Regeling vervallen per 01-01-2022

Uitvoeringsprogramma Toezicht en Handhaving gemeente Bronckhorst 2021

Geldend van 01-01-2021 t/m 31-12-2021

Intitulé

Uitvoeringsprogramma Toezicht en Handhaving gemeente Bronckhorst 2021

Voorwoord

Het jaarlijks opstellen van een integraal uitvoeringsprogramma waarin zowel handhaving- en toezichtstaken zijn opgenomen is een wettelijke verplichting. Dit uitvoeringsprogramma beschrijft waar we in 2021 mee aan de slag gaan. Daarnaast vragen wij input van interne en externe partijen met betrekking tot het programma.

Het onderhavige programma illustreert hoe toezicht en handhaving georganiseerd zijn bij verschillende onderwerpen. Het beschrijft de reguliere taken, de projecten en de activiteiten die vanuit verschillende thema’s worden opgestart.

Daarnaast kregen we in 2020 te maken met COVID-19. Dit houdt ons ook in 2021 nog bezig. Dit alles vraagt dat we een goede balans moeten vinden. Veiligheid, ondermijning en gezondheid staan altijd voorop bij alle keuzes en inzet. Niet alleen de verzoeken waar inzet van handhaving wordt gevraagd maar ook de inzet vanwege corona hebben invloed op het programma.

COVID-19 vraagt niet alleen van ons als medewerkers flexibiliteit maar ook van de burgers en ondernemers.

Zo heeft deze pandemie en zijn nasleep effect op bijvoorbeeld recreatie, openbare ruimtes en evenementen. Het is dan ook van belang om zowel nu als bij de opheffing van alle genomen landelijke maatregelen er zicht is en blijft op de sociale context van de samenleving. Wat hebben onze inwoners, ondernemers en onze gemeente nodig. Dat is en blijft de kernvraag die wij voor ogen houden. Evenals het gegeven dat er altijd ingezet wordt op veiligheid.

Dit houdt in ten aanzien van het uitvoeringsprogramma zoals deze voor u ligt afwijkt of blijft afwijken van de bestuurlijke prioritering. Daarmee wijken wij af van de geformuleerde doelstellingen van zowel het jaar 2020 als het huidige jaar.

Het uitvoeringsprogramma van cluster Toezicht en Handhaving is uitgesplitst in de onderdelen Algemeen, Bouw en APV. Per jaar stellen we de highlights voor een specifiek jaar op. Deze bestaan uit de accenten, de nieuwe of veranderde taken en zaken die de nodige aandacht vragen voor dit jaar.

Highlights in dit uitvoeringsprogramma zijn:

  • -

    Coronavirus: handhaven op de coronamaatregelen

  • -

    Afval (bij plaatsingen, verkeerd aanbieden en dumpingen)

  • -

    Ondermijning

  • -

    Proactieve houding

  • -

    Bouw (Leegstaande panden, Illegale bouw)

1. Inleiding

1.1 Waarom een uitvoeringsprogramma

Voor u ligt het Uitvoeringsprogramma 2021 van het cluster Toezicht en Handhaving van de gemeente Bronckhorst. Dit uitvoeringsprogramma geeft aan op welke werkvelden er bestuurlijke prioritering ligt voor het kalenderjaar 2021. Voor activiteiten die voortvloeien uit de genoemde werkvelden is bepaald waar het cluster Toezicht en Handhaving haar capaciteit inzet en uitvoering aangeeft.

1.2 Afbakening

Dit uitvoeringsprogramma heeft betrekking op toezicht en de handhaving op het gebied van:

  • het omgevingsrecht (o.a. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo), Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro);

  • de algemene plaatselijke verordening (hierna: Apv);

  • de bijzondere wetten (bijv. Drank- en Horecawet);

  • de Basisregistratie Personen (hierna: BRP);

  • de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (hierna: BAG);

  • de Landelijke aanpak adresfraude (hierna: LAA);

  • de Afvalstoffenverordening;

  • de wet Kinderopvang (inclusief controles door de GGD) en

  • Tijdelijke wet maatregelen COVID-19.

Taken die zijn overgedragen aan de Omgevingsdienst Achterhoek (hierna: ODA) en de brandweer (VNOG, afdeling Risicobeheersing) zijn in dit programma niet meegenomen. Deze partijen zijn zelf verantwoordelijk voor rapportages aan het college.

Om zo breed mogelijk integraliteit te waarborgen, ook bij de uitvoering van de taken die aan de ODA en de VNOG zijn overgedragen, wordt bij de uitvoering intensief samengewerkt en op casus niveau afgestemd.

1.3 Visie

De visie van Toezicht- en handhavingsbeleid 2017-2022 is:

‘We bouwen op het gebied van toezicht en handhaving - samen met de inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties - verder aan een leefbare gemeente Bronckhorst. We vinden een schone, veilige, gezonde en mooie leefomgeving belangrijk! In Bronckhorst kun je goed wonen, werken en recreëren. Nu en in de toekomst. Onze inzet is hierop gericht.

We willen voorkomen dat onze fysieke leefomgeving te veel wordt belast of aangetast. Hier zorgen we in Bronckhorst voor door afspraken met elkaar te maken, afspraken waar we elkaar aan houden. Dit kunnen lokale afspraken zijn, maar ook landelijke. Iedereen draagt zijn steentje bij om te zorgen voor deze schone, veilige, gezonde en mooie leefomgeving. We gaan er van uit dat iedereen zich wil inzetten om te zorgen voor deze leefomgeving.

We gaan uit van het goede in de mensen. Wij zetten in op een goede en actieve communicatie over de afspraken die we met elkaar gemaakt hebben.

Het naleven van regels en voorschriften is in eerste instantie een verantwoordelijkheid van bewoners, ondernemers, verenigingen, instellingen en overheden zelf. Soms wil of kan iemand zich niet (meteen) aan de afspraken houden die we met elkaar hebben gemaakt. Het is dan de taak van de gemeenschap en onze taak als gemeentebestuur om elkaar daar op aan te spreken. Wij vragen dan waarom en denken mee over een oplossing. Het gemeentebestuur heeft - als onafhankelijke partij - de bijzondere positie om regelnaleving af te dwingen. Met deze positie gaan we uiterst zorgvuldig om.

Zo zorgen we dat onze controles zo min mogelijk last veroorzaken en tijd kosten en dat belangrijke zaken veel aandacht krijgen en minder belangrijke minder.

Als wij vinden dat de leefomgeving te veel of te lang wordt aangetast dan leggen wij herstel- of strafmaatregelen op via een transparant stappenplan. Soms is het helaas nodig om op deze manier te zorgen voor een schone, veilige, gezonde en mooie leefomgeving in de gemeente Bronckhorst voor iedereen!’1

2. Covid-19

Op 16 maart 2020 ging Nederland in een intelligente lockdown om de verspreiding van het COVID-19 virus tegen te gaan. Vanaf deze dag, tot en met de dag van vandaag, hebben we te maken met strikte maatregelen. Maatregelen waartegen we handhavend moeten optreden en waardoor er een wijziging kwam in onze bestuurlijke prioritering. Dit heeft een enorme weerslag gehad op de taken en verantwoordelijkheden van onze boa’s en toezichthouders.

Door de wijziging van onze bestuurlijke prioritering heeft dit gezorgd voor een achterstand van onze werkzaamheden. Op een later tijdstip zullen deze taken alsnog opgepakt moeten worden. Deze taken zullen wellicht in een andere vorm worden uitgevoerd (denk bijvoorbeeld aan steekproefsgewijs controleren).

Versterken crisisorganisatie

Om een goede dienstverlening te blijven bieden en om ook als organisatie medewerkers vitaal te blijven houden heeft het college van burgemeester en wethouders (hierna: college) heeft op 17 november 2020 besloten de crisisorganisatie te versterken en onze inzet aan te passen en accenten te verleggen tot 1 juli 2021.

De uitdagingen die er al lagen in combinatie met de voortdurende inzet die de crisis van ons vraagt leidt nu al tot vertragingen op een aantal processen, opgaven en projecten. Ook andere (partner) organisaties moeten prioriteiten stellen wat de integrale samenwerking, transformatie en voortgang bemoeilijkt. Het college heeft besloten een aantal projecten en werkzaamheden in ieder geval tot 1 juli 2021 te stoppen of te vertragen. In alle keuzes blijft de veiligheid van inwoners en de zorg voor kwetsbaren voorop staan.

Onze prioriteit ligt bij taken die:

  • -

    Nodig zijn voor het waarborgen van de veiligheid van inwoners.

  • -

    Fundamenteel bijdragen aan de gezondheid en het welbevinden van de (kwetsbare) inwoners van Bronckhorst

  • -

    Behoren tot de gemeentelijke (wettelijke) kerntaken

  • -

    Wezenlijk kunnen bijdragen aan het voorkomen of verhelpen van de gevolgen van de COVID-19 crisis

  • -

    Binnen de huidige situatie (digitaal werken en 1.5 meter) goed uitgevoerd zijn.

Cluster Toezicht en Handhaving

Tot 1 juli 2021 zijn de volgende projecten en/of plannen en ambities vertraagd.

  • Inzet groene BOA’s bij controles op herplant, illegale kap en (illegaal) grondgebruik

  • Inzet BOA’s voor controle op illegale bewoning op campings, in het kader van de BRP, BAG, LAA, leegstand, vervallen panden en reguliere controles op evenementen

  • Doorontwikkeling cluster Toezicht en Handhaving.

Het uitvoeringsprogramma zoals deze voor u ligt, gaat komend kalenderjaar afwijken. Dit heeft te maken met de pandemie rondom het COVID-19 virus. De ontwikkelingen rondom dit virus maken en breken onze prioritering.

3. Actuele ontwikkelingen

Op het gebied van toezicht en handhaving zijn er diverse ontwikkelingen gaande, naast aanstaande wettelijke en bestuurlijke ontwikkelingen, ook ontwikkelingen in de organisatie die voor ons cluster van invloed zijn. In deze paragraaf worden deze ontwikkelingen toegelicht vanuit de (mogelijke) invloed op de inrichting en uitvoering van onze taken.

Verwachting is dat de invoering van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging gevolgen hebben voor de manier van werken. Er zal een verschuiving plaatsvinden, van toetsen vooraf naar controle achteraf. Het wordt daarom steeds belangrijker om een proactieve rol aan te nemen, dit is iets waar we ons steeds meer van bewust zijn en ook steeds meer gebruik van maken.

De nieuwe wetgeving vraagt om duidelijke kaders en bruikbare instrumenten om daar waar naleving niet spontaan is, deze door middel van toezicht en handhaving te bevorderen en indien nodig af te dwingen.

Het vertrouwensprincipe (een pijler uit de omgevingswet) en het “sociaal handhaven” zijn en blijven belangrijk. Daarnaast groeit de aandacht voor ondermijning en krijgt dit meer prioriteit. Landelijk is er meer aandacht voor het bestrijden van georganiseerde criminaliteit en ook in Bronckhorst is dit een belangrijk thema. Vanuit ondermijning is het van belang om een goed beeld te hebben van het gebied van de Gemeente Bronckhorst, welke veranderingen zijn er te zien? En in hoeverre zijn deze activiteiten vergund of achteraf vergunbaar? Dit geldt in de breedte van bouw/sloop, openbare orde en veiligheid maar gaat ook over het landschap. Daarom vinden wij het erg belangrijk om steeds meer de verbindende rol aan te nemen en nog meer de integrale samenwerking op te zoeken. In de afgelopen tijd is het gelukt om het contact met andere clusters te intensiveren en onze rol in diverse trajecten te versterken en zelfs meer naar de voorgrond te brengen. Dit is het doel wat we nastreven voor de komende jaren.

