Regeling vervallen per 29-10-2014

Verordening persoonsgebonden re-integratie budget WSW 2008

Geldend van 01-07-2008 t/m 28-10-2014

Intitulé

Verordening persoonsgebonden re-integratie budget WSW 2008

VERORDENING PERSOONSGEBONDEN RE-INTEGRATIE BUDGET WSW 2008.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    de wet: de Wet sociale werkvoorziening;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brielle;

  • c.

    periodieke subsidie: de loonkostensubsidie en overige aan de werkgever te verstrekken vergoedingen voor structurele kosten;

  • d.

    Persoonsgebonden re-integratiebudget: de periodieke subsidie, de vergoeding van de begeleidingskosten aan de begeleidingsorganisatie en de vergoeding voor eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de arbeidsomstandigheden.

Artikel 2 De uitvoeringskosten

Het college stelt de rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten voor elk te verstrekken persoonsgebonden budget vast op maximaal € 4.000. Dit bedrag kan jaarlijks worden geïndexeerd.

Artikel 3 Invulling voorwaarden adequate werkplek

  • 1. 1.Het college kent op aanvraag aan iedere Wsw-geïndiceerde die daar recht op heeft een persoonsgebonden budget begeleid werken Wsw toe, indien werkgever en begeleidingsorganisatie er zorg voor dragen dat de arbeidsplaats voor de Wsw-geïndiceerde adequaat en voor zover van toepassing binnen 6 maanden nadat de wsw-geïndiceerde van de wachtlijst aan de beurt is voor plaatsing, wordt ingevuld.

  • 2. De werkgever voldoet aan de volgende vereisten:

    • a.

      De aangeboden arbeidsplaats en de omvang daarvan zijn, gelet op de indicatiestelling en mogelijkheden van de Wsw-geïndiceerde, als passend aan te merken;

    • b.

      De duur van het dienstverband bedraagt tenminste 6 maanden, met een mogelijkheid tot verlenging;

    • c.

      De salariëring is gebaseerd op de voor het bedrijf of de betreffende branche geldende CAO of arbeidsvoorwaarden.

  • 3. De begeleidingsorganisatie voldoet aan de volgende vereisten:

    • a.

      De begeleidingsorganisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

    • b.

      De begeleidingsorganisatie en/of haar medewerkers zijn gekwalificeerd voor het begeleiden van de doelgroep, c.q. de Wsw-geïndiceerde voor wie het Persoonsgebonden budget is bestemd;

    • c.

      De begeleidingsorganisatie heeft aantoonbare kennis en ervaring in het werkveld;

    • d.

      Het bedrijf dient te beschikken over een Blik op Werk keurmerk of aangesloten zijn bij een andere erkende belangenorganisatie;

    • e.

      De prijsstelling is marktconform.

Artikel 4 Wijze van vaststelling van de periodieke subsidie aan de werkgever

  • 1. Het college stelt op voorstel van de Wsw-geïndiceerde de hoogte van de subsidie aan de werkgever voorlopig vast.

  • 2. Ingeval een voorgestelde loonkostensubsidie niet hoger is dan 50% van het bruto loon van de Wsw-geïndiceerde, wordt de loonkostensubsidie door het college op het voorgestelde bedrag vastgesteld;

  • 3. Indien bij toepassing van het vorige lid het college gerede twijfel heeft aan de juiste hoogte van de loonkostensubsidie vindt, in afwijking van het vorige lid, een loonwaardeonderzoek plaats, op basis waarvan de hoogte van de loonkostensubsidie wordt vastgesteld. Daarbij kan een externe deskundige worden ingeschakeld.

  • 4. In elk geval vindt een loonwaardeonderzoek plaats als de voorgestelde hoogte voor een loonkostensubsidie hoger is dan het percentage genoemd in lid 2.

Artikel 5 Herziening van de periodieke subsidie

  • 1. Op verzoek van de werkgever kan een loonkostensubsidie worden herzien als hier, gelet op de ontwikkelingen van de arbeidsproductiviteit van de werknemer, aanleiding toe is.

  • 2. De periodieke subsidie kan ambtshalve worden gewijzigd als hier gerede aanleiding toe is.

Artikel 6 De vergoeding aan de begeleidingsorganisatie

  • 1. De hoogte van de vergoeding aan de begeleidingsorganisatie en de omvang van het aantal uren begeleiding wordt door partijen in onderling overleg vastgesteld. Tussentijdse aanpassingen hierin zijn mogelijk indien partijen dit vooraf overeenkomen.

