Gebiedsontwikkelingsprogramma De Monden

Geldend van 20-06-2018 t/m heden

Intitulé

Gebiedsontwikkelingsprogramma Leefgebied De Monden - met name Valthermond en 2e Exloërmond

Gebiedsontwikkelingsprogramma

Leefgebied De Monden - met name Valthermond en 2e Exloërmond

Inhoud

In dit gebiedsontwikkelingsprogramma worden na een korte inleiding de volgende onderwerpen beschreven.

  • -

    gemeentelijk leefgebiedenbeleid

  • -

    visie ontwikkeling leefgebied De Monden

  • -

    leefgebiedenbeleid en voorzieningen

  • -

    beleidsontwikkeling naar eigen verantwoordelijkheid, eigen kracht en eigen inzet

  • -

    analyse en onderzoek

  • -

    relatie woonvoorraad, bevolkingskrimp, sociale problematiek, woonomgeving

  • -

    oplossingsrichtingen

  • -

    uitvoeringsplan en aanzet voor vervolg

Afgesloten wordt met het beschrijven van een aantal algemene voorzieningen voor inwoners, een uitnodiging, en een suggestie voor een mogelijk vervolg.

De Monden - bijzonder landschap

De Monden heeft uitzonderlijke ruimtelijke en landschappelijke kwaliteiten. Een grote open ruimte, lange rechte lijnen, prachtige overgangen, licht, oneindige stilte. Een omgeving die je omringt met kwaliteiten die op veel plaatsen in Nederland niet meer te vinden zijn. Kijken ‘voorbij’ de horizon. Een landschap dat nog maar ruim honderd jaar geleden door mensenhanden werd gevormd. Dit bijzondere landschap heeft ook een andere kant - de sociale samenhang. De Monden kenmerkt zich namelijk ook door de lange lintdorpen. In dit geval acht en elf kilometer lang. Dit betekent dat de dorpen verschillende, heel ‘eigen’ buurten kennen. Om verschillende redenen is De Monden een uniek gebied, maar net als elders in Nederland worden er ook plannen gemaakt met en voor de mensen die er wonen. Dit gebiedsontwikkelingsprogramma bijvoorbeeld.

Hoe het begon en doel

Al in 2009/2010 werd met diverse actieve burgers en met verenigingen, begeleid door een bureau voor samenlevingsopbouw, een dorpsanalyse gemaakt voor 2e Exloërmond. Een jaar later volgde zo’n analyse voor Valthermond. Dit gebiedsontwikkelingsprogram-ma De Monden van de gemeente Borger-Odoorn en Woonservice, is eigenlijk begonnen met die analyses.

De afgelopen jaren is er financieel-economisch veel veranderd. Maar ook beleidsmatig: bij de gemeente en bij de woningcorporatie. Hoewel dit gebiedsontwikkelingsprogramma wat langer op zich heeft laten wachten is er in de tussentijd wel veel gedaan. Ook is er soms bewust gewacht, voor de verdere ontwikkeling of afronding van een bepaald project.

Het gebiedsontwikkelingsprogramma wil ontwikkelingen en activiteiten schetsen die van belang zijn voor De Monden. Bovendien wil het, ook op grond van vele gesprekken met inwoners en professionals en op grond van onderzoeken en een inspraakprocedure, aangeven wat de te verwachten ontwikkelingen en mogelijkheden zijn. Daarop is een gemeenschappelijke visie ontwikkeld voor het gebied. In dit programma gaat het daarbij niet om ruimtelijke ordening en bestemmingsplantechnische zaken maar vooral om wonen en welzijn in brede zin. Uit verschillende onderzoeken en analyses blijkt dat dit zaken zijn die aandacht verdienen in De Monden. Maar laten we daarbij vooral niet de positieve zaken in het gebied uit het oog verliezen. En waar dat kan die kwaliteiten verder benutten. Wonen en welzijn zijn aanvullende onderwerpen die niet nadrukkelijk uit de dorpsanalyses zijn gekomen. Soms zijn de onderwerpen in dit programma meer algemeen van aard, soms met concrete projecten, activiteiten en maatregelen. Dat is ook een doel van dit programma: laten zien wat er loopt en wie wat gaat doen. Het programma kan daarnaast continu worden aangevuld met nieuwe projecten.

Een door burgemeester en wethouders en door de directie van Woonservice vastgestelde versie van dit document zal ter informatie aan de gemeenteraad worden aangeboden.

Leefgebied De Monden

Ontwikkelingen. Eerst in algemene zin zoals ze voor de hele gemeente gelden. In 2012 heeft de gemeenteraad het leefgebiedenbeleid vastgesteld. Voor het toekennen, spreiden en delen van voorzieningen en voor het organiseren van activiteiten bijvoorbeeld. In elk leefgebied neemt een multifunctionele accommodatie (MFA) daarbij een centrale plaats in. Voor De Monden zorgde Woonservice gezamenlijk met de gemeente voor een heel nieuw Brughuus. De vier leefgebieden houden overigens niet op bij de gemeentegrens. Ieder gemeentelijk leefgebied heeft een natuurlijk ‘achterland’ buiten de gemeente. Een leefgebied is immers een gebied waarin de inwoners zich bewegen voor allerlei activiteiten van alledag: boodschappen, verenigingen, sporten, huisarts, enz.

Leefgebied De Monden wordt in onze gemeente gevormd door de volgende vijf dorpen. Valthermond (inwoneraantal op 1-1-2014: 3429), 2e Exloërmond (2382), 1e Exloërmond (373), 2e Valthermond (114) en Zandberg (44). Het natuurlijke achterland wordt gevormd door de regio Musselkanaal/Ter Apelkanaal.

Met 1e Exloërmond werd een Kern en kader maatwerktraject afgerond. Met een goed lopend dorpshuis en een goed functionerend dorpshuisbestuur is deze kern eigenlijk zelfvoorzienend. Ook daarom zal het in dit gebiedsontwikkelingsprogramma veelal gaan over Valthermond en 2e Exloërmond. De andere twee kleine kernen in dit leefgebied, 2e Valthermond en Zandberg, zijn voor veel voorzieningen natuurlijk aangewezen op de omliggende dorpen in óf buiten onze gemeente.

