Regeling vervallen per 01-03-2022

Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld

Geldend van 29-12-2017 t/m 28-02-2022

Intitulé

Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barneveld;

gelet op de bepalingen van de Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld;

overwegende dat het in het belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen wenselijk is nadere regels te stellen omtrent de dagen, tijden, plaatsen en wijze waarop afvalstoffen kunnen worden overgedragen of ter inzameling aangeboden aan de bij dit besluit aan te wijzen inzameldienst en andere inzamelaars, als bedoeld in de Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld;

overwegende dat het in het belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen en de bescherming van het milieu voorts wenselijk is regels te stellen aan het gebruik en beheer van namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen;

overwegende dat deze aspecten van overeenkomstige toepassing zijn op andere categorieën afvalstoffen dan huishoudelijke afvalstoffen, die aan genoemde inzameldienst kunnen worden overgedragen of ter inzameling worden aangeboden, en welke in onderhavig uitvoeringsbesluit als zodanig zijn genoemd;

besluit:

  • I.

    In te trekken het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Barneveld van 1 april 2006;

  • II.

    Vast te stellen het volgende Uitvoeringsbesluit op grond van de Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In dit uitvoeringsbesluit wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:

  • a.

    verordening: Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld;

  • b.

    inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, zoals genoemd in de verordening ten behoeve van één huishouden. Hieronder vallen in ieder geval de minicontainers in verschillende kleuren en/of gekleurde deksels.

  • c.

    inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, zoals genoemd in de verordening, ten behoeve van meerdere huishoudens.

Artikel 2. Aanwijzing inzamelende instantie

  • 1. Op grond van artikel 6, eerste lid, van de verordening wordt als inzameldienst aangewezen de afdeling Beheer Openbare Ruimte van de gemeente Barneveld.

  • 2. Op grond van artikel 6, tweede lid, van de verordening worden als andere inzamelaars aangewezen: in de gemeente Barneveld gevestigde kerken, scholen en/of verenigingen die werkzaam zijn met een sociale, culturele of sportieve doelstelling, voor de inzameling van oud papier en karton dat afkomstig is uit huishoudens.

  • 3. De inzamelaars genoemd in lid 2 van dit artikel moeten voldoen aan de in dit lid gestelde voorwaarden:

    • a.

      het ingezamelde oud papier mag uitsluitend afkomstig zijn van particuliere huishoudens uit de gemeente Barneveld.

    • b.

      het papier mag uitsluitend worden ingezameld in bovengrondse inzamelcontainers op eigen terrein van de inzamelaar.

    • c.

      het ingezamelde oud papier mag uitsluitend worden overgedragen aan L. van Dijk Oud papier en metalen B.V. op de wijze en locatie zoals bepaald door dit bedrijf.

    • d.

      Het inzamelen van oud papier mag niet tot vervuiling leiden. De inzamelaar dient alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te treffen om vervuiling te voorkomen. Vervuiling ontstaan als gevolg van het inzamelen van oud papier, dient de inzamelaar zelf onmiddellijk op te ruimen.

    • e.

      Het papier dient bij aflevering droog te zijn.

    • f.

      Het afgeleverde papier mag geen stoffen of zaken bevatten die redelijkerwijs de bewerking er van tot opnieuw te gebruiken grondstof van goede kwaliteit, gemeten naar de eisen die aan voor hergebruik geschikt te maken oud papier kunnen worden gesteld, nadelig beïnvloeden.

  • 4. De inzamelaar bedoeld in lid 1 kan bij de inzameling van oud papier en karton gebruik maken van de ondersteuning door beladers die geleverd worden door in de gemeente gevestigde en door het college aangewezen kerkgenootschappen, verenigingen en instellingen. Hierbij moet aan de in dit lid gestelde voorwaarden worden voldaan:

    • a.

      de beschikbaar te stellen beladers hebben eenmalig de door de inzamelaar gegeven instructie gevolgd en zijn daarmee gecertificeerd;

    • b.

      deze certificering blijkt uit een door de inzamelaar verstrekte pas, waarop naam en datum instructie staan vermeld;

    • c.

      de belader dient bij de uitvoeringdoor de inzamelaar in bruikleen verstrekte veiligheidshes te dragen en is verplicht eigen veiligheidsschoenen te dragen.