  • 2. De vergoeding aan de begeleidingsorganisatie wordt bij aanvang van het Wsw-dienstverband door het college vastgesteld op basis van een te overleggen kostenopgave cq. urenoverzicht.

  • 3. De kosten van een begeleidingsorganisatie in verband met het zoeken van een begeleid werkenplaats komen alleen voor vergoeding in aanmerking als dit leidt tot het tot stand komen van een arbeidsovereenkomst.

Artikel 6 Vergoeding voor eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de arbeidsomstandigheden

  • 1. Het college kan een vergoeding verstrekken voor de eenmalige kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht als uit een deskundigenrapport blijkt dat aanpassingen op de werkplek noodzakelijk zijn, deze persoonsgerelateerd zijn, en het niet redelijk is dat deze kosten door de werkgever worden gedragen.

  • 2. Kosten voor aanschaf van apparatuur, kosten voor de werkplek en kosten voortvloeiend uit arbowetgeving die de werkgever uit hoofde van normaal en goed werkgeverschap voor iedere werknemer zou moeten maken komen niet in aanmerking voor vergoeding door het college.

  • 3. Een vergoeding wordt alleen verstrekt indien er sprake is van een dienstverband van minimaal 6 maanden.

  • 4. Aanpassingen waarvan de kosten hoger zijn dan € 4.500 komen niet voor een vergoeding in aanmerking. In dat geval wordt de arbeidsplaats niet als passend beschouwd.

  • 5. Het college regelt de wijze van uitbetaling van de vergoeding.

Artikel 8 Indienen van de aanvraag door de Wsw-geïndiceerde

De aanvraag voor een persoonsgebonden budget wordt ingediend door middel van een volledig ingevulde aanvraag. De aanvraag wordt mede-ondertekend door de werkgever en de begeleidingsorganisatie.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 1. Het college besluit over de aanvraag binnen vier weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.

  • 2. Het college kan dit besluit met ten hoogste vier weken verdagen. Het college stelt de aanvrager hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 10 Het besluit tot verlenen van de periodieke subsidie aan de werkgever

Het besluit tot verlening van een periodieke subsidie bevat in ieder geval:

  • a.

    de hoogte van de periodieke subsidie en de wijze waarop deze kan worden aangepast;

  • b.

    wijze van bevoorschotting van de subsidie;

  • c.

    de verplichtingen van de werkgever;

  • d.

    de toekenningsperiode.

Artikel 11 Het vaststellen van de periodieke subsidie

  • 1. De werkgever verstrekt binnen vier weken na afloop van het kalenderjaar aan het college een schriftelijke opgave van het door hem in het voorgaande jaar betaalde bruto CAO-loon van de Wsw-geïndiceerde, vermeerderd met alle werkgeverslasten en de eventuele structurele kosten die verbonden zijn aan het dienstverband met de Wsw-geïndiceerde.

  • 2. Het college stelt de periodieke subsidie binnen vier weken na ontvangst van deze opgave vast.

Artikel 12 Verrekening met de voorschotten

De subsidie wordt overeenkomstig de vaststelling binnen vier weken betaald, onder verrekening van de betaalde voorschotten.

Artikel 13 Verplichtingen van de werkgever

De werkgever doet onmiddellijk schriftelijke mededeling aan het college van alle feiten en omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de verstrekking van de subsidie.

Artikel 14 Het besluit tot verlenen van de vergoeding aan de begeleidingsorganisatie

Het besluit tot verlening van een vergoeding aan de begeleidingsorganisatie bevat in ieder geval:

  • a.

    de hoogte van de vergoeding;

  • b.

    wijze van betaling;

  • c.

    de verplichtingen van de begeleidingsorganisatie

  • d.

    de toekenningsperiode.

Artikel 15 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening leidt tot onredelijkheid en onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 16 Gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 17 Citeerwijze en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening persoonsgebonden re-integratiebudget Wet sociale werkvoorziening 2008”.

  • 2. Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2008.

Ondertekening

Aldus besloten door de gemeenteraad van Brielle in de openbare vergadering van 10 juni 2008, de griffier,                                                                                             de voorzitter, J.J.H. Verloop                                                                                       mw. G.W.M. van Viegen