Het is daarom belangrijk om onze capaciteit en de ambities die we willen naleven continue te toetsen. We willen juist inzetten op onze actieve rol aan de voorkant van het proces om daardoor aan de achterkant zo min mogelijk te moeten bijsturen. Juist door volop in te zetten op de integrale samenwerking en deze te blijven ontwikkelen, hopen we een waardevolle aanvulling te hebben op de lopende processen in onze gemeente.

We willen ons meer profileren door middel van inzet op social media en daardoor ook de positieve kant van ons werk belichten en onder de aandacht brengen.

Bij de implementatie van de omgevingswet en de inrichting van de nieuwe VTH-RO applicatie vormt deze integrale benadering van onze leefomgeving het uitgangpunt. Ook bij het opstellen van de Omgevingsvisie en de Omgevingsplannen wordt dit meegenomen.

Communicatie over regelgeving en over de werkwijze van de Gemeente Bronckhorst kan ook een effectief instrument zijn om naleving te bevorderen. Bij de invoering van de Omgevingswet is specifieke aandacht voor participatie en communicatie.

De Gemeente Bronckhorst gaat meer en meer opgave gericht werken. Vanuit de Omgevingswet is het zorgen voor een mooie en veilige leefomgeving nog belangrijker geworden. Mede vanuit het gebruik van het Omgevingslab wordt het integraal werken verder gestimuleerd.

Naast intern integraal werken werkt het cluster toezicht en handhaving ook intensief samen met vele externe partners. Zowel beleidsvormend als op casus niveau wordt naar afstemming gezocht. Dit is bevorderlijk voor de dienstverlening.

Extern wordt samengewerkt met o.a. de politie, de ODA, VNOG en GGD. Waar nodig zoeken we elkaars expertise op en gaan we gezamenlijk op pad.

De samenwerking met de politie wordt steeds intensiever, samen met Openbare Orde en Veiligheid wordt er gewerkt aan de weerbaarheid van inwoners en bedrijven om ondermijning tegen te gaan. Zo is er onder andere het Keurmerk veilig ondernemen in het buitengebied. Ook wordt er met meerdere instanties in de keten samengewerkt tijdens de “Groene Nacht” en is er bij ondermijning sprake van een gezamenlijke aanpak.

Het project Leegstand in het Buitengebied wordt in samenwerking met de politie en onze boa’s opgepakt. Dit is een mooi voorbeeld hoe de integrale samenwerking wordt opgezocht en de afstemming onderling versterkt wordt, doordat we elkaar sneller weten te vinden.

3.1 Omgevingswet

In 2022 wordt de nieuwe Omgevingswet ingevoerd. Deze wet versimpelt de regels voor ruimtelijke ontwikkeling. Het gaat dan om regels voor bouwen, wonen, natuur, milieu, auto- en spoorwegen en water, van 26 wetten naar 1 wet. De Omgevingswet geeft meer ruimte. Ruimte aan de gemeente om eigen keuzes te maken én ruimte voor ideeën en initiatieven van inwoners, ondernemers en andere partijen in de gemeente. Met de invoering van de Omgevingswet krijgen de inwoners dus een actievere rol.

Als gemeente Bronckhorst bereiden we ons al een tijdje voor op de komst van deze nieuwe wet. Onze bestemmingsplannen zijn al samengevoegd tot één plan voor de bebouwde kom en één voor het buitengebied. En zo verwachten wij al van initiatiefnemers dat zij de buurt betrekken bij plannen.

Als gemeente Bronckhorst maken we een omgevingsbeleid waarin inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties optimaal in staat zijn initiatieven te nemen. In het nieuwe omgevingsbeleid kunnen we als gemeente sturen op onze taken en maatschappelijke doelen en kunnen we de kwaliteit van onze prachtige leefomgeving borgen of verbeteren.

Kerninstrumenten

Om dit te bereiken heeft de Omgevingswet ons een aantal instrumenten gegeven. De drie belangrijkste instrumenten uit de Omgevingswet zijn: de visie, het programma en het omgevingsplan. Tussen deze drie instrumenten bestaat op lokaal niveau een sterke relatie/wisselwerking. De visie beschrijft de gewenste omgevingskwaliteit. Het omgevingsplan geeft de regels, zodat die kwaliteit geborgd wordt, c.q. behouden blijft of benut kan worden. Het omgevingsprogramma is een instrument om een sprong in kwaliteit te maken. Tussen de instrumenten bestaat een wisselwerking. De instrumenten en uiteindelijk het omgevingsplan en het werken volgens de omgevingswet maken dat onze processen aangepast worden. Afhankelijk van de te nemen keuzes in deze processen betekent het dat onze rol en de accenten in het proces zullen veranderen.

Omgevingsplan

Het omgevingsplan neemt binnen de Omgevingswet een prominente en centrale rol in. Het omgevingsplan bestaat uit juridisch bindende regels voor gemeente, burgers, ondernemers, etc. Deze regels hebben betrekking op de gehele fysieke leefomgeving. Daarmee is het omgevingsplan meer dan de huidige bestemmingsplannen. De gemeenteraad moet voor het hele grondgebied een omgevingsplan vaststellen waarin regels over de fysieke leefomgeving worden opgenomen. In dit plan geven we aan hoe we dit gaan aanpakken.

Planning

In het raamwerk nemen we voor elke bouwsteen2 een planning op, zodat duidelijk is wanneer die bouwsteen afgerond zal zijn.

Het streven is om de eerste bouwstenen in het eerste kwartaal van 2021 af te ronden.

In juli 2021 hebben we de gekozen bouwstenen afgerond en kunnen we die uitgewerkte bouwstenen gaan samenvoegen en toepassen in een gebied. In het laatste kwartaal van 2021 hebben we zicht op de eerste onderdelen van wat het casco van het omgevingsplan moet gaan vormen.

Deze planning is ambitieus. Deze planning is alleen haalbaar als we niet te maken krijgen met nog meer negatieve effecten van de Covid-19 pandemie.

De planning ten aanzien van de aanpak van de digitale systemen en de bijscholing van medewerkers is volgens onderstaand overzicht:

Rx.Mission:

  • -

    Tot 1 juli ontwikkelen van de processen en de documenten

  • -

    Tot 1 juli technisch implementeren van Rx.Mission

  • -

    Vanaf 1 juli tot september: Inrichten van het systeem

  • -

    Vanaf september testen en opleidingen

Squit op Pad

  • -

    Of voor 1 juli operationeel (en daarna inrichtingen en training)

  • -

    Of tot 1 januari 2022 operationeel en inrichiting en na 1 januari 2022 opleiding/training

4. Wat zijn de prioriteiten in 2021?

4.1 Bestuurlijke prioriteiten

De invloed van Covid-19 zal nog enige tijd effect hebben op ons programma en het is op dit moment nog onduidelijk wanneer de nu geldende maatregelen zullen afnemen en we de reguliere taken weer kunnen oppakken. Er zullen prioriteiten opgesteld worden met in achtneming van de bestuurlijke prioriteiten die hieronder vernoemd zijn. In de tussenrapportages zal het college en de raad geïnformeerd worden over de voortgang van ons programma.

GBB, VVD en GroenLinks hebben een coalitieprogramma voor 2018-2022 opgesteld waarmee zij Bronckhorst samen besturen. Het coalitieprogramma heeft de titel: ‘Gewoon Doen!'.

In het coalitieprogramma staan de bestuurlijke prioriteiten benoemd. Op basis van het bestaande beleidsplan werken we het innovatief toezichthouden en verdere digitalisering van het toezicht- en handhavingsproces nader uit.

Verder zetten wij extra toezicht en handhaving in op zowel bestaande speerpunten als geformuleerde punten in het coalitieprogramma:

  • natuur en landschap (paragraaf 6.11)

  • ruimtelijke ordening (paragraaf 6.10)

  • leegstand (paragraaf 6.10.2)

We hebben daarnaast specifiek aandacht voor:

  • campings (paragraaf 6.10.4);

  • recreatieparken (paragraaf 6.10.6)

  • solitaire recreatiewoningen

De formatie voor het komende jaar ziet er als volgt uit. De tijdelijke inhuur kan eventueel verlengd worden, mocht dit nodig zijn.

Functie

Fte

01-01-2020 tot

01-10-2020

Flexibele schil*3

01-10-2020

tot01-03-2021

Toezichthouder bouw

1

Toezichthouder bouw - Generatiepact (60-80-100)

0,60

Toezichthouder bouw - Generatiepact (60-80-100)

0,52

Toezichthouder APV en RO met BOA domein I bevoegdheid

1

Toezichthouder APV en RO met BOA domein I bevoegdheid

1

Toezichthouder APV en RO met BOA domein I bevoegdheid

1

+ 0,11

Toezichthouder APV en RO met BOA domein I bevoegdheid

1

+ 0,11

Toezichthouder APV

+ 0,50

Toezichthouder flora-fauna (nabije toekomst BOA domein II bevoegdheid)

0,67

Administratief ondersteuner

0,89

Beleidsondersteuner

0,89

+ 0,21

Juridisch beleidsmedewerker

1

Juridisch beleidsmedewerker

1

Totaal

10,57

+ 0,93

5. Bouwtoezicht

Onder het bouw- en woningtoezicht valt toezicht op bouwwerken, brandveiligheid, basisregistratie gebouwen en het bestemmingsplan. Onze visie op het inspecteren van bouwaspecten sluit aan op het Landelijk Toezichtprotocol. Binnen de verschillende categorieën bouw onderscheidt dit protocol meerdere toezicht momenten wanneer een vergunning verleend is. De nadruk is gericht op constructie en (brand)veiligheid in relatie tot de omvang van het gebouw.

Dit jaar wordt ingezet op de onderdelen:

  • Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen

  • Vergunde bouw en sloop

  • Illegale bouw en sloop

  • Brandveilig gebruik

  • Vervallen panden

  • Ondermijning

  • Strijdig gebruik bestemmingsplan, bouw gerelateerd

  • Luchtfoto’s

  • BAG

  • Controle op vereveningsovereenkomsten

Rapportage naar aanleiding van controles

Deze zijn niet specifiek per onderdeel benoemd maar hier volgt een globale opsomming van de verschillende opties die opgelegd kunnen worden bij de diverse onderwerpen.

De rapportages vinden plaats op basis van:

  • Het aantal afgelegde controlebezoeken (en eventueel gevoerde gesprekken)

  • Het aantal verstuurde niet-juridische brieven (waarschuwing) en

  • Daarnaast enkele specifieke taken die horen bij de verschillende thema’s en onderdelen

  • Het aantal verstuurde (vooraankondigingen) last onder dwangsom en bestuursdwang

Bij de onderliggende onderwerpen worden aantallen genoemd. Deze aantallen zullen wij gebruiken als streven, echter is dit volledig afhankelijk van hoe Covid-19 zich ontwikkeld en onze inzet hierbij.

5.1 Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen

Doelstelling: zorg dragen voor een veilig woon- en leefklimaat.

Op 1 januari 2022 gaat de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) naar verwachting in werking treden. Deze wet die als doel heeft om de bouwkwaliteit en het bouwtoezicht te verbeteren, gaat samen met de Omgevingswet ingrijpende gevolgen hebben voor het proces van bouwen en vergunningverlening. Zo houden private toezichthouders controle op de kwaliteit van het bouwproces, wordt de aansprakelijkheid van de aannemer verruimd. En moet het bouwproces anders worden ingericht omdat er in sommige gevallen geen vergunningsplicht meer maar een meldingsplicht is.

