Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent het Meerjarenprogramma Veiligheid 2019-2022

Geldend van 31-10-2019 t/m heden

Intitulé

Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent het Meerjarenprogramma Veiligheid 2019-2022

Meerjarenprogramma Veiligheid 2019-2022

Plan van aanpak

Meerjarenprogramma Veiligheid

Analyseren, Anticiperen en Activeren

afbeelding binnen de regeling

Veiligheid breng(t) je samen

0. Inleiding

Als stad staan we voor de opgave om Breda ook de komende jaren veilig te laten zijn en veilig te laten voelen. Dit is een voorwaarde om de ambities uit het Verhaal van Breda gestalte te geven. Dit vraagt om een proactieve veiligheidsaanpak, waarbij we vooruit kijken en ontwikkelingen nauwlettend monitoren. Een aanpak waardoor de veiligheidspartners, professionals én bewoners bewuster en meer handelingsbekwaam worden. Koersvast, waarbij we in verbinding met de stad flexibel werken aan ons doel, namelijk:

Breda, een geweldige stad om te wonen, werken en leven.

We hebben deze partners hard nodig om de geformuleerde ambities op het gebied van veiligheid in Breda te realiseren. Daarom is de koers voor veiligheid in Breda samen met de stad door interne en externe partners ontwikkeld, immers:

Veiligheid breng(t) je samen!

We laten de verantwoordelijkheden daar waar ze horen en faciliteren de ketenpartners in het oppakken van hun rol voor de stad. Uit het oogpunt van veiligheid vinden we het belangrijk om daar samen met de partners in op te trekken en afspraken over te maken. Zo kunnen we elkaar wederzijds aanspreken op rollen en verantwoordelijkheden.

Op basis van trends en ontwikkelingen, het huidige veiligheidsbeeld en de input van onze partners hebben we vijf hoofdthema’s benoemd met per thema een aantal onderwerpen. We hebben aangegeven waar de focus op ligt in de komende periode. Dit staat in het inhoudelijk kader van het Meerjarenprogramma Veiligheid.

De aandacht gaat de komende tijd uit naar de implementatie en uitvoering van de BredA-AAnpak en de realisatie van onze ambities. Daarbij vinden we het belangrijk om meer naar de voorkant te gaan en aandacht te hebben voor de jeugd in Breda. Preventie en het weerbaar maken van onze jeugd staat daarbij centraal.

De basis voor het Meerjarenprogramma Veiligheid is bedoeld voor de komende vier jaar. Met dit plan van aanpak vertalen we de strategische ambities en geven we weer wat we gaan doen om onze ambities te realiseren. We stellen de focuspunten (en daarmee ook het Plan van Aanpak) proactief en tijdig bij via een cyclus van evaluatie en monitoring en door informatiegestuurd te werken. De focuspunten zijn dus dynamisch en worden tussentijds aangepast naar aanleiding van de trends en ontwikkelingen. Voor ieder focuspunt maken we een apart projectplan. Deze projectplannen vormen een aanvulling op dit Plan van Aanpak. Per jaar maken we voor het hele meerjarenprogramma een jaarschijf waarin de concrete activiteiten staan beschreven en waarin we een verwijzing maken naar de benodigde ketenpartners, vastgestelde beleidsdocumentatie en eventuele evaluatiemomenten.

1. Proces totstandkoming

Om de basis van het meerjarenprogramma vorm te geven, zijn we begonnen met de veiligheidsanalyse. Deze staat in het volgende hoofdstuk. Om vervolgens de koers van Breda op het gebied van veiligheid te bepalen, hebben we aanvullend de trends en ontwikkelingen opgehaald in het veld. In diverse sessies hebben we betrokkenen op het brede terrein van veiligheid samengebracht. We zijn met elkaar in gesprek gegaan over trends en ontwikkelingen en wat deze betekenen voor de aanpak van veiligheid. We hebben wijkraden, collega’s binnen de gemeente en uiteenlopende ketenpartners (waaronder de politie, zorginstellingen, de Veiligheidsregio, de GGD, etc.) uitgenodigd om gezamenlijk het Meerjarenprogramma Veiligheid vorm te geven.

De werksessies hebben geleid tot de verdeling in de vijf hoofdthema’s en de thema-overstijgende onderwerpen. Om de overlap en samenhang tussen deze thema’s en onderwerpen weer te geven, hebben we gekozen voor een bloemvorm. In de kern van de bloem staan de onderwerpen die door alle vijf hoofdthema’s verweven zijn.

afbeelding binnen de regeling

In vervolgsessies zijn de stakeholders opnieuw uitgenodigd om de onderwerpen onder de vijf hoofdthema’s te bespreken, inclusief de doelstellingen. Ook hebben we besproken waar volgens de interne en externe betrokkenen de komende periode de focus op moet komen te liggen. Dit heeft geleid tot de formulering van de vijf focuspunten.

Tijdlijn: Sessies met de stakeholders.

afbeelding binnen de regeling

2. Veiligheidsanalyse

Als basis van het meerjarenprogramma hebben we een veiligheidsanalyse gemaakt. Deze bestaat uit de trends en ontwikkelingen die op Breda afkomen, oftewel: de maatschappelijke context en het huidige veiligheidsbeeld. Een aantal voorbeelden van de mogelijke implicaties van de trends en ontwikkelingen voor de veiligheid vindt u hieronder. We hebben het huidige veiligheidsbeeld bekeken, zodat we onze uitgangspositie in beeld hebben. Belangrijke bronnen zijn: het Trendrapport platform 31, het Verhaal van Breda, gesprekken met de stakeholders en cijfers van onder andere de politie en de gemeente.

2.1. Trends en ontwikkelingen met mogelijke gevolgen voor de veiligheid

Demografie

  • De bevolking van Breda blijft groeien door verhuizingen en geboorteoverschot.

  • De bevolking vergrijst en ouderen wonen langer thuis.

  • Het aantal huishoudens stijgt door onder andere meer eenpersoonshuishoudens.

  • De diversiteit in de herkomst van migranten neemt toe.

Mogelijke implicatie: Een toename van het aantal eenpersoonshuishoudens en van ouderen die langer thuis wonen vergroot de kans dat het aantal woninginbraken, diefstal door babbeltrucs of branden in huis toeneemt.

Economie-Ruimtelijk

  • Voorzichtig herstel van de arbeidsmarkt: dalende werkloosheid, groeiende werkgelegenheid, stijging van de beroepsbevolking, toename van het aantal vacatures.

  • Groei van het aantal uitzendbanen en flexibele arbeidscontracten.

  • Toename van het aantal evenementen.

  • Winkels en horeca blijven langer open.

  • Internationalisering van de binnenstad.

  • Leegstand in specifieke vorm.

  • Veranderend gebruik van vervoersmiddelen.

Mogelijke implicatie: De economie verandert, waarbij een toename van het aantal evenementen risico’s van geweld, vandalisme of overlast van middelengebruikers met zich mee kan brengen.

Sociaal-Cultureel

  • Meer zelf- en samenredzaamheid in de participatiemaatschappij: nieuwe sociale verbanden.

  • Individualisering.

  • Transformatie en innovatie binnen het sociaal domein voortzetten.

  • Segmentatie en fragmentatie: verdere segregatie naar opleidingsniveau en mentaliteit.

  • Sociale contacten vinden steeds meer digitaal plaats.

  • Onvrede over maatschappij en politiek.

  • Nadruk op polarisatie en radicalisering.

  • Normalisatie van het drugsgebruik.

  • De rol van de overheid verandert: meer samenwerking met bewoners en andere partijen.

Mogelijke implicatie: Het onvermogen tot zelf- of samenredzaamheid kan bij risicogroepen zoals personen met verward gedrag of verslaafden leiden tot overlastgevend gedrag. Hierdoor neemt de vraag naar de combinatie van zorg en veiligheid toe.

Politiek-Juridisch

  • Meer inzet van bestuursrecht bij de aanpak van criminaliteit, onveiligheid, overlast en ondermijning: een veranderende rol voor de burgemeester.

  • Centralisatie van het veiligheidsterrein, decentralisaties van het sociaal en fysieke domein.

  • Opgavegericht werken.

  • Regionalisering.

  • Intensievere samenwerking met ketenpartners, burgers en (semi)private partijen.

  • Optreden als één slimme overheid.

Mogelijke implicatie: Door de intensievere samenwerking met ketenpartners, burgers en (semi)private partijen verandert ieders rol bij de aanpak van veiligheidsvraagstukken.

Technologie

  • Toename van het gebruik van sociale media.

  • Nieuwe, vergaande technologische toepassingen leiden tot vervaging tussen de fysieke en digitale leefwereld.

  • De overheid loopt achter op dit gebied.

  • Steeds meer afhankelijkheid van technologie.

  • Burger moet steeds meer digitaal regelen: de digitale kloof wordt groter.

  • Digitale mogelijkheden om meer als één overheid en informatiegestuurd samen te werken.

  • Blijvend dilemma privacy – veiligheid.

Mogelijke implicatie: Nieuwe digitale technologieën bieden criminelen mogelijkheden om hun activiteiten af te schermen, maar bieden tegelijkertijd ook mogelijkheden om hen aan te pakken.

Klimaat

  • Klimaatverandering met onder andere extremere weersomstandigheden.

  • Energietransitie.

  • Transitie naar een meer circulaire economie.

Mogelijke implicatie: de energietransitie vraagt andere vormen van energievoorziening (zonnepanelen of windmolens), die om nieuwe of andere bouwveiligheidsvoorschriften vragen.

Veiligheid

  • Veranderend begrip veiligheid.

  • Geregistreerde criminaliteit (WOS/geweld) neemt sinds jaren af, ondergrens kan bereikt zijn.

  • Stijging van minder zichtbare vormen van criminaliteit (ondermijning, fraude, milieucriminaliteit, cybercriminaliteit, radicalisering).

  • Onveiligheidsgevoelens nemen af, maar kunnen zich beide kanten op ontwikkelen.

  • Meer nadruk op diversiteit van cybercriminaliteit en gedigitaliseerde criminaliteit.

  • Risico- en informatiegestuurde aanpak van de veiligheidsproblematiek.

  • Complexere samenleving geeft nieuwe vormen van crises en risico's.

Mogelijke implicatie: Door de afname van de zichtbare criminaliteit en de stijging van minder zichtbare vormen van criminaliteit verandert de focus van het veiligheidsdomein.

2.2. Veiligheidsbeeld

Het gaat goed met de veiligheid die veel inwoners van Breda dagelijks ervaren. Zestig procent van hen geeft aan dat de veiligheid in de afgelopen 2 jaar stabiel is gebleven. We scoren daarmee in lijn met vergelijkbare steden. De huidige cijfers (met een doorrekening voor 2018) geven aan dat we goed presteren wat betreft de meeste vormen van zichtbare criminaliteit. De dalende tendens zet door bij veel delicten in 2018. Na een spectaculaire daling stabiliseert het aantal woninginbraken. Het aantal diefstallen van personenauto’s stijgt daarentegen met dertig procent. Ook neemt het aantal incidenten rondom personen met verward gedrag en meldingen van huiselijk geweld toe.

Als we kijken naar buurtproblemen en overlast, dan blijkt de overlast door rondhangende jongeren vergelijkbaar te zijn met die in 2015. Wel is de overlast door drugsgebruik en/of drugshandel gestegen. Van de Bredanaars heeft een kleine dertig procent het afgelopen jaar in hun buurt te maken gehad met overlast door personen met verward gedrag. Meer Bredanaars vinden dat hard rijden en onveilig rijgedrag vaak voorkomt in hun buurt ten opzichte van 2015.

De cijfers over zichtbare criminaliteit ontwikkelen zich positief. De vraag is echter of dit het hele verhaal is. Zo zijn er op basis van de trends en ontwikkelingen signalen dat het niet goed gaat met de onzichtbare criminaliteit, zoals cybercriminaliteit/gedigitaliseerde criminaliteit en ondermijning. Het is van belang ook de zaken weer te geven die onder de oppervlakte blijven. Vindt er bijvoorbeeld een verplaatsing plaats van de zichtbare criminaliteit naar de gedigitaliseerde criminaliteit? Aan de hand van de informatiegestuurde aanpak willen we inzicht krijgen in de fenomenen en werkwijzen binnen het veiligheidsdomein.

