Beleidsregels handhaving overhangend groen gemeente Baarn

Geldend van 23-02-2016 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels handhaving overhangend groen gemeente Baarn

Collegebesluit

Onderwerp: Beleidsregels handhaving overhangend groen gemeente Baarn

Burgemeester en wethouders van de gemeente Baarn

besluiten:

Bijgevoegde beleidsregels “Handhaving overhangend groen gemeente Baarn” vast te stellen.

Baarn, 9 februari 2016

burgemeester en wethouders van Baarn,

secretaris burgemeester

Beleid 'Handhaving overhangend groen gemeente Baarn'

Vastgesteld in vergadering van burgemeester en wethouders van 9 februari 2016

Collegevoorstel 16CV000029

Artikel 1. Inleiding

Groen op en langs het trottoir of openbare weg is een must voor een leefbare groene omgeving. Groen kan echter ook overlast veroorzaken als bijvoorbeeld takken gaan overhangen en bepaalde verkeerssituaties daardoor onoverzichtelijk worden. Omdat de veiligheid van weggebruikers hiermee in het geding kan komen, gaat de gemeente Baarn strenger controleren op overhangend groen.

Veiligheid van de weggebruiker is de hoofdreden dat er wordt gehandhaafd op overhangend groen. Beplanting in tuinen mag het zicht op bijvoorbeeld kruispunten niet belemmeren, weggebruikers en voetgangers niet hinderen en geen gevaar veroorzaken. Ook is het van belang dat de openbare verlichting, verkeersborden en andere voor verkeersdeelnemers belangrijke aanwijzingsborden, niet achter het groen verdwijnen. Op grond van artikel 2:15 van de Algemeen plaatselijke verordening Baarn 2012 kan de gemeente Baarn eigenaren verzoeken om overhangend groen te snoeien en kan (zo nodig) in dat kader bestuursdwang worden toegepast.

In dit beleid zijn de criteria opgenomen waaraan kan worden getoetst of het overhangend groen zodanig hinderlijk is dat moet worden gesnoeid. Dit geeft duidelijkheid voor zowel de toezichthouders als voor de inwoners van Baarn.

Artikel 2. Algemeen uitgangspunt snoeien overhangend groen

Op grond van artikel 5:42 van het Burgerlijk Wetboek is het niet geoorloofd om bomen binnen een afstand van twee meter en heesters en heggen binnen een afstand van een halve meter van een erfgrens te hebben, tenzij de eigenaar van het naburige erf daarvoor toestemming heeft gegeven.

Artikel 2:15 van de Algemeen plaatselijke verordening Baarn 2012 verbiedt onder meer om beplanting aan te brengen of te hebben op een zodanige wijze dat aan het wegverkeer het vrije uitzicht wordt belemmerd of dat er op andere wijze voor het wegverkeer hinder of gevaar ontstaat.

Privé-groen moet door de eigenaar/gebruiker van een perceel tot op de erfgrens worden gesnoeid. Bij handhaving moeten enerzijds de regels strikt zijn ten behoeve van de duidelijkheid, anderzijds moet een redelijke afweging worden gemaakt tussen de ingreep en het resultaat. Om die reden wordt als algemeen uitgangspunt gehanteerd dat als er bij overhangend groen “voldoende ruimte” is voor weggebruikers en voetgangers om te passeren, het overhangend groen niet tot op de erfgrens hoeft te worden teruggesnoeid als dit tot gevolg heeft dat de boom, struik of plant onherstelbaar wordt beschadigd. Er is nooit sprake van “voldoende ruimte” bij trottoirs met een vrije doorgang van minder dan 1,10 meter.

Artikel 3. Grenzen aan groei

Ondanks artikel 5:42 uit het Burgerlijk Wetboek worden vooral heesters en heggen vaak op of direct tegen de erfgrens geplant. Grensoverschrijding is dan na enige jaren bijna niet te voorkomen. Aan de hand van de volgende criteria wordt beoordeeld of en zo ja tot hoever groen moet worden gesnoeid.

  • 3.1.

    Trottoirs (met een vrije doorgang van 1,10 meter breed of minder)

    Als hoofdregel geldt dat bij trottoirs met een vrije doorgang van 1,10 meter breed of minder gesnoeid moet worden tot aan de erfgrens. Dit ongeacht de gevolgen voor het groen.