Rol van de gemeente wijzigt

De vergunninghouder wordt verplicht een onafhankelijke kwaliteitsborger in te schakelen die tijdens de bouw toetst op conformiteit met de bouwtechnische voorschriften uit het Bouwbesluit en verklaart of de getoetste onderdelen aan de voorschriften voldoen. Dit wordt bij gevolgklasse 1 bij private partijen belegd. De praktische uitvoering van het bouw- en woningtoezicht wordt, zoals gemeente dat nu uitvoeren, een taak van marktpartijen. Een verklaring van de kwaliteitsborger wordt bij de oplevering een voorwaarde voor de ingebruikname. Daarmee wijzigt de rol van de gemeente.

Maar de gemeente blijft verantwoordelijk voor het toezicht op de bestaande en nieuwbouw en omgevingsveiligheid en blijft het bevoegd en verantwoordelijk gezag voor op aangeven van de controleur en bij de afronding van het bouwtraject. Voor omgevingsvergunningen buiten de gevolgklasse 1 blijft de huidige werkwijze behouden.

Planning:

  • de Wet treedt in werking per 1 januari 2022

  • de impact van de Wkb wordt meegenomen bij de implementatie van de Omgevingswet

In de zomer van 2021 ligt er een spoorboekje met de wijze van implementatie van de Wet kwaliteitsborging. Daarbij wordt mede de inrichting van het werkproces in het laatste kwartaal van 2021 verwacht. Deze planning maakt onderdeel uit van de uitwerking van de Omgevingswet.

5.2 Vergunde bouw en sloop

Doelstelling

Het doel van goede handhaving is de naleving van wetten en regels te bevorderen en vroegtijdig bij te sturen waar nodig.

Omgevingsvergunning permanente bouwwerken

Voor veel bouw/sloopactiviteiten wordt een omgevingsvergunning verleend. Wij zien toe op naleving van de voorschriften tijdens de bouw. Toezicht op dit onderdeel wordt uitgevoerd conform de toezichtmatrix (bijlage?) gemeente Bronckhorst. Er volgt een actualisering van de matrix vanwege de komst van de Wet kwaliteitsborging.

Er wordt gebouwd/gesloopt conform de vergunning en volgens de eisen van het Bouwbesluit. Specifieke aandacht is er voor:

  • constructieve veiligheid (middels een extern bureau.)

  • gebruiksveiligheid/brandveiligheid (prio1&2 wordt in samenspraak met de VNOG uitgevoerd)

  • energietransitie

  • omgevingsveiligheid

Wordt in afwijking van de vergunning gebouwd dan treden wij handhavend op, conform het huidige handhavingsbeleid.

Omgevingsvergunning tijdelijke bouwwerken

Binnen de gemeente Bronckhorst worden er ook omgevingsvergunningen verleend voor een tijdelijk bouwwerk. Hierbij valt te denken aan mantelzorgwoningen, stacaravans tijdens (ver)bouw werkzaamheden, tijdelijke opslag e.d. Zoals het al wordt aangegeven is er sprake van een tijdelijke plaatsing. Ondanks de tijdelijkheid van het bouwwerk dient deze wel te voldoen aan de wettelijk gestelde eisen. Ook hierop zien wij toe.

5.3 Illegale bouw en sloop (niet vergund)

Doelstelling: behoud van een mooie leefomgeving en het beëindigen van strijdigheden.

Soms wordt er gebouwd of gesloopt zonder dat daarvoor de vereiste vergunning is verleend. Dit kan vergunning vrije bouw zijn of illegale bouw. Illegale bouw is zeer onwenselijk en wordt adequaat aangepakt. Hiertegen wordt handhavend opgetreden, conform het huidige handhavingsbeleid.

Bij illegale bouw kan er ook sprake zijn van ondermijning. Denk bijvoorbeeld aan een uitbouw of verbouw van panden die in gebruik worden genomen voor het vervaardigen van drugs of het verbouwen van hennep. Indien hier sprake van is of vermoedens voor zijn, dan wordt hier direct tegen op getreden.

5.3.1 Luchtfoto’s

Illegale bouw of sloop komt vaak aan het licht door de bestudering van luchtfoto’s.

Voor de betrouwbaarheid van de Basisadministratie Adressen en Gebouwen (BAG) worden er luchtfoto’s gemaakt. Door meerdere kaartlagen over elkaar te leggen komen er verschillen naar boven. Uit de vergelijking van de luchtfoto’s en de BAG gegevens, komt naar voren of objecten bij ons bekend of onbekend zijn. Aan de hand van deze verkregen informatie gaan we over tot handhavend optreden.

Onze intentie voor 2021 is om tussen de 10 - 15 zaken hieromtrent verder op te pakken en inhoudelijk te behandelen.

5.3.2 Basisadministratie Adressen en gebouwen (BAG)

Doelstelling

Het actualiseren en optimaliseren van gemeentelijke basisgegevens voor een goede dienstverlening naar de burger.

De Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) bevat gemeentelijke basisgegevens van alle adressen en gebouwen in een gemeente. De BAG is onderdeel van het overheidsstelsel van basisregistraties. Gemeenten zijn bronhouders en daarmee verantwoordelijk voor het opnemen van de gegevens in de BAG en voor de kwaliteit ervan.

In verschillende wetten is de kwaliteit van deze gegevens gewaarborgd. Deze registraties zijn essentieel voor een goede dienstverlening van de overheid. Ze zijn van groot belang voor openbare orde en veiligheid, bestrijding van fraude en bij de voorbereiding van nieuw beleid.

De BAG is vastgelegd in een wettelijke regeling, waarin onder andere kwaliteitsborging en privacybescherming zijn vastgelegd. Ook zijn de taken en bevoegdheden van de betrokken partijen in de wet omschreven.

Voor zowel de BAG als onderzoek naar illegale bouw of sloop is het controleren van verblijfsobjecten of andere aanwezige objecten een belangrijk onderdeel. Tijdens een controle wordt er bekeken of er sprake is van strijdig gebruik met de verleende omgevingsvergunning of het bestemmingsplan. Deze controles zijn niet alleen essentieel voor de juiste gegevens van de BAG maar ook ter voorkoming van precedent werking naar andere burgers toe.

Wij streven ernaar op dit onderdeel in 2021 15 casussen op te pakken, indien de ingezette maatregelen rondom de COVID-19 pandemie dit toelaat.

5.4 Brandveilig gebruik (bestaande bouw)

Doelstelling

Zorg dragen voor een brandveilig gebruik van panden voor bewoners, gebruikers en (directe) omgeving.

Gebouwen moeten veilig worden gebruikt zodat bewoners, gebruikers en omgeving geen extra risico’s lopen. In het Bouwbesluit 2012 staan de landelijke geldende voorschriften om bouwwerken brandveilig te gebruiken. Het Bouwbesluit regelt het brandveilig bouwen en stelt daarin eisen voor zowel nieuwbouw als bestaande bouw. Naast de brandveiligheid wordt er ook toegezien op de gebruiksveiligheid als de constructieve veiligheid van gebouwen.

Als gemeente hebben wij de verplichting om in ieder geval het niveau van bestaande bouw te handhaven. Daarbij kan er vanuit onze kant hogere eisen gesteld worden wanneer het gebouw of het gebruik van het gebouw wijzigt of intensiveert.

De Woningwet biedt de mogelijkheid om de eigenaar en/ of gebruiker van een gebouw te verplichten het niveau van de brandveiligheidsvoorzieningen op een geschikt niveau te brengen.

Met deze eisen geeft de gemeente invulling aan haar zorgplicht betreffende de brandveiligheid.

De gemeente heeft, als bevoegd gezag, een duidelijke wettelijke taak in de toezicht en handhaving. Vaak vraagt de gemeente de brandweer om haar te ondersteunen in haar wettelijke toezichts- en handhavingstaken, maar dient zich te houden aan het wettelijk kader. De brandweer adviseert en het bevoegd gezag, de gemeente, beslist.

Daarbij is er door de Veiligheidsregio Noord en Oost Gelderland (VNOG) een knip gemaakt in de prioritering rondom de bestrijding van brand en brandveiligheid. Daarbij is de volgende scheidslijn aangebracht.

De brandweer is verantwoordelijk voor de prio 1 en 2 alsmede nieuwbouw. De gemeente daarentegen ziet toe op prio 3 en 4 en de bestaande bebouwing.

Een nadere uitwerking over bovengenoemde prioritering is na te lezen in “Taken Risicobeheersing, werkwijzer voor gemeenten, Samen werken aan veiligheid”. En is terug te vinden in de bijlage.

De taak van de gemeente ligt vast in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).

Omgevingsvergunning brandveilig gebruik

Voor bepaalde gebouwen is een omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik nodig. In deze vergunning stelt de gemeente nadere eisen aan het brandveilig gebruik van een gebouw. Dit gebeurt alleen als deze eisen noodzakelijk zijn. De eisen dragen bij aan het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, brandgevaar en ongevallen bij brand.

Daarnaast is de bouwkundige staat van een gebouw ook van belang voor de brandveiligheid.

Door de COVID-19 pandemie is het niet altijd mogelijk om een controle uit te voeren. Omdat brandveiligheid een belangrijk onderdeel is, zijn er naar alternatieve mogelijkheden gezocht om alsnog aan wettelijke zorgplicht te voldoen.

De eigenaar en/of gebruiker wordt verzocht beeldmateriaal toe te zenden, zodat een eerste controle kan plaatsvinden. Is de situatie onduidelijk of is er sprake van een andere spoedeisende situatie, dan vindt er (alsnog) een fysieke controle plaats.

Voor 2021 geldt dat zolang de COVID-19 maatregelen gelden deze lijn van controleren wordt voortgezet.

5.5 Vervallen panden

Doelstelling

Het creëren van een mooie, veilige en gezonde leefomgeving. Daarnaast is het strijdig gebruik, zoals hierboven omschreven, zoveel als mogelijk tot een minimum te beperken.

Sinds 2017 is het beleid ten aanzien van vervallen panden gewijzigd en heeft dit thema hoge prioriteit. Cluster Omgeving probeert altijd om tot een compromis te komen met de eigenaar van het pand. Indien dit traject geen effect blijkt te hebben, treden wij handhavend op.

In 2021 is er ruimte om 5 casussen op te pakken.

5.6 Ondermijning

Doelstelling

Het signaleren en herkennen van ondermijning om daarmee georganiseerde misdaad een halt toe te roepen.

Georganiseerde criminaliteit ondermijnt het lokale gezag, verslechtert de veiligheid en leefbaarheid en levert schade op voor ondernemers. De aanpak van georganiseerde criminaliteit richt zich op de cruciale ondersteunende activiteiten van ‘de bovenwereld’ aan ‘de onderwereld’. De onderwereld maakt voor illegale activiteiten gebruik van diensten van ‘de bovenwereld’, bijvoorbeeld voor distributie, financiële handelingen, vergunningen en huisvesting. Ook zijn criminelen vaak op zoek naar manieren om illegaal verkregen vermogen wit te wassen.

Bijvoorbeeld door te investeren in vastgoed.

Het signaleren en herkennen van ondermijning is van cruciaal belang in de aanpak van ondermijning. De toezichthouders spelen hierbij een zeer belangrijke rol.

De aanpak van ondermijning is niet één dimensionaal en vraagt een gemeente breder integrale aanpak en samenwerking.

Hiervoor is nauwe samenwerking met de politie en andere netwerkpartners van belang. De coördinatie van de aanpak van ondermijning, waar bewustwording ook een onderdeel van is, ligt bij Openbare orde en veiligheid van het cluster Participatie.