Visie

Een goede leef- en woonomgeving in de Monden. Die behouden en waar dat kan verbeteren. Daar willen gemeente en Woonservice zich voor inzetten. Ze accepteren daarbij de eigenheid van het gebied, zoals de kenmerken van de lange lintdorpen, de gebiedseigen sociale samenhang en de bevolkingskrimp. Zaken om met passende plannen te begeleiden. Met het accent om vooral samen met de inwoners te werken aan de fysieke en sociale samenhang. Voor iedere inwoner een éigen rol en een rol in het grotere geheel. Zo kan de eigen kracht tot z’n recht komen - voor mensen zelf, voor hen samen en dus voor De Monden.

Zo - op grond van die visie - kijken gemeente en corporatie, ook op grond van de eerder genoemde analyses, gesprekken, plannen en ontwikkelingen, naar het leefgebied De Monden. Met die blik wordt gekeken naar plannen, activiteiten en initiatieven. Het is de al bijna spreekwoordelijke stip op de horizon om gezamenlijk - inwoners, verenigingen, corporatie en gemeente - in samenwerking met andere organisaties - naar toe te werken.

Daarin kunnen de verschillen partijen een trekkers-, ondersteunende - of faciliterende rol hebben.

In de volgende paragrafen een aantal achtergronden en ontwikkelingen. Ook wordt een onderbouwing gegeven rondom de problematiek op sociaal terrein en op woongebied.

Achtergrond: voorziening - gebruikersaantal - geld

Van een dorp of kern als geïsoleerd geheel was ook al vóór het leefgebiedenbeleid geen sprake. Maar het leefgebiedenbeleid onderstreept en noodzaakt nog meer en opnieuw, dat voorzieningen en activiteiten in de verschillende dorpen duidelijk in hun onderlinge samenhang worden bezien. Dat heeft een financiële achtergrond maar ook een praktische. Sommige zaken zijn beter te realiseren in wijk of buurt, andere per dorp en weer andere per leefgebied. Sommige voorzieningen heeft Borger-Odoorn maar beperkt,of helemaal niet: voortgezet onderwijs of een ziekenhuis bijvoorbeeld.

We weten en accepteren dat het aantal inwoners en gebruikers én de financiële middelen hierbij nadrukkelijk een rol spelen. In dit verband wordt over de huidige en toekomstige jaren in ons gebied wel gesproken van dubbele krimp: minder inwoners en minder geld. En de oplossing die het meest genoemd wordt heet: samenwerking.

Op velerlei gebied wordt al intensief samengewerkt of zoekt men de samenwerking. Een voorbeeld? De voetbalverenigingen. Ook daar speelt het: hoe hou je met minder middelen wél de mogelijkheid in stand om deze teamsport te beoefenen én om dat ook nog over te dragen aan de volgende generatie. Als je echt van het spelletje houdt, vind je dat laatste belangrijker dan dat beslist in je eigen dorp moet of dat het altijd zo moet blijven als het was. Soms helpt samengaan, soms helpt samenwerken. Zeggen dat alles zo moet blijven als het is, helpt zeker níet. Een ander voorbeeld is de zoektocht naar een nieuw dorpshuis voor 2e Exloërmond, daar wordt gekeken naar het combineren van functies, met de sporthal in het dorp.

Ontwikkelingen: meer zelf doen

Zoals gezegd: het aantal gebruikers en de hoeveelheid geld speelt een grote rol bij wat er kan en niet kan op het gebied van voorzieningen en activiteiten. Maar de hoofdrol? Wellicht is die weggelegd voor de inwoners zelf. Een voorbeeld om dat duidelijk te maken. De gemeente was op grond van geld en bezoek eigenlijk zover dat het zwembad in Valthermond niet meer kon. ‘Dat zullen we nog wel eens zien’, liet een actieve groep inwoners weten. Met als resultaat een heus dorpsbedrijf dat het zwembad exploiteert en (met veel vrijwilligers) beheert. Belangrijk daarbij: men heeft kans gezien om een brede groep inwoners en bedrijven te interesseren en te mobiliseren. Loopt alles al geheel zelfstandig? Nee, maar het begin is er. En het zwembad in de Monden is er dus ook nog.

Gebruikersaantallen en geld zijn belangrijk. Maar het verschil kan gemaakt worden door wat mensen bereid zijn zélf te doen. Met de structurele en gemotiveerde inzet van een brede groep mensen en bedrijven kan er heel veel. Het is een ontwikkeling die landelijk, in de steden én op het platteland speelt. Wat zijn mensen bereid om zélf te doen. Wensenlijstjes indienen is een duidelijk gepasseerd station. Wat gemeente en corporatie wel kunnen en willen doen, is een verbindende en coördinerende rol vervullen. En soms wellicht initiërende gelden inzetten.

Het past ook in de herinrichting van het sociale domein zoals dat wordt gerealiseerd met drie door het rijk naar de gemeente gedecentraliseerde taakgebieden. Het gaat daarbij om de uitvoering van: werk, jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning. De gemeente gaat veel van het werk dat daarbij hoort, samen met andere maatschappelijke partners, door sociale teams in de leefgebieden laten uitvoeren. Vooral ook, waar dat kan, in samenwerking met de inwoners.

Wat wellicht wél kan

Er is hiervoor gezegd wat níet meer kan. Tijd voor een indicatie van wat wellicht wél kan. Waar de kansen gezocht moeten worden. Heel kort samengevat zou dit een werkbare richting kunnen zijn. Beperkte, gerichte en tijdelijke investeringen zijn wellicht mogelijk:

  • -

    in aanvulling op wat groepen mensen zelf doen,

  • -

    bij initiatieven die samenwerking tussen mensen, verenigingen en dorpen realiseren,

  • -

    bij initiatieven met een geïntegreerde aanpak (waar zaken in samenhang met elkaar tot ontwikkeling komen) en

  • -

    bij initiatieven waarbij zaken worden gerealiseerd op het gebied van preventie/gezonde leefstijl, meedoen minima, en Cittaslow.