Misdrijven in Breda

 

2014

2015

2016

2017

Prognose 2018

Woninginbraak

967

795

631

649

535

Overval

19

31

18

15

12

Straatroof

65

56

43

37

26

Geweld (mishandeling, bedreiging, openlijk geweld)

1.257

1.335

1.246

1.239

1.102

Auto-inbraak

1.295

1.241

1.442

1.155

731

Autodiefstal (personenauto)

193

238

157

104

135

(Brom)fietsdiefstal

1.986

1.697

1.503

1.131

903

Diefstal/inbraak box/garage/schuur/tuinhuis

326

387

302

227

120

Winkeldiefstal

728

704

599

471

405

Bedrijfsinbraak/-diefstal

440

337

287

320

268

Vernielingen

1.330

1.231

1.187

995

843

Zakkenrollerij

527

539

414

373

232

Drugshandel

357

287

308

324

250

Overige misdrijven

4.720

4.484

4.477

4.220

3.951

Totaal aantal misdrijven

14.210

13.362

12.614

11.260

9.514

Bron: BHV politie

3. De BredA-AAnpak

De basis voor het Meerjarenprogramma Veiligheid vormt de triple-A-aanpak, oftewel de BredA-AAnpak. Deze aanpak staat voor: Analyseren, Anticiperen en Activeren. De triple-A-aanpak vormt dé manier van werken in Breda in de benadering en aanpak van de veiligheidsvraagstukken. De BredA-AAnpak is daarmee verweven in de inhoud én in de werkwijze. De input vanuit de sessies met het veld is in deze aanpak vervlochten. Hierbij kwamen de volgende uitgangspunten naar voren:

  • Informatiegestuurd werken

  • Risicobewust

  • Verbindende communicatie

  • Samenwerking vanuit eigen rol en verantwoordelijkheid

  • Meer naar de voorkant

  • Verbinding

afbeelding binnen de regeling

De triple-A-aanpak staat voor een andere manier van werken binnen het veiligheidsdomein. De A’s hebben onderling invloed op elkaar. Om te kunnen Anticiperen en Activeren is het van belang inzicht te hebben in ontwikkelingen die het Analyseren oplevert. We zetten in op een (pro)actieve aanpak en houding. Research & Development staat daarbij centraal. We anticiperen op trends en ontwikkelingen en werken informatiegestuurd. Kennis van het netwerk is cruciaal voor de vormgeving van de inhoud én voor de organisatie en de werkwijze. De triple-A-aanpak is onze manier van werken en die dragen we uit: binnen en buiten de stadsgrenzen. Zo zetten we onszelf op de kaart als een slimme veiligheidsstad met ruimte voor lef!

Analyseren. We werken informatiegestuurd. Trends en ontwikkelingen op (inter)nationaal, regionaal en lokaal niveau zijn hiervoor leidend. Analyses zijn bepalend voor het formuleren van de inhoudelijke focuspunten en doelstellingen. Keuzes maken we op basis van een duiding van de analyses en we onderbouwen ze met inhoudelijke argumenten. Voorwaarde hiervoor is een goede informatievoorziening.

Anticiperen. Het veiligheidsdomein is dynamisch. Dat vraagt om het tijdig signaleren van trends en ontwikkelingen, proactief handelen en het ontwikkelen van beleid. We wachten niet af, maar zetten waar nodig aan tot actie. In onze interventies maken we gebruik van best practices en innovatie. We zijn risicobewust en zetten in op preventie en vernieuwing.

Activeren. We werken samen en stimuleren regievoering vanuit de eigen rol en verantwoordelijk¬heden. Van onszelf en van onze ketenpartners. We hebben kennis van de partijen in het veld, stimuleren de verbinding en (de-)escaleren tijdig. We faciliteren de participatie van inwoners, professionals en ondernemers. Dit doen we door het creëren van bewustwording, het bieden van handelingsperspectief en het benutten van de bestaande netwerken. Vanuit de trends en ontwikkelingen activeren wij onze ketenpartners en andersom: vanuit de signalen uit het veld activeren de ketenpartners ons als overheid. Dit is een wisselwerking.

Implementatie BredA-AAnpak

De triple-A-aanpak staat voor een nieuwe manier van werken. Het jaar 2019 is daarom een overgangsjaar waarbij we het informatiegestuurde werken verder gaan verkennen en uitwerken.

Vanuit de BredA-AAnpak werken we informatiegestuurd. Research en development staan binnen de hele aanpak centraal: bij het vormgeven van de inhoud én van de werkwijze. Met de BredA-AAnpak sturen we op samenhang en monitoring. We bouwen intern en met onze ketenpartners vaste evaluatiemomenten in en stellen tijdig de focuspunten en doelstellingen bij. We ontwikkelen hiervoor geen nieuwe methodiek, maar sluiten aan bij de ‘Plan-Do-Check-Act’-methode van de gemeente Breda (Strategy deployment). Een onderliggende communicatiestrategie en stakeholdersanalyse is hiervoor van belang.

Per ‘A’ gaan we kort in op de randvoorwaarden die nodig zijn om de gewenste manier van werken met elkaar vorm te geven.

Analyseren. Informatiegestuurd werken is een continu proces waarmee het Veiligheidsdomein interne en externe gegevens bij elkaar brengt en analyseert. De kennis die daaruit voortkomt, passen we toe om het effect op onze aanpak te vergroten. We maken analyses op operationeel, tactisch en strategisch niveau. Voorwaarden zijn: inzicht in de informatiebehoefte, een optimale informatieontsluiting, betrouwbare datakwaliteit en voldoende analysecapaciteit. In het analyse- en informatieplan werken we het verhogen van onze informatiepositie en informatiegestuurd werken uit. Het VIK (Veiligheids Informatie Knooppunt) en de doorontwikkeling daarvan staat de komende tijd centraal. Het VIK is een belangrijk middel dat bijdraagt aan de gemeentelijke ambitie om informatiegestuurd te gaan werken. Het VIK wordt momenteel landelijk gezien als best practice.

Anticiperen. De analyses maken het mogelijk om trends snel te onderkennen en ons beleid proactief aan te passen en in te zetten. Dit vraagt een flexibele organisatie met lef en creativiteit. Hierbij is ook oog voor verbinding, preventie en nieuwe samenwerkingsmogelijkheden van belang. We sluiten aan bij de ontwikkelingen binnen interne beleidsterreinen en bij die van onze ketenpartners.

Activeren. Vanuit de trends en ontwikkelingen die we signaleren, activeren we onze ketenpartners. We hebben een actieve rol in het creëren van bewustwording en het bieden van handelingsperspectief voor inwoners, professionals en ondernemers. Commitment van en samenwerking met deze partners is een voorwaarde voor het realiseren van de gezamenlijk geformuleerde ambities. Kennis van het netwerk is daarvoor van belang. Voor het benutten van de bestaande netwerken moeten we eerst inzicht krijgen in deze netwerken en de verschillende partijen die actief zijn in de stad en de wijken. Zo maken we blinde vlekken zichtbaar en wordt duidelijk waar we de samenwerking kunnen versterken en waar de verbinding nog moet worden gelegd. Een goede stakeholdersanalyse is een voorwaarde om de partners te vinden en te verbinden.

4. De focuspunten

Een koers uitzetten op het gebied van veiligheid vraagt om het maken van keuzes. Daarom hebben we een veiligheidsanalyse uitgevoerd en input gevraagd aan de belanghebbenden uit het veld. We hebben hier inwoners en professionals bij betrokken 1 . Op basis daarvan hebben we bepaald op welke onderdelen de focus hoort te liggen. Voor deze onderdelen is de komende periode een extra investering nodig in tijd, geld, inzet en/of denkkracht. In dit hoofdstuk wordt beschreven welke onderwerpen in het jaar 2019 extra aandacht behoeven.

Uit de veiligheidsanalyse en de gesprekken met het veld is gebleken dat de focus de komende periode ligt op twee van de vijf hoofdthema’s: ondermijning en zorg en veiligheid. Vanuit de thema-overstijgende onderwerpen krijgt cyberveiligheid de komende periode de focus en is er vanuit de BredA-AAnpak extra aandacht voor jeugd. We hebben hiervoor de volgende focuspunten geformuleerd:

  • Ondermijning: het verstoren van het crimineel ondernemingsklimaat en het vergroten van de weerbaarheid tegen de ondermijnende criminaliteit.

  • Terugkeer van ex-gedetineerden naar Breda: het voorkomen van recidive en het bevorderen van de integratie.

  • Personen met verward gedrag: het bieden van de benodigde zorg en het voorkomen van overlast en gevaarlijke situaties.

  • Polarisatie en radicalisering: alertheid creëren en (vroeg)signaleren.

  • Cyberveiligheid: verkennen, bewustwording en het bieden van handelingsperspectief.

Het uitzetten van een koers vraagt ook om sturing op de gemaakte keuzes. Door informatiegestuurd te werken, kunnen we onze keuzes tijdig bijsturen. Niet op basis van incidenten, maar op basis van analyses en bewuste, afgewogen keuzes. Structurele evaluatie van de focuspunten en het tijdig bijstellen hiervan vormt daarmee een onderdeel van het informatiegestuurd werken.

Om onze ambities op de focuspunten te realiseren, hebben we onze ketenpartners hard nodig. Noodzakelijke partners zijn onder meer:

  • de interne ketens sociaal domein (Wmo, Participatie en Jeugd)

  • diverse externe partners in het sociaal domein (waaronder zorginstellingen en welzijnsorganisaties, sportverenigingen, de woningcorporaties, CJG, scholen)

  • MKB Nederland

  • de Veiligheidsregio

  • het Zorg- en Veiligheidshuis Baronie Breda

  • de politie en partners uit de strafrechtketen

  • Buurtpreventie Breda

  • het RIEC

  • de Taskforce Brabant-Zeeland.

Voor een nadere uitwerking van de focuspunten verwijzen we naar de projectplannen die per focuspunt worden gemaakt. De planning en uitwerking kan per focuspunt verschillen.

4.1. Ondermijning

Het verstoren van het crimineel ondernemingsklimaat en het vergroten van de weerbaarheid tegen de ondermijnende criminaliteit

Korte schets van de huidige situatie

In het Meerjarenprogramma Veiligheid is de hoofddoelstelling voor de aanpak van ondermijning ‘het voorkomen en terugdringen van ondermijning’. De hiervan afgeleide subdoelstellingen zijn verwoord in de vier pijlers van de Aanpak Ondermijning:

  • 1.

    Het verstoren van criminele bedrijfsprocessen

  • 2.

    Het vergroten van de bestuurlijke weerbaarheid

  • 3.

    Het vergroten van de maatschappelijke weerbaarheid

  • 4.

    Het vergroten van de sociale weerbaarheid

In de huidige situatie zetten we vooral in op de eerste pijler. Alleen al in 2018 hebben we een forse bijdrage geleverd aan tientallen casussen (inclusief RIEC-casuïstiek en Top X-aanpak). Daarnaast zijn we in actie gekomen bij bestuurlijke rapportages en hebben we vele ‘losse’ gevallen zelf opgepakt.

Momenteel worden de activiteiten die bijdragen aan het vergroten van de weerbaarheid fragmentarisch opgepakt. Dit wil zeggen: er zit geen plan van aanpak achter, de integraliteit en coherentie zijn niet geborgd én het kent geen duurzaam karakter.

Korte schets van de gewenste situatie

We moeten toe naar een duurzame realisatie van de hoofddoelstelling: het voorkomen en terugdringen van ondermijning. Alle pijlers dragen hier evenredig aan bij en hebben een sterke onderlinge relatie. In de gewenste situatie krijgen de pijlers evenredige aandacht, waarbij de onderlinge coherentie geborgd blijft.

Inzet op álle subdoelstellingen is niet ambitieus. Integendeel, het is nodig voor een veilige stad! Dat is niet eenvoudig: het vraagt om inzet én een lange adem. Immers, investeren in weerbaarheid leidt op korte termijn waarschijnlijk juist tot meer casuïstiek om criminele bedrijfsprocessen te verstoren. Echter, hoe weerbaarder het bestuur en de stad zijn, hoe minder criminele processen er uiteindelijk verstoord hoeven te worden. Zo dringen we de ondermijnende criminaliteit terug en zorgen we voor waarborgen waarmee deze activiteiten voorkomen kunnen worden.