Cluster Toezicht en Handhaving is verantwoordelijk voor de bestuurlijke handhaving en de advisering over de juridische bevoegdheden. Hieronder vallen onder andere de:

  • Opiumwet (artikel 13b bevoegdheid; sluiting drugspanden)

  • Woningwet (sluiting pand in strijd met bouwbesluit i.c.m. verstoring openbare orde

5.7 Strijdig gebruik bestemmingsplan

Doelstelling

Mooie, veilige en gezonde leefomgeving en het strijdig gebruik zoals hierboven omschreven zoveel mogelijk beperken.

In de vigerende bestemmingplannen Landelijk gebied Bronckhorst en Stedelijk gebied van de gemeente Bronckhorst staan regels over het gebruik van gronden en de bouwwerken die hier op staan. Er is sprake van strijdig gebruik met betrekking tot het bestemmingsplan bij:

  • strijdig gebruik van een gebouw dan wel bijgebouw;

  • strijdig gebruik van gronden;

  • strijdig gebruik van panden voor bedrijfsdoeleinden;

  • strijdig gebruik van een woning dan wel bedrijfswoning; en

  • strijdig gebruik van een recreatiewoning.

Indien er sprake is van strijdig gebruik met het bestemmingsplan wordt er handhavend opgetreden conform ons handhavingsbeleid. Onderzoek naar de mogelijkheid tot legalisatie is een verplicht onderdeel van het handhavingstraject.

Voor het jaar 2021 streven wij ernaar 20 casussen op te pakken.

6. APV

Een gemeentelijke verordening is een regeling die geldt voor iedereen binnen de gemeente (algemeen verbindend voorschrift), en die vaak tot doel heeft de gemeente netjes en leefbaar te houden voor iedereen. De gemeente Bronckhorst heeft er een aantal, waaronder de Algemene plaatselijke verordening (APV) en de Omgevings- en Bouwverordening.4 In de APV van de gemeente Bronckhorst5 staat de gemeentelijke regelgeving op het gebied van openbare orde en veiligheid. Wordt er in strijd gehandeld met de bepaling(en) in de APV dan wel de Omgevings- en Bouwverordening, dan is de gemeente bevoegd hiertegen handhavend op te treden.

Daarnaast is de gemeente het bevoegde gezag voor verschillende bijzondere wetten, zoals de Drank- en Horecawet.

Dit jaar wordt ingezet op de onderdelen:

  • Controles op het gebied van COVID-19

  • parkeren;

  • afvaldumpingen en afvalcontainers;

  • hondenpoep;

  • alcoholpreventie;

  • Drank en Horecawet;

  • evenementen en APV-vergunning; en

  • reclame-uitingen buitengebied;

  • digitaliseren van ons systeem.

Rapportage naar aanleiding van controles

Deze zijn niet specifiek per onderdeel benoemd maar hier volgt een globale opsomming van de verschillende opties die opgelegd kunnen worden bij de diverse onderwerpen.

De rapportages vinden plaats op basis van:

  • het aantal afgelegde controlebezoeken (en eventueel gevoerde gesprekken);

  • het aantal verstuurde niet-juridische brieven (waarschuwing); en

  • daarnaast enkele specifieke taken die horen bij de verschillende thema’s en onderdelen zoals het aantal geconstateerde dumpingen;

  • het aantal uitgeschreven processen verbaal;

  • het aantal verstuurde vooraankondigingen last onder dwangsom dan wel bestuursdwang;

  • het aantal verstuurde last onder dwangsom dan wel bestuursdwang;

  • het aantal opgelegde bestuurlijke boetes;

  • het aantal geconstateerde illegale reclame-uitingen;

  • het aantal ambtelijke in- of uitschrijvingen in het BRP;

  • het aantal gecontroleerde adressen;

Dat in het kader van voornoemd thema is uitgevoerd/verzonden.

6.1 Controles op het gebied van COVID-19

Doelstelling

Toezicht houden op de coronaregels en de landelijke Coronawet. Zonodig handhaven op de regels.

Corona heeft impact op de veiligheid, overlast en handhaving. Alle meldingen op het gebied van COVID-19 krijgen voorrang.

De controles die uitgevoerd worden zijn o.a.:

  • Meldingen met betrekking tot overlast

  • Controle op (jeugd)samenscholingen

  • Bedrijven / ondernemers/ inwoners die het financieel moeilijk hebben en daardoor zoeken naar creatieve oplossingen

  • Meldingen met betrekking tot inwoners die de coronaregels minder scherp hanteren

  • Adviserende rol aannemen richtingen inwoners en ondernemers

  • Proactief in gesprek gaan en meedenken over wat wel kan

  • Controleren van detailhandel

  • Controles bij het langzaam loslaten van de maatregelen (bijvoorbeeld bij horeca en evenementen).

6.2 Parkeren

Doelstelling

Behoud en bevorderen van een veilige leefomgeving.

Het foutief parkeren van motorvoertuigen (en niet-motorvoertuigen) kan leiden tot gevaarlijke situaties. Daarnaast blijkt uit het jaarverslag handhaving 2020 dat meldingen met betrekking tot parkeren op nummer één (1) staan van alle meldingen in de gemeente Bronckhorst (18,9% 96 meldingen). Gelet op het voorgaande blijft er aan dit onderdeel bestuurlijke prioriteit toegekend.

In de kern Vorden is een blauwe zone gesitueerd. Er wordt periodiek, ca éénmaal per maand – toezicht gehouden met betrekking tot deze blauwe zone. Op basis van de klachten/meldingen met betrekking tot parkeren wordt signaal gestuurd toezicht gehouden.

Indien noodzakelijk wordt handhavend opgetreden conform het huidige handhavingsbeleid.

6.3 Afval

Doelstelling

Behoud van een mooie en schone leefomgeving.

De afvalinzameling zo efficiënt en duurzaam mogelijk uitvoeren.

Er zijn drie verschillende meldingen met betrekking tot afval: het onjuist aanbieden van het afval, afvaldumpingen in de openbare ruimte en bijplaatsingen in milieuparkjes.

6.3.1 Onjuist aanbieden van het afval

Wij blijven veel restafval in onze oranje PMD containers aantreffen. Dit leidt tot afkeur van het PMD en lagere financiële opbrengst voor deze grondstofstroom. Deze opbrengst derving moeten wij dekken uit de afvalstoffenheffing. Wanneer er meer afval op een goede manier wordt aangeboden heeft dit een positief effect op het hergebruik en de verwerkingskosten.

Sinds 1 januari 2020 is het omgekeerde inzamelen ingevoerd, het grijze afval (reststroom) moet naar ondergrondse containers gebracht worden en wordt niet meer huis-aan-huis ingezameld. Een nieuw systeem vraagt altijd een periode van gewenning. Risico’s bij het nieuwe systeem zijn ongewenste illegale bijplaatsingen en onjuiste aanbieding (grijze reststroom in PMD- of GFT-container).

6.3.2 Afvaldumpingen in de openbare ruimte

Soms wordt afval gedumpt in de openbare ruimte. Deze dumpingen brengen schade toe aan de groene leefomgeving en afvaldumpingen kunnen gevaarlijk zijn (ziekteverwekkers en het aantrekken van plaagdieren). Uit het jaarverslag handhaving 2020 blijkt dat er 95 meldingen (18,7%) met betrekking tot afvaldumpingen en illegaal bijplaatsen bij afvalcontainers zijn gedaan. Dit zorgt ervoor dat dit ergernis nummer twee is binnen de top 3 van alle ergernissen uit de gemeente Bronckhorst. Gelet op het vorenstaande wordt aan dit onderdeel meer prioriteit toegekend.

6.3.3 Bijplaatsingen in milieuparkjes (cameratoezicht)

In 2021 wordt nader onderzocht of het mogelijk is om op sommige afvallocaties (ondergrondse afvalcontainers of milieustraten) cameratoezicht toe te passen.

Dit om de afvaldumping en daarmee de overlast en vervuiling tegen te gaan. We willen illegale bij plaatsingen bestrijden om daarmee de kernen schoon te houden en het vervuilde straatbeeld tegen te gaan.

Daarnaast komt het af en toe voor dat er een melding gemaakt wordt met betrekking tot het vermoeden dat er vaten gedumpt zijn voor de productie van drugs. Hiervoor wordt de buitendienst ingeschakeld, zij dragen er zorg voor dat een extern gespecialiseerd bedrijf dit ophaalt. Daarnaast wordt ook de politie in kennis gesteld.

In 2021 wordt na de invoering van het omgekeerd inzamelen extra toezicht gehouden op illegale bijplaatsingen.

Ook wordt er minimaal één keer per kwartaal gecontroleerd op onjuiste aanbieding, met name PMD. Deze controles zijn steekproefsgewijs. Bij overtreding kan er een PV opgemaakt worden.

6.4 Geluid- en geurhinder

Doelstelling

Het aantal meldingen rondom geluid- en geurhinder terugdringen.

Uit het jaarverslag van 2020 blijkt dat er 55 meldingen (10,8%) binnen zijn gekomen over geluid- en geurhinder. Geluiden en geuren zijn onderdeel van onze leefomgeving. Maar soms kan geluid of geur tot hinder leiden. Hinder wordt door een ieder anders ervaren. Het woord hinder is daarom lastig te definiëren. De ene persoon ervaart dezelfde geluiden en/of geuren anders dan bijvoorbeeld zijn of haar buren.

De binnen gekomen meldingen zijn divers van aard. De meest voorkomende meldingen zijn:

  • 1.

    Overlast bromtonen

  • 2.

    Mestlucht

  • 3.

    Afsteken van vuurwerk

  • 4.

    Zwarte rook uit kachel

  • 5.

    Geluidsoverlast door feestjes

  • 6.

    Geluidsoverlast legen glasbak

  • 7.

    Overlast crossmotoren

Deze meldingen worden in zijn algemeenheid vaak opgepakt in samenwerking met de Omgevingsdienst Achterhoek: hierna ODA.

6.5 Evenementen en APV-vergunningen

Doelstelling

Veilige evenementen voor bezoeker en omgeving. Zoveel als mogelijk voorkomen dat er alcoholhoudende drank wordt verstrekt dan wel verkocht aan minderjarigen.

Voor het organiseren van een evenement is een vergunning nodig van de burgemeester, behoudens de limitatieve opsomming in de APV gemeente Bronckhorst. Een evenement mag niet in afwijking van de vergunning plaatsvinden.

Er wordt toezicht gehouden op de naleving van de voorwaarden en voorschriften die verbonden zijn aan de evenementenvergunning. Dit ziet voornamelijk toe op de veiligheid van de bezoekers, gebruik en schenken van alcoholhoudende drank en overlast beperking voor de omgeving (omwonenden en bedrijven) (geluidsvoorschriften worden op verzoek gecontroleerd door de ODA).

Evenementen met een hoge bestuurlijke prioriteit worden te allen tijden gecontroleerd.

Echter door het COVID-19 virus en de daaromtrent genomen landelijke maatregelen, waaronder het verbod op evenementen en verbod op wedstrijden. Vanaf 16 maart 2020 hebben er vrijwel geen evenementen plaatsgevonden en het verbod blijft voorlopig nog gehandhaafd. Zicht op directe versoepelingen op dit vlak is nog onbekend.

