Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening sportsubsidies

Geldend van 01-01-2004 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening sportsubsidies

De raad der gemeente Appingedam;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 13 mei 2004;gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;B E S L U I T :vast te stellen de volgende verordening:Verordening sportsubsidies

Hoofdstuk 1 ALGEMEEN DEEL

Artikel 1 Reikwijdte verordening

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op sportverenigingen die subsidie aanvragen voor:- jeugdsport;- kader- en leiderscursuswerk;- bijzondere activiteiten;- accommodaties;- exploitatie.

  • 2.

    Onder sportverenigingen worden in deze verordening verstaan de in de gemeente Appingedam gevestigde en voor een ieder toegankelijke vereniging en/of afdelingen van verenigingen, die mede ten doel hebben het bevorderen van de lichamelijke ontwikkeling door middel van sportbeoefening en die zijn aangesloten bij een landelijke, provinciale of regionale, rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie die de belangen van de sport en/of lichamelijke oefening behartigt.

  • 3.

    Geen subsidie wordt verleend aan schoolsport-, bedrijfssport- en personeelsverenigingen.

Artikel 2 Begrotingsvoorwaarde

Subsidie wordt slechts verleend voor zover de gemeenteraad voldoende financiele middelen beschikbaar stelt.

Artikel 3 Bevoegdheden burgemeester en wethouders

  • 1.

    Burgemeester en wethouders zijn belast met de uitvoering van deze verordening. Uitvoering houdt mede in het verlenen en vaststellen van subsidies.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.

  • 3.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 4 Indienen bescheiden

Indien een sportvereniging voor de eerste keer subsidie aanvraagt, wordt een afschrift van de statuten en/of het reglement overgelegd.

Artikel 5 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren hebben desgevraagd inzage in administratieve en financiële bescheiden van de subsidieontvanger. Zij ontvangen alle inlichtingen die voor een juiste uitoefening van hun functie in het algemeen en voor de beoordeling van de gesubsidieerde activiteiten in het bijzonder nodig zijn.

Artikel 6 Te laat indienen aanvraag

Bij overschrijding van de in deze verordening of in nadere regels gestelde termijnen, blijft het niet in behandeling nemen van de aanvraag op grond daarvan achterwege, indien de aanvrager aantoont dat de aanvraag zo spoedig als dit redelijkerwijs verlangd kan worden is ingediend.

Hoofdstuk 2 JEUGDSPORT

Artikel 7 Criteria

  • 1.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie, bedraagt het aantal jeugdleden tenminste 15 en heeft de aanvragende sportvereniging ten tijde van de aanvraag ten minste drie achtereenvolgende jaren bestaan.

  • 2.

    Onder jeugdleden worden in deze verordening verstaan de contribuerende leden, die op 1 januari van het jaar, waarover subsidie wordt verleend, de leeftijd van 19 jaar nog niet hebben bereikt en die als amateur de sport beoefenen.

  • 3.

    Een sportvereniging die meer dan één tak van sport beoefent en uit dien hoofde min of meer afzonderlijke afdelingen heeft, komt ook voor deze meerdere afdelingen in aanmerking voor subsidie, met dien verstande dat voor ieder jeugdlid slechts eenmaal subsidie wordt verleend.

  • 4.

    Voor subsidie komen alleen in aanmerking die jeugdleden die op 1 januari van het jaar waarvoor subsidie wordt gevraagd, lid zijn van de aanvragende sportvereniging.

Artikel 8 Subsidieaanvraag

Een aanvraag om subsidie wordt ingediend voor 1 juni van het jaar waarover de subsidie wordt gevraagd.

Artikel 9 Over te leggen bescheiden

Een aanvraag om subsidie gaat vergezeld van een door het bestuur van de sportvereniging ondertekende lijst die de namen, voornamen, geboortedata en adressen van de jeugdleden als bedoeld in artikel 7, lid 2 bevat.

Artikel 10 Subsidiebedrag

Voor elk in aanmerking komend jeugdlid wordt een subsidie verleend van € 7.

