Eilandsbesluit houdende algemene maatregelen van 11 maart 1994, no. 5 tot vaststelling van een leerplan voor de opleiding gehouden voor het examen hoofdbewakingsambtenaar

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

Eilandsbesluit houdende algemene maatregelen van 11 maart 1994, no. 5 tot vaststelling van een leerplan voor de opleiding gehouden voor het examen hoofdbewakingsambtenaar

Artikel 1

  • 1. De opleiding voor het examen hoofd-bewakingsambtenaar omvat de volgende drie onderdelen:

    onderdeel I:

    taal;

    onderdeel II:

    wetskennis;

    onderdeel III:

    sociale vaardigheden.

  • 2. De onderdelen genoemd in het eerste lid kunnen gezamelijk of apart plaatsvinden.

Artikel 2

Het onderdeel taal omvat de volgende vakken:

  • a.

    Nederlands;

  • b.

    Proces-verbaal;

  • c.

    Rapport;

  • d.

    Engels;

  • e.

    Spaans.

Artikel 3

Het onderdeel wetskennis omvat de volgende vakken:

  • f.

    Strafrecht;

  • g.

    Strafvordering;

  • h.

    Wegenverkeersverordening.

Artikel 4

  • 1. De vakken genoemd in artikel 2, onderdeel a, b en c worden uitsluitend schriftelijk en de overige vakken genoemd in artikel 2 en 3 uitsluitend mondeling geëxamineerd .

  • 2. In het vak genoemd in artikel 2, onderdeel h dient tenminste het cijfer 6 (zes) te worden behaald.

Artikel 5

Het leerplan voor het onderdeel sociale vaardigheden wordt bij eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen vastgesteld.

Artikel 6

De formulering van de omvang van de vereiste kennis en bedrevenheid van de kandidaat in elk vak, wordt als bijlage bij dit besluit gevoegd.

BIJLAGE BEHORENDE BIJ HET EILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN VAN MAART 1994 TOT VASTSTELLING VAN EEN LEERPLAN VOOR DE OPLEIDING GEHOUDEN VOOR HET EXAMEN HOOFD-BEWAKINGSAMBTENAAR.

SCHRIFTELIJKE EXAMENS:

Nederlands:

A. De beoordeling van de prestaties geschiedt:

  • 1.

    aan de hand van een door de kandidaat gemaakt rapport als bedoeld onder B:

    uit het gemaakte rapport moet blijken dat de kandidaat het Nederlands zonder storende taal- en stijlfouten kan weergeven;

  • 2.

    aan de hand van een door de kandidaat gemaakte invuloefening:

    uit de gemaakte invuloefening moet blijken dat de kandidaat de grammaticale regels van het Nederlands beheerst;

  • 3.

    aan de hand van een door de kandidaat gemaakte dictee:

    uit het gemaakte dictee moet blijken dat de kandidaat de in zijn werk gebruikelijke "vreemde woorden" en vaktermen beheerst. Elke zin van het dictee wordt eenmaal op normale snelheid en vervolgens op dicteesnelheid voorgelezen.

De duur van het examengedeelte genoemd onder 2 is 30 minuten. De duur van het examengedeelte genoemd onder 3 is 20 minuten.

Voor elk examengedeelte, genoemd onder l, 2 en 3, wordt een cijfer toegekend. Het voor het vak Nederlands toe te kennen cijfer wordt vervolgens berekend door de som van het voor elk examengedeelte toegekende cijfers te delen door drie.

B. Rapport terzake van een minder eenvoudig voorval:

De beoordeling van de prestaties geschiedt aan de hand van een door de kandidaat opgemaakt rapport betreffende een minder eenvoudig voorval waarmee een hoofdbewakingsambtenaar kan worden geconfronteerd.

De opgave dient in overeenstemming te zijn met de tot de leergang behorende onderwerpen.

De opgave omvat de duidelijke omschrijving van de gebeurtenis die aan het voorval ten grondslag ligt. De rapporteur moet blijk geven in staat te zijn op overzichtelijke en zakelijke wijze de gegevens te rapporteren die nodig zijn om een juist beeld te geven van het voorval en om - indien wenselijk - een nader onderzoek te kunnen instellen of inlichtingen aan derden te kunnen verstrekken. Uit het rapport moet tevens blijken dat de rapporteur de maatregelen nam, die in de gegeven omstandigheid van hem mochten worden verwacht.