    • d.

      de belader dient op de afgesproken inzameldag om 7.15 uur op de Gemeentewerf, Kallenbroekerweg 121 te 3771 DC Barneveld) aanwezig te zijn;

    • e.

      voor het inzetten van vrijwillige beladers ontvangen de in de gemeente gevestigde en door het college aangewezen kerkgenootschappen, verenigingen en instellingen een financiële vergoeding

    • f.

      wanneer aan een van de voorwaarden onder a tot en met d niet wordt voldaan vervalt de financiële vergoeding en wordt een eerste waarschuwing gegeven. Bij het herhaaldelijk niet naleven van de voorwaarden vervalt de mogelijkheid voor de aangewezen kerkgenootschappen, verenigingen en instellingen gebruikt te maken van de in dit lid genoemde beladers.

Artikel 3 Afzonderlijke inzameling

De volgende omschrijvingen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen worden op grond van artikel 7, tweede lid, van de verordening vastgesteld en afzonderlijk ingezameld:

  • a.

    groente-, fruit- en tuinafval (gft-afval):

    dat deel van de huishoudelijke afvalstoffen dat van organische oorsprong is, beperkt is van omvangen apart wordt ingezameld. Bedoeld worden loof, schillen en resten van groenten en fruit en aardappelen, gekookte etenswaren, brood, eierschalen, doppen van pinda's en nootjes, snijbloemen, gras, stro, bladeren, klein snoeiafval, resten van tuinplanten, kort gemaakte takken en composteerbare zakken en composteerbare verpakkingsmaterialen. Ten aanzien van dit laatste onderdeel wordt opgemerkt dat de zakken en verpakkingsmaterialen voorzien dienen te zijn vaneen kiemplantlogo met een nummer dat aangeeft dat het product voldoet aan de Europese norm voor composteerbare verpakkingen (NEN-EN 13432);

  • b.

    klein chemisch afval: huishoudelijke afvalstoffen zoals vermeld op de KCA-lijst van het ministerie van VROM;

  • c.

    glas: op kleur gescheiden eenmalige glasverpakkingen zoals flessen, potten en andere glazen verpakkingen;

  • d.

    vlak glas: glas dat gebruikt wordt in ramen, spiegels, deuren en kozijnen;

  • e.

    oud papier en karton: huishoudelijk oud papier en karton dat droog en schoon en niet vervuild is met andere afval fracties, zoals bijvoorbeeld kranten, tijdschriften, boeken, reclamedrukwerk schrijfpapier, enveloppen, eierdozen, kartonnen dozen, kartonnen en papieren verpakkingen;

  • f.

    PMD (plastic verpakkingsafval, metalen verpakkingen en drankenkartons): verpakkingen van plastic, metaal of drankenkartons zoals bedoeld in het kader van de Raamovereenkomst verpakkingen;

  • g.

    harde kunststoffen: kratten, kisten, emmers, speelgoed, tuinmeubelen, PVC-buizen en PVC-schroten, kledinghangers, gieters en plantenbakken;

  • h.

    textiel: kleding, lakens, dekens, handdoeken en dergelijke, schoeisels, grote lappen stof en gordijnen die schoon zijn, niet vervuild met andere afvalfracties en niet eerder gebruikt als bijvoorbeeld poets-of verflappen;

  • i.

    elektrische en elektronische apparatuur: de producten zoals genoemd in de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur;

  • j.

    bouw- en sloopafval: harde steenachtige materialen, zoals puin (schoon of vervuild), gasbeton, dakpannen, serviesgoed, sloophout (schoon of vervuild), dakleer en grind, pvc en isolatiematerialen;

  • k.

    A- en B-hout: schoon, gelakt of geverfd hout;

  • l.