Ons uitgangspunt is om risicovolle evenementen te controleren. In de opstartende fase na de afvlakkende besmettingen en curves van COVID-19 en de fase waarin nog niet iedereen is gevaccineerd, zal er naar alle waarschijnlijkheid veel geïnvesteerd worden in het controleren van vrijwel alle evenementen. Het is te verwachten dat de meeste ondernemers zullen investeren en de randjes van de wetgeving zullen opzoeken, maar ook de jeugdigen een uitlaatklep zullen zoeken als er weer meer mogelijk wordt. Onze inzet zal op dat gebied dan ook groot zijn. Daarna zal onze inzet slechts gewenst zijn bij risicovolle evenementen.

6.6 Drank en Horecawet

Doelstelling

Behoud van een mooie, gezonde en veilige leefomgeving. Zowel als mogelijk voorkomen dat er alcoholhoudende drank wordt verstrekt dan wel verkocht aan minderjarigen.

Voor verkoop en/of verstrekken van alcoholhoudende drank in een slijterij, horecabedrijf, sportkantine, verenigingslokaal of bedrijfsrestaurant is een drank- en horecavergunning vereist. Cafetaria’s en levensmiddelenbedrijven (bijvoorbeeld supermarkten) hoeven geen vergunning te hebben om alcoholhoudende drank te verkopen. Zij mogen alleen zwak alcoholhoudende drank verkopen, zoals bier.

Aan een drank- en horecavergunning zijn voorwaarden en voorschriften verbonden, conform de Drank- en Horecawet en het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet.

Om onder andere te voorkomen dat alcoholhoudende dranken worden verstrekt en/ of verkocht aan minderjarigen wordt hierop toezicht gehouden. In overeenstemming met het preventie en handhavingsplan wordt geïnvesteerd in de handhaving op dit terrein.

In het komende jaar zal volop geïnvesteerd worden in het volgen van opleidingen. Voor het kunnen optreden op de Drank en horecawet zijn namelijk bevoegdheden nodig. De helft van de boa’s zal in april 2021 de opleiding volgen, de andere helft zal deze in september 2021 volgen. Dit is een prima timing aangezien er op dit moment weinig tot geen evenementen plaatsvinden. Naar alle waarschijnlijkheid zal dit voorzichtig aan het komende jaar weer opgestart worden, onze boa’s kunnen hierin meegroeien en hun zojuist opgedane kennis direct toetsen aan de praktijk.

Waar nodig vindt er een samenwerking plaats met Halt (jeugd) en Iriszorg (jong)volwassenen)). Dit zijn organisaties die samen met ons een bijdrage kunnen leveren bij het voorkomen, bestrijden en bestraffen van (jeugd)criminaliteit of zorg op andere gebieden.

Daarnaast is het huidige beleid (preventie en alcoholhandhavingsplan) verouderd. Deze zal samen met het nieuwe toezicht- en handhavingsbeleid 2017-2022 opnieuw worden opgesteld en vastgesteld in 2022. Dit wordt vastgesteld door de raad.

6.7 Reclame-uitingen

Doelstelling

Behoud van een mooie en schone openbare leefruimte

Om bij te dragen aan een mooie en schone leefomgeving is het van belang reclame-uitingen in het buitengebied en in de kernen zoveel mogelijk tegen te gaan. We controleren op illegale reclame, objecten en opstallen in de openbare ruimte om mogelijke gevaarlijke situaties, vervuilingen van de openbare ruimte en oneerlijke concurrentie tegen te gaan.

Worden de reclame-uitingen wel geconstateerd in het buitengebied en/of in de kernen dan treden wij hier handhavend tegen op conform het huidige handhavingsbeleid. Gelet op de huidige coalitieprogramma wordt aan dit onderdeel meer bestuurlijke prioriteit toegekend.

In de eerste helft van het jaar zal een inventarisatie gemaakt worden, waar bevinden zich reclame-uitingen en wat is wel of niet toegestaan. In eerste instantie richten wij ons op de kernen. Mochten wij ruimte hebben in onze bezetting dan zullen wij dit uitbreiden naar het buitengebied.

Zeker aangezien er vele ondernemers in zwaar weer verkeren is dit niet het juiste moment om handhavend op te treden. In de tweede helft van het jaar zullen waar nodig gerichte acties worden uitgezet en zal er contact worden opgenomen met de inwoners c.q. de ondernemers. Wij treden op tegen het plaatsen, verspreiden of plakken van illegale reclame- of evenementenborden, posters of andere reclame uitingen.

6.8 Ondermijning

Georganiseerde criminaliteit ondermijnt het lokale gezag, verslechtert de veiligheid en leefbaarheid en levert schade op voor ondernemers. De aanpak van georganiseerde criminaliteit richt zich op de cruciale ondersteunende activiteiten van ‘de bovenwereld’ aan ‘de onderwereld’. De onderwereld maakt voor illegale activiteiten gebruik van diensten van ‘de bovenwereld’, bijvoorbeeld voor distributie, financiële handelingen, vergunningen en huisvesting. Ook zijn criminelen vaak op zoek naar manieren om illegaal verkregen vermogen wit te wassen.

Bijvoorbeeld door te investeren in vastgoed.

Het signaleren en herkennen van ondermijning is van cruciaal belang in de aanpak van ondermijning. De toezichthouders spelen hierbij een zeer belangrijke rol. Dit jaar wordt geïnvesteerd in de bewustwording en kennisontwikkeling met betrekking tot het herkennen van signalen van ondermijning. Bijscholing op dit onderwerp blijft van belang gezien de constante ontwikkelingen rondom dit onderwerp.

De aanpak van ondermijning is niet één dimensionaal en vraagt een gemeente breder integrale aanpak en samenwerking.

Hiervoor is nauwe samenwerking met de politie en andere netwerkpartners van belang. De coördinatie van de aanpak van ondermijning, waar bewustwording ook een onderdeel van is, ligt bij openbare orde en veiligheid van het cluster Participatie.

Cluster Toezicht en Handhaving is verantwoordelijk voor de bestuurlijke handhaving en de advisering over de juridische bevoegdheden. Hieronder vallen onder andere de:

  • Opiumwet (artikel 13b bevoegdheid; sluiting drugspanden)

  • Woningwet (sluiting pand in strijd met bouwbesluit i.c.m. verstoring openbare orde)

6.9 Digitaliseren van ons systeem

Doelstelling

Het creëren van een overzichtelijk en digitaal platform.

Dit jaar zal er een digitaal systeem worden aangeschaft (CityControl) waarbij we de proces verbalen digitaal kunnen uitschrijven. Daarnaast kunnen we beter vastleggen welke hotspots, meldingen, waarschuwingen er gedaan worden in de openbare ruimte. Hierdoor wordt er een beter overzicht gemaakt voor de collega’s onderling en kan er sneller en adequater worden opgetreden mocht dit nodig zijn. We maken hiermee een professionaliseringsslag, door koppelingen met diverse databases wordt de kans op fouten bij het uitschrijven van verbalen minder groot.

6.10 Ruimtelijke ordening

6.10.1 Bestemmingsplan

Doelstelling

Het toezien van de naleving van de actuele regeling voor loonwerkbedrijven in de gemeente Bronckhorst binnen het bestemmingsplan “Correctieve herziening Landelijk gebied Bronckhorst” en het veegplan Landelijk gebied 2020-B.

Binnen het bestemmingsplan Landelijk gebied Bronckhorst is er een correctieve herziening vastgesteld met daarin een passende actuele regeling voor alle loonwerkbedrijven in onze gemeente. Ondanks de geboden maatwerkoplossing, moet er handhavend opgetreden worden als wij signalen ontvangen die in strijd zijn met de (nieuwe) bestemming. Met name de oppervlakten van buitenopslag en de locatie van deze opslagen zijn punt van aandacht.

Wij streven er naar ieder jaar vijf zaken op te pakken. Er vindt afstemming plaats met het cluster Ruimtelijke Ordening voor de prioritering.

6.10.2 Leegstaande panden

Doelstelling

Het creëren van een mooie, veilige en gezonde leefomgeving. Daarnaast zijn het strijdig gebruik, de proactieve houding richting de inwoners en de opsporing van ondermijning verschillende doelen waaraan we door middel van dit project aan werken.

Eind 2020 zijn we begonnen met het project leegstaand in het buitengebied. In het kader van ondermijning en de aanpak daarvan is er een integrale samenwerking tussen OOV, politie en de boa’s ontstaan.

Ondanks de gewijzigde prioritering vastgesteld door het college op 17 november 2020 blijkt uit het voorstel “Versterking crisisorganisatie en prioritering taken en projecten” dat inzet op dit onderdeel niet directe prioriteit heeft. Tot 1 juli 2021 loopt er op dit onderdeel vertraging op.

6.10.3 BRP en LAA

Doelstelling

Bevorderen van de juistheid van de diverse registratiesystemen, zoals BRP en BAG, en het voorkomen van fraude.

Om onder andere fraude tegen te gaan is het van belang dat feitelijke (woon)situaties zoveel mogelijk overeenkomen met de gegevens die in de basisregistratie bekend is.

Deze controles liggen momenteel helemaal stil. Alleen zeer urgente meldingen worden opgepakt, aangezien deze controles alleen maar onaangekondigd uitgevoerd kunnen worden om de uitkomsten niet te beïnvloeden. Daarnaast is er voor gekozen om de achterstand die is ontstaan niet later alsnog weg te werken. Dit is afgestemd met Burgerzaken.

6.10.4 Campings

Doelstelling

Het leveren van een bijdrage aan en het bevorderen van een gezonde toeristische sector in de gemeente Bronckhorst. Daarnaast om de strijdige situaties in beeld te brengen en indien nodig corrigerend optreden. Tot slot worden de trends en ontwikkelingen opgehaald die als input gelden bij de beleidsontwikkeling ten aanzien van het recreatiebeleid.

Op campingterreinen staan naast kampeermiddelen van passanten doorgaans ook recreatieverblijven als stacaravans en chalets. Controle op deze campings heeft betrekking op niet recreatief gebruik, brandveiligheid en de aard en omvang van de aanwezige bebouwing. Dit project zal opnieuw opgestart moeten worden, aangezien er langere tijd geen actieve controles hebben plaatsgevonden. De huidige gegevens zijn daardoor dermate verouderd en hebben geen enkele waarde meer.

Het betreffen tien campings. Toezicht en handhaving vindt plaats op basis van niet recreatief gebruik, bebouwing en brandveiligheid. Daarnaast heeft het toezicht een signalerende functie ten aanzien van ondermijning. We werken daarom samen met ketenpartners, zoals de politie en openbare orde en veiligheid. Bij bepaalde casussen wordt ook de verbinding met het cluster Participatie gezocht.

Ondanks de gewijzigde prioritering vastgesteld door het college op 17 november 2020 blijkt uit het voorstel “Versterking crisisorganisatie en prioritering taken en projecten” dat inzet op dit onderdeel niet directe prioriteit heeft. Tot 1 juli 2021 loopt er op dit onderdeel vertraging op.

Dat maakt dat wij pas in het najaar (na het campingseizoen) kunnen opstarten met dit project. Het heeft daarom de voorkeur om de nodige inzet te steken in het opzetten van een goed plan van aanpak. Vervolgens dit project op te splitsen zodat we ieder jaar slechts een of twee campings oppakken en hier de nodige tijd in zullen steken. In het najaar starten we dan met het controleren van een of twee campings. Deze controles zullen in het volgende jaar verder worden uitgewerkt. Pas bij het afronden van deze gehele campings, worden er nieuwe opgepakt.

We zullen hierbij een artikel plaatsen in het Contact. Op deze manier hopen wij ook een proactieve houding bij de ondernemer te creëren met betrekking tot niet recreatief gebruik.

