Subsidieregeling Sport

1. Het college kan op aanvraag subsidie verstrekken voor de volgende projectmatige activiteiten op het gebied van sport en bewegen:

• a.

  Sportactiviteiten op nationaal en internationaal niveau die in Arnhem worden georganiseerd;

• b.

  Sportactiviteiten gericht op specifieke doelgroepen en aangepast sporten;

• c.

  Deelname van teams of individuele leden van Arnhemse sportverenigingen aan internationale wedstrijden;

• d.

  Het oprichten van een vereniging die in een bepaalde tak van sport in Arnhem nog niet bestaat.

2. Het college kan op aanvraag een boekjaarsubsidie verstrekken aan instellingen voor de extra kosten van een structureel aanbod op het gebied van aangepast sporten

3. In afwijking van artikel 3, lid 2, van de ASV kan het college een subsidie verstrekken aan individuen en groepsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid.

4. Alleen kosten die in redelijkheid direct verband houden met de activiteit worden in aanmerking genomen.

5. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet er sprake zijn van meerdere financieringsbronnen.

1. Het college stelt vóór ieder subsidiejaar het subsidieplafond vast.

2. Voor subsidieverstrekking op grond van art. 2, lid 2, is maximaal 30% van het op grond van het eerste lid vastgestelde bedrag beschikbaar.

1. Voor de indiening van een aanvraag dient gebruik gemaakt te worden van het door de gemeente te verstrekken aanvraagformulier.

2. Bij de aanvraag dient een begroting en een activiteitenplan te worden ingediend.

3. Indien de aanvrager een rechtspersoon is dient bij een eerste subsidieaanvraag tevens het Kamer van Koophandel nummer te worden overgelegd.

4. Een aanvraag dient minimaal 3 maanden vóór de start van de te subsidiëren activiteiten te worden ingediend. Dit betekent dat een aanvraag om subsidie op grond van art. 2 lid 2 vóór 1 oktober in het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd moet worden ingediend.

5. a. De aanvragen voor subsidie op grond van art. 2 lid 1 worden behandeld en beoordeeld in volgorde van binnenkomst, hierbij is de dagstempel van de gemeente bepalend. In geval de aanvraag niet alle gegevens bevat die ingevolge de wet, de ASV en deze regeling vereist zijn, wordt de aanvraag behandeld en beoordeeld op het moment dat alle gegevens zijn overgelegd, ook hierbij is de dagstempel van de gemeente bepalend.

• b.

  Indien op de dag van binnenkomst van een aanvraag meerdere aanvragen binnenkomen en het totale toe te kennen bedrag aan subsidie meer bedraagt dan het ex artikel 3 beschikbare bedrag, wordt laatstgenoemde bedrag verdeeld over de toe te kennen aanvragen naar rato van de hoogte van het aangevraagde bedrag aan subsidie.

6. Wordt een aanvraag niet binnen de termijn die in het vierde lid vermeld is ingediend dan kan deze buiten behandeling worden gelaten.

7. De beslissing op een aanvraag wordt uiterlijk binnen 3 maanden na binnenkomst van de aanvraag genomen. Het college maakt deze beslissing schriftelijk bekend aan de aanvrager binnen drie weken nadat zij is genomen.

1. Subsidie ingevolge art. 2, lid 1, wordt verstrekt tot maximaal het reële tekort in de begroting van de aanvrager en bedraagt maximaal 50% van de kosten van de activiteit(en) met een maximum van € 2.500.

2. Subsidie ingevolge art. 2, lid 2, wordt verstrekt tot maximaal het reële tekort in de begroting van de aanvrager en bedraagt maximaal 50% van de kosten met een maximum van € 5.000. Indien de totale som aan te verstrekken subsidie het subsidieplafond ex artikel 3 overschrijdt, worden de te verstrekken subsidiebedragen met het bedrag van overschrijding naar rato, op basis van het te verstrekken subsidiebedrag, verlaagd.

1. De subsidieverstrekking kan naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de wet genoemde gevallen in ieder geval geweigerd worden indien gegronde reden bestaat aan te nemen dat:

• a.

  de activiteiten van de aanvrager niet in voldoende mate in het algemeen gemeentelijk belang zijn;

• b.

  de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

• c.

  de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

• d.

  de aanvrager ook zonder subsidie over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

• e.

  de activiteiten blijkens de ingediende begroting een onvoldoende betrouwbare financiële basis hebben.

2. De subsidieverstrekking wordt geweigerd in geval de aanvraag niet aan het bepaalde in deze regeling voldoet