Wat is er nodig om daar te komen?

De afgelopen jaren hebben we veel inzet en vorderingen gemaakt op de eerste pijler. Om van een Aanpak Ondermijning te kunnen spreken, moet de weerbaarheidsaanpak structureler vorm krijgen. De pijlers zijn immers van evenredig belang en de onderlinge samenhang moet geborgd worden. Bovendien staan we een uniforme manier van werken voor, zoals verwoord in de BredA-AAnpak. De triple A moet doorklinken in alle activiteiten en projecten die we inzetten en ontwikkelen. Om de BredA-AAnpak goed vorm te kunnen geven, zijn wel enkele basisvoorzieningen nodig, die ondersteunend zijn aan de hele Aanpak Ondermijning. Dit zijn kritische succesfactoren.

De pijler ‘Het verstoren van criminele bedrijfsprocessen’ richt zich op het verstoren van de hele lijn: van hoe er winst gemaakt wordt (bijvoorbeeld door de productie en verkoop van drugs) tot hoe de winst geïnvesteerd wordt (bijvoorbeeld door witwassen). Dit vraagt een slimme mix van strafrechtelijke, fiscale én bestuurlijke interventies. De bestuurlijke interventies moeten coherent zijn aan de brede aanpak en daar waar nodig worden afgestemd met partners in de keten. We verwachten dat een investering in weerbaarheid de komende jaren leidt tot een toename van het aantal signalen. Dit leidt naar verwachting ook tot een toename van de casuïstiek en de daaruit voortvloeiende maatregelen. Voor 2019 verwachten we daarom dat de aantallen uit 2018 het minimum vormen.

‘Het vergroten van de bestuurlijke weerbaarheid’ vraagt onze inzet voor een ambtelijke en bestuurlijke organisatie die strijdbaar is én zich verdedigt tegen ondermijnende invloeden. Zo kunnen we misbruik van processen en beïnvloeding voorkomen. Dit vraagt bewustzijn, handelingsperspectief en handelingsbereidheid. Om te komen tot een duurzaam weerbare organisatie, moeten we toewerken naar een structurele inbedding van deze weerbaarheid. Om dit te bereiken, is draagvlak nodig op het hoogste bestuurlijke én ambtelijke niveau. Bovendien vraagt het een gestructureerde aanpak, die we opnemen in een plan van aanpak waarop gestuurd kan worden én dat aansluit bij de ontwikkelingen en best practices.

In de pijlers maatschappelijke en sociale weerbaarheid richten we ons op het bewustzijn en de cultuur rondom ondermijnende criminaliteit. We willen dat maatschappelijke organisaties, brancheverenigingen, burgers en ondernemers zich ervan bewust zijn én zich afkeren van deze criminaliteit, in al zijn verschijningsvormen. Deze doelstelling reikt zelfs nog verder: we willen geen parallelle samenleving, maar één samenleving die geen voedingsbodem biedt voor ondermijnende criminaliteit. Komende jaren staan interne en externe verbindingen centraal in de ontwikkeling van deze pijlers. Samen met collega’s, ketenpartners, brancheorganisaties, burgers en ondernemers gaan we op zoek naar geschikte interventies om handelingsperspectief te bieden, zelfreinigend vermogen te ontwikkelen en een gezonde voedingsbodem te creëren. Ook daarvoor stellen we een projectplan op, dat toeziet op innovatieve interventies en aansluit bij lopende ontwikkelingen en best practices.

4.1.2. BredA-AAnpak Ondermijning

Analyseren

Tegengaan van ondermijning gebeurt onder andere via interventies op zowel operationeel, tactisch als strategisch niveau. Om deze interventies te doen slagen is een goede duiding van informatie bepalend. Deze manier van werken vraagt om verschillende randvoorwaarden. Zo gaan we werken volgens een informatiecyclus en dienen we signalen omtrent (mogelijke) ondermijning te bundelen op één plek. Hierbij dient kritisch gekeken te worden naar de data-kwaliteit. Daarnaast is het van belang aan te sluiten bij externe ontwikkelingen zoals 1SO/1 Smart Overheid.

Anticiperen

Ondermijning kent uiteenlopende verschijningsvormen. Criminelen zijn inventief en passen zich snel en gemakkelijk aan veranderende omstandigheden aan. Het is noodzakelijk dat deze trends en ontwikkelingen snel worden onderkend. Van ons vraagt dit flexibiliteit en innovatief werken om de aanpak en het beleid op deze trends te kunnen aanpassen.

Tegelijkertijd is de aanpak van ondermijning ook een kwestie van de lange adem. Voor een structurele aanpak welke zich ook aanpast aan de actuele trends en ontwikkelingen is zowel op bestuurlijk als ambtelijk niveau durf nodig.

Activeren

Om ondermijning tegen te gaan is bewustwording cruciaal, zowel bij interne collega’s als bij inwoners, ondernemers en partners. In de aanpak ondermijning starten we daarom met het bewustmaken en activeren van onszelf en onze professionele- en maatschappelijke partners. Een stakeholdersanalyse en een veilige omgeving zijn randvoorwaarden om de bewustwording te kunnen vergroten. Bovendien moeten we een krachtige boodschap uitdragen waarin het gemeenschappelijke belang van het bestrijden van ondermijning wordt benadrukt.

Voor de nadere uitwerking van het beleid en de acties voor dit onderwerp, verwijzen we u naar het Projectplan ‘Aanpak Ondermijning’.

4.2. Zorg en Veiligheid: Terugkeer van ex-gedetineerden, polarisatie en radicalisering, en personen met verward gedrag

We versterken de samenhang tussen het zorgdomein en het veiligheidsdomein. Zo willen we effectiever zijn in de aanpak van zorg- en veiligheidsvraagstukken in Breda. We richten ons op de drie focuspunten en besteden extra aandacht aan het versterken van de verbinding tussen de twee domeinen. We zetten daarbij in op kennismaking, het spreken van dezelfde taal en bewustwording over het zorg- én het veiligheidsperspectief bij vraagstukken en casuïstiek. Afspraken over regievoering, rolverdeling, (gedeeld) budget en verantwoordelijkheden dragen daaraan bij.

4.2.1. Terugkeer van ex-gedetineerden

Voorkomen van recidive en bevorderen van integratie

Korte schets van de huidige situatie

We missen nog veel kansen als het gaat om een succesvolle re-integratie van ex-gedetineerden. Daarmee kunnen we recidive voorkomen en de integratie bevorderen. Dat heeft te maken met capaciteit én met de manier van werken. Hierdoor komen we met veel gedetineerden niet in contact en daar waar dit wél gebeurt, komt (de voorbereiding op) een eventuele ondersteuning vanuit de gemeente pas aan het einde of zelfs na de detentie op gang.

Sinds april 2018 loopt er een experiment in het kader van de City Deal Zorg voor Veiligheid in de Stad, in samenwerking met de gemeente Tilburg. Binnen dat experiment leggen we al tijdens de detentie contact met gedetineerden om hen waar nodig te ondersteunen bij een zorgvuldige voorbereiding van hun terugkeer naar de samenleving. Dit experiment loopt nog tot april 2019. Een tussenevaluatie komt naar verwachting in oktober 2018 beschikbaar. De eindevaluatie volgt in februari 2019. Op basis daarvan kunnen we keuzes maken voor het vervolg.

Ook heeft er een vergelijking plaatsgevonden in de B5-gemeenten met betrekking tot de re-integratie van ex-gedetineerden en de manier waarop dit binnen de Brabantse gemeenten georganiseerd is. Een samenwerking rondom dit thema en de verkenning van één gezamenlijke Brabantse aanpak wordt de komende periode verder opgepakt.

Korte schets van de gewenste situatie

Het doel is om recidive tegen te gaan en de integratie te bevorderen. Onze ambitie is om dat te doen aan de hand van een levensloopbenadering, waarbij de detentie niet gezien wordt als onderbreking maar als onderdeel van het leven van een individu. De overgangen tussen detentie en ‘buiten’ moeten soepel verlopen. Daarin mogen geen perioden ontstaan waarin iemand die ondersteuning nodig heeft of bij wie risicobeheersing van belang is, tijdelijk buiten beeld is van de gemeente. We willen zo veel mogelijk in regionaal of zelfs provinciaal verband samenwerken bij de re-integratie van ex-gedetineerden. Dit levert efficiëntie én inhoudelijke voordelen op.

Wat is er nodig om daar te komen?

Gedetineerden in beeld krijgen én houden vraagt om een proactieve inzet van de gemeente. Onze inzet is ook afhankelijk van de nazorg die het gevangeniswezen biedt. Dit thema krijgt momenteel landelijk aandacht. Voor de re-integratie van ex-gedetineerden is het belangrijk dat de gemeente is aangehaakt en samenwerkt met de penitentiaire inrichtingen. Onze reguliere capaciteit is naar verwachting onvoldoende om de ambitie van een levensloopbenadering en een proactieve inzet waar te maken (los van het experiment in het kader van de City Deal). Het lijkt op lange termijn niet houdbaar om alleen voor de gemeente Breda een aanpak vorm te geven voor de re-integratie van ex-gedetineerden. Op basis van de uitkomsten uit het experiment van de City Deal bepalen we hoe en in welke mate we verder vorm geven aan de re-integratie van ex-gedetineerden in Breda. De mogelijkheden voor een regionale of zelfs provinciale aanpak worden in de tussentijd onderzocht.

Voor een nadere uitwerking van het beleid en de acties voor dit onderwerp, verwijzen we u naar:

  • -

    Het Plan van Aanpak City Deal Zorg voor Veiligheid, vastgesteld op 6 februari 2018.

  • -

    Aanvraag gelden bijdrageregeling begeleiden van ex-gedetineerden voor wonen en werken 2018, november 2017 (aangevraagde gelden zijn toegekend).

4.2.2. Personen met verward gedrag

Bieden van de benodigde zorg en voorkomen van overlast en gevaar

Korte schets van de huidige situatie

Verward gedrag kan diverse oorzaken hebben. Het kan bijvoorbeeld gaan om een dementerende vrouw die naakt over straat loopt of om een man die in een ernstige psychose dreigt het gemeentehuis in brand te steken. In het meerjarenprogramma ligt de nadruk bij al deze personen vooral op het signaleren en snel de-escaleren van risicovolle situaties die worden veroorzaakt door verward gedrag. Zo kunnen we adequaat handelen, met een passende mix van zorg en repressie.

De 18 gemeenten in West-Brabant hebben een regionale aanpak geformuleerd. Daarnaast hebben Breda en Bergen op Zoom gewerkt aan het opzetten van Spoedeisende Psychiatrische Onderzoeksruimtes (SPOR). Deze pilot duurt tot 1 januari 2019. Momenteel geven we op een aantal onderdelen lokale invulling aan de regionale aanpak. We implementeren onder meer de regiekaart de-escalatie, die regionaal met het veld is ontwikkeld. Dit model beschrijft wie de regie heeft bij (dreigende) escalatie van problemen en wie verantwoordelijk is op operationeel en bestuurlijk niveau. Ook deskundigheidsbevordering is onderdeel van de lokale aanpak, voor professionals en niet-professionals. Naast deze lokale invulling werken we in de regio aan het gezamenlijk organiseren van (acute) crisiszorg en sluiten we aan bij de landelijke ontwikkelingen.

Korte schets van de gewenste situatie

We willen voorkomen dat personen met verward gedrag een gevaar vormen voor zichzelf en anderen of overlast veroorzaken. Dit doen we door tijdig te signaleren, passende ondersteuning te bieden en door een sluitende aanpak te ontwikkelen en af te stemmen voor de zorg en ondersteuning aan mensen die een risico lopen om verward te raken of verward gedrag te vertonen.

Wat is er nodig om daar te komen?