6.10.5 Recreatieparken

Doelstelling

Het leveren van een bijdrage aan en het bevorderen van een gezonde toeristische sector in de gemeente Bronckhorst. Daarnaast om de strijdige situaties in beeld te brengen en indien nodig corrigerend optreden. Tot slot worden de trends en ontwikkelingen opgehaald die als input gelden bij de beleidsontwikkeling ten aanzien van het recreatiebeleid.

De afgelopen jaren is structureel ingezet op toezicht en handhaving op recreatieparken en het niet recreatieve gebruik, (permanente bewoning). Er is hierbij een onderscheid in parken met een receptie en een parkbeheerder en solitaire recreatiewoningen, die her en der verspreid staan in de kernen en in het buitengebied en de recreatiewoningen die bij elkaar staan maar waarbij geen receptie en/of beheerder is.

Er vinden meerdere controles plaats en indien nodig wordt er handhavend opgetreden. Ook hier werken we daar waar mogelijk samen met ketenpartners, zoals de politie en de provincie Gelderland.

De controles op recreatieparken zien niet alleen toe op het niet recreatieve gebruik van recreatiewoningen. Maar fungeert ook als signaalfunctie voor bijvoorbeeld ondermijning of sociaal maatschappelijke problemen. De praktijk is weerbarstiger ten aanzien van sociaal maatschappelijke problemen en een situatie is niet alleen maar zwart of wit. In dit soort situaties is er vaak sprake van maatwerk. Door de signalen voor zowel ondermijning tijdig op te pakken of in het geval van sociaal maatschappelijke problemen tijdig te signaleren kan er op een juiste hulp worden aangeboden of ingeschakeld.

Ondanks de gewijzigde prioritering vastgesteld door het college op 17 november 2020 blijkt uit het voorstel “Versterking crisisorganisatie en prioritering taken en projecten” dat inzet op dit onderdeel niet directe prioriteit heeft. Tot 1 juli 2021 loopt er op dit onderdeel vertraging op.

Hierbij opmerkend dat de situatie rondom de recreatieparken steeds gemonitord wordt om de beeldvorming van en over de parken helder te hebben. Wanneer er een bijzondere omstandigheid is, en deze hoog geprioriteerd is, wordt er een uitzondering gemaakt op de het niet handhavend optreden.

De inventarisaties die nodig zijn om het niet recreatieve gebruik vast te stellen kunnen in de eerste helft van het jaar prima uitgevoerd worden. Er zullen vaste duo’s gekoppeld worden aan de parken om de gebiedskennis te vergroten en om juist op deze manier te controleren vallen eerder veranderingen bij de woningen op.

Solitaire recreatiewoning

Een solitaire recreatiewoning houdt in een recreatiewoning die niet gesitueerd is op een recreatiepark. Op deze vorm van recreatie en het niet recreatieve gebruik wordt gecontroleerd.

6.11 Natuur en landschap

Gemeente Bronckhorst is een plattelandsgemeente met veel kleinere en grotere kernen in een ruim en groen buitengebied. Bomen vormen zowel in de kernen als in het landschap een belangrijke component voor de kwaliteit en het karakter. Hoewel de bomen een belangrijk gegeven zijn is hun aanwezigheid allerminst vanzelfsprekend. Het landschap en de kernen veranderen continu. Dit is altijd zo geweest en dynamiek zal blijven bestaan. Steeds veranderen de eisen aan de kwaliteit en functionaliteit van de leefomgeving. Denk aan de mechanisatie en schaalvergroting in de landbouw, de toename van recreatie en toerisme, de bereikbaarheid van de Achterhoek en wensen ten aanzien van wonen en werken. Bomen moeten ook in deze veranderende omgeving hun rol blijven houden.

Toezicht en handhaving is essentieel om de kwaliteit van natuur- en landschapselementen in de gemeente Bronckhorst te waarborgen. Er wordt om die reden dit jaar ingezet op de onderdelen:

  • herplantplicht (paragraaf 3.2.2);

  • illegale kap (paragraaf 3.2.3);

  • bermbeheer (oneigenlijk grondgebruik; paragraaf 3.2.4) en

  • opgelegde landschapsinpassingen bestemmingsplan (paragraaf 3.2.5).

Inzet formatie; groene boa mede gezien verschuiving Omgevingswet en bestuurlijke prioritering in Uitvoeringsprogramma/ coalitieprogramma.

6.11.1 Herplantplicht

Doelstelling

Behoud van mooie en gezonde leefomgeving en tegengaan van illegale kap.

Markante bomen geven een grote toegevoegde waarde aan de landschappelijke omgeving. Hierdoor wordt bij de kap van markante bomen standaard een herplant vereist, volgens de Omgevings- en Bouwverordening van de gemeente.

Er wordt toegezien op de opgelegde herplantplicht en indien nodig wordt er handhavend opgetreden. Toezicht en handhaving gebeurt middels:

  • steekproeven: de aanvrager kan melden dat de herplant is uitgevoerd. Van alle meldingen wordt steekproefsgewijs controle uitgevoerd op de naleving van de herplantplicht.

  • periodieke controles: de niet gemelde herplantplicht worden periodiek gecontroleerd. De controle vindt plaats na afloop van de termijn van de herplant, één jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning.

De uitgevoerde herplant wordt vastgelegd, zodat voor een ieder zichtbaar is op welke locaties herplant nog moet worden uitgevoerd en op welke locaties de herplant niet is uitgevoerd. Voor herplant welke niet binnen de gestelde termijn is uitgevoerd, geldt het gebruikelijke handhavingsprotocol (zie hoofdstuk 3 van het Toezicht- en Handhavingsbeleid gemeente Bronckhorst 2017–2022).

6.11.2 Illegale kap

Doelstelling

Behoud van mooie en gezonde leefomgeving en het waarborgen, behouden en versterken van de landschappelijke elementen. En tot een minimum beperken van illegale kap.

Voor het kappen van een esdoorn, paardenkastanje, haagbeuk, beuk, es, noot, plataan, populier, eik, grove den, acacia, linde, iep, wilg (geknot), els (geknot) of tamme kastanje met een stamomtrek van meer dan 95 centimeter op 1,30 meter van het maaiveld is een omgevingsvergunning vereist.6

Maar ook wordt opgetreden aan de hand van meldingen wanneer er bijvoorbeeld een houtwal of landschaps-haag verwijderd wordt.

Op basis van meldingen en vrije veld toezicht (zie paragraaf 3.5.8) wordt toegezien of de vereiste omgevingsvergunning is aangevraagd en is verleend. Indien er geen vereiste omgevingsvergunning is aangevraagd en is verleend, is sprake van illegale kap en wordt hiertegen handhavend opgetreden, conform het huidige handhavingsbeleid. Het herstellen van de strijdige situatie is in dergelijke gevallen niet meer mogelijk en hierdoor wordt er strafrechtelijk opgetreden (proces verbaal). Daarnaast kan bepaald worden tevens een herplantplicht op te leggen (zie paragraaf 3.2.2).

6.11.3 Versterken biodiversiteit en bermbeheer (oneigenlijk grondgebruik) en opgelegde landschappelijke inpassingen

In 2021 worden er nieuwe afspraken over het bermbeheer gemaakt. Zodat de bermen op het juiste moment en met de juiste machines worden beheerd. Dit doen wij op basis van het bermbeheer-uitvoeringsplan dat we in het najaar van 2020 herzien.

We breiden het ecologisch beheer van de bermen, greppels en slootkanten in de gemeente Bronckhorst uit. Doelstelling is dat eind 2022 80% van de bermen en slootkanten ecologisch worden beheerd (in 2019 was dat 20%).

Dit doen we samen met inwoners en professionals.

Om deze doelstelling te kunnen realiseren worden alle bermen geïnventariseerd en opnieuw bepaald wat de beste beheer methode is. Op basis van deze inventarisatie komt ook in beeld welke bermen oneigenlijk in gebruik zijn bij aanliggende eigenaren.

Op basis van de prioritering vanuit het bermenbeleidsplan worden omliggende eigenaren aangesproken met als de doel de illegale situatie zo snel mogelijk op te lossen. Uitvoering wordt in nauwe samenwerking met het cluster Buiten (landschap en grondzaken) uitgevoerd.

Met betrekking tot de opgelegde landschappelijke inpassingen: dit is een privaatrechtelijke overeenkomst die is aangegaan door de inwoner en de gemeente. Bij bepaalde bouwprojecten wordt vaak een vereveningsovereenkomst opgesteld. Dit houdt in dat de inwoner iets mag in ruil voor iets anders, bijvoorbeeld het planten van struiken, bomen etc. hiervoor krijgt de inwoner een termijn opgelegd. Na het verstrijken van de begunstigingstermijn voert ons cluster een controle uit. Als de inwoner niet voldaan heeft aan hetgeen is vastgelegd in de overeenkomst wordt er handhavend tegen opgetreden.

Hierbij wordt er een koppeling gemaakt tussen de onderdelen bouw en groen. Het gaat hierbij om een samenspel tussen twee geledingen van het cluster Toezicht en Handhaving.

Het is onze intentie om dit jaar 15 casussen op te pakken.

7. Specifieke taken

7.1 Kinderopvang

Doelstelling

Bevorderen van de veiligheid bij kinderopvangvoorzieningen en gastouders.

Kinderopvangvoorzieningen en gastouders moeten zich houden aan regels. De toezichthouders van de GGD controleren jaarlijks of dat ook gebeurt. De GGD is de formele toezichthouder volgens de wet.

Hierover adviseert zij de gemeente die het bevoegde gezag is. Indien uit het advies volgt dat de regels niet worden nageleefd, treedt de gemeente handhavend op conform het huidige handhavingsbeleid kinderopvang.

Met de komst van het COVID-19 virus en de daaropvolgende coronamaatregelen heeft dit impact gehad op de controles vanuit de GGD. Groot aantal GGD toezichthouders zijn ingezet voor coronawerkzaamheden binnen de GGD. De GGD heeft niet waar kunnen maken wat begin eind 2019 is afgesproken. De 100% norm en het per gemeente afgesproken percentage te bezoeken voorzieningen voor gastouders worden bij de uitvoering van het toezicht niet gehaald.

De GGD heeft te kennen gegeven indien de maatregelen het toelaten de inzet op kinderopvang weer wordt opgestart. Wel zijn alle zaken die betrekking hadden op de directe veiligheid van kinderen bij zowel gastouderopvang als kinderdagopvang door de GGD in opdracht van de gemeente opgepakt.

7.2 Milieu

Doelstelling

Zorgdragen voor een veilige, duurzame en gezonde leefomgeving op het gebied van milieu.

In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan de vergunningverlenende, toezichthoudende en handhavende taken die de Omgevingsdienst Achterhoek (ODA) uitvoert namens het college van Bronckhorst.

Risico- en effectgerichte benadering

Deze aanpak is nog niet veranderd, maar staat onder invloed van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van het branchegericht werken, data-gestuurd handhaven en de Omgevingswet. Alle drie geven hun eigen kansen en beperkingen op de uitdagingen om een goede risicoanalyse en daarmee planning te maken. Landelijk en vanuit het Gelders stelsel is hier de nodige aandacht voor. Waarschijnlijk zal er in de loop van het komende jaar meer duidelijkheid komen over de te maken keuzes. De Omgevingswet zal hierop van grote invloed zijn.

Hieronder staat de frequentiematrix die gebruikt wordt als basis van de keuzes voor het uitoefenen van toezicht op de inrichtingen in Bronckhorst. Toezicht en handhaving is bij het ene bedrijf namelijk minder omvangrijk en complex dan bij het andere bedrijf. Door specialisten van de ODA in samenspraak met de partners is de frequentiematrix bepaald. Door de bedrijven volgens deze matrix te bezoeken wordt geborgd dat de toezichthouders van de ODA het bedrijf de aandacht kunnen geven die nodig is.

