Kader voor Vergunningverlening en Handhaving TT week

Geldend van 16-03-2019 t/m heden

Intitulé

Kader voor Vergunningverlening en Handhaving TT week

Inhoud

Glas en blik

Stegen

Leegstaande Panden

Raamverkoop Horeca

Horeca-alcoholvrij

Terrassen en Standplaatsen

Openingstijden

Muziek

Handhavingsstrategie

Glas en blik

Tijdens de TT week zijn duizenden mensen aanwezig in de binnenstad van Assen. De ervaring is, dat op grote schaal (al dan niet alcoholhoudende) drank wordt gebruikt. Dit wordt in de horeca en winkels gekocht, en gebruikt of meegenomen. Het gebruik beperkt zich niet tot de horeca-inrichting zelf. Ook op straat vindt drankgebruik plaats.

In het belang van de openbare orde en veiligheid is het noodzakelijk dat er een algeheel verbod geldt voor het verstrekken van consumpties in glas of blik. Het gebruik van glas en blik brengt veiligheids- en gezondheidsrisico’s met zich mee.

De burgemeester maakt daarom (wederom) gebruik van zijn bevoegdheid op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Assen om een gebied en tijdvak aan te wijzen waarvoor een glasverbod en een verkoopverbod van glas en blik voor het winkel- en slijtersbedrijf van kracht is. (artikel 2:30:2 en 2:30:3 APV)

De duur en de gebiedsomvang zijn zo beperkt als in het belang van de openbare orde en veiligheid noodzakelijk is. Het belang van de openbare orde is afgewogen tegen de belangen van hen die door toepassing van deze regelgeving worden getroffen.

De TT week activiteiten en de locaties waar deze plaatsvinden zijn aangegeven op een door de organisator van het festival, de Stichting TT Week (hierna te noemen: de stichting) in nauw overleg met de gemeente en het Kernteam Veiligheid opgesteld inrichtingsplan. Dat plan maakt ook deel uit van de aanvraag voor de evenementenvergunning.

Het gebied waarop de activiteiten plaatsvinden blijft een openbare plaats (openbare weg) als bedoeld in de APV Assen en is nadrukkelijk niet specifiek aangewezen als zogenoemd festivalterrein, als gevolg waarvan eventuele politie-inzet beperkt zou zijn.

Juridisch kader:

Aanwijsbesluit verkoopverbod: artikel 2:30:3 Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

Competentie: de burgemeester

Aanwijsbesluit meeneemverbod: art. 2:30:2 Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

Competentie: de burgemeester

De betreffende aanwijsbesluiten voor 2019 zijn voor de volledigheid bijgevoegd.

Stegen

In de nabijheid van verschillende horeca-inrichtingen liggen gangen en stegen. De meeste van deze gangen en stegen zijn vluchtwegen bij brand. In verband met de brandveiligheidsvoorschriften en in overleg met de brandweer zijn verkoopactiviteiten in de TT week in dergelijke gangen en stegen niet toegestaan. Vergunningen of ontheffingen daarvoor worden daarom, evenals in voorgaande jaren, niet verleend.

Juridisch kader:

Ontheffing: artikel 35 Drank- en Horecawet

Competentie: de burgemeester

Standplaatsvergunning artikel 5:18 APV jo 1:8 APV (weigeringsgronden)

Competentie: college

Leegstaande Panden

Het is niet toegestaan leegstaande panden tijdens de TT week tijdelijk te gebruiken als horeca-inrichting. Bij leegstaande panden beschikt de ondernemer niet over de vergunningen die nodig zijn om een horeca-inrichting te exploiteren (artikel 3 Drank- en Horecawet).

Leegstaande panden voldoen niet aan de eisen die gesteld worden aan horeca-inrichtingen die in het bezit zijn van de benodigde vergunningen. Ook komen de brandveiligheidseisen in het geding. Om die reden worden voor verkoopactiviteiten in en vanuit leegstaande panden geen vergunningen en/of ontheffingen verleend.

Juridisch kader:

Drank- en Horecavergunning artikel 3 Drank- en Horecawet

Exploitatievergunning artikel 2:28 APV jo 2:28:1 APV (weigeringsgronden)

Ontheffing artikel 35 van de Drank- en Horecawet

Competentie: de burgemeester

Raamverkoop Horeca

In voorgaande jaren tijdens de TT konden de horeca-inrichtingen (met een Drank- en Horecavergunning) die niet de beschikking hadden over een terras of waar besloten is i.v.m. de openbare orde géén tappunten toe te staan voor de inrichting, gebruik maken van ‘raamverkoop’. Dit werd mogelijk gemaakt door artikel 2:27 van de APV gemeente Assen. Aan de betreffende horeca-exploitanten werd het hierbij mogelijk gemaakt om tijdelijk hun ramen te verwijderen om van binnenuit zwak- alcoholhoudende drank via de verwijderde ramen te kunnen verstrekken.