    C-hout: hout dat is verduurzaamd dan wel geïmpregneerd, te herkennen aan groene of bruine kleur, zoals bielzen of tuinhout;

  • m.

    grof tuinafval: plantaardige of organische afvalstoffen door aard, samenstelling of omvang niet vallend onder gft-afval en vrijkomend bij de aanleg, het onderhoud of verwijdering van particulier groen, zoals grof loofafval en snoeihout;

  • n.

    asbest en asbesthoudend materiaal: afval waarin zich asbest bevindt;

  • o.

    grof huishoudelijk afval: huishoudelijk afval dat door afmeting of gewicht niet in een inzamelmiddel of via een inzamelvoorziening ter inzameling kan worden aangeboden, zoals inboedel, ijzer, elektrische of elektronische apparatuur en snoeihout. Onder grof huishoudelijk afval wordt niet verstaan bedrijfsafval,(boom)stronken, puin (schoon of vervuild), dakleer en grind, asbesthoudende stoffen, grond, zanden autobanden;

  • p.

    Expanded Polystyrene of Geëxpandeerd Polystyreen (piepschuim)

  • q.

    metalen: producten met als belangrijkste bestanddeel ferro en non-ferro;

  • r.

    autobanden: rubberen binnen- en/of buitenbanden afkomstig van particuliere autovoertuigen, ontdaan van de velg;

  • s.

    grond: grond die niet zichtbaar vermengd is met resten puin, kool, gas, hout, ijzer of asbest, en niet verontreinigd is op basis van het historisch gebruik van de locatie van herkomst of op basis van uitgevoerd milieukundig onderzoek (conform NEN 5740 of AP04). Onder deze categorie worden ook graszoden (afkomstig uit particuliere tuinen) ingenomen;

  • t.

    gips: gipskartonplaten;

  • u.

    dakleer en grind: dakbedekking materialen, ook wel genoemd dakleer, bestaand uit beplatingmateriaal van hout of kunststof, voorzien van een laag koolteer of bitumen. Dit is inclusief dakgrind, waaraan zich teer of bitumen bevindt;

  • v.

    frituurvet en -olie: oliën en vetten die gebruikt zijn om te frituren;

  • w.

    schoon puin: steenachtig materiaal zoals bakstenen, tegels, plavuizen, beton- en betonresten wat geen gips, grind, zand/grond (10%), gevaarlijk afval, asbest, eterniet en ander afval bevat;

  • x.

    kringloopgoederen: goederen afkomstig van huishoudens, als gedefinieerd in artikelen 2.20, 2.21 en 2.22 van de NEN-norm 5880;

  • y.

    kadavers: kadavers van kleine huisdieren en langs de weg aangetroffen (kleine) dieren;

  • z.

    huishoudelijk restafval: afval afkomstig uit particuliere huishoudens, dat overblijft na scheiding in andere deelstromengenoemd in artikel 3 van de verordening.

Artikel 4 Aanwijzing inzamelmiddelen en voorzieningen

Op grond van artikel 8, tweede lid, van de verordening worden de volgende inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen aangewezen:

  • a.

    voor restafval van huishoudens: grijze mini-containers met een inhoud van 140 of 240 liter of, indien deze niet zijn verstrekt, boven- of ondergrondse inzamelvoorziening;

  • b.

    voor GFT-afval van huishoudens die niet woonachtig zijn in de hoogbouw: een of meerdere groene minicontainers met een inhoud van 140 of 240 liter;

  • c.

    voor oud papier en karton:

    • 1.

      blauwe mini-container met een inhoud van 140 of 240 liter of,

    • 2.

      indien deze niet zijn verstrekt: boven- of ondergrondse inzamelvoorziening of,

    • 3.

      de inzamelvoorzieningen bij verenigingen, scholen en/of kerken als bedoeld in artikel 2 lid 2 van dit besluit.