We voeren de eerder opgestelde plannen uit. Daarnaast is informatievoorziening een belangrijke voorwaarde in de aanpak van personen met verward gedrag. Professionals hebben de juiste informatie nodig om de beste aanpak voor een individu te bepalen. In de praktijk zien we dat er onduidelijkheid is over de voorwaarden waaronder professionals informatie met elkaar mogen uitwisselen. Dit levert knelpunten op en het voorkomt een adequate inzet. Dit ondermijnt het succes van andere onderdelen van de aanpak van personen met verward gedrag en vraagt daarom extra aandacht. Daarnaast gaan we aan de slag met de implementatie van de regiekaart de-escalatie.

In 2020 worden de Wet zorg en dwang en de Wet verplichte GGZ van kracht. Dit brengt de nodige taken voor de gemeente met zich mee. We bereiden ons hierop voor, waar nodig samen met de regio.

Voor de nadere uitwerking van dit beleid en de acties voor dit onderwerp, verwijzen we u naar:

  • -

    Plan van aanpak personen met verward gedrag (vastgesteld september 2018).

  • -

    Notitie lokale aanpak personen met verward gedrag (vastgesteld september 2018).

4.2.3. Polarisatie en radicalisering

Alertheid creëren en (vroeg)signaleren van onwenselijke polarisatie en radicalisering

Korte schets van de huidige situatie

Het Zorg- en Veiligheidshuis Baronie Breda biedt een persoonsgerichte aanpak voor personen die (dreigen te) radicaliseren. In mei 2018 is een denktank gestart, die bestaat uit sleutelfiguren in Breda. Deze denktank wordt getrokken door procesregisseurs van het Veiligheidshuis. De driedaagse verdiepingscursus Radicalisering en Multicultureel Vakmanschap wordt aangeboden aan professionals uit de regio.

Korte schets van de gewenste situatie

We willen toewerken naar een leefklimaat toewerken waarin iedereen zich verbonden voelt met onze samenleving en waar geen plaats is voor onwenselijke polarisatie en radicalisering. Ook willen we de (verdere) ontwikkeling van polarisatie of radicalisering doorbreken door adequate interventie. Professionals moeten in staat zijn om tijdig te signaleren wanneer er sprake is van polarisatie of radicalisering.

De persoonsgerichte aanpak van het Zorg- en Veiligheidshuis en de denktank zetten we voort. Daarnaast willen we beleid ontwikkelen dat meer gericht is op het voorkomen van onwenselijke polarisatie en radicalisering. We zien hierbij een grote rol weggelegd voor het sociaal domein.

Wat is er nodig om daar te komen?

We willen een preventieve aanpak opzetten die aansluit bij de Bredase situatie. Daarvoor is nader onderzoek nodig naar de aard en omvang van onwenselijke polarisatie in Breda. Daarnaast willen we dit thema binnen de gemeente beleggen en bij onze partners in het veld, zodat de aanpak een grote kans van slagen heeft. Daaronder valt ook het vaststellen van samenhangend beleid waarin plaats is voor de nieuwe preventieve aanpak, de al bestaande persoonsgerichte aanpak en de denktank van sleutelfiguren. De bestaande universele regiekaart de-escalatie wordt ook geïmplementeerd. Verder is het wenselijk dat we een regionale samenwerking vormgeven, waarin Breda een rol als centrumgemeente vervult.

4.2.4. BredA-AAnpak Zorg en Veiligheid

Analyseren

Op alle onderwerpen binnen het brede thema Zorg en Veiligheid is voldoende kennis over de aard en omvang van de problematiek noodzakelijk. Op onderwerpen waar deze kennis onvoldoende aanwezig is, wordt actief ingezet op de analyse, waarbij de afdeling Onderzoek en Informatie en/of een extern onderzoeksbureau kan worden ingeschakeld. Hierbij dient de informatieontsluiting vanuit het sociaal- en het veiligheidsdomein bij elkaar te komen. Het is van belang de beschikbare informatie up-to-date te houden en trends en ontwikkelingen op lokaal, regionaal en landelijk niveau voortdurend te monitoren. Analyses worden daarom periodiek herhaald.

Anticiperen

Dat de samenleving continu in verandering is, behoeft geen verdere toelichting. Veranderingen in de samenleving hebben ook hun effect op Zorg en Veiligheid. Het is belangrijk de trends en ontwikkelingen scherp in de gaten te houden, zodat daarop kan worden geanticipeerd. Dit vraagt om een flexibele aanpak waarin niet alleen de gemeente, maar ook betrokken partners in Zorg en Veiligheid snel kunnen schakelen en elkaar eenvoudig weten te vinden. We betrekken de externe partners maar ook interne collega’s uit het Sociaal Domein nadrukkelijk bij het opstellen, uitvoeren en aanpassen van beleid en acties. Nieuwe ontwikkelingen worden breed gedeeld en meegenomen in uitvoering en beleid.

Activeren

Het terugdringen van handelingsverlegenheid is een belangrijk thema binnen Zorg en Veiligheid. Bewustwording van de problematiek en van de eigen rol in het bestrijden hiervan is daarvoor onmisbaar. De gemeente heeft hierin een activerende en faciliterende rol door partners en inwoners te informeren, bewust te maken van wat er speelt en een concreet handelingsperspectief te bieden. Verschillende activiteiten en hulpmiddelen (zoals bijvoorbeeld de regiekaart de-escaleren) dragen hieraan bij.

Voor de nadere uitwerking van het beleid en de acties voor dit onderwerp, verwijzen we u naar:

  • -

    Het projectplan ‘Aanpak onwenselijke polarisatie en radicalisering’.

4.3. Cyberveiligheid

Verkennen, bewustwording creëren en handelingsperspectief bieden

Korte schets van de huidige situatie

Op dit moment is de politie de meest actieve partij binnen de veiligheidsketen op het gebied van cybercriminaliteit. Zij geven aan dat zij een landelijke verschuiving zien van traditionele delicten naar digitale delicten. Waar de traditionele criminaliteit al jaren daalt, neemt de registreerde digitale criminaliteit toe. Deze trend geldt ook voor Breda 2 .

afbeelding binnen de regeling

Aangiften Breda 2017 en 2018 t/m 28 augustus. Bron: Politieteam Markdal

De aanpak van cybercriminaliteit bestaat uit drie onderdelen: preventie, verstoring en repressie. Op dit moment zet de gemeente Breda nog niet actief in op preventie van cybercriminaliteit. Verschillende teams binnen de politie zijn actief op het gebied van repressie van digitale criminaliteit. Deze repressie is echter om verschillende redenen een enorme uitdaging:

  • Door het gebruik van internet zijn geldstromen niet langer rechtstreeks herleidbaar.

  • Door de vluchtigheid van gegevens verdwijnen sporen snel.

  • Het internet kent verschillende manieren om te anonimiseren.

  • Cybercriminaliteit kent geen begrenzing in tijd of plaats.

  • Het is voor cybercriminelen relatief eenvoudig om in korte tijd veel slachtoffers te maken en veel geld te verdienen.

Uit onderzoek blijkt dat twee doelgroepen het vaakst slachtoffer zijn van digitale delicten: jongeren en MKB-bedrijven. Jongeren, die veel actief zijn op internet, hebben relatief vaker te maken met cybercriminaliteit. Deze groep verdient dan ook bijzondere aandacht. Verder komen inbraken op de digitale bedrijfsvoering van ondernemers veel voor. De Nederlandse economie lijdt jaarlijks 10 miljard euro schade door cybercriminaliteit, waarvan 7,5 miljard voor rekening komt van ondernemers. Veilig ondernemen kan niet langer los worden gezien van het digitale domein. Daarnaast moeten we aandacht hebben voor de vitale infrastructuur. We hebben op dit moment nog geen duidelijk beeld van de grootste vitale risico’s van cybercriminaliteit voor Breda. De omvang en ernst van digitale dreigingen in Nederland is significant en neemt in de toekomst alleen maar toe.

Korte schets van de gewenste situatie

Jongeren. Voor hedendaagse jongeren is de digitale wereld een onlosmakelijk deel van hun leven. Ten opzichte van oudere doelgroepen zijn zij vaker slachtoffer én dader, zo blijkt uit onderzoek.

Als we hen willen helpen om optimaal en veilig gebruik te maken van de digitale wereld, moeten we continu aandacht hebben voor skills, eigen verantwoordelijkheid en veiligheid. Kinderen kunnen zelf niet altijd voor een veilige online omgeving zorgen of voldoende digitaal weerbaar zijn. Zij hebben hiervoor hulp nodig van hun ouders, hun school en ketenpartners zoals de gemeente, de politie, de GGD, Halt en het CJG. Het is belangrijk dat jongeren mediawijs worden en leren om zorgvuldig en verstandig om te gaan met (privé-)informatie op internet. Hun school is de ideale plek om risico’s van internet en sociale media te bespreken. Daarbij moet duidelijk worden wat de gevolgen kunnen zijn van online wangedrag, waar jongeren terecht kunnen met signalen en hoe zij zelf weerbaar kunnen worden.

Ondernemers. Bredase ondernemers zijn verantwoordelijk voor hun eigen veiligheid. De gemeente Breda heeft hierin een faciliterende rol door hen te informeren en concrete tips te bieden. We willen meer bewustzijn creëren voor de risico’s en vormen van digitale criminaliteit. Daarbij moeten ondernemers concrete handvatten krijgen om hun eigen digitale veiligheid te verbeteren.

Bewoners. Ook op het gebied van cybercriminaliteit kunnen we bewoners betrekken, net als bij de preventie van woninginbraak. Dankzij het uitgebreide bewonersnetwerk van Buurtpreventie Breda (met 17.000 aangesloten adressen en 2000+ actieve vrijwilligers) kunnen we veel Bredanaars bereiken, ook op het gebied van cyberpreventie. Het doel is om buurtbewoners actief te betrekken bij het thema en de buurtpreventen probleemeigenaar te maken. De buurtpreventen kunnen op hun beurt als ambassadeurs optreden door hun straatgenoten bewust te maken en te informeren.

Vitale infrastructuur. We willen als gemeente een duidelijk beeld hebben van de grootste risico’s in de stad op het gebied van cybercriminaliteit. Door deze risico’s in kaart te brengen, kunnen we gericht preventieve acties inzetten. Dit pakken we samen op met de Veiligheidsregio.

Wat is nodig om daar te komen?

De aanpak van cybercriminaliteit in Breda staat nog in de kinderschoenen. Voor een succesvolle aanpak moeten we investeren in kennis en in samenwerking met onder meer het CJG, de GGD, Halt, de politie, de Veiligheidsregio, scholen, ondernemers(verenigingen) en bewoners. Een hogere cyberweerbaarheid in Breda is een gezamenlijke verantwoordelijkheid.

Opsporing en vervolging van cybercriminaliteit zijn van oudsher een taak van de politie en het Openbaar Ministerie. Preventie is meer de taak van gemeenten. Willen we succes boeken, dan is een integrale aanpak nodig, met oog voor elkaars taken en verantwoordelijkheden. Hoewel cybercriminaliteit niet gebonden is aan grenzen, heeft deze vorm van criminaliteit ook zijn raakvlakken in de ‘echte’ wereld. Op deze raakvlakken liggen kansen voor een effectieve integrale aanpak.

Verder kan de beperkte mogelijkheid om aangifte te doen van digitale delicten een barrière zijn: bij cybercriminaliteit is de keuze van het soort delict beperkt (slechts één delictklasse). De verwachting is dat de aangiftebereidheid toeneemt als er meer mogelijkheden zijn om cybercriminaliteit als delict op te geven. Met een projectplan geven we invulling aan een eenduidig preventiebeleid met concrete maatregelen op het gebied van cybercriminaliteit. Hierin is aandacht voor de verschillende aspecten: jongeren, buurtbewoners, ondernemers en de vitale infrastructuur in de stad.

4.3.1. BredA-AAnpak Cyberveiligheid

Analyseren

Informatie omtrent cybercriminaliteit wordt geïnventariseerd en vervolgens geanalyseerd om een beeld te krijgen van omvang, Modus Operandi en slachtofferschap. Gezien het globale karakter van cybercriminaliteit is het niet altijd makkelijk om een lokaal veiligheidsbeeld te schetsen, maar landelijke trends kunnen vertaald worden naar de Bredase situatie. Op basis van de beschikbare informatie wordt een veiligheidsanalyse gemaakt die voor Breda relevant is.

