Bijzondere subsidieverordening autovrije dag

Inhoud

Toelichting

A. Algemene toelichting

De autovrije dag, meestal een zondag, is een evenement dat al jaren wordt georganiseerd. Het evenement breidt zich uit over diverse stadsdelen en buurten. Het is een van de momenten in het jaar om zelf in de buurt iets te organiseren. Het gemeentebestuur juicht deze ontwikkeling toe.

Daarnaast wil het gemeentebestuur ook wijzen op de werkelijke betekenis van de autovrije dag. Het bewust worden en stimuleren van duurzame mobiliteit ten behoeve van verbeteren van de luchtkwaliteit van de stad. Door middel van het stimuleren van alternatieve vervoersvormen (lopen, fietsen, openbaar vervoer, elektrisch vervoer, etc), het ontmoedigen van niet–noodzakelijk autogebruik en het stimuleren van P+R voorzieningen wil het gemeentebestuur de speerpunten op het gebied van milieu en luchtkwaliteit ondersteunen.

Deze verordening heeft tot doel het organiseren van evenementen tijdens de autovrije dag te bevorderen. De bedoeling is dat deze evenementen het bewegen van de mens, gezondheid, schone lucht en besparen van energie, waaronder elektrisch vervoer bevorderen, etc. De autovrije dag moet een leuke dag worden voor alle bewoners van Amsterdam en haar bezoekers. Bovendien heeft deze dag als doel het zoveel mogelijk bewoners te laten kennis maken met duurzame mobiliteit, mogelijkheden om de luchtkwaliteit te verbeteren, de wijze waarop men in en buitenshuis energiezuinig kan zijn, etc. Meestal duurt de autovrije dag van 10.00 uur in de ochtend tot en met 17.00 uur in de middag.

De Bijzondere subsidieverordening autovrije dag is deels een aanvulling op en deels vervanging van de regels van de Algemene subsidieverordening Amsterdam (ASA2004). Kortom als de voorschriften van de bijzondere verordening afwijken van die van de ASA2004 gelden de voorschriften van de bijzondere verordening.

B. Artikelgewijze toelichting

Paragraaf 1 Inleidende bepalingen

Artikelen 1.1 tot en met 1.3

In artikel 1.1 is uitgelegd wat de afkortingen in deze bijzondere subsidie-verordening betekenen. In artikel 1.2 wordt aangegeven wat wordt bedoeld met de autovrije dag. Het doel van die autovrije dag is gezond bewegen in een schone stad. Het college beslist tot op heden elk jaar om een autovrije, soms beter bekend onder autoloze, (zon)dag te houden (zie artikel 1.3), ter verwezenlijking van een gezondere bewegende bevolking, die werkt aan een schone stad door energie te besparen en zoekt naar alternatieve mogelijkheden van vervoer.

Artikel 1.4 Ontvanger subsidie

De waarderingssubsidie wordt alleen gegeven aan natuurlijke of rechtpersonen zonder winstoogmerk (zie artikel 1.4) en voor activiteiten die in het kader van die autovrije dag worden gehouden.

Artikel 1.5 Subsidiabele activiteiten

Een van de in de bijzondere subsidieverordening autovrije dag genoemde onderwerpen (zie artikel 1.5) moet door de te organiseren activiteit worden gestimuleerd.

De activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen bevorderen alternatieve vervoersvormen (fietsen, elektrische vervoersmiddelen, etc) doordat de bezoekers bijvoorbeeld kennis maken met die alternatieve vervoersvormen. Voor subsidie komen in aanmerking voorlichtingsevenementen die informatie geven over besparen van energie, gedacht wordt bijvoorbeeld aan milieuorganisaties. Hetzelfde geldt voor schone lucht.

Bevorderen van carpooling en uitwisselen van kennis kan bijvoorbeeld plaats-vinden door buurtbewoners met elkaar kennis te laten maken. Men maakt kennis met elkaar door middel van een feestelijk samenkomen van bewoners van straat of buurt. Tijdens dat samenkomen kan carpoolen of het bezuinigen op de energiekosten een onderwerp van gesprek zijn. Denkbaar is dat daarvoor een spreker wordt uitgenodigd die voorlichting geeft aan alle bewoners over hoe je energiezuiniger kan zijn in huis. Onder bewegende mens wordt verstaan het bevorderen van dans, sport en spel onder de deelnemers van de straat- of buurtsamenkomst. Een combinatie van beweging of informatie over besparen van energie, etc. tijdens een lunch is mogelijk.