Met de verzelfstandiging van de festivalorganisatie en de aanpassing van het vergunning- en precariostelsel gedurende de TT week, zoals is opgenomen in het vastgestelde ambitiedocument, blijft de bewuste APV-bepaling buiten toepassing. Dat betekent dat de ramen niet meer verwijderd mogen worden om zwak- alcoholhoudende drank te mogen verstrekken. In plaats daarvan kan gebruik gemaakt worden van de ontheffingsmogelijkheid van artikel 35 Drank- en Horecawet. Op grond daarvan kunnen de ondernemers, die voorheen een tijdelijk terras voor raamverkoop exploiteerden, ook in de nieuwe situatie zwak-alcoholhoudende drank verstrekken in de vorm van een tappunt (géén carrousel) voor de horeca-inrichting.

Evenals de terras- en standplaatsvergunningen zal de ontheffing als bedoeld in artikel 35 DHW tegelijk bij het verlenen van de evenementenvergunning aan de stichting worden meegenomen. De betreffende ondernemers kunnen dan bij de stichting terecht voor de ingebruikgeving van gemeentegrond voor de verkoop van alcoholhoudende dranken en/of foodproducten.

Aan de vergunning voor de stichting zijn voorschriften verbonden waaronder de stichting de exploitatie door de betreffende ondernemers kan toestaan.

Drank- en Horecawet

Artikel 3

Het is verboden zonder daartoe strekkende vergunning van de burgemeester het horecabedrijf of slijtersbedrijf uit te oefenen.

Artikel 35

De burgemeester kan ten aanzien van het verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank op aanvraag ontheffing verlenen van het in artikel 3 voor de uitoefening van het horecabedrijf gestelde verbod, bij een in de beschikking aangewezen bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen, mits de verstrekking geschiedt onder onmiddellijke leiding van een persoon die:

a. de leeftijd van eenentwintig jaar heeft bereikt;

b. niet in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

De naam van deze persoon staat op de ontheffing vermeld.

Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Juridisch kader:

Ontheffing: artikel 35 Drank- en Horecawet

Competentie: de burgemeester

Standplaatsvergunning artikel 5:18 APV

Competentie: college

Horeca-alcoholvrij

Cafetaria’s, broodjeshuizen, horeca-inrichtingen alcoholvrij, en dergelijke die in het bezit zijn van een exploitatievergunning mochten tijdens de TT week vanuit de ramen etenswaren en alcoholvrije dranken verkopen. De verkoop als zodanig is gelijk te stellen met de hiervoor besproken raamverkoop (onder punt 4) waarvoor een tijdelijk terrasvergunning op grond van 2:29:1 APV werd verleend.

Voor zover het gaat om verkoop buitende inrichting is de verkoop gelijk te stellen met de hiervoor genoemde raamverkoop. Ook voor die gevallen geldt dat de verkoop van food en alcoholvrije drank buiten de inrichting uitsluitend kan worden toegestaan via de stichting. De verkoop van alcoholvrije drank mag alleen in plastic/kartonnen bekers. De verkooptijden zijn conform de tijden zoals genoemd bij punt 7. Verkoop via het raam is dus niet langer toegestaan. Ramen mogen er niet uit worden gehaald.

Terrassen en Standplaatsen

In het adviesrapport “Perspectief voor het TT-Festival’ uit 2015 en daarop voortbouwende ‘Ambitiedocument Toekomst Festival Assen vanaf 2019’ dat op 22 januari 2019 door het college is vastgesteld, staat de verzelfstandiging van de festivalorganisatie, los van de gemeente, centraal. Daarmee in verband staat onder meer de ambitie het vergunning- en precariostelsel voor de festivalweek aan te passen en de festivalorganisatie in staat te stellen inkomsten te genereren via ingebruiksgevingsovereenkomsten met ondernemers die een terras, standplaats/tappunt/biercarrousel of kermisattractie exploiteren.

Het festival staat of valt met de bereidheid van vele betrokkenen om daarin te investeren, financieel en/of organisatorisch. Voor het behoud van draagvlak en motivatie is het van belang dat inspanningen en opbrengsten met elkaar in een aanvaardbaar evenwicht zijn. Daarin past niet de mogelijkheid dat ondernemers (soms grote) financiële voordelen genieten zonder dat daar een reële inspanning in werk of kosten ten dienste van het festival tegenover staat.

