Drank- en Horecaverordening Breda 2014

Geldend van 02-05-2023 t/m heden

Intitulé

Drank- en Horecaverordening Breda 2014

De raad van de gemeente Breda;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermelde overwegingen;

gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en de artikelen 4, 25a, 25b, 25c,25d en 26 van de Drank- en Horecawet;

besluit:

vast te stellen de Drank- en Horecaverordening Breda 2014 en intrekking van de Drank- en Horecaverordening Breda 2001.

Hoofdstuk 1 begripsbepalingen

Artikel 1

  • 1. De begripsbepalingen uit artikel 1 van de Alcoholwet zijn op deze verordening van toepassing.

  • 2. Horecabedrijf: hetgeen de Alcoholwet heeft bepaald: de activiteit in ieder geval bestaande uit het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse.

  • 3. Drank- en Horeca inrichting: een inrichting in de zin van artikel 1 van de Alcoholwet, daar waar het horecabedrijf wordt uitgeoefend.

  • 4. alcoholvrije inrichting: niet zijnde een Drank- en Horecainrichting, waar bedrijfsmatig, al dan niet door middel van een automaat, eetwaren en/of alcoholvrije dranken voor gebruik ter plaatse worden verstrekt, alsmede de voor het publiek toegankelijke open aanhorigheden van het pand waarin zich die ruimte bevindt.

  • 5. broodjeszaak: een alcoholvrije inrichting waarin geringe etenswaren plegen te worden gebruikt of voor gebruik ter plaatse plegen te worden verkocht of verstrekt, al dan niet gepaard gaande met het verstrekken van alcoholvrije drank, met dien verstande dat een zodanige inrichting uitsluitend gelegen is in het Gebied uitgaanscentrum Breda zoals dat is gedefinieerd in lid 6.

  • 6. Gebied uitgaanscentrum Breda: het gebied dat bestaat uit de navolgende straten: Haven, Potkanstraat, Schoolstraat, Visserstraat, Tolbrugstraat, Vismarktstraat, Havermarkt, Reigerstraat, Torenstraat, Kerkplein, Catharinastraat voor wat betreft het gedeelte tussen de Reigerstraat en de Sint Annastraat, Sint Annastraat, Grote Markt, Ridderstraat, Veemarktstraat het gedeelte vanaf de Grote Markt tot en met Veemarktstraat tot en met de pandnummers 42 en tot en met hoekpand St. Annastraat 2/Veemarktstraat, Halstraat, Sint Janstraat , Kraanstraat alleen met betrekking tot de horecaboot De Spinola, Keizerstraat 101, Karnemelkstraat, Houtmarkt.

  • 7. Evenementenzone Breepark: Het gebied aan de Bavelseparklaan dat wordt begrensd aan de noordzijde door het bedrijventerrein Hoogeind, aan de oostzijde volgt de grens de contour van de voormalige afvalberg, in het zuiden loopt de grens tot aan de Dorstseweg en aan de westzijde vormt het gehele op- en afrittencomplex op de A27 de grens.

Hoofdstuk 2 Prijsacties en beperking verstrekking

Artikel 2 Prijsacties horeca

Ter bescherming van de volksgezondheid en in het belang van de openbare orde is het verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende dranken te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die in de betreffende horecalokaliteit of op het betreffende terras gewoonlijk wordt gevraagd.

Artikel 3 Beperking verstrekking alcoholhoudende drank

  • 1. Het is verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet sterke drank zowel voor gebruik ter plaatse als voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken in een inrichting:

    • a.

      waarin of een onderdeel waarvan in hoofdzaak geringe eetwaren plegen te worden verkocht;

    • b.

      waarin onderwijs pleegt te worden gegeven, behoudens wanneer dit uit educatief oogpunt noodzakelijk is;

    • c.

      die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of -instellingen dan wel uitsluitend of in hoofdzaak gebruikt wordt door personen, die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt;

    • d.

      die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij sportorganisaties of -instellingen;

    • e.

      die in gebruik is als gemeenschapshuis c.q. -accommodatie.

  • 2. Het in het eerste lid gestelde verbod om bedrijfsmatig of anders dan om niet sterke drank voor zowel gebruik ter plaatse als voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken, is ten aanzien van de sub a bedoelde inrichtingen niet van toepassing, indien die verstrekking plaats heeft in een lokaliteit, die binnenshuis niet rechtstreeks in verbinding staat met het onderdeel waarin geringe eetwaren worden verkocht en die vanaf de straatzijde een aparte toegang heeft.

Artikel 4

  • 1. De burgemeester kan op schriftelijk verzoek ontheffing verlenen van de verboden, gesteld in artikel 3, 1e lid sub b tot en met e van deze verordening.

  • 2. Een ontheffing kan onder beperking worden verleend en aan een ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden, een ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd.

Artikel 5

  • 1. Het is verboden om in een door de burgemeester aangewezen tijdsruimte in een horeca inrichting of in een slijterij bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse of voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken.