Artikel 1.6 Subsidieplafond

Gelijktijdig met de beslissing tot het houden van een autovrije dag wordt het subsidieplafond vastgesteld. Het college heeft de keuze tussen één subsidie-plafond of twee subsidieplafonds, voor elke subsidiesoort één.

De subsidies worden dus gegeven aan activiteiten die worden georganiseerd in de geest van de autovrije dag.

Paragraaf 2 Aanvraag en verstrekking van waarderingssubsidie

Artikel 2.1 Maximale hoogte waarderingssubsidie

Aangezien het bestuur zowel de buurtactiviteiten als grotere activiteiten met als doel de autovrije dag wil stimuleren zijn er twee verschillende subsidies (zie het eerste lid). Een subsidie om buurtgerichte activiteiten te ondersteunen en een voor stadsdeeloverschrijdende activiteiten.

De buurtactiviteiten zijn activiteiten die door en voor de buurtbewoners worden georganiseerd. Straatvoetbal, lunch of brunch met alle bewoners (meer dan 25), etc.. Het thema van de activiteit moet wel te maken hebben met de autovrije dag. Een straatlunch met als doel te gaan carpoolen naar het werk, uitwisselen van informatie over energie zuinigheid etc past binnen het subsidiebeleid.

Stadsdeeloverschrijdende activiteiten zijn evenementen die niet alleen de straat- of buurtbewoners trekt, maar ook andere Amsterdammers. Gedacht wordt aan bijvoorbeeld een groot muziek of dans evenement, een optreden van een beroemde Nederlanders, een grote voetbalwedstrijd, een loop door meerdere stadsdelen etc.

Voor een dergelijk evenement dat meer dan 500 mensen trekt is dan ook een groter stimuleringsbedrag beschikbaar.

De hoogte van de subsidie in artikel 2.1, eerste lid genoemde activiteit is onder andere afhankelijk van het te verwachten aantal bezoekers, het aantal deelnemers aan de activiteit en financiering vanuit andere bronnen.

Een evenement dat meer dan 1500 mensen trekt, een podium heeft, uitgezonden wordt op televisie, etc. maakt meer kans op het maximumbedrag dan een bandje met 500 bezoekers.

Natuurlijk wordt er alleen subsidie verstrekt aan evenementen waar een evenementenvergunning voor is toegekend.

Artikel 2.2 Voorschot

Het college verleent bij een subsidie voor een stadsdeeloverschrijdende activiteit een voorschot van 80% van het bedrag vermeld in de beschikking tot subsidievertrekking. De aanvrager dient over voldoende (mede)financiering te beschikken om na de verantwoording de overige 20% te ontvangen. Immers de subsidie is een tegemoetkoming in de kosten.

Artikel 2.3 Termijn voor indienen aanvraag

In de beslissing van het college tot het houden van een autovrije dag staan de subsidieplafonds vermeld. De aanvragen voor subsidie worden behandeld in volgorde van binnenkomst (zie artikel 2.3, tweede lid). Herstel van fouten is mogelijk, echter gezien de beperkte hoeveelheid budget sluit de aanvrager weer achter aan in de rij (zie artikel 2.3, derde lid).

Uitzondering kan gemaakt worden voor een publiekstrekker (zie artikel 2.3, vijfde lid). Gelet op de ervaringen van de jaren er voor kan bepaald worden of een evenement een publiekstrekker is. Indien zeker 1000 of meer bezoekers of deelnemers zijn te verwachten, gelet op de ervaringen dan kan deze aanvrager voorrang krijgen.

Bij de beoordeling van een dergelijke uitzondering zal de positieve publiciteit die een dergelijke activiteit met zich mee heeft gebracht in de voorgaande jaren (of te verwachten) is een rol spelen.

Artikel 2.4 Inhoud aanvraag

Het is van groot belang voor de snelle en correcte afhandeling van de aanvraag dat het aanvraagformulier wordt gebruikt. Aanvragers die geen gebruik maken van het formulier lopen de kans een onvolledige aanvraag in te dienen en achter in de rij te moeten aansluiten.

Artikel 2.5 Beslistermijn

Op de aanvraag tot waarderingssubsidie wordt beslist binnen acht weken na ontvangst ervan. Dat wil zeggen als een aanvraag vier weken voorafgaand aan de autovrije dag wordt ingediend (zie artikel 2.3, eerste lid) de subsidie mogelijk pas na de autovrije dag wordt toegekend. Hoe eerder de aanvrager is met zijn aanvraag hoe sneller het antwoord. Immers het college kan zijn beslissing nog eens verdagen met acht weken.

