Regeling vervallen per 01-01-2022

Inspraakverordening gemeente Boxmeer 2009

Geldend van 19-03-2009 t/m 31-12-2021

Intitulé

Inspraakverordening gemeente Boxmeer 2009

Gemeente Boxmeer

Onderwerp:

Vaststelling van de Inspraakverordening gemeente Boxmeer 2009.

Nummer:

7c.

De Raad van de gemeente Boxmeer;

gelezen de voorstellen van burgemeester en wethouders van 5 augustus 2008 en 10 februari 2009;

gelet op artikel 150 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

  • 1.

    In te trekken de 'Inspraakverordening gemeente Boxmeer 1998”;

  • 2.

    vast te stellen de navolgende verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken:

Inspraakverordening gemeente Boxmeer 2009

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De verordening verstaat onder:

  • a.

    inspraak: het betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid;

  • b.

    inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

  • c.

    beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid.

Artikel 2 Onderwerp van inspraak

  • 1. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid.

  • 2. Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht.

  • 3. Geen inspraak wordt verleend:

    • a.

      ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;

    • b.

      indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    • c.

      indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    • d.

      inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • e.

      indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;

    • f.

      indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

  • 4. Indien met betrekking tot een beleidsvoornemen reeds een inspraakprocedure is gevolgd, dan hoeft deze procedure niet te worden gevolgd bij de voorbereiding van de vaststelling van hieruit rechtstreeks voortvloeiende besluiten, tenzij deze uitsluiting in strijd is met de wet.

Artikel 3 Inspraakgerechtigden

Inspraak wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden.

Artikel 4 Inspraakprocedure

  • 1.

    Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.

  • 3.

    Bij het bepalen van een inspraakprocedure als bedoeld in het tweede lid neemt het bestuursorgaan de Participatieladder, zoals vermeld in de als zodanig gewaarmerkte bijlage behorende bij deze verordening, in acht.

    Het bestuursorgaan kiest minimaal voor trede 2 van de Participatieladder indien het betreft een beleidsvoornemen, dat betrekking heeft op de volgende beleidsterreinen of onderwerpen:

    • a.

      Welzijn;

    • b.

      Sport;

    • c.

      Cultuur;

    • d.

      Recreatie;

    • e.

      Jeugd- en Ouderenbeleid;

    • f.

      De fysieke inrichting van de openbare ruimte.

Artikel 5 Eindverslag

Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.

  • 1.

    Het eindverslag bevat in elk geval:

    • a.

      een overzicht van de gevolgde inspraakprocedure;

    • b.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • c.

      een reactie op deze zienswijzen, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.

  • 2.

    Het bestuursorgaan maakt het eindverslag op de gebruikelijke wijze openbaar en zendt dit tegelijkertijd ter kennisneming aan de gemeenteraad.

  • 3.

    De burgemeester vermeldt het eindverslag in zijn burgerjaarverslag.

Artikel 6 Intrekking oude verordening

De “Inspraakverordening gemeente Boxmeer 1998” wordt ingetrokken.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de dag van bekendmaking.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Inspraakverordening gemeente Boxmeer 2009”.

Ondertekening

Aldus besloten door de Raad van de gemeente Boxmeer
in zijn openbare vergadering van 19 februari 2009.
De Raad voornoemd,
de Griffier, de Voorzitter,
A.W.J.M. Cornelissen K.W.T. van Soest

Participatieladder gemeente Boxmeer 2009.pdf