  • 2. Het is verboden om in een door de burgemeester aangewezen tijdsruimte bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken.

Artikel 6

[vervallen]

Artikel 7

[vervallen]

Hoofdstuk 3 Overige onderwerpen

Artikel 8

  • 1. De leidinggevende van een Drank- en Horecainrichting, alcoholvrije inrichting en een broodjeszaak is verplicht:

    • a.

      zorg te dragen, dat de inrichting, zolang zich daarin één of meer bezoekers bevinden, voor ambtenaren van de politie en van de brandweer vanaf de weg onbelemmerd toegankelijk is;

    • b.

      bij het ontstaan van onregelmatigheden of ter voorkoming van ongelukken de inrichting op bevel van een ambtenaar van politie terstond te ontruimen, te sluiten en gesloten te houden, zolang zulks in het belang van de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid noodzakelijk is.

Artikel 9

  • 1.

    Het is verboden in een Drank- en Horeca-inrichting, een alcoholvrije inrichting of in een broodjeszaak of in een onderdeel daarvan de orde te verstoren of de zedelijkheid te kwetsen of zich daarin in kennelijke staat van dronkenschap te bevinden.

  • 2.

    Degene die handelt in strijd met het bepaalde in het eerste lid en degene die als bezoeker aanwezig is in een Drank- en Horeca-inrichting, een alcoholvrije inrichting of een broodjeszaak of een onderdeel daarvan ten aanzien waarvan een bevel tot sluiting, als bedoeld in het vorig artikel is gegeven, is verplicht die inrichting of dat onderdeel daarvan op aanzegging van de beheerder van die inrichting of dat onderdeel daarvan of op bevel van een ambtenaar van de politie terstond te verlaten.

Artikel 9a

  • 1. De burgemeester kan vervoermiddelen die bestemd zijn voor het vervoer van personen op de weg of op het openbaar water waar bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt aanwijzen die aan de in het tweede lid genoemde voorwaarde moeten voldoen. De aanwijzing kan beperkt worden in gebied en in tijd.

  • 2. Op door de burgemeester aangewezen vervoermiddelen is een medewerker aanwezig die voldoet aan de eis gesteld in artikel 8, derde lid van de Alcoholwet.

Hoofdstuk 4 Sluitingstijden

Artikel 10

  • 1. Het is de leidinggevende(n) verboden:

    • a.

      in zijn/haar Drank- en Horeca-inrichting of alcoholvrije inrichting die gelegen is binnen of buiten het uitgaansgebied zoals aangegeven is in artikel 1. lid 6, bezoekers te hebben of toe te laten tussen 02.00 en 07.00 uur.

    • b.

      in zijn/haar broodjeszaak bezoekers te hebben of toe te laten dagelijks tussen 04.30 en 07.00 uur en waarbij het verboden is om na 02.00 uur bezoekers op het terras te hebben of toe te laten;

    • c.

      In afwijking van lid 1 onder a. kan de burgemeester voor Drank- en Horeca-inrichtingen die gelegen zijn  in het uitgaansgebied ontheffing verlenen van het verbod om bezoekers in zijn of haar   Drank- en Horeca-inrichting te hebben of toe te laten tussen 02.00 uur en 07.00 uur met dien verstande dat de ontheffing kan worden verleend voor de periode van 02.00 uur tot 04.00 uur, en dat  het daarbij  verboden is om tussen 02.00 uur en 04.00 uur bezoekers op het terras te hebben of toe te laten.

    • d.

      De ontheffingen onder c. genoemd worden geweigerd of ingetrokken als:

      • 1.

        de leidinggevende(n) van enig slecht levensgedrag  is (zijn);

      • 2.

        de inrichting niet gelegen is binnen het uitgaansgebeid zoals omschreven in artikel 1. lid 6 van deze verordening;

      • 3.

        gevaar of bedreiging voor de openbare orde en veiligheid en zedelijkheid kan of is ontstaan dan wel ernstige vrees bestaat voor aantasting van het woon en leefklimaat;

      • 4.

        indien er geen gecertificeerd beveiligingspersoneel werkzaam is waarvan het aantal en het tijdstip van inzet door de burgemeester wordt bepaald

      • 5.

        indien er een veiligheidsplan ontbreekt of dit niet deugdelijk is of dat niet door de burgemeester goedgekeurd is;

      • 6.

        indien niet langer wordt voldaan aan de aan de ontheffing  verbonden voorschriften en beperkingen;

      • 7.

        op schriftelijk verzoek van de exploitant.

    • e.

      [vervallen]

    • f.

      Aan de in lid c. genoemde ontheffing  kunnen door de burgemeester in het belang van de openbare orde en veiligheid en in het belang van bescherming van het woon- en leefklimaat 

      nadere  voorschriften en beperkingen worden gesteld.

    • g.

      De burgemeester is bevoegd nadere regels op te stellen met betrekking tot een nadere invulling van het in lid d. onder 5. genoemde veiligheidsplan.

    • h.