Frequentiematrix Partners Omgevingsdienst Achterhoek

afbeelding binnen de regeling

Branchegericht werken

De methodiek voor het uitvoeren van controles uit het branchegericht werken is een aanvulling op het werken met een risico & effectgerichte benadering. Tot nu werkten we alleen met een jaarlijkse vooraf in OpenWave vastgelegde controlelijst. De uitvoering vindt nu ook meer plaats op basis van brancheplannen die een vierjarige cyclus hebben. Dit geldt echter alleen nog voor de branches veehouderij, automotive, horeca, voeding, sport & recreatie en metaalrecycling, waarvoor al een brancheplan aanwezig is. De overige brancheplannen worden in de toekomst nog gemaakt.

Hierin staan o.a. verschillende manieren van toezicht houden, zoals de traditionele reguliere controle, de aspectcontrole en de zelfcontrole (bedrijven vullen vooraf zelf een checklist in, waarna gekeken wordt waar de ODA zelf nog langs moet gaan voor een controle). Verder wordt in een brancheplan ook beschreven hoe je mogelijke overtredingen kunt voorkomen door b.v. voorlichting.

In de voorgaande jaren zijn al een aantal pilots gedraaid met de diverse manieren van toezicht. De resultaten daarvan worden meegenomen in de uitvoering in 2021 en volgende jaren.

Handhaving

Wat betreft handhaving (als toezicht alleen niet voldoende blijkt te zijn om de overtredingen op te lossen) maken we gebruik van de Landelijke Handhavingstrategie.

Het project “actualisatie en controle van de agrarische IPPC-bedrijven”

Vanwege wettelijke verplichtingen moeten vergunningen van alle agrarische IPPC-bedrijven voor februari 2021 op Best Beschikbare Technieken (BBT) worden geactualiseerd. De meeste vergunningen in de gemeente Bronckhorst zijn al gereed. Na de definitieve verlening volgt een opleveringscontrole. De controles zijn opgestart, maar door lagere aantallen ontvankelijke aanvragen, langere vergunningsprocedures en de coronacrisis verschuiven een groot aantal IPPC-controles naar 2021 met een mogelijke uitloop naar 2022.

Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS)

ZZS zijn geclassificeerd als de meest gevaarlijke stoffen voor mens en milieu. Deze stoffen moeten daarom met voorrang aangepakt worden. Het streven is om ZZS uit de leefomgeving te weren. De aanpak stuurt op minimalisatie van ZZS emissies in lucht en water. Hiervoor moet door betreffende bedrijven een vermijdings- en reductieprogramma gemaakt worden, waarin staat hoe de ZZS emissie voorkomen of beperkt kan worden. Verder moeten bedrijven die met ZZS stoffen boven een ton per jaar werken in 2021 een eerste rapportage leveren over het voorkomen/ beperken van de ZZS. Sinds 2016 is namelijk een vijfjarige rapportageplicht hiervoor ingesteld.

Hierop wordt door de ODA toegezien. Om meer inzicht te krijgen welke bedrijven werken met ZZS wordt ook een uitvraag naar ZZS bij de bedrijven gedaan.

8. Professionaliseren, optimaliseren en kwaliteit verbeteren

Naast de inhoudelijke speerpunten, zoals beschreven in de paragrafen 3.1, 3.2 en 3.4, en de specifieke taken en werkzaamheden, wordt nog geïnvesteerd in algemene taken en werkzaamheden.

Hiermee trachten wij naar het meer optimaliseren van de werkprocessen, kwaliteitsverbetering en professionalisering.

Hierdoor kunnen wij adequater en gedegenere uitvoering geven aan de actualiteiten en onze wettelijke bevoegdheden met als uiteindelijk doel het dienen van de samenleving van de gemeente Bronckhorst.

Net als voorgaand jaar is het streven ook dit jaar weer extra in te zetten op onderstaande onderdelen:

  • juridische behandeling;

  • communicatie;

  • verzoeken om handhaving;

  • klachten en meldingen en

  • vrije veld toezicht.

8.1 Juridische behandeling

Doelstelling

Met het inzetten van een bestuurlijke handhavingsprocedure tijdig en effectief beëindigen van overtredingen dan wel strijdigheden.

Overtredingen en strijdigheden worden in beginsel opgelost in het gesprek (sociaal handhaven). Dit gesprek wordt schriftelijk bevestigd in een niet juridische brief. In sommige gevallen heeft dit niet het gewenste effect, dan wordt er handhavend opgetreden. Bij alle overtredingen wordt een constateringsrapport opgemaakt. Dit maakt onderdeel uit van het handhavingstraject.

De formele behandeling van bezwaar- en beroepsprocedures ligt bij cluster Juridische zaken. Het cluster Toezicht en Handhaving levert de inhoudelijke handhavingsexpertise bij deze juridische procedures. Hierover vindt nauwe afstemming plaats.

8.2 Communicatie

Doelstelling

  • Bevorderen van de naleving van wet- en regelgeving met betrekking tot toezicht en handhaving;

  • Kenbaarheid van (nieuwe) wet- en regelgeving;

  • Kenbaarheid geven aan de taken van een toezichthouder via social media;

  • Onderlinge communicatie van burgers met elkaar versterken.

Communicatie met betrekking tot de handhavingstaken en procedures speelt een belangrijke rol in onder andere het naleefgedrag. Daarbij kan communicatie ook een belangrijke rol spelen in het (her)kenbaar maken van de taken naar de inwoners van de gemeente Bronckhorst.

Burgers en ondernemers worden middels diverse communicatiekanalen geïnformeerd over de huidige wet- en regelgeving. Samen met het cluster Communicatie wordt hier vorm aan gegeven. Onze intentie is om meer bekendheid te geven aan de (dagelijkse) taken en werkzaamheden van onze BOA’s en toezichthouders. De inzet van social media is daarvan een mogelijkheid.

Op welke wijze en in welke vorm dit verder uitwerking krijgt gaat in samenspraak met het cluster Communicatie.

8.3 Verzoeken om handhaving

Doelstelling

Het adequaat en gedegen onderzoeken van de aard van het verzoek om handhaving en dit binnen de wettelijke termijn van acht weken (zonder verlening van deze termijn) af te handelen.

Handhavingsverzoeken – ongeachte prioritering – betreffen een aanvraag in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en dienen altijd in behandeling te worden genomen. Cluster Toezicht en Handhaving stelt in dergelijke gevallen vast of er sprake is van een overtreding en of het verzoek voldoet aan de gestelde wettelijke vereisten.

Op basis hiervan wordt er een schriftelijk besluit (afwijzing of toekenning van verzoek om handhaving) genomen.

8.4 Klachten/meldingen

Via de website (www.bronckhorst.nl/meldingdoen) of telefonisch kunnen klachten dan wel meldingen worden ingediend over de woon- en leefomgeving. Op basis van de aard en daarmee de prioritering van de klacht dan wel melding is het streven om binnen twee werkdagen de meldingen op te pakken. Ten opzichte van verzoeken om handhaving (zoals beschreven in paragraaf 3.6.4) zijn klachten/meldingen geen aanvraag in de zin van de Awb en worden er bij afhandeling van klachten/ meldingen geen besluit genomen. Hier staat de mogelijkheid tot het maken van bezwaar of beroep niet open.

Doelstelling

Klachten en meldingen worden adequaat en binnen twee werkdagen opgepakt in het kader van High Five. Vragen die via social media binnenkomen worden op dezelfde werkdag beantwoord. In de praktijk is dit niet altijd haalbaar. Dit heeft vaak te maken met de complexiteit van de vraag of vergt de vraag enige uitzoekwerk.

Alle binnengekomen meldingen worden door een telefonische reactie bevestigd met de mededeling wie de klacht in behandeling neemt en dat er zo spoedig mogelijk inhoudelijk wordt gereageerd.

8.5 Vrije veld toezicht

Doelstelling

Het creëren van een mooie, veilige en gezonde leefomgeving en het strijdig gebruik, zoveel als mogelijk tot een minimum te beperken.

Naast ons reguliere werk is er vaak sprake van zogenoemde ‘vrije veld toezicht’.

De waarnemingen komen tot stand, doordat de toezichthouders in het veld aan het werk zijn en niet naar aanleiding van een vergunning, verzoek om handhaving, melding of klacht. Het kan daarbij gaan om vele soorten overtredingen: strijdig gebruik in het kader van het bestemmingsplan, reclame-uitingen, niet vergunde bouw, afvaldumpingen etc.

Daarnaast is het ‘vrije veld toezicht’ belangrijk in het kader van ondermijning. Bij de aanpak van ondermijning is het van cruciaal belang dat er tijdig wordt gesignaleerd en wordt ingegrepen.

9. Facilitering

9.1 Capaciteit

De capaciteit die beschikbaar is voor de uitvoering van de in dit uitvoeringsprogramma genoemde projecten en acties is geborgd in de begroting. Voor 2021 is bij het cluster Toezicht en Handhaving in totaal 11,57 fte beschikbaar.

Op basis van het bestaande beleidsplan werken we het innovatief toezichthouden en verdere digitalisering van het toezicht- en handhavingsproces nader uit. Ook in 2021 zetten wij extra toezicht en handhaving in op zowel bestaande speerpunten als geformuleerde punten in het coalitieprogramma: wonen, natuur, landbouw, landschap, leegstanden ruimtelijke ordening. We hebben daarnaast specifiek aandacht voor onze inzet bij het langzaam versoepelen van de coronamaatregelen, het proactief blijven meedenken met onze inwoners en ondernemers die in zwaar weer verkeren, het langzaam opstarten van projecten op het gebied van ondermijning.

In 2021 gaan we verder met het inzetten op integraal werken binnen onze organisatie. Dit krijgt al meer vorm vanuit de implementatie van de Omgevingswet. Invoering van deze wet vraagt een integrale aanpak.

De omgevingsvisie en omgevingsplannen worden in afstemming met het cluster Toezicht en Handhaving opgesteld. Vanuit het cluster wordt hiervoor capaciteit beschikbaar gesteld.

Ook cluster breed is integraal werken belangrijk. Door periodiek casuïstiek overleg, denken we breder mee, pakken we onderdelen uit de casus gezamenlijk op en bekijken we de betreffende situatie breder.

Mogelijk leidt de invoering van de omgevingswet tot verdere verschuiving van de vergunningplicht naar vergunningsvrij. Met andere woorden de toetsing vooraf verschuift naar een controle achteraf. Afhankelijk van de in te zetten instrumenten aan de voorkant en de achterkant is bijstelling van het bestaande beleid toezicht en handhaving mogelijk te overwegen.

Met dit uitvoeringsprogramma geven wij invulling aan de beschreven bestuurlijke prioriteiten en onze should- en mustlijsten (bijlage 1 en 2).

De externe inzet van bijvoorbeeld de Omgevingsdienst Achterhoek (ODA), de GGD Noord- en Oost Gelderland en de Veiligheidsregio Noord en Oost Gelderland (VNOG) afdeling Risicobeheersing, laten wij het financiële gedeelte buiten beschouwing.

Bij de uitvoering van het werk wordt intensief met de eerder genoemde partijen samengewerkt.