Een concreet voorbeeld? ‘Leefbaarheidsfonds Vitaal!’ van Woonservice. Initiatieven van groepen bewoners met eigen inzet of middelen kunnen daarbij worden aangevuld door de corporatie. Kernbegrippen voor dit fonds zijn zelfredzaamheid en participatie.

Positief geweld

Het bovenstaande geeft een algemeen kader waarin de plannen voor de ontwikkeling van dorpen en gebieden gezien moeten worden. Leefgebieden, concentratie van voorzieningen, meer ‘eigen kracht’ en zelf doen. Het is een werkelijkheid die in z’n algemeenheid bepalend is. Maar zoals eerder aangegeven: soms doen mensen die werkelijkheid op een positieve manier geweld aan. Door samen de schouders eronder te zetten. Zeker dan kunnen en willen gemeente en corporatie partner zijn.

Analyses

Het begon met diverse actieve inwoners en organisaties die samen dorpsanalyses maakten. Deze analyses zijn zoals gezegd belangrijke handvaten voor het gebiedsontwikkelingsprogramma. Later hield de gemeente een leefbaarheidsonderzoek. Ook kwamen bewoners en een veelheid van organisaties en professionals bij elkaar om sterkten/zwakten en kansen/bedreigingen (SWOT analyse) van het gebied in beeld te krijgen.

Leefbaarheidsonderzoek

In 2012 is samen met STAMM CMO door de gemeente een leefbaarheidsonderzoek gemaakt van de hele gemeente. Door middel van een enquête zijn inwoners ‘bevraagd’ over hun dorp. Hieronder volgen een aantal resultaten over het leefgebied De Monden in vergelijking met de gemeente als geheel.

In De Monden geeft circa 70% van de inwoners aan tevreden te zijn met hun woonplaats en 85% is tevreden met de eigen woning. Tevreden met de voorzieningen is 45%. In vergelijking met de cijfers voor de gemeente als geheel, scoren de beide grote dorpen in De Monden als ‘minder succesvolle autonome dorpen’. Dat wil zeggen in hoeverre de aanwezige sociale infrastructuur (voorzieningen, verenigingen, etc) aansluit bij wat de bewoners van de dorpen wensen en verwachten. De dorpen scoren onder gemiddeld. In de Monden voelt circa 65% zich verbonden met het dorp. Ruim 18% geeft aan (soms) eenzaam te zijn. Ongeveer 50% maakt zich zorgen over de toekomst van het dorp. De meest genoemde zorgpunten zijn: of er in de toekomst nog een winkel zal zijn, of de woning niet meer (goed) verkocht kan worden, of er in de toekomst nog een basisschool zal zijn en over hoe vergrijzing en ontgroening doorzetten. De ontwikkeling van krimp is terug te lezen in de zorgpunten van de bewoners.

De bewoners hadden het volgende oordeel over de ontwikkeling van het dorp.

vooruit gegaan

gelijk gebleven

achteruit gegaan

Valthermond

15%

44%

37%

2e Exloërmond

11%

53%

36%

Een groot aantal inwoners geeft aan dat de dorpen vooruit zijn gegaan of gelijk zijn gebleven. Maar toch meer dan een derde geeft aan dat de dorpen achteruit zijn gegaan. Een duidelijk punt van aandacht.

SWOT-analyse

Een SWOT-analyse onderzoekt de toekomstmogelijkheden voor een gebied. Bij sterke en zwakke punten gaat het om kenmerken ten opzichte van andere gebieden en bij kansen en bedreigingen over ontwikkelingen, gebeurtenissen, en invloeden in de markt, waar het gebied mee te maken heeft of krijgt. Van elk worden in het overzicht hierna een tweetal kenmerkende punten belicht.

SWOT-analyse De Monden

(de volledige SWOT-analyse staat op p.17/18)

Sterkte

Zwakte

1.

Herkenbaar landschap en ruimte.

1.

Lengte van het dorp en gesloten gemeenschap.

2.

(Culturele) initiatieven en ontwikkelkracht.

2.

Sociale problematiek (gezondheid, werkloosheid, taalachterstand, opleidingsniveau, schulden, etc).

Kans

Bedreiging

1.

(Creatieve) samenwerking door verdwijnen van subsidies/voorzieningen tussen bewoners en partijen.

1.

Demografische ontwikkelingen en gevolgen (krimp, vergrijzing, ontgroening, onevenwichtige bevolkingsopbouw, wegtrekkende werkgelegenheid, voorzieningenniveau).

2.

(Vrije) ruimte en betaalbaar wonen geeft mogelijkheden voor innovatie.

2.

Windmolens (waardevermindering woningen, krimp, maatschappelijke onrust, veranderd woongenot).

Bij het opstellen van de analyses bleek dat er naast gemeente en corporatie, veel meer organisaties zich kunnen herkennen en committeren aan het gebied. In de SWOT-analyse wordt door de partijen onderschreven dat er sociale problematiek en demografische gegevens van invloed zijn op het gebied. Maar ook de positieve punten worden erkend - en dat er kansen liggen in het gebied. Het is aan alle partijen samen om de punten met elkaar te verbinden. Die brede samenwerking (welzijn/zorg/politie/kerk/ school/enz.) past helemaal in de ontwikkeling naar sociale teams waar uitvoerende professionals samen met de inwoners aan de slag gaan.

Woningen, woonomgeving, krimp

Koersbepalende factoren zijn al langer bekend. Bevolkingskrimp. Leefbaarheid kleine kernen. Aandacht voor duurzaamheid en energiebesparing. Toegankelijkheid van woningen voor ouderen, soms met een beperking of zorgvraag. De versnelde invoering van het scheiden van wonen en zorg voor de doelgroep die nu nog in een instelling woont. Meer mensen zullen dus langer in hun huidige woning, met een eventuele aanpassing, blijven wonen of in een al aangepaste, of nog aan te passen, woning moeten worden gehuisvest.

Nu al is er in De Monden minder vraag naar woningen en de echte krimp komt nog. Al die zaken samen, maken koersbepaling op zijn minst lastig.