De voor het opmaken van het rapport beschikbare tijd is 90 minuten.

C. Proces-verbaal betreffende een of meer strafbare feiten:

De beoordeling van de prestaties geschiedt aan de hand van een door de kandidaat opgemaakt proces-verbaal betreffende veel voorkomende eenvoudige overtredingen. De opgave dient in overeenstemming te zijn met de tot de leergang behorende onderwerpen. Deze opgave omvat duidelijke omschrijving van de gebeurtenis die aan de strafbare feiten ten grondslag ligt.

De verbalisant moet blijk geven in staat te zijn op overzichtelijke en zakelijke wijze de gegevens te relateren die nodig zijn om de rechter aan de hand van de inhoud van het proces-verbaal het bewijs te verschaffen dat de beklaagde de ten laste gelegde feiten heeft begaan. In het bijzonder dient te worden gelet op een juiste vermelding van tijd en plaats van de overtredingen en van de bestanddelen van de strafbare feiten. Waar nodig dienen de redenen van wetenschap van de waarnemingen te zijn vermeld.

De voor het opmaken van het proces-verbaal beschikbare tijd is 90 minuten.

MONDELINGE EXAMENS:

D. Engels:

De beoordeling van de prestatie geschiedt aan de hand van een gesprek met de kandidaat in het Engels en het door hem voorlezen van een in deze taal gesteld artikel. Bij de beoordeling hiervan worden de Engelse en Noord-Amerikaanse uitspraak als gelijkwaardig aangemerkt. Het gesprek kan slechts betrekking hebben op:

  • *

    het wijzen van de weg;

  • *

    het aanduiden van bezienswaardigheden;

  • *

    het geven van aanwijzingen ten aanzien van het verkeer, het beantwoorden van vragen betreffende de belangrijkste verkeersregels;

  • *

    het verschaffen van algemene inlichtingen aangaande hotelaccomodaties, toeristenbureau en andere belangrijke kantoren en winkels;

  • *

    het antwoorden op vragen aangaande souvenierwinkels, taxi's en toeristische bezienswaardigheden op het eiland ;

  • *

    het op een beleefde en correcte wijze de luchthavenbezoeker op diens fouten attenderen aangaande de bestaande regels op de luchthaven;

  • *

    het op een beleefde en correcte wijze de toerist op diens fouten wijzen met betrekking tot het wegverkeer, corrigeren of bekeuren;

  • *

    het op een beleefde en correcte wijze attenderen van eventuele problemen met passagiers en andere luchthavenbezoekers .

Bij examen in dit vak behoeft de kandidaat slechts elementaire kennis van het engels te demonstreren (engels voor beginners).

De duur van dit examen is 20 minuten.

E. Spaans.

De beoordeling van de prestaties geschiedt aan de hand van een gesprek met de kandidaat in het Spaans en het door deze voorlezen van een in deze taal gesteld artikel. Bij de beoordeling hiervan worden de Spaanse en Zuid-Amerikaanse uitspraak als gelijkwaardig aangemerkt. Het gesprek kan slechts betrekking hebben op:

  • *

    het wijzen van de weg;

  • *

    het aanduiden van bezienswaardigheden;

  • *

    het geven van aanwijzingen ten aanzien van het verkeer, het beantwoorden van vragen betreffende de belangrijkste verkeersregels;

  • *

    het verschaffen van algemene inlichtingen aangaande hotelaccomodaties, toeristenbureau en andere belangrijke kantoren en winkels;

  • *

    het antwoorden op vragen aangaande souvernierwinkels, taxi's en toeristische bezienswaardigheden op het eiland.

Bij examen in dit vak behoeft de kandidaat slechts elementaire kennis van het spaans te demonstreren (spaans voor beginners).

De duur van het examen is 20 minuten.

F. Strafrecht

De navolgende artikelen zullen worden behandeld. Bij het examen wordt een grondige kennis van alle genoemde artikelen verondersteld, met uitzondering van de artikelen waarvan de nummers tussen haakjes zijn gesteld, van welke artikelen een oppervlakkige kennis voldoende is.