Anticiperen

Cybercriminaliteit is net als het internet zeer dynamisch en continu in ontwikkeling. Het is daarom belangrijk om trends en ontwikkelingen nauwlettend in de gaten te houden en met deze trends mee te bewegen. Dit vraagt om een flexibele, snelle aanpak waarbij we als gemeente meebewegen met de trends en ontwikkelingen die we signaleren op het gebied van cyberveiligheid. We nemen de stakeholders – waaronder jongeren, ondernemers en bewoners – mee in deze flexibele aanpak en informeren hen tijdig. Wanneer nieuwe vormen van digitale criminaliteit de kop opsteken, worden deze direct meegenomen in de preventie aanpak.

Activeren

In een participerende samenleving zijn bewoners en ondernemers partners in veiligheid, zo ook op het gebied van cybercriminaliteit. Het verbeteren van de digitale weerbaarheid van de stad is een gezamenlijke taak. De gemeente heeft hierin een activerende en faciliterende rol door bewoners en ondernemers te informeren, bewust te maken over wat er speelt en concreet handelingsperspectief te bieden op gebied van cyberveiligheid.

Voor de nadere uitwerking van het beleid en de acties voor dit onderwerp, verwijzen we u naar:

  • -

    Projectplan Cyberveiligheid (najaar 2018).

5. De basis van het veiligheidsprogramma

Het Meerjarenprogramma Veiligheid geeft aan welke onderwerpen momenteel een extra investering vragen (zie hoofdstuk 4). Daarnaast zetten we de overige reguliere veiligheidstaken voort. Dat is de basis om de veiligheid op orde te houden in Breda. Aan de hand van vijf hoofdthema’s beschrijven we in deze basis:

  • Ondermijning

  • Zorg & Veiligheid

  • Veiligheid in de openbare ruimte

  • Fysieke veiligheid

  • Zichtbare criminaliteit

In dit hoofdstuk worden de vijf hoofdthema’s met de bijbehorende onderwerpen verder uitgewerkt.

5.1. Ondermijning

Ondermijning is een focuspunt in zijn geheel, zie hiervoor paragraaf 4.1.

afbeelding binnen de regeling

Onderwerpen

De ondermijnende criminaliteit kent verschillende verschijningvormen en het verdienmodel varieert voortdurend. Dit vraagt dat we een scherp oog houden op de zogenaamde hot spots, hot shots en hot crimes. Met andere woorden: waar en door wie worden welke criminele activiteiten ontplooid die de rechtsstaat ondermijnen?

Hoofddoelstelling

Voorkomen en terugdringen van ondermijning.

Specifieke aandacht voor

Alle subdoelstellingen dragen evenredig bij aan de hoofddoelstelling. We moeten dus op alle vier de subdoelstellingen gelijktijdig inzetten om effectief te kunnen zijn in het voorkomen en terugdringen van ondermijning. In de aanpak brengen we wel prioriteiten aan. De basis ligt daarom in een verdere verbetering van onze informatiepositie.

Op basis van de hoofddoelstelling hebben we vier subdoelstellingen geformuleerd, de pijlers in onze Aanpak Ondermijning:

  • Het verstoren van criminele bedrijfsprocessen

  • Het vergroten van de bestuurlijke weerbaarheid

  • Het vergroten van de maatschappelijke weerbaarheid

  • Het vergroten van de sociale weerbaarheid

Per pijler staat in onderstaande afbeelding wat ervoor nodig is om de doelstelling te realiseren. Verder hebben we de BredA-AAnpak Ondermijning nader uitgewerkt, waarbij we enkele kritische succesfactoren hebben vastgesteld. Voor een integrale aanpak van de ondermijning is het verder van belang dat we de coherentie, coördinatie en voortgang van het geheel waarborgen.

Deze pijlers worden nader uitgewerkt in plannen van aanpak. Zo komen we tot een structurele en duurzame aanpak, die zorgt voor een repressieve en preventieve aanpak van ondermijnende criminaliteit.

afbeelding binnen de regeling

5.2. Zorg en veiligheid

Hoofddoelstelling

Overlastgevend crimineel gedrag en recidive voorkomen van risicogroepen en -personen in Breda.

Onderwerpen

De gemeente is erg actief op het grensgebied tussen zorg en veiligheid. In dit hoofdstuk komen niet alle activiteiten die de gemeente op dit gebied uitvoert aan bod. De onderwerpen waar in het Meerjarenprogramma de focus op ligt, vragen op dit moment om uiteenlopende redenen extra aandacht. Daarnaast lopen de overige uitvoerende taken onverminderd door, waarbij de BredA-AAnpak ons ook daar helpt flexibel in te spelen op ontwikkelingen die onze aandacht vragen. De veiligheidsanalyse en de werksessies met partners in het veld hebben geleid tot onderstaande onderwerpen.

  • Personen met verward gedrag

  • Re-integratie van ex-gedetineerden

  • Onwenselijke polarisatie en radicalisering

  • Overmatig alcohol- en drugsgebruik

  • Geweld in afhankelijkheidsrelaties (zoals huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling)

  • Slachtoffers mensenhandel, illegale prostitutie en seksuele uitbuiting

afbeelding binnen de regeling

Specifieke aandacht voor

  • Preventie, jeugd en het versterken van de verbinding tussen het zorgdomein en het veiligheidsdomein (domeinoverstijgend werken), zodat kwetsbare groepen en personen niet tussen wal en schip vallen.

  • Aanpak van personen met verward gedrag met extra aandacht voor meervoudige problematiek en de betrokkenen (professionals én burgers) in de wijk.

  • Proactieve en integrale inzet op re-integratie van ex-gedetineerden.

  • Polarisatie en radicalisering: creëren van alertheid en het stimuleren van (vroeg)signalering.

  • Aandacht voor illegale prostitutie in Breda en de slachtoffers van seksueel geweld en mensenhandel.

  • Verkennen van de digitale aspecten binnen het zorg- en veiligheidsdomein, waaronder sexting en cyberpesten.

Overmatig alcohol- en drugsgebruik

In het meerjarenprogramma richten we ons op het problematisch en overmatig gebruik van alcohol en drugs. Hierbij gaat het onder meer om het gebruik bij evenementen en het overmatig alcoholgebruik onder jongeren (14-18 jaar). Vooral in situaties met beperkte regulering of toezicht (zoals jeugdhockeyfeesten en vrij toegankelijke feesten) bestaan er zorgen. Een sluitende ketenaanpak is van belang, net als een eenduidige definitie van verslaving. De inventarisatie die we in 2017 hebben uitgevoerd, biedt hier handvatten voor. Het is cruciaal dat de partners blijven afstemmen over hun aanpak, onder meer in het jeugdige-stappers-overleg. Hier is een duidelijke regierol vanuit de gemeente gewenst.

Geweld in afhankelijkheidsrelaties

Veilig Thuis heeft een belangrijke rol bij het signaleren en onderzoeken van situaties waarin (mogelijk) sprake is van geweld in afhankelijkheidsrelaties. Zij brengen hier ook advies over uit. Veilig Thuis heeft hiervoor een meerjarenopdracht. Bij de thematafel Geweld in Afhankelijkheidsrelaties wordt gesproken over de besteding van lokale budgetten voor dit thema. Het Centrum Seksueel Geweld (CSG) is in 2018 geopend en is nog projectmatig. Momenteel werken we aan het borgen van deze aanpak in de MDA++: een multidisciplinaire, intersectorale en specialistische aanpak voor ernstig en/of structureel seksueel geweld.

Het landelijke beeld is dat het aantal opgelegde huisverboden terugloopt en dat we er nog onvoldoende in slagen om dit instrument preventief in te zetten. Ook ouderenmishandeling is landelijk een aandachtspunt. Dit krijgt dan ook een plaats in het uitvoeringsprogramma 2019-2020 van het netwerk Zorg voor Elkaar Breda.

Onlangs is het landelijke actieprogramma ‘Geweld hoort nergens thuis’ vastgesteld, dat lokaal uitgewerkt moet worden in een uitvoeringsprogramma. Dit is voorzien voor eind 2018. Dit programma voorziet ook in een nieuwe regiovisie.

(Illegale) prostitutie en seksuele uitbuiting

De komende periode komt er meer aandacht voor het bieden van zorg aan en het beschermen van slachtoffers in uitbuitingsrelaties. De zorg voor slachtoffers van seksuele uitbuiting lag al bij de gemeente en dat blijft zo. De GGD heeft daarin een belangrijke rol, onder meer door periodieke gezondheidscontroles en een uittreedprogramma (RUPS). We verkennen de mogelijkheden voor de inzet van een zorgcoördinator en werken aan nieuw beleid rondom prostitutie en seksuele uitbuiting. Dit gebeurt op basis van de ervaringen en behoeften vanuit de praktijk.

Vanaf 1 januari 2020 krijgt de gemeente een aantal taken overgedragen die voorheen bij de politie lagen. We zijn medio 2018 al gestart met de warme overdracht daarvan. Het gaat om het controleren van legale prostitutiebedrijven (door de BOA’s) en het reageren op signalen van illegale prostitutie. De politie blijft wel verantwoordelijk voor het rechercheren op illegale prostitutie op internet. De gemeente kan vanuit haar rol ook illegale praktijken op het spoor komen. De gemeente en de politie wisselen informatie uit over dergelijke praktijken, zodat zij hun taak zorgvuldig kunnen uitvoeren.

5.3. Veiligheid openbare ruimte

afbeelding binnen de regeling

Onderwerpen

  • Verkeersveiligheid

  • Geweld in de (semi-)openbare ruimte

  • Drugsoverlast

  • Jongerenoverlast

  • Verloedering

Specifieke aandacht voor

  • Veilig weggebruik door het vergroten van de bewustwording van risico’s, de eigen rol in het verkeer en de aanpak van fysieke knelpunten

  • Persoonsgerichte aanpak en sfeerbeïnvloeding in het uitgaanscentrum bij geweld bij het uitgaan en aandacht voor het voorkomen van discriminatie in uitgaansgelegenheden

  • Persoonsgerichte aanpak bij geweld rondom voetbal

  • Reguleren van cannabis

  • Vroegsignaleren en ingrijpen bij jeugdoverlast

Het hoofdthema Veiligheid Openbare Ruimte is benoemd als going concern, net zoals de thema’s Fysieke veiligheid (5.4) en Zichtbare criminaliteit (5.5.). Deze thema’s behoeven de komende periode geen extra aandacht (focus), maar blijven van belang om de veiligheid en de veiligheidsbeleving in Breda op orde te houden.

Verkeersveiligheid

Voor de aanpak van de verkeersonveiligheid hanteren we het Provinciaal VerkeersVeiligheidsPlan, dat nog loopt tot 2020. De vijf regio’s in Noord-Brabant stellen jaarlijks Regionale Uitvoeringsprogramma’s op met daarin de projecten die zij gaan uitvoeren, waarbij er ruimte is voor lokaal maatwerk. De aanpak van Breda is opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Milieu & Mobiliteit. Trends die we signaleren op het gebied van verkeersveiligheid zijn: de toename van het gebruik van mobiele telefoons in het verkeer (in de auto en op de fiets) en van het aantal elektrische fietsen. Hier is de komende periode specifieke aandacht voor, onder meer in de handhaving op afleiding. Ook hebben we in onze aanpak aandacht voor de variatie in doelgroepen die te onderscheiden zijn binnen de groep ‘veroorzakers’ en ‘slachtoffers’ van verkeersongelukken.

Geweld in de (semi-)openbare ruimte

Iedereen moet prettig én veilig uit kunnen gaan. De samenwerking tussen de gemeente, de horeca, de politie, het Openbaar Ministerie en beveiligingsbedrijven staat hierbij centraal. Deze is beschreven in het convenant ‘Veilig uitgaan’, dat loopt tot eind 2019. Eind 2018/begin 2019 evalueren de partners de huidige aanpak. Ook kijken we naar goede voorbeelden elders in het land. Op basis hiervan maken we in 2019 afspraken voor de toekomst. Hierbij is ook aandacht voor het voorkomen van discriminatie in uitgaansgelegenheden. Initiatieven pakken we op in relatie tot de gebiedsontwikkelingen in de binnenstad (zoals de inrichting, het horecabeleid, het verkeer en ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder het doortrekken van de haven).