Uit het leefbaarheidsonderzoek van de gemeente blijkt uit de prognoses dat de bevolking gaat krimpen en vergrijzen. De daling van het aantal huishoudens zal, door de zogenoemde huishoudensverdunning (minder mensen per huishouden), wat later inzetten. De vergrijzing en ontgroening zullen doorzetten. Ook de verandering in de gezinssamenstelling zal doorgaan: nog minder huishoudens met kinderen, nog meer alleenstaanden en huishoudens zonder kinderen. Dit heeft effect op het wonen in De Monden. De tabel hierna geeft een overzicht van de prognoses voor De Monden.

Ruwe bevolkingsprognose

2010

2015

2020

Valthermond

3.693

3.630

3.530

2e Exloërmond

2.545

2.500

2.430

Gemeentelijk cijfers uit 2012 geven de volgende cijfers over huishoudens.

huishoudens totaal

éénpersoonshuishoudens

huishoudens zonder kinderen

huishoudens met kinderen

gemiddelde huishoudengrootte

Valthermond

1520

25%

36%

40%

2,4

2e Exloërmond

1190

23%

37%

40%

2,5

De veranderende gezinssamenstelling heeft grote gevolgen voor de toekomstige woonvraag: meer woningen geschikt voor ouderen en woningen voor alleenstaanden, en minder gezinswoningen. Daarnaast zijn er in de toekomst per saldo ook minder woningen nodig gezien de bevolkingsprognose. In de plannen van de corporatie is hier al rekening mee gehouden, want de corporatie ziet nu al een woningaanbodoverschot.

In 2011 stonden in Valthermond 1.505 woningen en in 2e Exloërmond 1.055

(www.cbs.nl). Woonservice heeft in Valthermond 373 woningen (25% van de totale woningvoorraad) en in 2e Exloërmond 272 (23%). De bevolkingsprognoses hiervoor hebben ook effect op het aantal woningen en de woningmarkt (koop en huur). Corporatie en gemeente kijken samen waar geïnvesteerd kan worden (nieuwbouw) en waar het beste woningen uit de markt gehaald kunnen worden. Daarnaast is het belangrijk om aandacht te blijven besteden aan de huurders die blijven wonen in het gebied en om voor hen goed wonen mogelijk te blijven maken. Woonservice en gemeente willen komen tot een plan voor een goede stedenbouwkundige invulling waarin het goed wonen wordt meegenomen. Ook is het belangrijk om een zekere samenhang in het dorp te behouden. Er moet zorgvuldig worden gekeken naar wat kan en wat niet kan.

Verhuren en meer

De kerntaak van Woonservice is het bouwen, verhuren, beheren en verkopen van betaalbare woningen. Woonservice staat voor het verhuren van goede kwalitatieve woningen en dat vooral voor mensen die niet zelfstandig voor woonruimte kunnen zorgen. Daarnaast voelt de corporatie zich medeverantwoordelijk voor de leef- en woonomgeving waar de klanten wonen, en wil daar dan ook waar nodig, in overleg met bewoners en andere partners, in investeren. Zo heeft de corporatie in 2013 geïnvesteerd in vervangende nieuwbouw in 2e Exloërmond (Exloërkijl Zuid en Kijlstraat) en zo wordt met bewoners en organisaties een wijkschouw georganiseerd. Daarnaast is Woonservice betrokken bij de Steunstees in beide dorpen. Een nog zichtbaarder voorbeeld is al genoemd: de nieuwe multifunctionele accommodatie ’t Brughuus.

Zoals gezegd: de corporatie beheert en investeert in onderhoud van woningen om goed wonen voor de huurders mogelijk te maken. Daarnaast is en wordt er fors geïnvesteerd in duurzaamheid. In 2e Exloërmond heeft 86% van de huurwoningen al een energielabel C of hoger en in Valthermond is het 84% van de woningen. Dit is onder meer bereikt door op grote schaal dakisolatie toe te passen. Verder worden er plannen uitgewerkt om energie op te wekken met zonnepanelen.

Een heel ander punt. En uit oogpunt van leefbaarheid van groot belang. Hoe kunnen leegstaande woningen of door sloop vrijgekomen locaties het meest geschikt worden ingevuld. Woonservice organiseerde samen met kennisnetwerk Roeg&Roem een bijeenkomst over door sloop leeggekomen ruimten, gericht op alternatieve invullingen en het leefbaar houden van het gebied ondanks sloop. Om zich te blijven inzetten voor een goede leef- en woonomgeving. Belangrijk daarbij - voor de sociale veiligheid ook - is het onderhoud. Schoon, heel en veilig voor zowel groen - als voor verhard gebied. En ook op dit gebied, moet meer betrokkenheid en eigen inzet van bewoners worden georganiseerd.

Toekomstige behoefte

Welke woningen en hoeveel, zijn in de toekomst nodig in De Monden? Een heel andere economische situatie, en een daardoor sterk veranderende woningmarkt, maakten vernieuwing van de plannen noodzakelijk. En de veranderde verhoudingen tussen vraag en aanbod op de woningmarkt laten zich nog steeds merkbaar gelden. Voor de koopsector gelden vergelijkbare uitdagingen als voor het huurwoningenbestand. Omdat het bij de koopwoningen om ‘versnipperd’ bezit gaat, vormt dit wellicht nog een groter knelpunt. Een geactualiseerd Woonplan kan hierbij mogelijk een rol vervullen.

Woningmarkt - factoren van invloed

Maar er zijn veel meer factoren die van invloed zijn. De landelijke overheid is bezig met een ontwikkeling om windmolens in De Monden te plaatsen. De aantrekkelijkheid van het woongebied komt hierdoor onder druk te staan voor zowel huur- als koopmarkt. Denk daarbij aan de slagschaduw van de windmolens, aan het geluid en het verdwijnen van de aantrekkelijke zichtlijnen van het landschap.

