Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet, IOAW, IOAZ Bloemendaal 2015

Geldend van 01-01-2015 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet, IOAW, IOAZ Bloemendaal 2015

De raad van de gemeente Bloemendaal;

gelezen het voorstel van het college van 7 oktober 2014;

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, artikel 47 van de Participatiewet en artikel 42 IOAW en IOAZ;

gezien het advies van de Commissie Samenleving van 12 november 2014;

overwegende dat het noodzakelijk is de wijze waarop personen betrokken worden bij de uitvoering van de wet bij verordening te regelen;

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet, IOAW, IOAZ Bloemendaal 2015

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. Deze verordening verstaat onder:

    a. cliënten: personen die een uitkering ontvangen op grond van de wet dan wel op grond van het minimabeleid van de gemeenten;

    b. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bloemendaal;

    c. IASZ: Intergemeentelijke afdeling sociale zaken;

    d. gemeenten: de gemeenten Bloemendaal, Haarlemmerliede en Spaarnwoude en Bloemendaal;

    e. gemeenteraden: de gemeenteraden van Bloemendaal, Haarlemmerliede en Spaarnwoude en Bloemendaal;

    f. gemeenschappelijke regeling: de Gemeenschappelijke regeling Samenwerking Sociale Zaken;

    g. vertegenwoordigers: vertegenwoordigers van belangenorganisaties van cliënten;

    h. wet: de Participatiewet of de Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ).

  • 2. Alle begrippen uit de wet, die ook in deze verordening voorkomen en niet in het eerste lid van dit artikel genoemd zijn, hebben dezelfde betekenis als bepaald in de wet.

Artikel 2 Cliëntenraad

  • 1. Het college stelt de cliëntenraad voor de cliëntenparticipatie binnen de gemeenten van de IASZ in.

  • 2. De cliëntenraad heeft tot doel de communicatie te bevorderen tussen de IASZ en haar cliënten.

Artikel 3 Taak

  • 1. De cliëntenraad heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over de dienstverlening en de beleidsterreinen die direct verband houden met of verwant zijn aan de wet.

  • 1. De cliëntenraad adviseert niet over individuele zaken of klachten.

Artikel 4 Benoeming en ontslag leden

  • 1. Het college (her)benoemt de leden van de cliëntenraad.

  • 2. De zittingsduur van de leden is behoudens tussentijds aftreden in beginsel maximaal 4 jaar, met een mogelijkheid van herbenoeming voor maximaal 4 jaar.

  • 3. Het lidmaatschap van de cliëntenraad wordt in principe beëindigd na afloop van decliëntrelatie, maar kan met maximaal een jaar worden voortgezet zolang nog niet in vervanging is voorzien.

  • 4. Het lidmaatschap eindigt met onmiddellijke ingang op het moment dat het lid daar zelf schriftelijk om verzoekt.

  • 5. De benoeming ter voorziening in een tussentijdse vacature geschiedt bij voorkeur binnen 2 maanden na het ontstaan van de vacature.

  • 6. Leden van het cliëntenraad kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van bestuursorganen van de gemeenten. Op het moment dat een lid onderdeel gaat uitmaken van of begint met het verrichten van werkzaamheden onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeenten eindigt zijn lidmaatschap van de cliëntenraad.

Artikel 5 Samenstelling

  • 1. De cliëntenraad vormt zoveel mogelijk een afspiegeling van het cliëntenbestand van de gemeenten en bestaat uit minimaal 4 leden en maximaal 12 leden.

  • 2. De leden van de cliëntenraad zijn qua leeftijd en diversiteit zoveel mogelijk een afspiegeling van de samenleving binnen het IASZ-gebied. Het college streeft ernaar ook jongeren of hun vertegenwoordigers zitting te laten nemen in de cliëntenraad.

  • 3. De cliëntenraad benoemt uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.

Artikel 6 Werkwijze

  • 1. Om te kunnen voldoen aan het in artikel 3, eerste lid gestelde wordt de cliëntenraad door de IASZ tijdig van tevoren geïnformeerd en/of om advies gevraagd.

  • 2. Ieder lid mag zowel mondeling als schriftelijk bij de voorzitter van de cliëntenraad voorstellen indienen.

  • 3. De cliëntenraad vergadert in beginsel 6 keer per jaar.

  • 4. De vergaderingen van de cliëntenraad worden in het openbaar gehouden.

  • 5. Indien over personen wordt beraadslaagd of over zaken waaromtrent een meerderheid van de aanwezig leden van de cliëntenraad dat wenst, wordt een besloten vergadering gehouden. In dat geval zijn de geheimhoudingsregels van de Gemeentewet van toepassing.