9.2 Financiën

Voor de toezicht- en handhavingstaken is financiële dekking georganiseerd middels de begroting van 2021. In onderhavig uitvoeringsprogramma gaan wij uit van de personele capaciteit en overige middelen die daarin zijn vastgelegd. Daarnaast maken wij momenteel gebruik van de extra beschikbare middelen die het rijk voor ons beschikbaar gesteld heeft zolang de coronacrisis nog voortduurt.

Bijlage 1 - Uitkomst risicoanalyse, januari 20177

1. Bouwen, slopen

Handhavingstaak

Handhavingsonderdeel

Prioriteit

Controle omgevingsvergunning bouw

Publieksfunctie > 1.000.000

hoog

Controle omgevingsvergunning bouw

Wonen cat III > 1.000.000

hoog

Bouw zonder vergunning, grote bouwwerken

hoog

Controle omgevingsvergunning bouw

Bedrijfsfunctie > 1.000.000

hoog

Controle omgevingsvergunning bouw

Publieksfunctie 100.000 - 1.000.000

hoog

Controle omgevingsvergunning bouw

Publieksfunctie < 100.000

hoog

Controle omgevingsvergunning bouw

Wonen cat. II 100.000 – 1.000.000

gemiddeld

Bouw zonder vergunning, middel bouwwerken

gemiddeld

Controle omgevingsvergunning bouw

Bedrijfsfunctie 100.000 – 1.000.000

gemiddeld

Controle omgevingsvergunning bouw

Wonen cat I < 100.000 complex

gemiddeld

Bestaande bouw

gemiddeld

Bouw zonder vergunning, bouwwerken geen gebouw zijnde

laag

Controle omgevingsvergunning bouw

Bedrijfsfunctie < 100.000

laag

Wonen tijdelijke bouw

laag

Bouwwerk geen gebouw zijnde complex

laag

Controle omgevingsvergunning bouw

Wonen cat I < 100.000 eenvoudig

laag

Sloopmelding zonder asbest

laag

Bouwwerk geen gebouw zijnde eenvoudig

laag

2. APV en bijzondere wetten

Handhavingstaak

Prioriteit

Evenementenvergunning > 100 personen

hoog

Milieu (zwerfafval en afvaldumpingen)

hoog

Tentvergunning

hoog

Kermis organiseren

hoog

Overlast hinderlijke dieren

gemiddeld

Ontheffing carbidschieten

gemiddeld

Braderie organiseren

gemiddeld

Ontheffing geluidshinder

gemiddeld

Evenementenvergunning < 100 personen

gemiddeld

Buurthuis of kantine (para commercieel)

gemiddeld

Reclame plaatsen, ook illegaal

gemiddeld

Autowrakken/caravans

gemiddeld

Melding vuur stoken

gemiddeld

Verkeer (incl. parkeren blauwe zone)

gemiddeld

Spandoek plaatsen

gemiddeld

Kapvergunning

gemiddeld

Ontheffing tijdelijk schenken alcoholische dranken

gemiddeld

Vergunning drank- en horecawet (commercieel)

gemiddeld

Parkeren grote voertuigen en reclamevoertuigen

gemiddeld

Hinderlijke beplanting tav verkeersveiligheid

gemiddeld

Vergunning bruikbaarheid van de weg/verkeersmaatregelen

gemiddeld

Snuffelmarktvergunning

gemiddeld

Speelautomaten exploiteren

gemiddeld

Groene regelgeving (bescherming van groene elementen)

gemiddeld

Meldingen BRP, BAG, LAA

gemiddeld

Afvalstoffen huishoudens

gemiddeld

Loterij organiseren

laag

Optreden straatartiest

laag

Informatiestand organiseren

laag

Vergunning organiseren betogingen

laag

Sluitingsuur winkels en horecabedrijven

laag

Ongeregistreerd grondgebruik

laag

Gevaarlijke honden

laag

Verwijzingsborden, ontheffing

laag

Geluidswagen gebruiken

laag

Ontheffing beperking verkeer in natuurgebieden

laag

Ontheffing bezigen vuurwerk

laag

Verkoopdemonstratie in horecagelegenheid organiseren

laag

Vergunning standplaatsen

laag

Ventvergunning

laag

Vergunning inzameling geld of goederen

laag

Uitritvergunning en aanleg (incl. inritten/duikers)

laag

3. Ruimtelijke ordening/strijdig gebruik

Handhavingstaak

Prioriteit

Illegale bewoning; permanente bewoning recreatieverblijven

hoog

Illegaal gebruik wonen

hoog

Illegaal bewoning zorgcomplexen, illegale kamerverhuur

hoog

Illegaal gebruik bedrijf

gemiddeld

Illegaal gebruik gronden

gemiddeld

Illegaal recreatief gebruik

gemiddeld

gemiddeld

Tijdelijke ontheffing omgevingsvergunningen

laag

4. Milieu

Handhavingstaak

Prioriteit

C4/ D4/ D5 (o.a. IPPC vergunningsplichtige inrichtingen)

hoog

C3 agrarisch sector (vergunningsplichtige inrichtingen)

hoog

Milieutoezicht vuurwerkopslag- en verkooppunt

hoog

Milieutoezicht Wet Bodembescherming

hoog

B1 (meldingsplichtige inrichtingen)

gemiddeld

B2 (meldingsplichtige inrichtingen)

gemiddeld

B3 (OBM-meldingsplichtige inrichtingen)

gemiddeld

Kwaliteit grond/ bagger/ bouwstoffen (Besluit Bodemkwaliteit)

gemiddeld

Geluidsoverlast

gemiddeld

Milieutoezicht slopen/ puinbreken/ asbestverwijdering

gemiddeld

A1/ A2 (niet-meldingsplichtige inrichtingen)

laag

C3 industrie sector (vergunningsplichtige inrichtingen)

laag

5. Brandveiligheid

Handhavingstaak

Prioriteit

Risicoprofielcategorie A (zeer hoog risico)8

bijv. grotere horeca > 500 personen, verpleeghuizen

hoog

Risicoprofielcategorie B (hoog risico)

bijv. Evenementen > 100 personen, grotere horeca < 500

hoog

Risicoprofielcategorie C (gemiddeld risico) bijv. kleine horeca

gemiddeld

Risicoprofielcategorie D (beperkt risico) bijv. gymnastiekzaal

laag

6. Kinderdagverblijf en kinderopvang

Specifiek voor dit onderwerp zijn de beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Bronckhorst vastgesteld (datum inwerkingtreding 15 april 2014). Dit beleid zal in 2017/2018 geactualiseerd worden. De huidige beleidsregels bevatten ook een prioritering voor dit onderwerp.

Bijlage 2 - Bestuurlijke prioriteiten9

Naast de gestelde prioriteiten op basis van de risicoanalyse geeft de gemeente ook nog bestuurlijke prioriteit aan bepaalde zaken. Daarbij maakt zij onderscheidt tussen:

  • Must – bestuurlijke prioriteiten: zaken die opgepakt moeten worden.

  • Should bestuurlijke prioriteiten: zaken die wenselijk zijn om op te pakken.

Bestuurlijke prioriteiten

Must

Should

Bouwen en ruimtelijke ordening

• Duurzaamheid en veiligheid op en tijdens de bouw.

• Het in strijd met het bestemmingsplan permanent verblijven op campings.

• Constructieve veiligheid van gebouwen en evenementen/kermissen waar grote groepen mensen verblijven.

• De landschappelijke kwaliteit behouden en/of bevorderen (o.a. herplantplicht, vergunningsplicht voor activiteit kappen en activiteit aanleggen).

Bouwen en ruimtelijke ordening

• Het in strijd met het bestemmingsplan gebruiken van (bedrijfs)woningen.

• Het in strijd met het bestemmingsplan permanent verblijven op een recreatiepark en/of in een recreatiewoning.

• Het bouwen zonder omgevingsvergunning (naar aanleiding van signalen en/of n.a.v. eigen constatering).

• Het in strijd met het bestemmingsplan wonen in (bij)gebouwen.

• Het in strijd met het bestemmingsplan gebruik van panden voor bedrijfsdoeleinden (illegale bedrijvigheid).

• Brandveiligheid van gebouwen en evenementen/kermissen waar grote en/of kwetsbare groepen mensen verblijven.

APV en bijzondere wetten

• Het opruimen van de hondenpoep.

• Schenken van alcohol aan minderjarigen tijdens een evenement /kermis en in een horecagelegenheid.

APV en bijzondere wetten

• Het stallen van camper, caravans en aanhangwagens.

• Het parkeren van auto’s in de blauwe zones.

• Afvaldumpingen in de openbare ruimte.

• Reclame-uitingen in het buitengebied.

Brandveiligheid

• De brandveiligheid van recreatieve objecten op campings.

• Preventieve acties in verband met de brandveiligheid bij mensen die gebrek hebben aan zelfredzaamheid. Bijvoorbeeld bij ouderen, mensen die langer thuis (moeten) blijven wonen, scholen, dagverblijven, intramurale instellingen.

Brandveiligheid

• De brandveiligheid van recreatiewoningen.

Klachten/meldingen en verzoeken om handhaving

• Verzoeken om handhaving (op grond van een wettelijke beginselplicht).

• Klachten en meldingen met betrekking tot de Must of Should-bestuurlijke prioriteiten en/of naar aanleiding van een hoge of gemiddelde prioritering op grond van het risico- analysemodel.

Milieu

• De agrarische sector met een accent op:

○ eisen vanuit het Besluit emissiearme huisvesting (o.a. geur, beweiding, stalsystemen);

○ gevaarlijke stoffen (o.a. dieselolietank, bestrijdingsmiddelen);

○ mestopslagen en digestaat (o.a. bassins zonder certificaat).

Overige

• De veiligheid bij een kindercentrum, een voorziening voor gastouderopvang, een gastouderbureau of een peuterspeelzaal.

Overige

• De feitelijke situatie van een adres ten behoeve van de Basis Registratie Personen (BRP), Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en het project Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA).

• Saneren van asbestdaken.

• Leegstaande panden (in verband met de Opiumwet en het woningcontingent).

• Verpauperende panden.

Bijlage 3 - Toezichtmatrix bouw gemeente Bronckhorst

afbeelding binnen de regeling

Bijlage 4 – Rapport taken risicobeheersing, werkwijzer voor gemeenten, samenwerken aan veiligheid

Zie externe bijlage.


Noot
1
Noot
2

Bouwsteen: Met bouwstenen bedoelen we ‘onderdelen’ van een omgevingsplan. Bouwstenen kunnen groot zijn en veel beleidskeuzes vragen (monumenten in de omgeving), maar kunnen ook heel technisch zijn (inrit). De uitgewerkte bouwstenen voegen we uiteindelijk samen welke een casco voor het omgevingsplan vormen. Zo bouwen we het omgevingsplan stapje voor stapje op. In de zomer van 2021 hebben we 6 bouwstenen klaar die een eerste casco vormen.

Noot
3

De flexibele schil is afhankelijk van COVID-19 en kan eventueel nog verlengd worden.

Noot
4

de Omgevings- en Bouwverordening gemeente Bronckhorst 2017, vindplaats: http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Bronckhorst/456923/456923_1.html

Noot
5

Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Bronckhorst 2016, vindplaats: http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Bronckhorst/423032/423032_1.html

Noot
6

Hoofdstuk 5 van de Omgevings- en Bouwverordening gemeente Bronckhorst 2017

Noot
7

Uit het Toezicht- en Handhavingsbeleid gemeente Bronckhorst 2017-2022.

Noot
8

Op verzoek van de brandweer (VNOG, afdeling Risicobeheersing) is ook de landelijke risico-benaming tussen de haakjes opgenomen.

Noot
9

Uit het Toezicht- en Handhavingsbeleid gemeente Bronckhorst 2017-2022.