Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland houdende regels omtrent de rechtspositie van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand (Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Berkelland 2016)

Geldend van 11-05-2019 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland houdende regels omtrent de rechtspositie van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand (Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Berkelland 2016)

Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand

Inhoudsopgave

  • Artikel 1 Begripsomschrijving

  • Artikel 2 Aanstelling

  • Artikel 3 Salaris

  • Artikel 4 Aanspraken bij ziekte

  • Artikel 5 Ontslag en schorsing

  • Artikel 6 Overige rechten en verplichtingen

  • Artikel 7 Plichtsverzuim

  • Artikel 8 Slotbepalingen

  • Artikel 9 Slotbepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan:

  • a.

    buitengewoon ambtenaar:

    de bezoldigd buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand, zoals bedoeld in het Reglement op de burgerlijke stand.

  • b.

    CAR/UWO:

    de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten en Uitwerkingsovereenkomst.

Artikel 2 Aanstelling

Lid 1

Aanstelling geschiedt in vaste dienst of in tijdelijke dienst voor bepaalde tijd.

Lid 2

Een aanstelling voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege.

Artikel 3 Salaris

Lid 1

De buitengewoon ambtenaar ontvangt een salaris in de vorm van een vergoeding per voltrokken huwelijk of geregistreerd partnerschap.

Lid 2

De vergoeding is gelijk aan viermaal het uurloon behorende bij het hoogste bedrag van schaal 8, bijlage IIa van de CAR/UWO, opgehoogd met het percentage van de vakantietoelage van artikel 6:3, tweede lid, van de CAR/UWO.

Lid 3

De vergoeding van het tweede lid, zonder de vakantietoelage, wordt opgehoogd met het percentage van de eindejaarsuitkering van artikel 3:6 van de CAR/UWO.

Lid 4

Ter compensatie van het niet genieten van het vakantieverlof als bedoeld in artikel 6:2 van de CAR/UWO, wordt een extra vergoeding toegekend ter hoogte van 8,6% van het totaal van de vergoedingen op basis van de voorgaande twee leden.

Lid 5

Artikel 3:11 van de CAR/UWO (toelage onregelmatige dienst) is van overeenkomstige toepassing. Als salaris wordt het totaal van de vergoedingen op basis van de voorgaande drie leden beschouwd.

Lid 6

Artikel 3:11 van de CAR/UWO (toelage onregelmatige dienst) is van overeenkomstige toepassing. Als salaris wordt het totaal van de vergoedingen op basis van de voorgaande drie leden beschouwd.

Artikel 4 Aanspraken bij ziekte

Lid 1

Bij ziekte van de buitengewoon ambtenaar jonger dan de AOW-gerechtigde leeftijd zijn de artikelen 7:1 tot en met 7:3 (definities, begeleiding en recht op salaris bij ziekte), 7:9 tot en met 7:14 (verplichtingen en sancties) en 7:19 tot en met 7:21 (samenloop doorbetaling salaris en uitkering) van de CAR/UWO van overeenkomstige toepassing.

Lid 2

Voor toepassing van lid 1 wordt onder salaris verstaan: het gemiddelde van het totaal aan vergoedingen bedoeld in artikel 3, over de 12 maanden onmiddellijk voorafgaande aan de eerste dag van ongeschiktheid van de buitengewoon ambtenaar. Voor zover de ambtenaar op deze datum zijn betrekking nog geen 12 maanden heeft vervuld, wordt gerekend met het bedrag dat hem gemiddeld per maand is toegekend over de periode waarin hij in dienst is.

Lid 3

Voor de toepassing van dit artikel wordt onder de eerste dag van ongeschiktheid van de buitengewoon ambtenaar verstaan: de dag waarop de ambtenaar is aangewezen om een huwelijk of geregistreerd partnerschap te voltrekken, waarvoor hij wegens ziekte is verhinderd.

Artikel 5 Ontslag en schorsing

Lid 1

Ontslag kan worden verleend overeenkomstig de artikelen 8:1 (op verzoek), 8:2 en 8:2a (bereiken AOW-gerechtigde leeftijd), 8:3 (wegens reorganisatie), 8:4 (wegens arbeidsongeschiktheid), 8:6 (wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid), 8:7 en 8:8 (overige ontslaggronden), 8:12 en 8:12:1 (van rechtswege en tussentijdse ontslag uit tijdelijke aanstelling) en 8:13 (als disciplinaire straf) van de CAR/UWO.

Lid 2

Schorsing van de buitengewoon ambtenaar vindt plaats overeenkomstig artikel 8:15:1 en 8:15:2 van de CAR/UWO.

Artikel 6 Overige rechten en verplichtingen

De artikelen 15:1, 15:1b tot en met 15:1g (verplichtingen rond integriteit), 15:1:12 (vergoeding van schade), 15:1:15 (beoordeling van de ambtenaar), 15:1:16 (uniform of dienstkleding), 15:1:19 (verbod betreden arbeidsterrein), 15:1:20 (infectieziekten), 3:21 (reis- en verblijfkosten), 15:1:23 tot en met 15:1:25 (vergoeden van schade) en 15:2 van de CAR/UWO zijn van overeenkomstige toepassing. Waarbij dit voor reiskosten bij dienstreizen wordt beperkt tot dienstreizen binnen de gemeentegrenzen.

Artikel 7 Plichtsverzuim

De buitengewoon ambtenaar die de hem opgelegde verplichtingen niet nakomt of zich overigens schuldig maakt aan plichtsverzuim, kan disciplinair worden gestraft, overeenkomstig hoofdstuk 16 van de CAR/UWO.

Artikel 8 Slotbepalingen

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

Artikel 9 Slotbepalingen

Lid 1

Deze regeling kan worden aangehaald als de Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Berkelland 2016.

Lid 2

De op 18 december 2007 vastgestelde Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Berkelland 2008, met ingang van de in het eerste lid van dit artikel genoemde datum in te trekken.

Ondertekening