Regeling vervallen per 11-10-2016

Verordening Commissie bezwaarschriften gemeente Bronckhorst 2014

Geldend van 07-05-2014 t/m 10-10-2016

Intitulé

Verordening Commissie bezwaarschriften gemeente Bronckhorst 2014

De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Bronckhorst; ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bronckhorst van 25 februari 2014; gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;

Besluiten

I. in te trekken de: Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften gemeente Bronckhorst, vastgesteld op 3 januari 2005

II. vast te stellen: de Verordening Commissie bezwaarschriften gemeente Bronckhorst 2014

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

b. commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren die door of namens het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester, in handen gesteld worden van de commissie tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester. Door of namens het college kan worden besloten om bezwaarschriften niet door de commissie bezwaarschriften te laten behandelen.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken; personele aangelegenheden en belastingen en retributies.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste drie leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. Het college kan plaatsvervangende leden benoemen.

  • 4. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

  • 5. De commissie beraadslaagt in de raadkamer voltallig.

Artikel 4 Secretarissen

  • 1. De secretarissen van de commissie zijn door het college aangewezen medewerkers.

  • 2. Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af drie jaar nadat zij door het college van burgemeester en wethouders zijn benoemd.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend

  • 2. 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld indien door of namens het college wordt besloten om het bezwaarschrift in handen van de commissie te stellen.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid; (het verlangen van een schriftelijke machtiging van een gemachtigde)

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn voor het herstel van verzuimen;

  • c.

    artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken aan een gemachtigde betreft tijdens de behandeling van een zaak door de commissie;

  • d.

    artikel 7:4, tweede lid (het gedurende ten minste een week voorafgaand aan de hoorzitting ter inzage leggen van de stukken voor belanghebbenden);

  • e.

    artikel 7:6, vierde lid (het achterwege laten van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens het afzonderlijk horen van belanghebbenden voor zover geheimhouding om gewichtige redenen is geboden).

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2. Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, en een lid, aanwezig zijn.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet; de deuren worden in ieder geval gesloten indien bezwaren worden behandeld die

    betrekking hebben op beschikkingen voortvloeiende uit de Wet werk en bijstand en de Wet voorzieningen gehandicapten.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid

  • 2. Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

  • 6. in plaats van een afzonderlijk verslag kan in het advies aan het bestuursorgaan of in de beslissing op bezwaar, een beknopte weergave van hetgeen ter zitting is besproken, worden opgenomen.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter

    beslist op zo'n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

    a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

    c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 2. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken (7:10 Algemene wet bestuursrecht), als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een

    afschrift.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Bronckhorst.

Ondertekening

De griffier, de voorzitter,
De secretaris, de burgemeester,
De burgemeester,