  • d.

    voor glas: onder- of bovengrondse inzamelvoorzieningen;

  • e.

    voor textiel: boven- en ondergrondse inzamelvoorzieningen en inzamelzakken verspreidt door goede doelen die aan huis inzamelen;

  • f.

    voor plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankenkartons (PMD): grijze mini-containers met oranje deksel met een inhoud van 140 liter of 240 liter, PMD-inzamelzakken of boven- of ondergrondse inzamelvoorzieningen;

Artikel 5 Frequentie van inzamelen

  • 1. Huishoudelijk restafval wordt ten minste een maal per 4 weken ingezameld.

  • 2. Groente-, fruit- en tuinafval wordt ten minste eenmaal per 2 weken ingezameld in de periode maart tot en met november en ten minste eenmaal per 4 weken in de periode december tot en met februari.

  • 3. Oud papier en karton wordt ten minste een maal per maand ingezameld.

  • 4. PMD wordt ten minste een maal per 2 weken ingezameld in een inzamelmiddel of in PMD-inzamelzakken naast een inzamelvoorziening.

  • 5. De in de leden een en drie genoemde afvalstromen kunnen bij de hoogbouw naar behoefte naar een inzamelvoorziening worden gebracht.

Artikel 6 Bijzondere regels met betrekking tot inzamelmiddelen

  • 1.

    Bij het college kan een met redenen omkleed verzoek worden ingediend om een extra minicontainer in bruikleen ter beschikking te stellen en/of een in bruikleen ter beschikking gestelde minicontainer om te wisselen voor de kleinere dan wel grotere uitvoering, overeenkomstig het gestelde in artikel 4 van dit besluit.

  • 2.

    Er kan tussen 1 maart 2018 en 31 mei 2018 eenmalig kostenvrij voor worden gekozen een blauwe of grijze minicontainer in te leveren en de betreffende afvalstroom zelf weg te brengen naar een inzamelvoorziening of de oranje container in te leveren en het PMD aan te bieden in zakken op een eveneens door de gemeente aan te wijzen inzamelplaats.

  • 3.

    Het college kan een verzoek als bedoeld in het eerste lid afwijzen, indien het college van mening is dat het verzoek onvoldoende gegrond is om af te wijken van de ten behoeve van een doelmatige inzameling door de gemeente in bruikleen ter beschikking gestelde inzamelmiddelen.

Artikel 7 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

  • 1. Krachtens artikel 14, vijfde lid, van de verordening stelt het college de volgende regels voor het gebruik van de van gemeentewege verstrekte inzamelmiddelen vast:

    • a.

      het beheer van de inzamelmiddelen die in bruikleen zijn verstrekt door of namens de gemeente, berust bij de Afdeling Beheer Openbare Ruimte van de gemeente Barneveld; de inzamelmiddelen blijven eigendom van de gemeente en worden bij normale slijtage voor haar rekening technisch onderhouden;

    • b.

      de afdeling Beheer openbare Ruimte is bevoegd om de container te voorzien van een sticker en chip waarop het adres staat vermeld.

    • c.

      de door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen behoren bij de woning;

    • d.

      de gebruiker van een perceel dient zich tot de afdeling Beheer Openbare Ruimte te wenden indien bij een verhuizing naar een perceel geen of een kapot door of namens de gemeente verstrekt inzamelmiddel wordt aangetroffen of bij verdwijning, vermissing of beschadiging van een door of namens de gemeente verstrekt inzamelmiddel;

    • e.

      de gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen als ware dezen zijn eigendom;

    • f.

      de gebruiker is verplicht de inzamelmiddelen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaakt;

  • 2. Krachtens artikel 14, derde, vierde en vijfde lid, van de verordening stelt het college de volgende regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden:

    • a.

      het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in containers dient ordelijk te geschieden zodanig dat het voetgangers- en overige verkeer niet wordt gehinderd. Hierbij moeten de aanwijzingen van de inzameldienst worden opgevolgd;

    • b.

      de aangewezen aanbiedplaatsen voor het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen worden binnen de bebouwde kom gemarkeerd. Wanneer de gemarkeerde aanbiedplaats ontbreekt moet het inzamelmiddel worden geplaatst op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de openbare weg,

    • c.

      bij het vaststellen van de aanbiedplaatsen streeft het college er naar de afstand van het betreffende woonhuis tot de aanbiedplaats, voor zover deze binnen de bebouwde kom zijn gelegen, niet meer als 200 meter te laten zijn. Wanneer gekozen wordt voor het zelf wegbrengen van huishoudelijk afval als bedoeld in artikel 6 lid 2 kan de afstand naar de aanbiedplaats (veel) groter zijn.