  • 3.2.

    Trottoirs (met een vrije doorgang van 1,10 meter of meer)

    Bij trottoirs met een vrije doorgang van 1,10 meter breed of meer moet er in principe worden gesnoeid tot aan de erfgrens. Indien er geen sprake is van gevaar of hinder zal niet actief handhavend worden opgetreden. De eigenaar/gebruiker zal in dat geval verzocht worden om het overhangend groen wel te snoeien, met als redenen dat het trottoir een openbare functie heeft en het trottoir geen verlengstuk is van de tuin.

  • 3.3.

    Hoge bomen

    Takken die hoger dan 2,20 meter boven het trottoir hangen worden ongemoeid gelaten. Lagere takken moeten worden gesnoeid tot aan de erfgrens. Dit betekent dat een trottoir (ongeachte de breedte) altijd een vrije hoogte moet hebben van 2,20 meter. Boven de rijweg moet tenminste een doorrijhoogte van 4 meter worden aangehouden.

  • 3.4.

    Straatnaambordjes/verkeersborden/straatverlichting

    Het is voor hulpdiensten, maar ook voor verkeersdeelnemers die de weg zoeken, van belang dat straatnaam-bordjes duidelijk zichtbaar zijn. In verband met de verkeersveiligheid is het daarnaast ook van belang dat verkeersborden duidelijk zichtbaar zijn. Ook voor straatverlichting is het in verband met de veiligheid van belang dat deze goed kunnen schijnen.

    Om die redenen moet groen dat het zicht op een straatnaambordje en/of een verkeersbord belemmert altijd zodanig worden gesnoeid dat ze volledig zichtbaar zijn. Ook groen dat het uitschijnen van straatverlichting belemmert moet altijd volledig weg worden gesnoeid.

Artikel 4. Procedure toezicht en handhaving

Tijdens hun dagelijkse surveillance in de wijken zal zowel door de Buitengewoon opsporingsambtenaren als door de medewerker Groenbeheer worden gecontroleerd of er sprake is van hinderlijk overhangend groen. De eigenaar/gebruiker van een perceel waar sprake is van hinderlijk overhangend groen, zal in eerste instantie door middel van een korte brief van de medewerker Groenbeheer verzocht worden om het betreffende groen binnen drie weken terug te snoeien.

Uit ervaring van voorgaande jaren is duidelijk geworden dat het merendeel van de eigenaren, na ontvangst van de brief, de snoeiwerkzaamheden snel uitvoert. Na de gegeven termijn van drie weken vindt vervolgens een nacontrole plaats. Als uit de nacontrole blijkt dat de snoeiwerkzaamheden nog niet hebben plaatsgevonden, geeft de controlerend medewerker dit schriftelijk/per e-mail door aan één van de juridisch medewerkers van het team toezicht & handhaving. De juridisch medewerker stelt vervolgens een vooraankondiging opleggen van een last onder bestuursdwang op en stelt de eigenaar/gebruiker van het bewuste perceel in de gelegenheid om formele toepassing van bestuursdwang te voorkomen door alsnog binnen twee weken de snoeiwerkzaamheden uit te voeren.

Als uit de nacontrole blijkt dat de snoeiwerkzaamheden opnieuw niet zijn uitgevoerd, zal de eigenaar/gebruiker met een last onder bestuursdwang worden aangeschreven. De in de last op te nemen begunstigingstermijn zal ook twee weken bedragen. Als daadwerkelijk bestuursdwang wordt toegepast, zullen de kosten daarvan op de overtreder verhaald worden.

Artikel 5. Vaststelling en inwerkingtreding

De nota Beleid handhaving overhangend groen gemeente Baarn wordt vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en treedt in werking op de dag na die van (elektronische) bekendmaking.

Artikel 6. Communicatie

Na de inwerkingtreding van deze beleidsnota , zullen de inwoners van Baarn jaarlijks regelmatig actief over dit beleid worden geïnformeerd via de gemeenterubriek in de plaatselijke krant en via de sociale media.

Ondertekening

College van burgemeester en wethouders gemeente Baarn

Namens deze,

gemeentesecretaris burgemeester