Wat de sociale huursector betreft wil de landelijke overheid dat negentig procent van alle toewijzingen plaatsvindt aan mensen met een inkomen dat lager is dan € 34.229,- per jaar (prijspeil 2013). Het regeerakkoord legt een verhuurdersheffing op aan de corporaties én de mogelijkheid om elk jaar de huur extra te verhogen van huurders met een inkomen dat hoger is dan € 34.229,-. Dit om het zogenoemde scheefwonen te bestrijden. Omdat er echter weinig huurders met echt hoge inkomens in het gebied zijn, zal een extra huurverhoging niet opwegen tegen de verhuurdersheffing die Woonservice moet afstaan aan het rijk. Duidelijke uitkomst is wel dat de corporatie minder mogelijkheden heeft om te investeren.

Krimp concreet

Een concreet gegeven gezien het bovenstaande is dat Woonservice voor De Monden een krimpstrategie hanteert van tenminste tien procent in de komende tien jaren. Voor een goed functionerende huurwoningmarkt is het belangrijk dat er een bepaalde druk op de woningmarkt is. De druk kan door de corporatie bepaald worden door het aantal woningzoekenden. Als woningen per direct beschikbaar zijn volgen vaak een niet gewenste bewoning en meer mutaties. De leefbaarheid komt dan eerder onder druk doordat men zich niet verbonden voelt met de buurt en men niet goed zorgt voor de omgeving. Met andere worden de buurt gaat achteruit. Is er de komende jaren nog minder vraag - dan moeten er meer woningen uit de markt worden genomen. In de plannen is hiervoor een zekere bandbreedte opgenomen.

Hoe snel de krimp inzet is nu moeilijk vast te stellen maar natuurlijk gaan gemeente en Woonservice hier uiterst zorgvuldig mee om. Voorop staat dat de huurders en andere inwoners die blijven wonen, goed moeten blijven wonen, in een goede leef- en woonomgeving. In de planvorming is rekening gehouden met de huidige onzekerheid en in 2014 krijgt dit meer vorm omdat Woonservice een visie gaat ontwikkelen op de krimp. Anticiperen op krimp met de onzekerheid van prognoses is hierin een belangrijk onderwerp.

Voor de bestaande woningen wil Woonservice vooral dit: beheren en verhuren. Daarnaast wordt het onderwerp duurzaamheid en betaalbaarheid van woonlasten belangrijker. Daarom investeert de corporatie in maatregelen die energie besparen. Verkopen gebeurt waar het kan. Dat alles met aandacht voor een leefbare woonomgeving, waarbij gebieden die vrij komen door sloop, zo mogelijk een andere bestemming kunnen krijgen.

Bredere sociale problematiek

Problemen zijn er voldoende. Maar er is ook niemand mee gediend als die niet worden benoemd. Signalen van inwoners komen overeen met bevindingen en inzichten van professionals. Het gaat daarbij om zaken als ontbrekende werkgelegenheid, een lager opleidingsniveau, oplopende huurachterstanden, krimp, leegstand, veel wisselende huurders en veel te koop staande woningen. Mét de daarbij behorende zaken in het ‘schoon, heel, veilig’ - spectrum, die door inwoners herhaaldelijk worden genoemd.

Ook belangrijk om aan te geven is overigens, dat waar problemen gesignaleerd zijn, dit niet noodzakelijkerwijs ook probleemgevend of overlastgevend in termen van openbare orde hoeft te zijn. In een straat met veel problemen kan ook veel in stilte worden geleden. Wel is het zo dat de draagkracht van een gezin, maar ook die van een straat, dorp of gebied, natuurlijk tot een zekere, moeilijk vooraf te bepalen, hoogte gaat. Alleen daarom al zijn preventieve maatregelen zinvol.

Opvallend wellicht is dat ruim de helft van het aantal bewoners met meerdere problemen gedurende de afgelopen vijf jaar op de adressen in deze straten en straatdelen zijn komen wonen. De herkomst, vanuit of van buiten het dorp of de gemeente, is niet onderzocht.

Om deze reden is er een wijkbasisteam georganiseerd om vroegtijdig te signaleren. Hoewel er in een aantal straten en straatdelen sprake is van een zekere concentratie van probleem- en multiprobleemadressen (een wat hogere OGGZ score dan ‘gemiddeld’ wellicht?), is besloten dat op grond daarvan niet de noodzaak aanwezig is om qua openbare orde en veiligheid hierop acuut in te grijpen. Wat betreft huurachterstanden en schuldhulpverlening scoren volgens de corporatie een aantal straten hoger dan het gemiddelde in de gemeente. Een indicator van (stille) armoede mogelijk.

Professionals duiden ook op een heersend cultuuraspect als: ‘het valt wel mee, we wonen nu eenmaal in een achterstandsgebied …’, mogelijk resulterend in een zekere gelatenheid. Hieraan gekoppeld: de indruk van de professionele waarnemers dat een deel van de problematiek verborgen kan zitten. Twee punten die zeker aandacht verdienen.

En, hierbij zou kunnen aansluiten, een bevinding dat er relatief weinig gebruik wordt gemaakt van het algemeen maatschappelijk werk. Terwijl dit toch óók een preventief bedoelde voorziening is, die kennelijk (en jammer genoeg), hier pas lijkt te worden aangesproken nadat de melk al ís overgekookt.

Ook komt er in het gebied vaker obesitas voor bij ouderen en jongeren. Daarom heeft de gemeente, naast al bestaande activiteiten op dit terrein, het project Jongeren op gezond gewicht (JOGG) opgezet. Opvallend vanuit het leefbaarheidsonderzoek is ook dat het aandeel niet werkenden in Valthermond hoger is dan gemiddeld in de gemeente.

Zoals gezegd zijn de sterkten/zwakten en kansen en bedreigingen van het Mondengebied met een SWOT-analyse in beeld gebracht. Belangrijk om rekening mee te houden. Immers: sommige zaken - zoals krimp - kunnen niet worden omgekeerd en moeten dan ook worden geaccepteerd als vaste gegevens voor verdere planvorming.

Mogelijke oplossingsrichtingen

Om bij de geschetste brede problematiek, verpaupering te voorkomen en tegen te gaan, om de leefbaarheid te behouden en waar nodig te bewerkstelligen, is de inzet van concrete middelen als buurtbeheer en goed afgestemd en effectief opbouwwerk noodzakelijk.

