Verordening tot tegeling van de procedure bij toepassing van art. 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening

1. De Gemeenteraad beslist binnen twaalf weken na indiening van het verzoek:

• a.

  of de verzoeker belanghebbende is in de zin van art. 49 van de wet,

• b.

  en, indien deze vraag bevestigend wordt beantwoord, of de verzoeker schade als bedoeld in art. 49 van de wet zal of kan lijden.

2. De Gemeenteraad kan deze beslissingen eenmaal voor ten hoogste twaalf weken verdagen.

1. Indien de Gemeenteraad van oordeel is dat één van de in art. 3 bedoelde vragen ontkennend moet worden beantwoord, wijst hij het verzoek om toekenning van schadevergoeding af.

2. Indien de Gemeenteraad beslist dan wel in beroep wordt besloten dat de verzoeker schade als bedoeld in art. 49 van de wet zal of kan lijden, wordt het verzoek voor advies in handen gesteld van de commissie.

1. De schadebeoordelingscommissie bestaat uit drie leden die, evenals hun plaatsvervangers, telkens voor een termijn van drie jaren worden benoemd. Zij kunnen onmiddellijk worden herbenoemd. Zij mogen niet zijn lid van de Gemeenteraad of ambtenaar in dienst van de gemeente Amsterdam.

2. De voorzitter van de commissie en zijn plaatsvervanger worden benoemd door de president van de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam, de overige leden en hun plaatsvervangers door de Gemeenteraad.

3. Burgemeester en Wethouders voegen aan de commissie een secretaris en desgewenst een plaatsvervangend secretaris toe.

4. De leden en de secretaris, alsmede zij die hen vervangen, zijn verplicht tot geheimhouding van hetgeen hun uit hoofde van hun functie ter kennis komt. Deze verplichting bestaat niet tegenover degenen die bevoegd zijn van de inhoud van het rapport, bedoeld in art. 8, kennis te nemen.

1. De commissie onderzoekt, of de verzoeker ten gevolge van de bepalingen van het bestemmingsplan schade lijdt of zal lijden, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd. Zij vermeldt het resultaat van dit onderzoek met de beweegredenen in haar rapport.

2. Indien het in het eerste lid bedoelde onderzoek leidt tot een bevestigende beantwoording, berekent de commissie de ten laste van de verzoeker blijvende schade en de billijke schadevergoeding.

1. De commissie stelt zowel de verzoeker en zijn gemachtigde als een of meer vertegenwoordigers van de gemeente in de gelegenheid, hun standpunten uiteen te zetten.

2. De commissie beraadt zich hierbij, zo nodig in overleg met partijen, omtrent de mogelijkheden welke de bepalingen van het bestemmingsplan zouden kunnen bieden tot voorkoming of beperking van de schade.

1. Binnen twaalf weken na de dag waarop het verzoek aan de commissie is gezonden brengt zij aan de Gemeenteraad het in art. 6 bedoelde rapport uit.

2. De commissie zendt het rapport aan Burgemeester en Wethouders, die het met hun preadvies aan de Gemeenteraad en aan de verzoeker doen toekomen.