  • 6. De voorzitter draagt er zorg voor dat de oproepingen, spoedeisende zaken uitgezonderd, ten minste 10 dagen voor de te houden vergaderingen worden verzonden. Indien er sprake is van een spoedeisende zaak zal de voorzitter de leden inhoudelijk de argumenten betreffende het spoedeisende karakter mededelen.

  • 7. De oproeping vermeldt plaats, datum en uur van de vergadering alsmede de agenda.

  • 8. Tijdens de vergadering wordt geen besluit genomen als daarvoor niet ten minste de helft van het aantal zitting hebbende leden is opgekomen.

  • 9. Op verzoek van de voorzitter dan wel ten minste 1/3 deel van de leden kunnen leden van de colleges van de gemeenten, de gemeenteraadsleden van de gemeenten, functionarissen in dienst van de gemeenten en of andere deskundigen worden uitgenodigd voor het bijwonen van een vergadering of delen daarvan, hetzij bij de behandeling van bepaalde onderwerpen.

  • 10. Een besluitenlijst van de vergadering wordt binnen 2 weken na de vergadering verspreid. De notulen worden gelijktijdig met de oproepingen 10 dagen voor de te houden vergadering samen met de agenda toegestuurd. In de vergadering worden deze vastgesteld.

  • 11. De cliëntenraad brengt over de werkzaamheden jaarlijks een verslag uit binnen 4 maanden na het einde van het kalenderjaar waar het verslag betrekking op heeft. Dit verslag wordt ter kennis gebracht aan de colleges, de gemeenteraden en raadscommissies van de gemeenten.

Artikel 7 Faciliteiten

  • 1. Het college verschaft de cliëntenraad de fysieke faciliteiten die nodig zijn voor de uitoefening van haar taak.

  • 2. De cliëntenraad kan wanneer er middelen nodig zijn voor deskundigheidsbevordering een verzoek doen bij het college. Het college zal beoordelen of dit verzoek redelijk is.

  • 3. De leden van de cliëntenraad ontvangen een onkostenvergoeding per bijgewoonde vergadering.

  • 4. De hoogte van de onkostenvergoeding bedraagt € 28,- en wordt jaarlijks geïndexeerd met het prijsindexcijfer voor de gezinsconsumptie.

Artikel 8 Intrekken oude verordening

De Verordening cliëntenparticipatie WWB Bloemendaal 2012, zoals vastgesteld door de raad op 26 januari 2012, wordt ingetrokken.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2015.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet, IOAW, IOAZ Bloemendaal 2015 .

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Bloemendaal,
gehouden op 27 november 2014.
, voorzitter
, griffier
Gepubliceerd:
Datum inwerkingtreding : 1 januari 2015

Toelichting

Toelichting op de Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet, IOAW, IOAZ Bloemendaal 2015

Algemeen

De wettelijke basis voor de verordening is te vinden in de Gemeentewet, de Participatiewet, IOAW, IOAZ.

Het betreft hier de volgende artikelen:

Gemeentewet, artikel 150:

De raad stelt een verordening vast waarin regels worden gesteld met betrekking tot de wijze waarop ingezetenen en belanghebbende bij de voorbereiding van gemeentelijke beleid worden betrokken.

Dit biedt een algemene basis voor cliëntenparticipatie bij gemeenten.

Participatiewet, artikel 47:

De raad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid,

of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers:

  • a.

    vroegtijdig in staat worden gesteld gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen;

  • b.

    worden voorzien van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen;

  • c.

    deel kunnen nemen aan periodiek overleg;

  • d.

    onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;

  • e.

    worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie.

IOAW en IOAZ, artikel 42:

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de realisatie en vormgeving van cliëntenparticipatie bij de uitvoering van de wet, met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet.

Artikelsgewijs

Artikel 2 Cliëntenraad

In het eerste lid wordt aangegeven dat de cliëntenraad voor de gemeenten van de IASZ voortkomt uit

de wens om de cliëntenparticipatie voor alle gemeenten goed geregeld te hebben.

In het tweede lid volgt de doelstelling: Met één cliëntenraad voor alle gemeenten kan ervoor gezorgd worden dat de communicatie tussen de IASZ en de cliënten verbeterd wordt.

Voor de IASZ betekent dat het vergroten van het inzicht in de beleving en ervaring van haar cliënten over de dienstverlening van de IASZ en de kwaliteit van zijn producten;

voor de cliëntenraad betekent dat reageren op en adviseren over de dienstverlening enproducten van de IASZ.