Daarnaast zijn mogelijke verdere oplossingsrichtingen de volgende: een gevraagd, maar soms ook ongevraagd, hulpaanbod ‘achter de voordeur’, vergroten van zelfredzaamheid, buurtgerichte sociale activering en het vergroten van ‘binding en verbinding’. Dit laatste omdat ook met enige regelmaat naar voren komt dat ‘men’ lang niet altijd goed weet wat er allemaal al gedaan wordt, welke activiteiten er al ondernomen worden. Welke instantie of groep inwoners al ergens mee aan de slag is. Nog actiever inzetten op voorlichting, ontmoeting en het erbij halen van mensen, zijn nadrukkelijk voorwaarden voor oplossingen.

Uitvoeringsprogramma en toelichting

Vanuit de eerder genoemde visie, uitgangspunten en analyses en op grond van de geschetste problematiek en bevindingen, is een uitvoeringsprogramma gemaakt. Daarin zijn de projecten en activiteiten onderverdeeld in drie programmalijnen:

  • -

    gebouwen & grond,

  • -

    voorzieningen,

  • -

    sociaal-maatschappelijk/zorg & welzijn.

Dit gebiedsontwikkelingsprogramma is deels een procesdocument. Er zijn immers werkendeweg naast de reguliere werkzaamheden al activiteiten en projecten gestart en in uitvoering. Voor een ander deel zullen nog voorstellen worden ontwikkeld, waar mogelijk ook om zaken op een meer structurele manier aan te pakken. Als zaken niet uit reguliere middelen kunnen worden betaald zal projectfinanciering worden gezocht.

Bij de krimpproblematiek moet met name gezocht worden in de rubrieken ‘grond en gebouwen’ en ‘voorzieningen’. Bij de algemenere maatschappelijke problemen staan de activiteiten onder ‘sociaal-maatschappelijk/zorg & welzijn’. Veel van de activiteiten en projecten zijn al in gang gezet tijdens het proces door gemeente, corporatie, bewoners of andere partijen. Alle partijen nemen hierin hun eigen verantwoordelijkheid. Voorop staat de leef- en woonomgeving van De Monden en de samenwerking van de verschillende partijen daarvoor.

Uitvoeringsprogramma en vervolg

Gemeente en Woonservice willen in een op te zetten leefgebiedsteam samen met inwoners en organisaties in gesprek én in actie om het uitvoeringsprogramma verder gestalte te geven en aan te vullen. Een agendacommissie of coördinerend overleg (met daarin tenminste gemeente en corporatie) bereidt de bijeenkomsten van het leefgebiedsteam voor, alsook de periodieke bestuurlijke overleggen.

Maar het eerste vervolg is dit. Verenigingen voor dorpsbelangen uitnodigen, uitdagen en betrekken om mee te praten over hun woonomgeving. Herkennen de inwoners wat er wordt gezegd over de Monden? Wordt er nog iets gemist? De middelen zijn beperkt, maar het idee is juist om met elkaar in gesprek te komen. Wat leeft er bij de inwoners, wat leeft er bij de organisaties? Hoe kunnen de partijen elkaar faciliteren? Het leefgebiedsteam De Monden moet actief aan de slag met projecten en met kleinere onderwerpen. Het gebiedsontwikkelingsprogramma is daarbij een continu proces ook voor de toekomst, waar projecten worden afgerond en toegevoegd.

Natuurlijk wordt er ook een rol gezien voor het sociaal team en het wijkbasisteam om samen met vertegenwoordigers uit het gebied, gemeente en corporatie, één keer per half jaar de voortgang van de activiteiten te evalueren. De beide teams hebben daarbij een belangrijke signalerende functie. Ook is het een moment voor leefgebied De Monden om organisaties te mobiliseren, om projecten op te starten en om te informeren naar de voortgang. Het leefgebiedsteam zoekt daarin bewust de samenwerking met de verschillende organisaties om gericht aan de leef- en woonomgeving van De Monden te werken. Een verdere formalisering van de overlegstructuur zal werkendeweg en in overleg tot stand komen.

Aan verreweg de meeste zaken in het uitvoeringsprogramma hierna wordt al kortere of langere tijd gewerkt. Nieuwe activiteiten zijn in het overzicht hierna gecursiveerd. Wellicht ten overvloede de projecten dragen direct of indirect bij aan leef- en woonomgeving van De Monden.

Uitvoeringsprogramma De Monden

Gebouwen & grond (programmalijn 1)

Voor woonomgeving, groen- en wegenonderhoud. En voor begeleiding van de krimp.

activiteit/project

kaders

verantwoordelijk

stand van zaken/planning

verkoop school Oost Valthermond

gemeentelijk vastgoedbeleid

gemeente

in proces

project wijkeconomie V’mond - 10 puntenplan

economisch beleidsplan

ondernemers V’mond/STAMM CMO

afronding medio 2014

natuurontwikkeling Valthermond Oost

visie stedenbouwkundige invulling De Monden

Woonservice/ gemeente

2015

maatwerk verminderen woningvoorraad

strategisch voorraadbeleid

Woonservice/gemeente

projectmatig

invulling vrijkomende ruimten door sloop

Woonservice/gemeente

projectmatig

veiligheid scholen

gemeente

projectmatig

overleg met bewoners en dorpsbelangen over snelheden Zuider- en Noorderdiep en overleg met scholen en verkeersouders over halen en brengen van kinderen

verkeersveiligheid

gemeente

periodiek contact/overleg

herstel project cultureel historische boerenerven fase 2

BOKD/Landschapsbeheer Drenthe/bewoners

in voorbereiding

groeninvulling Exloërkijl

gemeente/Woonservice

invulling vrijkomende ruimten door sloop: pilot Middenlaan vier sloopwoningen

Woonservice/gemeente

projectmatig

invulling leegstaande woningen pilot Boekweitstraat

Woonservice/gemeente

projectmatig

ontwikkellocatie boerderij Panman

gemeente

nog onbekend

overleg met inwoners en dorpsbelangen over snelheid op het Noorderdiep tussen Nijverheidsstraat en Kerkhoflaan

verkeersveiligheid

gemeente

periodiek contact/overleg

Voorzieningen (Programmalijn 2)

