraag voor de eenmalige subsidies is vergeleken met de ASA 2013 tot vier weken beperkt in verband met het moment waarop de gunningsbesluiten (maart 2021) zullen worden genomen en de tijd die verondersteld nodig zal zijn om te komen tot een werknemerscoöperatie mee kan doen aan de inkoopprocedure Hbh.

Artikel 10. Weigeringsgronden

Voor werkervaringsvereiste is hier bepaald dat van de initiatiefnemers tenminste twee daarvan ieder voor zich beschikt over werkervaring als hulp in bij het huishouden gedurende tenminste 6 maanden in de afgelopen drie jaar. Peildatum is het moment van aanvragen. Als voorbeeld: dat kan dus ook een lopend arbeidscontract zijn dat tenminste 6 maanden heeft geduurd op het moment van aanvragen.

In het kader van opzet en uitwerking van de uitvoering van de Wmo in Amsterdam is een vestigingsvereiste voor de penvoerder opgenomen.

Artikel 11 Aanvullende verplichtingen

De subsidieontvangers moeten de werknemerscoöperatie Hbh uiterlijk op 28 februari 2021 oprichten en uiterlijk binnen 8 weken na 1 maart 2021 de aanvraag tot vaststelling van de subsidie indienen.

Artikel 12. Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Het inschrijvingsnummer en de contactgegevens, of het ontbreken daarvan, zullen voldoende indicatie geven voor het al dan niet succesvol oprichten van een werknemerscoöperatie door de aanvragers.

Artikel 13. Citeertitel, inwerkingtreding en looptijd

Geen toelichting