Artikel 3 Taak

De advisering strekt zich uit tot de dienstverlening, de beleidsterreinen die direct verband houden met de Participatiewet, Ioaw en Ioaz en die daaraan verwant zijn voor zover zij althans de cliënten direct aangaan (zoals het minimabeleid). Het is niet de bedoeling dat de leden zich gaan bezighouden met bijvoorbeeld interne, organisatorische zaken. Beleidsterreinen buiten de Participatiewet om, maar die wel de positie van de cliënt kunnen beïnvloeden (bijvoorbeeld de Wmo) vallen buiten de reikwijdte van de gevraagde advisering.

Het is verder niet de bedoeling dat de cliëntenraad adviseert over individuele zaken en klachten. Wel kunnen meerdere klachten over hetzelfde onderwerp leiden tot een opmerking ter verbetering van de dienstverlening.

Artikel 4 Benoeming en ontslag leden

Omwille van de werkbaarheid zal het college van de gemeente Bloemendaal optredend namens alle gemeenten, de leden van de cliëntenraad benoemen. Het streven is om voor alle gemeenten een vertegenwoordiger in de cliëntenraad te benoemen. Omdat getracht wordt om voor alle gemeenten hetzelfde beleid te voeren, zullen de beleidsstukken waarover geadviseerd wordt voor alle gemeenten gelden. Hieraan doe niet af dat de diverse gemeenteraden vervolgens wel de mogelijkheid hebben om af te wijken.

De zittingsduur van de leden wordt in principe in tijd beperkt om een zekere doorstroming binnen de cliëntenraad te bewerkstelligen. Wel is er een mogelijkheid tot herbenoeming.

Het lidmaatschap wordt in principe beëindigd na afloop van de cliëntrelatie en bij (tussentijds) schriftelijk opzeggen.

Artikel 5 Samenstelling

De omvang en samenstelling van de cliëntenraad zal vooral bepaald worden door het aantal kandidaten dat zich aanmeldt. Gelet op de wens om een gelijke verhouding van vertegenwoordigers en cliënten te hebben bestaat een cliëntenraad uit minimaal 4 leden en maximaal 12 leden.

Artikel 6 Werkwijze

De gemeenten zijn er geen voorstander van dat de cliëntenraad pas participeert nadat het beleid is uitgewerkt en het college besloten heeft. Dan zou de participerende cliënt uitsluitend via het spreekrecht bij de raadscommissie nog invloed kunnen uitoefenen. De gemeenten kiezen ervoor dat de cliëntenraad tijdig in het beleidsproces wordt betrokken, voordat de colleges van de gemeenten zich hierover hebben uitgesproken. De vergaderingen van de cliëntenraad kunnen dan ook een informerend karakter hebben voor wat betreft beleidsvoornemens of wijzigingen, zodat in dat stadium al meegedacht kan worden.

Het ambtelijke stuk zal daarna eerst wordt besproken met het hoofd van de IASZ, alvorens hierover een officieel advies te vragen aan de cliëntenraad. De advisering kan overigens ook ongevraagd geschieden.

Dit artikel beschrijft ook de frequentie van het aantal vergaderingen van de cliëntenraad. Als er geen bespreekpunten zijn zal de frequentie minder zijn. Als vanwege de voortgang van beleidsstukken frequenter overleg noodzakelijk is moet dit mogelijk zijn.

De wijze van het uitschrijven van de vergadering is bij de voorzitter van de cliëntenraad neergelegd die vanuit zijn verantwoordelijkheid deze taak op zich neemt.

Vanuit de IASZ zal altijd een ambtelijk vertegenwoordiger uit de staf bij de vergaderingen zijn, m.u.v. de besloten bijeenkomsten.

Artikel 7 Faciliteiten

De cliëntenraad kan niet functioneren als deze niet beschikt over vergaderfaciliteiten. Die worden dan ook aangeboden. Tevens zal hij in de gelegenheid gesteld moeten worden om gebruik te maken van de repro-faciliteiten.

De leden van de cliëntenraad ontvangen ook een onkostenvergoeding per bijgewoonde vergadering van € 28,-. Deze vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd.

Het toekennen van een onkostenvergoeding heeft behalve een materiële ook een symbolische waarde: er wordt duidelijk gemaakt dat cliëntenparticipatie serieus wordt genomen. Daarbij moeten deze vergoedingen gekwalificeerd worden als onkostenvergoeding. Onkostenvergoedingen vormen namelijk geen inkomsten die in mindering gebracht dienen te worden op de uitkering. Aantoonbare meerkosten komen binnen redelijke grenzen ook voor vergoeding in aanmerking, zoals de telefoonkosten verbonden aan het telefoonnummer van de cliëntenraad.