Begeleiden van krimp. De sociale component ook. Het uitgangspunt bij de projecten is samenwerking met organisaties en inwoners om voorzieningen samen te voegen, te behouden of te verbeteren. Ontmoeting is daarbij een belangrijk onderwerp.

activiteit/project

kaders

verantwoordelijk

stand van zaken/planning

- versterking Brughuus

- comm./marketingplan ‘tBrughuus (stage)

- programmamanager MFA’s (via bibliotheek)

MFA-participanten, Woonservice en gemeente

1e kwartaal 2014

uitwerking resultaten communicatie en marketingplan

MFA-participanten

Woonservice gemeente

2e kwartaal 2014

pilot zwembad De Zwaoi

gemeentelijke beleid

dorpsbedrijf De Ommezwaoi

loopt af 1-1-2015

vitaliteitsonderzoek/bezuiniging voetbalvelden

leefgebiedenbeleid sportnota

Voetbalverenigingen en gemeente

in uitvoering en ontwikkeling

maatwerk dorpshuis Valthermond Oost

Kern en kader

dorpshuisbestuur en gemeente

2014

brede school

visie brede school

scholen, peuterspeelzaal, kinderopvang, Andes, bibliotheek, gemeente

voor netwerkstimulering is voor twee jaar een coördinator aangetrokken

verbeteren gebouw vv Valthermond

leefgebiedenbeleid sportnota

bestuur vv en gemeente

overleg is gaande

lokaal maatwerk (dorpshuisfunctie 2e Exloërmond)

Kern en kader

dorpsbelangen/ gemeente faciliteert

onderzoek naar behoefte en draagvlak door dorpsbelangen gereed medio 2014

privatisering gebouw TEVV/clustering voorzieningen

leefgebiedenbeleid

TEVV

Dorpsbelangen

planvorming

Steunstees:

wonen, welzijn en zorg

Wmo

gemeente

in proces

Sociaal-maatschappelijk/zorg & welzijn (Programmalijn 3)

De projecten die opgezet worden rondom sociaal-maatschappelijk/zorg & welzijn zetten in op de gesignaleerde problematiek. Projecten ook rondom het mobiliseren van inwoners en organisaties. Daarnaast projecten ter ondersteuning van het dorp, voor een goede leef- en woonomgeving.

activiteit/project

kaders

verantwoordelijk

stand van zaken/planning

gezonde leefstijl/JOGG

gezondheidsnota

gemeente

wordt doorontwikkeld

heroprichten

ondernemersvereniging

wijkeconomie

Valthermond

wijkeconomie

10-puntenplan

werkgroep wijkeconomie

inmiddels afgerond

doorontwikkeling

Dorpsbelangen

Valhtermond

werkgroep wijkeconomie

wijkschouw/buurtbeheer

Dorpsbelangen

naar behoefte

zorgexperiment

pilot

gemeente + overige partijen

afronding eind 2013

taalachterstand/

laaggeletterdheid

nota

Eh … bril vergeten …

gemeente

in uitvoering

welzijn nieuwe stijl doorontwikkeling steunstee en doorontwikkeling CJG

kadernota Meedoen naar vermogen

regenboogmodel

nota Ieder kind doet mee

gemeente

wijkbasisteam

opgezet naar voorbeeld Nieuw-Buinen

gemeente, politie, Woonservice

gestart begin 2013

Sociaal team De Monden

naar pilot Nieuw-Buinen

start 2014

project ‘Achter de voordeur’

gemeente

t/m 2013

schuldhulpverlening

nota schuldhulpverlening

gemeente bij huurschulden: ook Woonservice

in proces

ruilgoederenbank De Monden

Andes

1e kwartaal 2014

W4U De Monden

gemeente

pilot 2014

Stil

Hoewel het slechts om een kleine groep inwoners gaat die niet beschikt over eigen vervoer of vervoer vanuit de onmiddellijke omgeving (familie, vrienden en kennissen), is het goed bij het uitvoeren van allerlei activiteiten, dit gegeven, zeker in een relatief uitgestrekte plattelandsgemeente, als aandachtspunt in gedachten te houden.

Naast de activiteiten en projecten hiervoor genoemd in het uitvoeringsprogramma, gebeurt er natuurlijk nog veel meer. Ook in en voor De Monden. Een voorbeeld: er is eerder in dit stuk gesproken over stille armoede. Gelukkig zijn er om enigszins te helpen voorzieningen als het Fonds Maatschappelijke Participatie (FMP), het Jeugdsportfonds en het Jeugdcultuurfonds. Het geeft de mogelijkheid voor inwoners met een laag inkomen en een gering vermogen om mee te doen met activiteiten op sportief en cultureel maatschappelijk terrein. Verenigingscontributie, bezoek theater, zwembad of bibliotheek bijvoorbeeld. Er zijn veel mogelijkheden voor vergoeding.

Ook op het gebied van educatie, aanpak laaggeletterdheid en bevordering digitale vaardigheden worden er diverse zaken georganiseerd. En natuurlijk heeft de openbare bibliotheek hier een belangrijke rol.

Er wordt al op velerlei wijze voorgelicht over de verschillende mogelijkheden die er zijn. Maar als door het opnemen van de informatie over dit type voorzieningen bijvoorbeeld ook maar één of twee kinderen kunnen gaan sporten, dansen of muziek maken, dan is dat al een goede reden voor vermelding op deze plaats.

Laat op tijd van je horen

Er zijn natuurlijk veel meer mogelijkheden dan de eerder genoemde. Ook voor advies en hulp. Algemeen maatschappelijk werk en schuldhulpverlening bijvoorbeeld. Voor deze zaken geldt - met name ook voor problemen bij huurbetalingen - dat zo vroeg mogelijk aankloppen vaak grotere problemen láter kan voorkomen.