Drugsoverlast

Bij de aanpak van de brede drugsproblematiek kijkt Breda naar de totale keten van gebruik, verkoop en productie. We zetten in op preventie, regulering (alleen softdrugs), repressie en zorg. Dat doen we binnen alle schakels in de keten. We hebben extra aandacht voor de regulering van de cannabisverkoop (en zodra dat mogelijk is ook voor de productie). Vanuit de openbare ruimte hebben we aandacht voor de aanpak van straathandel. De interventies zijn beschreven in de nota Herijking softdrugsbeleid Breda (2015) en de nota Herijking harddrugsbeleid Breda (2017). In het gebied Valkenberg – Station (VaSt) loopt een gebiedsgerichte projectmatige aanpak.

Jeugdoverlast

De aanpak van jeugdoverlast is door partners vastgelegd in een overlastprotocol. Het doel daarvan is een eenduidige aanpak voor het omgaan met jeugdoverlast binnen de gemeente Breda. De jeugdgroepen en de aard van de problematiek worden periodiek gemonitord. Is er sprake van een criminele jeugdgroep, dan starten de partners een projectmatige aanpak op. Ook daarin ligt de nadruk op vroegtijdig signaleren en ingrijpen. Ook in de aanpak van jeugdoverlast moet er aandacht zijn voor de digitale trend: er is een verschuiving te zien van de problematiek op straat (openbare ruimte) naar online (de digitale openbare ruimte). Hierbij moet aandacht zijn voor onder meer cyberpesten.

Verloedering

In gebieden waar het woon- en leefklimaat achteruit gaat, hebben we steeds aandacht voor de vraag of er achter de verloedering een diepere problematiek schuilgaat, zoals georganiseerde criminaliteit. Verder spelen er op dit vlak uitdagende vraagstukken als energietransitie, klimaatverandering, de mobiliteit van de toekomst, maar ook eenzaamheid, gezondheid en complexe veiligheidsvraag¬stukken (inclusief de rol van openbare verlichting daarin). Deze onderwerpen hebben een directe link met de functie van de openbare ruimte als plaats voor ontmoeten en verblijven. Voor leegstand hebben we in 2017 een integrale visie ontwikkeld.

5.4. Fysieke veiligheid

Onderwerpen:

  • Waterveiligheid

  • Brandveiligheid

  • Bouwveiligheid

  • Milieuveiligheid

  • Crisisbeheersing en rampenbestrijding

afbeelding binnen de regeling

Verschillende trends en ontwikkelingen laten zien dat fysieke veiligheid een plaats verdient in het meerjarenbeleid en het programma veiligheid. Denk daarbij bijvoorbeeld aan:

  • De risico’s op het gebied van brandveiligheid.

  • De relatie met gerelateerde ontwikkelingen, zoals de beleidsambities en daaruit voorvloeiende maatschappelijke veranderingen in het ruimtelijke domein (Omgevingswet) en het sociaal domein.

  • De risico’s rond gevaarlijke stoffen, externe veiligheid en natuurrampen. Denk ook aan klimaatveranderingen.

  • De huidige werkwijze, recente ontwikkelingen, en uitdagingen en knelpunten bij het vormgeven van de bevolkingszorg, samen met andere gemeenten en de Veiligheidsregio.

  • De ontwikkelingen en uitdagingen in de aanpak van constructieve veiligheid en brandveiligheid.

Ook binnen Fysieke veiligheid gaan we werken met de BredA-AAnpak. We werken nog meer informatiegestuurd dan voorheen. Daardoor kan er meer duidelijkheid en efficiëntie ontstaan. Dit biedt kansen voor het ombuigen van de klassieke werkwijzen naar een benadering met meer aandacht voor de voorkant van processen. Een beweging die ook de Veiligheidsregio heeft ingezet, bijvoorbeeld ten aanzien van de risicobedrijven in de regio.

Specifieke aandacht voor

Personen met verward gedrag, niet-zelfredzame en kwetsbare personen, jeugd en risicobewustzijn.

We moeten in het bijzonder aandacht besteden aan de relatie tussen fysieke veiligheid en de veranderingen in het sociaal domein. Door de decentralisatie van zorgtaken zijn gemeenten nu integraal verantwoordelijk voor de zorg aan kwetsbare volwassenen en jeugdigen, waaronder senioren en mensen met een psychiatrische achtergrond. Deze kwetsbare groepen moeten langer (of sneller) zelfstandig wonen buiten instellingen. Tegelijk is duidelijk dat deze groepen verminderd zelfredzaam zijn, waardoor onder meer de brandveiligheidsrisico’s toenemen. De gemeente moet dus ook aandacht hebben voor de beheersing daarvan. Hoe kunnen we deze huishoudens ondersteunen bij het treffen van preventieve maatregelen? En hoe maken we hier afspraken over binnen de gemeente en met onze wijk- en zorgpartners? 3

Cyberdomein

Fysieke veiligheid heeft ook raakvlakken met ontwikkelingen in het cyberdomein. Daarbinnen liggen veel kansen en ook nieuwe kwetsbaarheden. De steeds verdergaande automatisering van industrie- en bedrijfsprocessen gaat samen met nieuwe afhankelijkheden, waarbij een softwarefout grote gevolgen kan hebben. Op dit moment hebben nog lang niet alle Veiligheidsregio’s in Nederland hier beleid voor opgesteld. Risico’s op dit vlak worden ook nog niet meegenomen bij het toezicht en de handhaving op risicobedrijven. Duidelijk een gebied dat nog nader moet worden verkend. De gemeente Breda levert hier een actieve bijdrage aan, die ook bestaat uit bewustwording en preventie.

Jeugd en risicobewustzijn

Jongeren kijken anders naar risico’s dan volwassenen. Fysieke gevaren schatten zij vaak lager in. Daar tegenover staat dat een heftige gebeurtenis voor jongeren wel aanzienlijke impact kan hebben. De gemeente Breda vindt het belangrijk om de jeugd meer te betrekken bij de fysieke veiligheid, waaronder brandrisico’s. Mede omdat we via de jeugd een veel grotere doelgroep kunnen bereiken. Een specifieke doelgroep zijn studenten, vanwege de brandrisico’s in studentenhuizen.

5.4.1. Waterveiligheid

Voorkomen van een onveilige waterkwantiteit en -kwaliteit in Breda

De extreem droge zomer van 2018 heeft laten zien welke effecten de klimaatverandering heeft op de waterhuishouding en ons maatschappelijk leven. Zo kregen de effecten op landbouwproducten, op bossen, op evenementen en op waterkeringen ruim aandacht. Breda is alweer een tijd bezig met het nemen van maatregelen vanwege de klimatologische veranderingen. En er is nog veel te doen. Daarom richten we de stad anders in en stimuleren we groen op daken en in tuinen. Ook belangrijk daarbij is een robuust rioolstelsel. Daarmee borgen we een goede verspreiding van het water door de stad.

Dit thema is nadrukkelijk een taak van de provincie, het waterschap, de drinkwaterbedrijven en de gemeente. Gezamenlijk investeren we in het vasthouden van de huidige kwaliteit en de beheersbaarheid van de huidige kwantiteit. De gemeente heeft daarbij een algemene verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de gebruikers van de stad. Daarom anticiperen we op (dreigende) escalaties en regisseren we eventuele crisismaatregelen.

5.4.2. Brandveiligheid

Beperken van het aantal gedupeerden door brand en rook in Breda

Het aantal branden in Breda neemt af. Dat blijkt uit de cijfers van de afgelopen drie jaar:

2015

2016

2017 4

Uitrukken

1649

1606

1348

Daadwerkelijk brand

513

506

403

Binnenbrand

227

203

126

Buitenbrand

278

303

277

Hulpverlening

728

731

587

Loze meldingen

408

369

319

Reddingen

6

4

4

Dodelijke slachtoffers door brand

0

0

0

Middelbrand

n.b.

12

23

Grote brand

n.b.

2

2

Bron: Brandweer Midden- en West-Brabant/Breda

Het is niet eenvoudig aan te tonen, maar het is aannemelijk dat de afname van het aantal branden komt door het veiliger bouwen en gebruiken van objecten. Zo blijkt uit de monitor van Breda dat inmiddels 75% van de inwoners in het bezit is van een rookmelder. Dat maakt dat we het huidige brandveiligheidsbeleid voortzetten. Dat doen we onder meer op de volgende manieren:

  • Gelet op de droogte en de kans op natuurbranden gaat de gemeente Breda een zogenaamd driemanschap aan met Staatsbosbeheer en de brandweer om nog beter voorbereid te zijn op het beperken van bosbranden en het beheersbaar maken van de effecten daarvan.

  • De komende jaren zet de gemeente Breda met haar belangrijkste partners in op het vergroten van het risicobewustzijn en het (naleef)gedrag van maatschappelijke partners: bewoners, ondernemers en instellingen. Daarbij trekken we samen op met de brandweer en de Ambassadeur Brandveilig Leven Breda. We besteden daarbij aandacht aan het brandveilig gebruiken van objecten en het adequaat ontdekken en ontvluchten van branden.

  • De gemeente heeft ook een verantwoordelijkheid als het gaat om het brandveilig bouwen van bouwwerken, de beschikbaarheid van bluswatervoorzieningen en het borgen van de bereikbaarheid van locaties voor nood- en hulpdiensten.

  • Via de Veiligheidsregio is de repressieve brandweerzorg geborgd. Hiervoor stelt zij een spreidings- en dekkingsplan op. Dit maakt inzichtelijk hoe snel de objecten en gebieden in Breda in theorie benaderd kunnen worden. Voor Breda hebben de vier posten daarbij een grote waarde: Ulvenhout, Prinsenbeek, Teteringen en Tramsingel. De bezetting van de posten, deels met vrijwilligers deels met beroepsbrandweerlieden, moeten we daarom ook de komende jaren op peil houden.

5.4.3. Bouwveiligheid

Vasthouden van het Bredase niveau van bouwveiligheid van (grotere) bouwproducten

Bouwwerken en infrastructuur moeten vanzelfsprekend veilig te gebruiken zijn. Voor de gemeente Breda ligt de focus voor constructieve veiligheid vooral op de grotere bouwprojecten (en minder op kleine verbouwingen of dakkapellen). Het bestuur heeft als ambitie geformuleerd om 6000 woningen te realiseren en meer bedrijventerreinen op te leveren. Dat betekent ook iets voor de veiligheid. We werken daarom de komende jaren aan deze doelstellingen:

  • We toetsen vergunningen voor grote projecten en realiseren toezicht en handhaving hierop.

  • We zetten de komende jaren verder in op de versterking van de veiligheidscultuur bij ondernemers en belangrijke partners bij de bouw.

  • We onderzoeken of de dienstverlening en de veiligheid gebaat zijn bij investeringen in de voorkant van de processen. Betere toelichtingen of service vooraf kan de toetsing efficiënter maken en datakwaliteit versterken.

5.4.4. Milieuveiligheid en externe veiligheid

Vasthouden van het Bredase niveau van milieuveiligheid

Onder milieuveiligheid en externe veiligheid verstaan we het veilig vervoeren en verwerken van gevaarlijke stoffen. Ook de komende jaren moeten we daar aandacht voor houden. De investeringen van de afgelopen jaren werpen hun vruchten af. De veiligheidscultuur bij BRZO-bedrijven is versterkt. Maar omdat in deze sector de economische belangen ook zwaar meewegen, is het zaak om de bewustwording onder ondernemers en medewerkers op peil te houden. We kijken daarom samen met de Veiligheidsregio en de Omgevingsdienst naar bekende en nieuwe risico’s. Zo kan bijvoorbeeld de verplichte asbestsanering voor 2024 leiden tot meer dumpingen of kunnen cyberkrachten steeds meer invloed krijgen op externe veiligheid. We blijven de ontwikkelingen ten aanzien van de nucleaire installaties in België en Zeeland volgen en bereiden ons voor op alle typen rampen en crisissituaties die Breda kunnen treffen.