    • d.

      voor woonhuisaansluitingen buiten de bebouwde kom geldt dat de aanbiedplaats bij voorkeur aan de meest dichtbij zijnde gemeentelijke weg worden gesitueerd.

    • e.

      wanneer de afstand van een woonhuisaansluiting tot de meest dichtbij gelegen openbare weg meer dan 200 meter bedraagt zal de inzameling zo mogelijk nabij het woonhuis plaatsvinden.

    • f.

      indien het inzamelvoertuig een particuliere weg moet berijden om te kunnen voldoen aan artikel 9 van de Verordening zal deze particuliere weg in dusdanige staat moeten zijn dat een volledig beladen inzamelvoertuig deze kan berijden zonder de constructie van de weg te beschadigen of wel dat het inzamelvoertuig beschadigd kan worden.

    • g.

      wanneer de weg zoals bedoeld onder sub f niet aan de eisen voldoet die voor het berijden met een inzamelvoertuig aan zo’n weg mogen worden gesteld, zal de eigenaar of eigenaren van deze weg deze ten genoegen van het college herstellen. Indien hieraan na eerste aanschrijving niet wordt voldaan, vervalt de inzameling bij percelen langs deze weg en die welke alleen via deze weg zijn te bereiken. Echter, de verplichting van de betreffende inwoners om hun huishoudelijk afval aan de gemeentelijke inzameldienst of aan de door het college aangewezen inzamelaar aan te bieden, vervalt niet.

    • h.

      indien inzameling van het huishoudelijk afval bij de woning moet plaatsvinden, dient het erf rondom deze woning zodanig vorm te zijn gegeven dat met het inzamelvoertuig veilig kan worden ingezameld en gemanoeuvreerd zodat de kans op schade en ongevallen zo klein mogelijk is.

    • i.

      Het is verboden om nabij inzamelvoorzieningen en op of nabij als container aanbiedplaats duidelijk herkenbaar gemarkeerde plaatsen, voorwerpen te plaatsen of activiteiten te ondernemen die een doelmatige inzameling van afvalstoffen belemmeren.

    • j.

      inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen dienen goed gesloten te zijn en moeten na gebruik goed gesloten worden;

    • k.

      uit de inzamelmiddelen en de inzamelvoorzieningen mag geen huishoudelijk afval steken;

    • l.

      afvalstoffen welke ten onrechte of op een onjuiste wijze zijn aangeboden en welke na inzameling daardoor in de container zijn achtergebleven, dienen onverwijld door de aanbieder uit de container te worden verwijderd;

    • m.

      het gewicht van de hoeveelheid afvalstoffen en het eigen gewicht van de ter lediging aangeboden minicontainer mag in zijn totaliteit niet zwaarder zijn dan 75 kilogram.

    • n.

      tussen de inzamelmiddelen dient een ruimte van 30 cm vrijgelaten te worden.

Artikel 8. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

  • 1. Het college stelt op grond van artikel 19, eerste lid, van de verordening de volgende regels vast:

    • a.

      inzamelmiddelen moeten worden aangeboden voor 07.30 uur op de vastgestelde inzameldag zoals aangegeven in de afvalkalender of op de website en app van “Mijn afvalwijzer”;

    • b.

      inzamelmiddelen mogen, mits goed gesloten de avond voor de vastgestelde inzameldag vanaf 19.00 op de juiste wijze worden aangeboden;

    • c.

      de inzamelmiddelen moeten zo spoedig mogelijk na lediging door de inzameldienst, doch uiterlijk voor 22.00 uur van de vastgestelde inzameldag, van de openbare weg zijn verwijderd.

