Regeling vervallen per 25-05-2017

Destructieverordening Amsterdam

Geldend van 01-01-2000 t/m 24-05-2017

Intitulé

Destructieverordening Amsterdam

Inhoud

Art. 1

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    wet: de Destructiewet (Staatsblad 177 van 1995);

  • b.

    aangifteplichtige: degene die als houder of eigenaar van destructiemateriaal ingevolge de wet verplicht is daarvan aangifte te doen;

  • c.

    destructiemateriaal: dode honden, dode katten en het krachtens art. 2, tweede lid, van de wet aangewezen dierlijke afval.

Art. 2

Burgemeester en Wethouders wijzen één of meer verzamelplaatsen aan, waar het destructiemateriaal in ontvangst wordt genomen.

Art. 3

De aangifteplichtige is gehouden uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het destructiemateriaal is ontstaan, het materiaal te vervoeren naar de naastbijgelegen verzamelplaats en het daar aan te geven en af te staan.

Art. 4

Tot het tijdstip van afgifte is de aangifteplichtige gehouden het destructie-materiaal zodanig te bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Art. 5

De artikelen 3 en 4 vinden geen toepassing voorzover art. 30 van het Destructiebesluit 1996 van toepassing is.

Art. 6

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als: Destructieverordening Amsterdam.

  • 2. Zij treedt in werking met ingang van 1 januari 2000.