Tegen deze achtergrond is het gerechtvaardigd de vigerende (terras- en standplaats-) vergunningen en ontheffingen in te perken, in die zin dat de TT week wordt uitgezonderd van de rest van het jaar en onder een afzonderlijk regiem komt te vallen (een ‘52 min 1-regeling’).

Deze ambitie wordt gerealiseerd door de evenementenvergunning, inclusief terras- en standplaatsvergunning en ontheffing artikel 35 DHW, aan de stichting (als festivalorganisator) te verlenen en de voor de openbare dienst bestemde (gemeente)grond middels een concessieovereenkomst gedurende de TT week aan de stichting in gebruik te geven. Daarbij is het de stichting toegestaan de gemeentegrond aan ondernemers uit te geven voor het exploiteren van een terras, standplaats/biercarrousel/tappunt, kermisattractie of enig ander gebruik ten dienste van het TT Festival en daarvoor het tarief overeen te komen en te innen.

Langs de weg van de ingebruikgeving van de gronden (kavels) kan worden bepaald welke ondernemer tegen welke voorwaarden in de TT week een terras, biercarrousel/tappunt of standplaats, of kermisattractie kan exploiteren. Dit stelt de stichting in staat inkomsten te genereren.

Aan de concessieovereenkomst met de stichting is een aan de gemeente te vergoeden privaatrechtelijke vergoeding verbonden. Als gevolg van deze privaatrechtelijke vergoeding wordt aan de stichting op grond van artikel 4 van de Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2018, vrijstelling van de precariobelasting verleend.

Evenementenbeleid

Door de verzelfstandiging van de festivalorganisatie is er een gewijzigde situatie ontstaan. Zowel op privaatrechtelijk (ingebruikgeving) als bestuursrechtelijk (vergunningverlening) terrein.

Zoals hiervoor vermeld, is met de stichting een (meerjarige) concessieovereenkomst aangegaan. Daarbij is aan de stichting het recht verleend om voor eigen rekening en risico alle activiteiten te verrichten die verband houden met het in exploitatie brengen en houden van de TT week.

In die overeenkomst hebben de stichting en de gemeente hun intenties en ambities verband houdend met het voortbestaan van dit jaarlijkse grootschalige evenement en de daaruit voorvloeiende onderlinge rechtsverhoudingen vastgelegd. De gemeente heeft zich daarin overeenkomstig het vastgestelde ambitiedocument verbonden om de stichting als enige vergunninghouder voor de activiteiten tijdens de TT week in de binnenstad aan te merken en in staat te stellen de randvoorwaarden voor de uitvoering te bepalen door daarop afgestemde gemeentelijke vergunningverlening; de reguliere vergunningen voor terras exploitatie in de binnenstad en alles wat daarmee samenhangt gelden daarom niet tijdens de TT week.

Deze gebruiksbeperking gebeurt op grond van het aan de vigerende exploitatie- annex terrasvergunningen verbonden voorschrift dat als volgt luidt:

“Hoewel deze vergunning voor onbepaalde tijd geldt, kunnen in de toekomst feiten of omstandigheden ontstaan die het nodig maken deze vergunning in te trekken, aan te passen of te beperken. Als zich dit voordoet zullen wij u tijdig informeren. Bovendien kan op grond van overwegingen van openbare orde een meer direct ingrijpen nodig zijn’.

Dit bestuursrechtelijke aspect is vastgelegd in een afzonderlijke “Beleidsregel Vergunningen TT Week’.

In de communicatie/informatie richting huidige vergunninghouders is onder verwijzing naar het betreffende vergunningvoorschrift ook nadrukkelijk het accent gelegd op de gewijzigde feiten en omstandigheden als gevolg van de verzelfstandiging van het TT Festival. Voor het behoud van betrokkenheid en motivatie van ondernemers bij het TT Festival is het van belang dat sprake is van een evenwichtige verdeling van lusten en lasten. Tegen die achtergrond wordt het rechtvaardig, redelijk en billijk geoordeeld dat de geldigheid van de bestaande vergunning tijdens de TT week wordt beperkt, zoals vastgelegd in genoemde beleidsregel.

Voorschriften aan de terrasvergunning

In de voorschriften verbonden aan de reguliere exploitatievergunningen staat dat zonder vergunning van burgemeester en wethouders geen verkoop of tappunten, of andere opstallen, behalve tafels en stoelen, verplaatsbare terrasschotten, bloembakken en parasols, op een terras mogen worden geplaatst.