De Omgevingsdienst neemt een onmisbaar deel van de milieu-veiligheidstaken voor haar rekening. Zij ontwikkelt zich tot een expert op dit domein en is een klantgerichte verbonden partij voor de gemeenten en de provincie. De gemeente Breda maakt duidelijke afspraken over de zaken waarbij de Omgevingsdienst ons kan ondersteunen. Daarom is het ook logisch dat de natuurlijke samenwerking tussen de Veiligheidsregio en de Omgevingsdienst in de nabije toekomst nog intensiever wordt. Hiervan kunnen de deelnemende gemeenten sterk profiteren bij de uitvoering van hun veiligheidsbeleid.

5.4.5. Crisisbeheersing en rampenbestrijding

Vergroten van de handelingsbekwaamheid van gebruikers van de stad bij calamiteiten

De gemeenten in Midden- en West-Brabant hebben een robuust systeem voor crisisbeheersing. In het Regionaal Crisisplan 2018 staat voor de komende jaren beschreven hoe de hulpdiensten hun taken uitvoeren bij grootschalige incidenten en crisissituaties. Daarbij bepaalt vooral de impact en complexiteit van de casus hoe de diensten zich mono- en multidisciplinair organiseren. De crisisorganisatie kan daarbij voor meer dan alleen fysieke crises worden ingezet, zoals we in 2017 bij de casus Fort Oranje hebben gezien.

Onder regie van de Veiligheidsregio wordt er de komende tijd ook extra aandacht besteed aan het vergroten van de weerbaarheid, de veerkracht en de actieve hulp vanuit doelgroepen binnen de gemeenten. Dat vraagt om een andere manier van kijken: we zien burgers niet alleen als slachtoffer of betrokkene, maar ook als mede-hulpverlener. Dit gaan we organiseren met de Veiligheidsregio, zonder het wiel opnieuw uit te vinden. We kijken naar slimme allianties, zoals met het Rode Kruis, het buurtpreventienetwerk en het AED-netwerk. Daarbij is het bieden van duidelijkheid in de boodschap cruciaal; zo weten inwoners en bezoekers van onze stad waarvoor zij zelf verantwoordelijk zijn in crisistijd en waarvoor zij een beroep kunnen doen op de hulpdiensten.

Het nieuwe crisisplan richt zich ook meer dan voorheen op flexibeler denken en doen. Er moet ruimte zijn voor meer improvisatie en we maken daarom een expliciet onderscheid tussen voorbereide zorg en geïmproviseerde zorg. Het is krachtiger om zorg op maat te organiseren dan onnodig grote sporthallen klaar te maken voor de opvang van gestrande reizigers, die toch hun eigen weg vinden. Deze flexibiliseringsslag gaat goed samen met de verdere professionalisering van de crisisorganisatie. Met een compact team beter opgeleide crisismanagers kunnen we zaken flexibeler en krachtiger organiseren.

5.5. Zichtbare criminaliteit

Hoofddoelstelling

Breda stabiliseert de zichtbare criminaliteit en verhoogt de veiligheidsbeleving in de woon-, werk- en uitgaansomgeving

Onderwerpen

  • Inbraken

  • Overvallen

  • Straatroven

  • Diefstal

  • Digitale criminaliteit

afbeelding binnen de regeling

Specifieke aandacht voor

  • Preventie en bewustwording.

  • Het versterken van de eigen verantwoordelijkheid en participatie van burgers en bedrijven door het activeren en faciliteren van betrokkenen.

  • Flexibiliteit in focus doordat we ons richten op de top 5 van actuele vormen van criminaliteit: woninginbraken, overvallen, straatroven (WOS), diefstal en digitale criminaliteit.

  • De verschuiving van de zichtbare criminaliteit naar de onzichtbare criminaliteit.

Binnen de gemeente Breda zijn de volgende partijen actief bezig met de preventie van zichtbare criminaliteit:

Team Buurtpreventie Breda

Buurtpreventie Breda is sinds 1 januari onderdeel van de gemeente en groeit nog altijd sterk. Inmiddels zijn er meer dan 75 groepen actief in de stad en wekelijks worden er nieuwe groepen gestart. De methodiek van Buurtpreventie Breda is gebaseerd op drie kernactiviteiten: informatievoorziening, bewustwording en het bieden van handelingsperspectief. Zo krijgen inwoners de handvatten om zelf aan de slag te gaan met de veiligheid in hun buurt, met ondersteuning vanuit de gemeente. Het initiatief ligt altijd bij bewoners zelf. De doelstellingen van Buurtpreventie Breda zijn uiteengezet in het plan ‘Bredase burgers, partners in veiligheid’.

Handhaving en Wijkveiligheid

De BOA’s van Handhaving en Wijkveiligheid stellen naast hun reguliere taken ook uren beschikbaar om aan te sluiten bij preventieacties. Zo zijn zij aanwezig op kick-off-bijeenkomsten van nieuwe buurtpreventiegroepen, sluiten zij aan bij voetjesacties van de politie en zijn zij waar nodig beschikbaar op informatie- en themabijeenkomsten. De regie over de organisatie van deze preventieacties ligt in de praktijk vaak bij het Team Buurtpreventie Breda.

Hoewel alle partijen het belang van preventie onderkennen, kunnen we in de samenwerking nog een kwaliteitsslag maken.

Stabiliseren ondanks veranderende focus

De laatste jaren zien we een duidelijk dalende trend in de WOS-feiten en andere vormen van zichtbare (geregistreerde) criminaliteit. Deze daling betekent een veranderende focus binnen het Meerjarenprogramma Veiligheid en een terugtrekkende beweging van de politie. We zien daarnaast een verschuiving van de zichtbare naar de onzichtbare criminaliteit (online). Vanuit het projectplan Cyberveiligheid geven we de komende tijd daarom extra aandacht aan dit onderwerp. We verkennen hierin ook de mogelijkheden voor de inzet van digitale middelen in de aanpak van onzichtbare criminaliteit, zoals de inzet van ‘digitale buurtpreventie’.

Om een jojo-effect in de cijfers van zichtbare criminaliteit te voorkomen, is een efficiëntieslag nodig op het gebied van preventie. Van vitaal belang is hierbij dat bestaande (vrijwilligers)netwerken worden behouden. Dit kunnen we bereiken door een structurele samenwerking tussen de betrokken partijen, gericht op het stabiliseren van de zichtbare criminaliteit en het stimuleren van participatie. Door beter gebruik te maken van bestaande afdelingen binnen de gemeente kunnen we een verdere kwaliteitsslag maken. Door deze samenwerking ontstaat een duidelijke regie op preventie en kan de politie aansluiten waar nodig. Daarbij hebben we gezamenlijk aandacht voor nieuwe en digitale vormen van criminaliteit.

6. Vertaling van de thema-overstijgende onderwerpen

Bij het vormgeven van het Meerjarenprogramma Veiligheid is er veel aandacht voor de manier waarop we als stad werken aan veiligheid. Het sturen op samenhang staat hierbij centraal. In dit plan van aanpak hebben we extra aandacht voor de vijf hoofdthema’s, de geformuleerde focuspunten en de BredA-AAnpak. Daarbij hebben we ook gekeken hoe deze focuspunten en thema’s elkaar overlappen in inhoud en onderwerpen. De onderwerpen die thema-overstijgend zijn en terugkomen in alle hoofdthema’s, zijn in de kern van de bloem geplaatst. Per onderwerp is het uitgangspunt geformuleerd:

afbeelding binnen de regeling

Cyber

Verkennen, bewustwording en het bieden van handelingsperspectief

Jeugd

Preventie en weerbaar maken

Drugs

Beschermen gezondheid, aanpak overlast en bestrijden illegale productie en handel

Evenementen

Veilig feesten en eigen verantwoordelijkheid

Deze vier overlappende onderwerpen komen terug in de aanpak en uitwerking van de vijf hoofdthema’s en focuspunten. Dit betekent dat ieder hoofdthema én focuspunt aandacht besteedt aan het thema-overstijgende onderwerp. Zo is het vanuit het thema Cyberveiligheid van belang om oog te hebben voor de digitale aspecten in ieder focuspunt en hoofdthema. Het thema Jeugd laat zien dat we meer naar de voorkant en meer preventief willen werken. Inzetten op de jeugd is daarbij van belang. Drugs vormt een thema dat binnen ieder hoofdthema terugkomt. De toename van het aantal evenementen in Breda is een ontwikkeling die we ook vanuit het veiligheidsperspectief niet over het hoofd kunnen en mogen zien. Daarbij staan veilig feesten en de eigen verantwoordelijkheid voorop. De schema’s laten zien hoe de verbinding tussen deze onderwerpen en thema’s zichtbaar of merkbaar is voor de stad en haar gebruikers.

Cyber als focuspunt

Cyberveiligheid is als een van de vijf focuspunten benoemd naar aanleiding van de veiligheidsanalyse, de trends en ontwikkelingen en de sessies met het veld. Dat betekent dat dit thema-overstijgende onderwerp de komende periode extra aandacht en investering vraagt. We verwijzen u daarvoor naar hoofdstuk 4 en het projectplan Cyberveiligheid.

Specifieke aandacht voor jeugd

Met het Meerjarenprogramma en de BredA-AAnpak gaan we meer inzetten op preventie en werken we meer aan de voorkant. Aandacht voor de jeugd staat hierbij centraal. Vanuit ieder hoofdthema besteden we extra aandacht aan de aspecten rondom jeugd, vanuit de inhoud en vanuit de aanpak. Hierbij maken we de verbinding met het toekomstige beleidskader jeugd en zetten we in op het doorbreken van criminele carrières. Het weerbaar maken van jeugdigen, het bieden van handelingsperspectief en het benutten van het netwerk staan hierbij centraal.

Ondermijning

Zorg & Veiligheid

Veiligheid Openbare Ruimte

Fysieke Veiligheid

Zichtbare criminaliteit

Cyber (FOCUS)

(Cybercriminaliteit, gedigitaliseerde criminaliteit en high tech crime)

Verkennen, bewustwording creëren en het bieden van handelings-perspectief

Gedigitaliseerde criminaliteit

Witwassen door middel van cryptocurrency

Productie illegale goederen en drugs

Handel illegale goederen en diensten

Cocaïnehandel en ladingdiefstal

Mensenhandel

Illegale gokmarkten en matchfixing

Gedigitaliseerde criminaliteit

Kinderporno en seksueel misbruik

Mensensmokkel

Rekruteren kwetsbare groepen personen

Cyberpesten

Sextortion

Cybercriminaliteit

Social Engineering

Phishing

Hacking wifi hotspots

Gedigitaliseerde criminaliteit

Internetoplichting

Terroristische uitingen en bedreiging

Identiteitsfraude/

misbruik persoonsgegevens

Cybercriminaliteit

Diefstal van persoonsgegevens

Hacktivisme

Gedigitaliseerde criminaliteit

High tech crime

Aanvallen op vitale infrastructuren

Politieke en economische cyberspionage

Terrorisme

Cybercriminaliteit

Afpersing / ransomware

Identiteitsfraude

Horizontale fraude / phishing

Verstoring, vernieling en

sabotage

Gedigitaliseerde criminaliteit

Vermogens-misdrijven

Heling

Marktplaatsfraude

Jeugd

Preventie en weerbaar maken

Conflicterende gedragscodes

Fraude, onder andere PGB en zorgaanbieders

Slachtoffers van mensen-/kinderhandel

Jeugdigen onderdeel van drugsnetwerk (slachtoffers/dader)

Generationele overdracht

Scheidslijn tussen preventie, zorg en veiligheid

Afhankelijkheidsrelatie

Cyberpesten

Convenant Scholen en Veiligheid / verbinding met scholen

Sexting, social media, trends: blue whale, washboards

Suïcide onder jeugdigen

Crisisprotocol /

Ontwikkelingen rondom meldcode

Afpersing, gedwongen prostitutie

Huiselijk geweld (vechtscheidingen)

Toename bepaalde doelgroepen -> club, psychiatrische problematiek

Kinderen van ouders met verward gedrag

Re-integratie jongeren na detentie

Doorbreken criminele carrières

Openbare ruimte voor jongeren is online

Overlast: verplaats je in de belevingswereld van de jongeren (in plaats van een repressieve benadering)

Kindvriendelijke stad

Jongeren zijn veroorzakers van onveiligheid (bijvoorbeeld door mobieltjes op de fiets) en overlast, maar ook slachtoffers: belang van een veilige openbare ruimte (bijvoorbeeld verlichte wegen).