Hoofdstuk 3 KADER- EN LEIDERSCURSUSWERK

Artikel 11 Criteria

Aan een sportvereniging, waarvan een of meerdere leden deelnemen aan kader- of leiderscursussen kan subsidie worden verleend in de kosten van lesgeld, aanschaffing van studieboeken en reiskosten.

Artikel 12 Subsidiebedrag

De subsidie bedraagt 75% van de in artikel 11 bedoelde kosten tot een maximum van € 120 per deelnemer.

Artikel 13 Verplichtingen

Het bestuur van een sportvereniging doet aan burgemeester en wethouders desgevraagd mededeling van de aanvang, de afronding of vroegtijdige afbreking van een kader- of leiderscursus.

Hoofdstuk 4 BIJZONDERE ACTIVITEITEN

Artikel 14 Criteria

Aan een (sport)vereniging, organisatie of groep van personen die activiteiten wil ontplooien met het doel de sport en de lichamelijke oefening in de ruimste zin van het woord te bevorderen en die naar het oordeel van burgemeester en wethouders een te zware belasting vormen voor het normale budget, kan door burgemeester en wethouders een subsidie worden verleend.

Artikel 15 Aanvraag

Een aanvraag wordt ten minste acht weken voordat de buitengewone uitgaven worden gedaan ingediend onder overlegging van de naar het oordeel van burgemeester en wethouders benodigde bescheiden.

Artikel 16 Verantwoording

Jaarlijks doen burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad mededeling van de subsidies die op dit onderdeel zijn verleend.

Hoofdstuk 5 ACCOMMODATIES

Artikel 17 Criteria

  • 1.

    Aan een sportvereniging kan een subsidie worden verleend in de kosten van investeringen in accommodaties die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de tak van sport.

  • 2.

    Het maximaal subsidiabele bedrag van de investering bedraagt € 150.000.

  • 3.

    Een investeringssubsidie kan bestaan uit:a. een bijdrage ineens tot ten hoogste 1/3 deel van de investering met een maximum van € 50.000;b. een borgstelling voor het resterende deel van de investering van maximaal 90% in het niet-gesubsidieerde deel van de investering.

  • 4.

    De maximale investeringssubsidie kan slechts een keer in een periode van tien jaren aan de aanvragende sportvereniging worden verleend.

  • 5.

    Om voor de in het eerste lid bedoelde subsidie in aanmerking te komen, wordt een aanvraag ingediend, onder opgave van:- een gespecificeerd overzicht van de kosten waaruit de aanneemsom, de totale kosten en de kosten van de eventuele geldlening blijkt;- een sluitende exploitatiebegroting waaruit blijkt dat de sportvereniging de uit de investering voortvloeiende lasten naar verwachting zal kunnen dragen.

  • 6.

    Besparingen door zelfwerkzaamheid tellen niet mee als kosten van de investering.

  • 7.

    Uitbetaling van de investeringssubsidie vindt plaats na overlegging van de op de investering betrekking hebbende facturen, nota’s of betalingsbewijzen.

Hoofdstuk 6 EXPLOITATIE

Artikel 18 Criteria

  • 1.

    Aan een sportvereniging die ten behoeve van de organisatie van de eigen verenigingsactiviteiten over een eigen sportaccommodatie beschikt, kan over enig jaar desgevraagd een exploitatiesubsidie worden verleend ten bedrage van 50% van de over dat jaar opgelegde aanslag onroerende zaakbelasting.

  • 2.

    Het subsidieverzoek als bedoeld in lid 1 moet onder overlegging van een kopie van de aanslag binnen vier weken na dagtekening van de aanslag bij de gemeente worden ingediend.

  • 3.

    De subsidie wordt ambtshalve verrekend met de opgelegde OZB aanslag.

Hoofdstuk 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 19 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt zes weken na de dag van bekendmaking in werking en werkt terug tot en met 1 januari 2004.

  • 2.

    De verordening, houdende regelen voor het verlenen van subsidies ten behoeve van de sport van 19 februari 1976 en sindsdien gewijzigd wordt ingetrokken.

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening sportsubsidies gemeente Appingedam.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering d.d. 7 juli 2004.De raad voornoemd,, voorzitter , griffier(E.A. Groot) (J.H.C. Stel)