In het belang van de openbare orde en veiligheid dienen bij het toestaan van een tappunt gedurende de TT week, naast de voorschriften en voorwaarden die aan de evenementenvergunning en de concessieovereenkomst zijn verbonden, de volgende voorschriften in acht te worden genomen:

er dient een schriftelijke overeenkomst met de organisatoren TT week te zijn vastgelegd, waarbij deze tappunten in de totale vergunningaanvraag van de organisatie TT week zijn meegenomen;

het eventueel plaatsen van een tappunt is alleen mogelijk indien de horeca-exploitant de beschikking heeft over een Drank- en Horecavergunning.

het is mogelijk dat op grond van de openbare orde en veiligheid de plaats van het tappunt op het terras wordt aangewezen dan wel een tappunt op het terras wordt geweigerd.

de verschillende voorschriften dienen door de stichting aan de ondernemers met wie contracten worden afgesloten te worden opgelegd.

De stichting maakt een inrichtingstekening van het festival. Deze tekening wordt voorgelegd aan de gemeente, als vergunningverlener, die de tekening toetst mede op basis van het advies van het Kernteam Veiligheid.

Juridisch kader:

Exploitatievergunning: artikel 2:28 APV

Ontheffing: artikel 35 DHW

Competentie: de burgemeester

Standplaatsvergunning: artikel 5:18 APV

Competentie: college

Openingstijden

Gedurende de TT week zijn de reguliere sluitingstijden genoemd in de exploitatievergunningen van de Horeca-inrichtingen van toepassing. De tijden waarop horecabedrijven en de tappunten op de terrassen open mogen zijn, zijn als volgt:

Dag

Tappunt Terras

Woensdag 26 juni op donderdag 27 juni 2019

18.00 uur - 01.00 uur

Opbouw vanaf 16.00 uur

Donderdag 27 juni op vrijdag 28 juni 2019

18.00 uur - 03.00 uur

Opbouw vanaf 16.00 uur

Vrijdag 28 juni op zaterdag 29 juni 2019

18.00 uur - 04.00 uur

Opbouw vanaf 16.00 uur

Zaterdag 29 juni op zondag 30 juni 2019

18.00 uur - 04.00 uur

Opbouw vanaf 16.00 uur

Zondag 1 juli 2019 overdag

(tijdens de zgn. After party)

16.00 uur - 24.00 uur

Juridisch kader:

Sluitingstijd inrichting: artikel 2:29, lid 1 APV

Sluitingstijd terras: artikel 2:29, lid 3 APV

Competentie: de burgemeester

Muziek

Het is de horecaondernemer of standplaatshouder niet toegestaan enige vorm van muziek ten gehore te brengen in de openbare ruimte ter vermaak van het publiek op hun terras of vanuit hun biercarrousel en/of drankuitgiftepunt, tenzij dit met de stichting is overeengekomen.

Geluidsdragers inde inrichting mogen dan ook niet zodanig zijn opgesteld dat zij voornamelijk dienen ter vermaak van het publiek op het terras en de onmiddellijke omgeving.

Juridisch kader:

Artikel 4:2, lid 5 APV

Competentie: college

Handhavingsstrategie

Bij aan de stichting verleende evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25 van de APV en de gesloten concessieovereenkomst worden of zijn aan de stichting de nodige voorschriften respectievelijk voorwaarden opgelegd. De stichting is verplicht deze voorschriften en voorwaarden ook op te leggen aan de ondernemer met wie een gebruikersovereenkomst wordt aangegaan ten behoeve van het exploiteren van een terras, standplaats/biercarrousel, kermisattractie of enig ander gebruik.

De stichting is als vergunninghouder verantwoordelijk en aansprakelijk voor eventuele overtreding van die voorschriften en voorwaarden, ook ten aanzien van eventuele overtreding daarvan door haar contractanten.

Het voorgaande laat de mogelijkheid van de gemeente onverlet om gebruik te maken van haar publiekrechtelijke bevoegdheden met betrekking tot het toezicht en de handhaving van geldende wet- en regelgeving.

Ingeval van overtreding van wet- en regelgeving door niet-contractanten van de stichting treedt de gemeente rechtstreeks op.

Voor toezicht en handhaving tijdens de TT week hanteert het team Toezicht en Handhaving van de gemeente Assen een door het college nog vast te stellen richtlijn.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Assen

d.d. 5 februari 2019.

M.L.J. Out, burgemeester

T. Dijkstra, secretaris

Ondertekening