      Indien de onder c. genoemde ontheffing op basis van één of meer van de gronden zoals opgesomd onder d. punt 1, 3, 4, 5 of 6 is ingetrokken dan wordt niet eerder op een nieuwe aanvraag van de betreffende ondernemer voor een ontheffing zoals onder c. genoemd beslist dan zes maanden na het moment van de intrekking of zoveel langer als de burgemeester in het belang van de openbare orde en veiligheid noodzakelijk acht.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid onder a is het de leidinggevende(n) van het Holland Casino Breda verboden bezoekers te hebben dagelijks tussen 04.00 en 06.00 uur in haar inrichting. Dit verbod geldt zolang dit Casino over een krachtens de Wet op de kansspelen vereiste geldige vergunning tot het organiseren van een speelcasino beschikt.

  • 3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid onder a is het de leidinggevende(n) van een prostitutiebedrijf, die beschikt over een ontheffing krachtens artikel  3.2.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening Breda 2004, verboden bezoekers te hebben dagelijks tussen 04.00 en 07.00.

  • 4. De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, veiligheid of gezondheid, of in geval van bijzondere omstandigheden te zijner beoordeling en bij openbaar bekend te maken besluit, tijdelijk hetzij voor alle hetzij voor de in de openbare bekendmaking aangeduide horeca-inrichting(en), de in het eerste lid vermelde tijdstippen wijzigen.

  • 5. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid onder a. kan de burgemeester andere tijden vaststellen voor horecainrichtingen op Breepark in combinatie met een evenementenvergunning.

Artikel 11

Het is verboden zich als bezoeker in een Drank- en Horecainrichting en een alcoholvrije inrichting te bevinden op een tijdstip waarop het de leidinggevende(n) verboden is in diens inrichting bezoekers te hebben of toe te laten.

Hoofdstuk 5 Paracommerciële rechtspersonen

Artikel 12 paracommerciële rechtspersonen

Paracommerciële rechtspersonen worden onderverdeeld naar aard;

  • a.

    Paracommerciële rechtspersonen die zich richten op activiteiten van sportieve of recreatieve aard;

  • b.

    Paracommerciële rechtspersonen die zich richten op activiteiten van sociaal-culturele aard;

  • c.

    Paracommerciële rechtspersonen die zich richten op activiteiten van levensbeschouwelijke of godsdienstige aard;

  • d.

    Paracommerciële rechtspersonen die zich richten op activiteiten van educatieve aard, hieronder worden mede verstaan inrichtingen voor studentenverenigingen en inrichtingen voor studieverenigingen.

Artikel 13 Bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen

  • 1. Het is paracommerciële rechtspersonen zoals bedoeld in artikel 12 niet toegestaan alcohol houdende drank te verstrekken tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard of tijdens bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.

  • 2. Paracommerciële rechtspersonen zoals bedoeld in artikel 12 onder a. verstrekken uitsluitend

    alcoholhoudende drank op:

    • a.

      maandag tot en met vrijdag na 16:00 uur en tot 23:00 uur;

    • b.

      zaterdag na 15:00 uur en tot 23:00 uur; en

    • c.

      zondag na 11:00 uur en tot 23:00 uur.

  • 3. Voor zover er bij paracommerciële rechtspersonen als bedoeld in het tweede lid verenigings- of wedstrijdactiviteiten plaatsvinden die eindigen tijdens de laatste één uur vóór het verlopen of na

    afloop van de in dat lid genoemde schenktijden, is het deze paracommerciële rechtspersonen toegestaan, in aanvulling op de schenktijden genoemd in dat lid, alcoholhoudende drank te verstrekken tot één uur na beëindiging van deze activiteiten, maar niet later dan 02.00 uur.

  • 4. Overige paracommerciële rechtspersonen verstrekken uitsluitend alcoholhoudende drank gedurende de periode beginnende met één uur voor aanvang en eindigende met één uur na beëindiging van activiteiten die passen binnen de statutaire doelomschrijving van de desbetreffende paracommerciële rechtspersoon, maar niet eerder dan uur 07.00 uur en niet later dan 02.00 uur en verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 14

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens artikel 2,3, 4, 5, 9, 10 , 11, 13 wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 15

Met de zorg voor de nakoming van de bepalingen van deze verordening en met de opsporing van overtredingen genoemd in artikel 14 zijn naast de in artikel 141 en 142 van het Wetboek van Strafvordering genoemde personen belast de daartoe door de burgemeester aangewezen ambtenaren.

Artikel 16

Zij die belast zijn met de zorg voor de nakoming van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften welke strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner.

Artikel 17

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Drank- en Horecaverordening Breda 2014”.

  • 2. Deze verordening treedt in werking 1 januari 2014.

  • 3. Op dat tijdstip vervalt de Drank- en Horecaverordening Breda 2001.

  • 4. De toestemmingen, ontheffingen, aanwijzingen vergunningen, die zijn verleend ingevolge de in het vorige lid genoemde verordening worden geacht te zijn verleend ingevolge deze verordening, voor zover deze in hetzelfde onderwerp voorziet.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 7 november 2013
, voorzitter.
, griffie