Artikel 2.6 Weigeringsgronden

Uit artikel 2.6 blijkt dat de wettelijke weigeringsgronden uit artikel 4:35, tweede lid Awb onverminderd van toepassing zijn, zoals onjuiste en onvolledige gegevens verstrekken bij de aanvraag, faillissement, etc. De weigeringsgronden uit de ASA 2004 zijn ook onverminderd van toepassing, zoals de doeltreffendheid en het niet besteden van de subsidie aan activiteiten waarvoor de subsidie is bedoeld.

Omdat de straten autovrij zijn, is het de bedoeling dat die activiteiten zich op straat afspelen in de openbare ruimte. De activiteiten moeten dan ook voor iedereen toegankelijk zijn. De subsidie mag niet besteed worden aan commerciële activiteiten. Dit begrip wordt heel ruim genomen, er wordt onder meer onder verstaan promotiemateriaal ten behoeve van aankondiging van evenementen of activiteiten (posters, advertenties), maar ook uitingen ten behoeve van naamsbekendheid van de organisator, een merk, een vereniging, een stichting, een bedrijf of een politieke partij.

Bij het organiseren van een straatfeest moeten de organisatoren of deelnemers zelf de alcoholische dranken betalen. Bovendien moeten er meer dan 25 personen deelnemen aan de activiteit wil de activiteit enigszins subsidiabel zijn.

Om te voorkomen dat organisatoren iets gaan organiseren om geld mee te verdienen (al was het maar een eigen salaris) worden organisatiekosten niet vergoed. Uitzondering op die regel is een (onkosten)vergoeding (inclusief maaltijden) van 15 euro per vrijwilliger. Bij buurtgerichte activiteiten zijn dat maximaal 5 vrijwilligers en stadsdeeloverstijgende activiteiten mogen dat er 10 zijn.

Artikel 2.7 Hardheidsclausule

Door het volgen van de hierboven genoemde regels zou het kunnen dat zich onbillijkheden van overwegende aard voordoen die het college noopt een andere beslissing te nemen in afwijking van de vastgestelde regels. In een dergelijk geval zou het toekennen van een subsidie mogelijk zijn. Hierbij wordt gedacht aan een evenement dat niet aan de subsidieregels zou voldoen, maar volledig past binnen de doelstelling en ook een grote publiekstrekker kan zijn. Publiekstrekkers zijn bijvoorbeeld de Milieumarkt en Schoonvervoer boulevard.

Paragraaf 3 Verplichtingen en verantwoording subsidieontvanger waarderingssubsidie

Artikel 3.1 verplichtingen subsidieontvanger

Houdt een subsidieontvanger zich niet aan de regels in deze verordening dan kan de subsidie worden ingetrokken en worden teruggevorderd. Dat wil zeggen dat als de subsidieontvanger niet beschikt over de evenementenvergunning, al voor dezelfde activiteiten van een ander bestuursorgaan subsidie ontvangt, de activiteiten niet voor publiek toegankelijk zijn, er een commercieel doel wordt nagestreefd, minder dan respectievelijk 25 of 500 personen naar het evenement komen of deelnemen, of de subsidie wordt besteed aan alcoholhoudende dranken, dan verliest de aanvrager zijn aanspraak op de subsidie.

Hoewel de subsidie een waarderingsubsidie is, wil dat nog niet zeggen dat het subsidiegeld niet moet worden verantwoord. Een totaal overzicht van inkomsten en uitgaven en waar het subsidiegeld aan is uitgegeven met de bijbehorende bonnen is voldoende. Naast bonnen worden ook de ontvangstbevestigingen van de vrijwilligersbijdragen geaccepteerd.

Artikel 3.2 Vermogensvorming

De waarderingsubsidie is een bijdrage in de onkosten die niet een volledige financiering van een evenement betreffen. De organisator dient ook andere financiële bronnen aan te boren. Dat kan ook in de vorm van het vragen van een kleine vergoeding. Echter als de subsidieontvanger winst gaat maken, gaat die winst eerst af van de subsidie.

Paragraaf 4 Slotbepalingen

Artikel 4.1 Inwerkingtreding

Deze bijzondere subsidieverordening treedt in werking met terugwerkende kracht om subsidieverlening mogelijk te maken.

Artikel 4.2 Citeertitel

Als deze verordening wordt aangehaald wordt het aangehaald als Bijzondere subsidieverordening autovrije dag.