  • 2. De dagen en tijden dat afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden, worden bekendgemaakt via de jaarlijkse afvalkalender, dan wel via de app en website “mijn afvalwijzer”.

Artikel 9. Nadere regels omtrent inzamelvoorziening ten behoeve van meerdere huishoudens.

  • 1. Huishoudelijk afval dient bij gebruik van een verzamelcontainer in een gesloten zak in de verzamelcontainer te worden gedeponeerd.

  • 2. Een verzamelcontainer dient na gebruik door de gebruiker te worden gesloten.

  • 3. Indien de inzamelcontainer niet functioneert, meldt de gebruiker dit zo spoedig mogelijk bij de gemeente. De afdeling Beheer Openbare Ruimte zal ervoor zorgdragen dat er binnen 1 werkdag een functionerende inzamelvoorziening voor deze groep gebruikers beschikbaar is.

  • 4. Het is verboden afval naast of op de inzamelvoorziening te plaatsen.

  • 5. Bij ondergrondse verzamelcontainers wordt door de inzameldienst aan de gebruiker een toegangssleutel en/of -pas verstrekt. Deze sleutel/pas blijft eigendom van de inzameldienst en dient bij verhuizing te worden achtergelaten in de woning.

Artikel 10 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen op een afvalbrengdepot

  • 1. De Milieustraat De Otelaar, aan de Otelaarseweg 9 in Barneveld wordt aangewezen als afvalbrengdepot als bedoeld in artikel 8, eerste lid sub d van de verordening, voor het gescheiden achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de verordening.

  • 2. Huishoudelijke afvalstoffen, inclusief grove huishoudelijke afvalstoffen, kunnen gratis op Milieustraat De Otelaar worden achtergelaten gedurende de openingstijden:

    • dinsdag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 16.00 uur

    • zaterdag van 8.00 tot 15.00 uur

  • 3. Indien deze dagen samenvallen met algemeen erkende feestdagen als bedoeld in artikel 3 van de Algemene termijnenwet is het afvabrengdepot gesloten gesloten. In het geval van onvoorziene of bijzondere omstandigheden, is het college van burgemeester en wethouders bevoegd van deze openingstijden af te wijken.

  • 4. Uitsluitend inwoners van de gemeente Barneveld kunnen afvalstoffen op dit afvalbrengdepot achterlaten.

  • 5. Degene die huishoudelijke afvalstoffen op de Milieustraat De Otelaar aanbiedt, dient een milieupas te overleggen. Elk woonadres waarvoor afvalstoffenheffing wordt betaald, heeft of krijgt de beschikking over een milieupas. Indien men niet meer over een milieupas beschikt kan men kan tegen betaling een nieuwe milieupas laten maken bij milieustraat De Otelaar. Aanvragen van een nieuwe pas kan door gebruik van een vastgesteld aanvraagformulier en na het tonen van een geldig legitimatiebewijs.

  • 6. De ontdoener van afvalstoffen moet zich bij of op een afvalbrengdepot (kunnen) legitimeren.

  • 7. De afvalstoffen dienen op grond van artikel 7 lid 2 op het afvalbrengdepot in de volgende bestanddelen te worden gescheiden en op de genoemde wijze te worden aangeboden:

    • a.

      klein chemisch afval;

    • b.

      verpakkingsglas;

    • c.

      vlak glas;

    • d.

      papier en karton;

    • e.

      PMD (plastic verpakkingsafval, metalen verpakkingen en drankenkartons);

    • f.

      textiel;

    • g.

      A- en B-hout

    • h.

      C-hout;

    • i.

      schoon puin;

    • j.

      vervuild puin;

    • k.

      grond;

    • l.

      gips;

    • m.

      grof tuinafval;

    • n.

      harde kunststoffen;

    • o.

      ferro

    • p.

      non-ferro;

    • q.

      asbest; max 100 kg per jaar verpakt aanbieden per aansluiting.

