Regeling vervallen per 08-10-2014

Subsidieregeling Actief Meedoen

Geldend van 11-12-2008 t/m 07-10-2014

Intitulé

Subsidieregeling Actief Meedoen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Beleidskader: het beleidskader “Actief Meedoen” voor collectieve preventieve Geestelijke Gezondheidszorg, vrijwillige thuishulp en mantelzorg;

  • b.

    Geestelijke Gezondheids Zorg: betreft het bieden van hulp en/of begeleiding aan mensen van alle leeftijden met psychische beperkingen of stoornissen;

  • c.

    Collectieve GGZ preventie: activiteiten vanuit de gezondheidszorg om ernstige psychische problemen te voorkomen dan wel vroeg op te sporen, gericht op de gehele bevolking of bepaalde doelgroepen;

  • d.

    Mantelzorg: zorg waarbij het gaat om "meer dan gebruikelijke zorg" die gedurende minimaal 6 weken en voor minimaal 8 uur in de week geboden wordt. De zorg richt zich op algemene dagelijkse levensbehoeften zoals wassen, aankleden, eten en drinken en huishouden. Daarnaast gaat het om begeleiden van mensen met verstandelijke of psychische beperking en om emotionele steun aan chronisch zieken en personen in de terminale fase;

  • e.

    Vrijwillige thuishulp: hulp die verleend wordt door vrijwilligers. Het kan gaan bijvoorbeeld om tuinonderhoud, boodschappen, hulp bij invullen van formulieren, behangen, klusjes in huis, adviezen, vervoer, organiseren van welzijnsactiviteiten;

  • f.

    Vernieuwingsproject: een met gebruikmaking van de subsidie in projectvorm te leveren product, prestatie of dienst die qua inhoud, aanpak of werkwijze nieuw en of vernieuwend is voor het betreffende beleidsterrein.

  • g.

    Instelling: een organisatie die rechtspersoonlijkheid bezit en die zich ten doel stelt om zonder winstoogmerk activiteiten te verrichten ten behoeve van de ingezetenen van de gemeente Arnhem;

  • h.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem;

  • i.

    De wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Subsidiëring

  • 1. Het college kan subsidie verstrekken aan instellingen ten behoeve van vernieuwingsprojecten die passen binnen het beleidskader.

  • 2. Om voor subsidie in aanmerking te komen dient de instelling gedurende minimaal 2 jaar voorafgaand aan de indiening van de aanvraag actief te zijn op het gebied van “wonen, welzijn of zorg”, zoals bedoeld in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning.

  • 3. Het subsidie wordt verleend ten behoeve van een project van maximaal 2 jaar.

Artikel 3Subsidieplafond

Het college stelt jaarlijks vóór 1 januari van het betreffende subsidiejaar het subsidieplafond voor dat jaar vast.

Artikel 4 Aanvraag

  • 1. De aanvragen worden behandeld en beoordeeld in volgorde van binnenkomst, hierbij is de dagstempel van de gemeente bepalend. In geval de aanvraag niet alle gegevens bevat die ingevolge de wet en de Algemene Subsidieverordening Arnhem 2002 vereist zijn, wordt de aanvraag behandeld en beoordeeld op het moment dat alle gegevens zijn overgelegd, ook hierbij is de dagstempel van de gemeente bepalend.

  • 2. Indien op de dag van binnenkomst van een aanvraag meerdere aanvragen binnenkomen en het totale toe te kennen bedrag aan subsidie meer bedraagt dan het ex artikel 3 beschikbare bedrag, wordt laatstgenoemde bedrag verdeeld over de toe te kennen aanvragen naar rato van de hoogte van het aangevraagde bedrag aan subsidie.

  • 3. De aanvraag dient te worden ondersteund door een product begroting die sluitend is en waarbij een realistisch dekkingsplan zit. Bij deze begroting dient ook een kostenverdeelstaat overgelegd te worden, waaruit op inzichtelijke wijze de opbouw van de integrale kostprijs blijkt.

  • 4. Een aanvraag kan worden ingediend tussen 1 januari en 1 oktober.

  • 5. Aanvragen om subsidie voor vernieuwingsprojecten kunnen tot een maximum van € 50.000 per aanvraag worden gehonoreerd.

  • 6. De aanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de bij de aanvraag verstrekte gegevens.

  • 7. De beslissing op de subsidieaanvraag wordt uiterlijk binnen 3 maanden na binnenkomst van de aanvraag, genomen. Het college maakt deze beslissing schriftelijk bekend aan de aanvrager binnen drie weken nadat zij is genomen.

Artikel 5 Criteria

Een aanvraag dient te voldoen aan de criteria zoals die in het beleidskader staan vermeld:

  • a.

    Vraaggericht werken en vraagverheldering moet uitgangspunt zijn; duidelijk moet zijn op welke vragen de ondersteuning, activiteit of het project voor de Arnhemse burgers gebaseerd is. Dit moet onderbouwd zijn met cijfers en andere gegevens. Daarbinnen moet ook helder zijn dat er ruimte is voor vraagverheldering; wat is de vraag achter de vraag van de potentiële cliënt?;

  • b.

    Samenwerking met andere partners in de keten en daarmee ook kunnen aantonen dat er geen sprake is van overlap aan ondersteuning voor dezelfde doelgroep;

  • c.

    Inzet van ervaringsdeskundigheid en andere opgebouwde expertise, zoals onder meer voorlichting door de doelgroep, inzet van ervaringsdeskundigen in activiteiten of projecten en/of inzet en samenwerking met allochtone cliënten;

  • d.

    Wijk- of gebiedsgerichte inzet van mensen en middelen, zoals bijvoorbeeld voorlichting en signalering op specifieke locaties dicht bij de risicogroepen, outreachend werken binnen bepaalde delen van de stad of een wijk;

  • e.

    Gebruik van nieuwe communicatiemiddelen;

Bijvoorbeeld voorlichting en laagdrempelige (preventieve) ondersteuning (zelfhulp) via het internet, wijk TV of mobiele telefoons.

Artikel 6 Bevoorschotting

Op basis van een verleende subsidie kan door het college een voorschot van 100% worden verstrekt.

Artikel 7 Weigeringsgronden

De subsidieverstrekking kan naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de wet genoemde gevallen in ieder geval geweigerd worden indien gegronde reden bestaat aan te nemen dat:

  • a.

    de activiteiten van de aanvrager niet in voldoende mate in het algemeen gemeentelijk belang zijn;

  • b.

    de aanvrager ook zonder subsidie over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

  • c.

    de activiteiten zoals blijkt uit de ingediende begroting een onvoldoende betrouwbare financiële basis hebben;

  • d.

    de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

  • e.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

  • f.

    de activiteiten een politiek, godsdienstig of levensbeschouwelijk karakter hebben.

Artikel 8 Verplichting

Bij een besluit tot subsidieverlening wordt aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a.

    de subsidieontvanger verleent alle medewerking aan evaluatie en monitoring;

  • b.

    de subsidieontvanger meldt onmiddellijk iedere wijziging ten opzichte van de gegevens die bij de aanvraag zijn overgelegd.

Artikel 9 Afwijkingsmogelijkheid

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van een aanvrager afwijken van een of meerdere bepalingen van deze regeling.

Artikel 10 Evaluatie en monitoring

Deze regeling wordt aan het einde van het derde kwartaal van 2009 geëvalueerd.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Subsidieregeling “Actief Meedoen”.