Hangjongeren, overlast en drugsgebruik:

inzetten van jeugdwerk/onderwijs

Casusoverleggen per wijk

Individueel versus groepen

Rol stadsmariniers

Onderscheid verantwoordelijkheid gemeente en de zorgaanbieders

GGD

Landelijk aansluiten

Bouwveiligheid van instellingen en gezinshuizen voldoen deze aan gemeentelijke eisen?

Wat als er een crisis uitbreekt? Wie is er dan waarvoor verantwoordelijk?

Gemeentelijke rol?

Koppeling met het zelfstandig worden van kwetsbare jongeren op het gebied van opleiding, werk, wonen, netwerk

Onderscheid slachtoffers en daders bij een crimineel feit

Verschuiving van hanggroepen achter de voordeur, social media

Cybercriminaliteit begint bij jeugd. Link met social media

Preventief, begint klein, kleine winkeldiefstallen

Drugs

Beschermen gezondheid, aanpak overlast, bestrijden illegale productie/ handel

Witwassen van uit drugshandel verkregen winsten

Bewust en onbewust vanuit bovenwereld faciliteren drugsverkoop en –productie

Intimidatie, bedreiging en infiltratie of corrumperen van de bovenwereld

Productie van drugs (hennepkwekerijen en synthetische drugslabs, conversielabs)

Liquidaties, aanslagen en ripdeals

Economische schade door het opruimen van illegaal gedumpt drugsafval

Aantasting volksgezondheid door verslaving

Aantasting volksgezondheid gebruikers door onveilig gebruik, gevaarlijke dan wel vervuilde drugs, combigebruik

Volksgezondheidsproblemen door normalisatie druggebruik (vooral in uitgaan)

Belasting hulpverlening (politie, RAV, ziekenhuizen) door problematisch druggebruik recreatieve harddrugs

Marginalisering drugsverslaafden

Woonoverlast door drugsverslaafden

Uitbuiting drugsverslaafden (zoals voor drugssmokkel of prostitutie)

Overlast door (bezoekers van) gereguleerde verkooppunten van cannabis

Illegale verkoop van soft- en harddrugs op straat, in of vanuit dealpanden, in horeca, bij evenementen of via internet

Overlast door gebruik of door gebruikers op straat (vooral harddrugs)

Verstoringen van de openbare orde (geweld) door harddrugsgebruik

Geweld tussen harddruggebruikers en/of drugdealers

Verkeersongevallen door drugsgebruik

Overlast door drugstoerisme (gebruikers en tussenhandelaren)

Branden door illegale cannabisteelt

Branden, explosies en gifwolken door synthetische drugslabs of opslagplaatsen

Vervuiling grond en water, en gifwolken door Illegale dumpingen drugsafval

Verwervings-criminaliteit drugsverslaafden

Heling van door verslaafden gestolen goederen

Evenementen

Veilig feesten en eigen verantwoordelijk-heid

Crowdfunding voor evenementen (witwassen)

Motorevenementen met ongewenste bezoekers

Illegale ticketverkoop (via internet)

Jongeren die vaker evenementen bezoeken, in combinatie met drank- en drugsgebruik

Overmatig alcohol- en drugsgebruik

Ordehandhaving op en rond evenemententerreinen

Voetbalregeling rond wedstrijden van NAC Breda

Geweld tijdens evenementen

(toezicht op) de naleving van vergunningsvoorwaarden

Wildplassen

VPT: optreden tegen grotere groepen

Inrichting van evenemententerrein

Brand- en constructieveiligheid bij tijdelijke bouwwerken

Crowdmanagement

Soft target/terrorisme

Extreme weersinvloeden

Zakkenrollerij

Fietsendiefstal

7. Communicatie

Strategisch perspectief

Een gezamenlijk hoger doel als stip op de horizon: een geweldige stad om te wonen, te werken en te leven. Kwaliteit van leven staat voorop: veiligheid als basisvoorwaarde voor groei/bloei van de stad (de metafoor) en dat bereiken we samen ‘met lef en liefde’.

Uitgangspunten strategie

  • Gedeelde verantwoordelijkheid in- en extern.

  • College als gezamenlijke afzender van het proces.

  • Menselijke maat, ‘dichtbij halen’ helpt om de onderwerpen tastbaar te maken voor de Bredanaar.

  • Samenbrengen betekent ‘verbinden’ tussen de thema’s en betrokkenen.

Communicatiedoelen

  • Stakeholders aan je verbinden en laten participeren in de BredA-Aanpak.

  • Mensen informeren, laten beleven, bewustwording en verantwoordelijkheidsgevoel: van awareness tot actie (oproepen tot melden), hoe mensen meer weerbaar kunnen worden.

  • Breda als autoriteit / voorloper in het land positioneren.

Communicatieaanpak langs drie lijnen:

Communicatie over het complete meerjarenprogramma (over de thema’s heen), communicatie op de afzonderlijke thema’s (vooral de focuspunten) en – last but not least –communicatie over het raamwerk/kader en het plan van aanpak met alle betrokkenen, de stad en de media in de periode september – december 2018.

Uitwerken volgens de BredA-AAnpak: stapsgewijs aansluiten bij monitoring, toetsen en bijstellen

Bewustwording creëren in de communicatie aan de hand van feiten en cijfers: fundament.

  • op basis van die feiten en cijfers een sense of urgency creëren.

  • communicatiedoel concretiseren en op basis daarvan bepalen wie je wilt bereiken én betrekken en met welke boodschap.

In gesprek met alle partners over het voortzetten van de samenwerking om het hoger doel te bereiken.

  • In gesprek bepalen wie al (hoog) betrokken is/blijft vanuit ieders rol en verantwoordelijkheid.

  • Op projectniveau in de focuspunten samen tot een concrete invulling komen van de BredA-AAanpak: een maatwerkaanpak inclusief communicatie.

Communicatie intensiveren en verbreden, gelijkschakelen van interne en externe communicatie.

  • cirkels van betrokkenheid als basis voor betrekken doelgroepen.

  • storytelling (best practices) ontwikkelen om de menselijke maat voorop te zetten en Bredanaars bewust maken van veiligheid en hun rol daarin. Iedereen kan bijdragen aan een veilige stad, verantwoordelijkheid nemen: bijvoorbeeld signalen in je omgeving oppakken, daarover praten en actie ondernemen (‘meldingsbereidheid’).

  • aansluiten bij initiatieven die al bestaan, dáár zijn waar de energie zit.

  • verbindingen tussen partners maken die betrokken zijn op meerdere focuspunten / thema’s.

  • processen waar het kan in elkaar vervlechten.

  • de BredA-AAnpak samen met onze partners uitdragen in het land (gezamenlijke afzender van het proces).

8. Financiën

Voor het realiseren van de ambities in het Meerjarenprogramma Veiligheid wordt gemeentebreed investering en commitment gevraagd. Dit vraagt om keuzes in de going concern en het ombuigen van middelen om te kunnen investeren in de focuspunten. De afdeling Veiligheid en Leefomgeving heeft in het uitvoeringsplan van de afdeling al rekening gehouden met het Meerjarenprogramma Veiligheid. Het beschikbare budget is verdeeld over de vijf hoofdthema’s. Daarnaast is er een flexibel budget gereserveerd waarmee tussen de hoofdthema’s geschoven kan worden naar aanleiding van het informatiegestuurd werken. Van belang is om het meerjarenprogramma ook af te stemmen op de jaarplannen van de andere betrokken afdelingen (en andersom) en met die van de ketenpartners. Het Meerjarenprogramma Veiligheid is immers een stadsbreed programma.

Bijlagen

Stakeholderslijst: Betrokkenen totstandkoming MJP Veiligheid

Alert Online

GGZ Breburg

Almata

AIVD

Gemeenten regionaal en bovenregionaal

GGD Meldpunt Zorg en Overlast

Afpakteam

GGD West-Brabant

ATEA groep

Horeca centrum Breda

Ambassadeurs Brandveilig Leven

Inspectie SZW

Amphia Ziekenhuis Langendijk (Horeca <18)

Juzt Safegroup

Buurtpreventie Breda

Keurmerk Veilig Ondernemen

Buurtbemiddeling Breda

Kamer van Koophandel

Brandweer MWB

Koninklijke Horeca Nederland

Bedrijven/winkeliers

Laurentius Wonen

Bureau HALT

Ministerie van Justitie en Veiligheid

Belastingdienst

MASS

Bewoners Belangen Vereniging Doornbos/Linie

NAC Breda

CCV

Novadic Kentron (incl. reclassering)

Coöperatie Wonen Breburg

NCTV

Corporatie AlleeWonen

Ondermijningsteam

CJG Breda

Openbaar Ministerie OvJ Mensenhandel

Clubraad NAC

OMWB

Dorpsraad Teteringen

Onderwijs

Dorpsraad Prinsenbeek

Provincie

Dorpsraad Bavel

Politie (Markdal/Weerijs)

Dorpsraad Ulvenhout

Reclassering Nederland

Dorpsraad Princenhage

RIEC

Districtelijke Stuurploeg de Baronie

Regiegroep Buurtpreventie Breda

Den Hey-Acker

Social Work Breda

Districtgemeenten de Baronie

Surplus Welzijn

SMO Breda

Taskforce Brabant-Zeeland

Volksbelang Made

Veilig Thuis

Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

VNG KING

Waterschap Brabantse Delta

Wijkagenten

Wijkraad Zandberg-West

Wijkraad Heusdenhout

Wijkraad Hoge Vught / OBN

Wijkraad buitengebied Breda ZW

Wijkraad Rondom de Haagdijken

Wijkraad Bekom (Haagse Beemden)

Wijkraad IJpelaar/Overakker

Wijkraad Brabantpark

Wijkraad Heuvel

Wijkraad Ginneken

Wijkraad Stadshart / Valkenberg

Wijkraad Stationskwartier

Wijkraad Zandberg-Oost

Wijkraad Chassé-Oud Boeimeer

Wijkraad Haagpoort

Wijkraad Boeimeer

Woonwel

Zorg- en Veiligheidshuis Baronie Breda

Lijst vastgestelde beleidsdocumentatie

Lijst van vastgestelde beleidsdocumentatie van de gemeente Breda:

  • Veilige publieke taak: Agressieprotocol gemeente Breda

  • Nota Herijking softdrugsbeleid Breda

  • Nota Herijking harddrugsbeleid Breda

  • Geweld in uitgaan: convenant Veilig Uitgaan

  • Geweld rondom voetbal: Landelijke leidraad Kader Veilig Voetbal & convenant Veilig Voetbal

  • Jeugdoverlast: Overlastprotocol Jeugd

  • Verkeersveiligheid: het Brabants VerkeersVeiligheidsplan en het Uitvoeringsprogramma Milieu & Mobiliteit

  • Verloedering: onder meer Meerjarenagenda voor de binnenstad

  • Plan van aanpak City Deal Zorg voor Veiligheid

  • Plan van aanpak personen met verward gedrag

  • Notitie lokale aanpak personen met verward gedrag

  • Notitie Verslavingspreventie en –beleid, een inventarisatie van de huidige preventieactiviteiten, het verslavingsbeleid en verbeterpunten in de praktijk

  • Uitvoeringsprogramma ‘Geweld hoort nergens thuis’ (volgt eind 2018)

  • Meerjarenopdracht Veilig Thuis

  • Bredase burgers, partners in veiligheid

In de totstandkoming van het Meerjarenprogramma Veiligheid is ook aangesloten op de al vastgestelde beleidsplannen van de ketenpartners. In de toekomst maken we ook de verbinding met de nog vast te stellen beleidsdocumentatie.


Noot
1

Zie bijlage 1 voor een overzicht van de betrokkenen.

Noot
2

Aangiften van digitale criminaliteit worden door politieteam Markdal nu nog geregistreerd onder het kopje ‘horizontale fraude’.

Noot
3

Factsheet Fysieke Veiligheid, VNG

Noot
4

De registratiemethodiek van de brandweer is aangepast per 2017, met name wat betreft het aantal uitrukken.