De duur van het examen is 20 minuten.

Inleiding:

Art. 1 t/m 9 - 39 - 40 - 42 - 43.

Art. (51 ) , art. 54 - (57) .

Titel VII:

Art. (67) - 68 - 69.

Titel VIII:

Art. (70) - (71) - (72) - (76) Ie t/m 4e alinea - (77) - (78).

Art. 81 - 82 - (85) - (86a) - (87) - (88) - (90) -(95b) - 96 - 98 - (99) - (99a) - (101) - (125) - (131) - 137 - 138 - 144 - 145 - 147 - 147a - 148 - 149 - 150 - 153 - 158.

Titel VII:

Art. 163 - 164 - 165.

Titel VIII:

Art. 183 - 185 - 186 - 190 - 192 - 194 - 195 - 197 - 198.

Titel IX:

Art. 213 - (214) - (215) - (219).

Titel XII:

Art. 230.

Titel XIV:

Art. 244 - 248 - 250 - 251 - 252 - 253 - 255 - 257 – 263 - 265 - 273.

Titel XV:

Art. 276.

Titel XVI:

Art. 273 - 278 - (279) - 282.

Titel XVII:

Art. 285 - 292.

Titel XVIII:

Art. 295 - 296 - 285.

Titel XIV [bedoeld zal zijn: Titel XIX]:

Art. 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307.

Titel XX:

Art. 313 - 314 - 314a - 314b - 315 - 316.

Titel XXI:

Art. 320 - 321.

Titel XXII:

Art. 323 - 324 - 327 - 329 - 331.

Titel XXIV:

Art. 334 - 335.

Titel XXV:

Art. 339 - 339a.

Titel XVIII:

Art. 366 - 370 - 374a - 378 - 379 - 381 - (382) - 383- (386).

Titel XXX:

Art. 431 - (432a).

3e BOEK OVERTREDINGEN

Titel I:

Art. 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445 - 446 - 448 - 448a.

Titel II:

Art. 450 - 454 - 454a - 463 - 465 - 466.

Titel V: Art. 469.

Titel VI:

Art. 470 - 474 - (475) - (477).

Titel VII:

Art. 480 - 481 - 482 - 483.

G. Strafvordering:

De navolgende artikelen zullen worden behandeld. Bij het examen wordt een grondige kennis van alle genoemde artikelen verondersteld.

De duur van het examen is 20 minuten.

Inleiding:

Algemene bepalingen:

Art. 1, lid 1 en lid 2;

Art. 8 - 9 - 11 - 12 - 13 - 14 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20-21 - 23 - 24 - 27 - 29 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 -39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 48-bis, 1e lid - 49 - 49 bis, 49 ter - 50 - 50 bis, 50 ter, 50 quinquis, 50 sexies, 50a, 50b, 50c, 50d, 50e, 50f, 50g, 50h - 51 - 52 - 54b - 55 - 56 - 59 - 60 - 61 - 67 -68a - 69 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 85 - 86 - 87 -88 - 95 -97 - 99 - 100 - 104 - 106 - 116 - 127 - 129 -130 - 131 - 133 - 134 - 136 - 136 ter - 137 - 138 -140 - 146 - 147 - 138 - 149 - 150 - 155 - 157 - 164 -175 - 187 - 193 - 194 - 201 -203 - 210 - 213 - 213a -213b - 216 - 217 - 231 - 261 - 281 - 282 - 283 - 284 -290 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307.

P.B 1985 no. 170-rechterlijke organisatie.

Art. 1-2-3-4-5-7-8-9-12-13-14-22-23-27-45.

H. Wegenverkeersverordening Bonaire

De gehele Wegenverkeersverordening zal worden behandeld, alsmede het Besluit legestarieven voorzover betrekking hebbende op rijexamens en rijbewijzen. Bij het examen wordt een grondige kennis van alle bovengenoemde artikelen verondersteld, met uitzondering van de artikelen 12 t/m 15, 17, 18, 22 t/m 30, 34, 37, 123 en 124 waarvan de kandidaat slechts oppervlakkig kennis hoeft te dragen.

De duur van het examen is 20 minuten.