    • r.

      dakleer en grind;;

    • s.

      autobanden; per aansluiting maximaal 5 autobanden per jaar

    • t.

      afgedankte elektrische en elektronische apparatuur;

    • u.

      matrassen;

    • v.

      EPS piepschuim (EPS=Expanded Polystyrene of Geëxpandeerd Polystyreen)

    • w.

      grof huishoudelijk restafval

    • x.

      bouw en sloopafval: per aansluiting mag een kubieke meter per jaar worden gebracht

    • ij.

      kadavers.

  • 8. De in lid 7 genoemde categorieën van afvalstoffen dienen in de daarvoor bestemde bakken of op de daarvoor bestemde plaatsen te worden achtergelaten. Alle aanwijzingen van medewerkers van het afvalbrengdepot dienen stipt te worden opgevolgd.

  • 9. Asbest of asbesthoudend materiaal wordt alleen geaccepteerd indien dit in plastic is verpakt en is voorzien van speciaal daarvoor bestemde stickers.

  • 10. Klein chemisch afval mag uitsluitend worden aangeboden door dit persoonlijk af te geven aan een medewerker van het afvalbrengdepot.

  • 11. Wit- en bruingoed mag worden aangeboden door bedrijven die dit bij particulieren inzamelen.

Artikel 11 Nadere regels omtrent huishoudelijke afvalstoffen die zonder inzamelmiddel ter inzameling worden aangeboden als bedoeld in artikel 18 van de Verordening

  • 1. De inzameling van grof huishoudelijk- of tuinafval door de inzameldienst vindt plaats na afspraak met het klantencontactcentrum (KCC) of via de website www.barneveld.nl. Voor het aan huis laten ophalen van grof huishoudelijk- of tuinafval worden kosten in rekening gebracht.

  • 2. In het belang van een doelmatige inzameling van het grof huishoudelijk- of tuinafval kan het college bepalen dat het grof huishoudelijk afval overgedragen dient te worden op een door hen nader te bepalen plaats nabij de percelen.

  • 3. Voor het ophalen van klein chemisch afval kan een afspraak gemaakt worden met de klantcontactcentrum (kcc) of via de website www.barneveld.nl.

  • 4. Grof huishoudelijk afval of grof tuinafval mag bij het overdragen of het aanbieden geen groter volume hebben dan 3 m3.

  • 5. Kleinere stukken grof huishoudelijk afval of grof tuinafval moeten zoveel mogelijk in één of meer bundels samengedrukt en -gebonden worden overgedragen of aangeboden waarbij een bundel niet langer mag zijn dan 1,5 meter, niet breder dan 0,5 meter en niet zwaarder dan 25 kilogram.

Artikel 12. Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

De gebruiker van een perceel aan een openbare weg die door werkzaamheden tijdelijk niet voor inzamelvoertuigen toegankelijk is, moet het inzamelmiddel in de dichtstbijzijnde openbare weg die wel toegankelijk is voor de inzamelvoertuigen aanbieden.

Artikel 13. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

  • 1. Bedrijfsafvalstoffen die qua aard en samenstelling vergelijkbaar zijn met huishoudelijke afvalstoffen kunnen door de inzameldienst tezamen met huishoudelijke afvalstoffen afkomstig van huishoudens worden ingezameld.

  • 2. De inzameling dient plaats te vinden in overeenstemming met de regels van dit besluit.

Artikel 14. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

  • 1. Bedrijfsafvalstoffen kunnen aan een ander dan de inzameldienst worden aangeboden.

  • 2. De containers met bedrijfsafvalstoffen mogen op werkdagen van 7.00 uur tot 19.00 uur op de openbare weg worden aangeboden middels plaatsing aan de openbare weg. Gedurende de overige tijden dienen de containers met afval op het eigen terrein te worden geplaatst.

Artikel 15. Inwerkingtreding

Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking de dag na bekendmaking.

Artikel 16. Citeertitel

Dit uitvoeringsbesluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Barneveld.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 29 november 2017,

Burgemeester en wethouders voornoemd,

drs. D. Bakhuizen

Secretaris

dr. J.W.A. van Dijk

Burgemeester