Afsluitend

Gemeente en Woonservice zijn met vele andere partijen actief in de Monden. Het is goed om periodiek te kijken hoe het gaat met het uitvoeringsplan. En hoe het er dan voor staat met allerlei ontwikkelingen. Vanzelfsprekend in samenspraak met inwoners, verenigingen, medewerkers in het veld en andere partijen.

Dit gebiedsontwikkelingsprogramma wil naast verslag en plan ook een uitnodiging zijn. Wie - inwoner, bedrijf, organisatie of vereniging - ziet mogelijkheden en middelen om bij te dragen aan oplossingen? Zoals gezegd: gemeente en woningcorporatie willen waar dat maar enigszins kan partner zijn bij eigen plannen én eigen inzet.

En: moet er wellicht na een jaar of vier/vijf een herijkte versie van het gebiedsontwik-kelingsprogramma worden gemaakt? Mogelijk zorgen inwoners en verenigingen door eigen kracht en inzet daar dan zélf voor.

Sterkte

Zwakte

-

herkenbaar landschap

-

de lengte van de dorpen, lintbebouwing-

-

rust en ruimte - natuurlijke omgeving

grote afstanden ‘voor-achter’

-

agrarische bedrijvigheid en mooie

-

tegenstelling ‘voor-achter’en tegenstelling

boerderijen en karakteristieke gebouwen

2e Exloërmond-Valthermond

-

niet te dure koopwoningen

-

het landschap

-

particulier initiatief

-

gesloten gemeenschappen

-

ontwikkelkracht (lintbebouwing maakt

-

binnenstraten (slecht uitzicht)

creatief)

-

openbaar vervoer

-

culturele initiatieven (o.a. Verveners-

-

slachtofferrol bewoners, laag

huis, Kerk 11, Kerk Verhart,

zelfvertrouwen

Muziekboerderij)

-

eenzijdige economie (landbouw),

-

eensgezindheid

schaalvergroting agrarische bedrijven

-

initiatieven met veel vrijwilligers

-

relatief hoge werkloosheid

(bijvoorbeeld straatmakersfestival en

-

slecht imago

voetbalverenigingen)

-

slechte gezondheid

-

bewonersbetrokkenheid/sociale cohesie

-

gebrek aan samenwerking tussen

-

gevoel van veiligheid

zorgpartijen

-

voldoende dekking zorgverlening met

-

laag opleidingsniveau, taalachterstand

huisartsen, Icare, buurtzorg,

-

veel ‘niet-mondjes’ wat invloed heeft op

fysiotherapeut, Steunstee

dorpsbinding

-

voorzieningen: scholen, dorpshuizen,

-

sterke verschillen in betrokkenheid bij het

bibliotheek, brandweer, verbeterd

dorp

openbaar vervoer

-

relatief hoge werkloosheid, weinig

-

sportverenigingen en sportvoorzieningen,

werkgelegenheid

zwembad

-

vrijwilligers zijn moeilijk te vinden

-

per dorp een supermarkt plus een SRV-

-

weinig activiteiten en aandacht voor

wagen

jongeren en jongvolwassenen

-

trots op het dorp

-

verzuiling

  • -

    ‘recht voor de raap’

  • -

    nog te ontdekken gebied

  • -

    kerkgemeenschappen

  • -

    geografische ligging

  • -

    prijs/kwaliteitverhouding woningen

Deze SWOT-analyse werd in mei 2012 opgesteld door bewoners en professionals. Met name deze laatste groep was zeer divers en bestond uit: medewerkers gemeente, corporatie, zorg, fysio, welzijn, adviseurs, huurdersvereniging, buurtzorg, scholen, wmo-raad, kerk, etc.

zie hierna voor kansen en bedreigingen

Kans

Bedreiging

-

gezamenlijk belang vanwege bedreiging windmolens

-

windmolens: waardevermindering eigen woning en krimp, maatschappelijke onrust

-

ruimte

-

minder middelen (bezuiniging) bij gemeente, corporatie en andere organisaties

-

betaalbaar wonen

-

inkrimpen openbaar vervoer

-

positieve aandacht voor Dop; nieuw elan om leefbaarheid een impuls te geven

-

krimp, vergrijzing en ontgroening, onevenwichtige bevolkingsopbouw

-

slechte naam geeft subsidies

-

wegvallen voorzieningen

-

samenwerking tussen bewoners

-

kwaliteit woningen, verloedering en verpaupering (incl. slecht onderhoud particuliere woningen)

-

energielandschap ontwikkelen (zonnepanelen, bio-massa)

-

ongezonde leefstijl/veel WAO-ers

-

zich verantwoordelijk voelende instellingen

-

overbelasting vrijwilligers en mantelzorgers

-

door het verdwijnen van subsidies gaan partijen creatieve oplossingen verzinnen

-

overkill aan projecten/pampering van de bevolking

-

betere samenwerking/afstemming door zorgverleners

-

individualisme - verminderde betrokkenheid bij het dorp

-

creatieve samenwerking tussen voorzieningen

-

aanzuigende werking van probleembewoning

-

optimaal benutten faciliteiten samenwerking tussen de dorpen biedt kansen voor het behoud van voorzieningen

-

toename kleine criminaliteit/vandalisme

-

gebied Vrijheidslaan/Exloërkijl ontwikkelen tot bedrijventerrein/sportvoorziening (en verbindingszone tussen de dorpen)

-

weinig samenwerking tussen organisaties

-

kindcentrum

-

fatalisme bij bewoners in het gebied (’t was niks, ’t is niks en ’t wordt niks’)

-

speelbeleid

-

wegvallen van werkgelegenheid

-

brede school

-

wegtrekken hoogopgeleiden

-

domotica (huis-electronica op gebied van zorg en veiligheid) gebruiken om mensen langer thuis te laten wonen

-

vereenzaming

-

stille armoede

  • -

    ruimte voor innovatie en creativiteit

  • -

    creativiteit bij alternatief gebruik van boerderijen

  • -

    toename van en ruimte voor ZZP-ers

  • -

    versterking door culturele activiteiten (Kerk 11, concertboerderij, kerk Verhart)