Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

Geldend van 01-01-2005 t/m heden

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

De raad van de gemeente Bunnik;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 augustus 2004, nr. 04-133;

gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand;

overwegende dat de gemeenteraad bij verordening regels dient te stellen over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid van de Wet werk en bijstand, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet;

overwegende dat het voor de cliënten van de afdeling Sociale Zaken en hun vertegenwoordigers mogelijk moet zijn om invloed uit te oefenen op het lokale beleid;

overwegende dat de gemeente Zeist op grond van de "Gemeenschappelijke regeling Uitvoering Sociale Zaken Bunnik-Zeist" als uitvoeringsorganisatie optreedt bij de uitvoering bijstandswet en andere aanverwante wet- en regelgeving;

besluit:

vast te stellen de

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet werk en bijstand;

  • b.

    de gemeente: de gemeente Bunnik:

  • c.

    de raad: de gemeenteraad van de gemeente Bunnik:

  • d.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bunnik;

  • e.

    uitvoeringsorganisatie: de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Zeist;

  • f.

    voorzitter: de wethouder met de verantwoordelijkheid voor de portefeuille Sociale Zaken bij deuitvoeringsorganisatie:

  • g.

    cliënten: alle in artikel 7 lid 1 WWB bedoelde personen;

  • h.

    vertegenwoordigers: personen die werkzaam zijn bij belangenorganisaties cq. (maatschappelijke) instellingen die direct of indirect deel uitmaken van het dagelijkse leven van onder sub g bedoelde personen;

  • i.

    deelnemers: de onder sub g of h bedoelde personen die deelnemen aan een cliënten bijeenkomst.

Hoofdstuk 2. Beleid

Artikel 2. Opdracht raad

De raad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid van de wet of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop:

  • a.

    Periodiek overleg wordt gevoerd met deze personen of hun vertegenwoordigers.

  • b.

    Deze personen of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden

  • c.

    Zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie.

Artikel 3. Doel cliëntenparticipatie

Het doel van cliënten participatie is de betrokkenheid van cliënten en hun vertegenwoordigers bij de vorming, uitvoering en evaluatie van het sociale zekerheidsbeleid te bevorderen en daarmee de kwaliteit van de dienstverlening te bewaken en te vergroten.

Artikel 4. Cliëntenbijeenkomsten

  • 1. De uitvoeringsorganisatie organiseert minimaal twee maal per jaar een cliënten bijeen komst

  • 2. De uitvoeringsorganisatie informeert de deelnemers over wijzigingen in de wet en/of landelijk geldende uitvoeringsregels.

  • 3. Het college vraagt de deelnemers om advies inzake algemene beleidsvisie en verordeningen die betrekking hebben op de wet.

  • 4. Van elke cliënten bijeenkomst wordt verslag gemaakt dat aan het college ter kennis wordt gebracht.

  • 5. De cliëntenbijeenkomsten worden voorgezeten door de voorzitter.

  • 6. De voorzitter kan het voorzitterschap mandateren aan een afdelingsmanager van de productgroep Samenleving van de uitvoeringsorganisatie.

  • 7. Het secretariaat wordt vervuld door een medewerker van de uitvoeringsorganisatie.

  • 8. De voorzitter en de secretaris zijn geen deelnemers.

Artikel 5.

Deelnemers

  • 1.

    De cliëntenbijeenkomst bestaat uit minimaal 10 en maximaal 30 deelnemers, waarvan:

    • a.

      tenminste twee deelnemers cliënten zijn;

    • b.

      tenminste één deelnemer vertegenwoordiger is.

  • 2.

    Voor deze cliënten bijeenkomst worden de cliënten en hun vertegenwoordigers uitgenodigd.

  • 3.

    Uitnodiging geschiedt minimaal zes weken voor de cliëntenbijeenkomst via post, lokale media en ambtenaren van de uitvoeringsorganisatie.

  • 4.

    Uiterlijk twee weken voor de cliëntenbijeenkomst moeten deelnemers zich hebben aangemeld.

Artikel 6. Taak en bevoegdheid deelnemers

  • 1. De taak van de deelnemers is het gevraagd adviseren van het college over de vorming, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke sociale zekerheidsbeleid alsmede over de uitvoering van landelijke sociale zekerheidswet- en regelgeving, waarvan de uitvoering is opgedragen aan de gemeente.

  • 2. De deelnemers zijn bevoegd om advies uit te brengen en initiatieven aan te dragen over het uitbreiden van de dienstverlening dan wel andere vormen van dienstverlening.

  • 3. De deelnemers zijn bevoegd zich uit te spreken over gehanteerde procedures, regelingen, richtlijnen en uitvoeringsvoorschriften voor zover zij gepubliceerd zijn en externe gelding bezitten.

  • 4. Niet tot de taak en bevoegdheid van de deelnemers behoort het adviseren bij klachten, bezwaarschriften, beroepschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben.

Artikel 7. Agendering

  • 1. Vaste onderdelen van de agenda zijn de opening, mededelingen, landelijke en gemeentelijke ontwikkelingen op het gebied van het sociale zekerheidsbeleid en een voorstel voor een volgende cliënten bijeen komst.

  • 2. De deelnemers kunnen tot twee weken voor de cliëntenbijeenkomst onderwerpen voor de agenda aandragen.

  • 3. Indiening van onderwerpen voor de agenda geschiedt schriftelijk bij de secretaris,

  • 4. De deelnemers ontvangen uiterlijk één week voor de cliëntenbijeenkomst de agenda en de bijbehorende stukken.

Artikel 8. Adviezen cliëntenbijeenkomst

  • 1. De deelnemers kunnen adviezen uitbrengen op grond van hun taken en bevoegdheden als beschreven in artikel 6 van deze verordening.

  • 2. Indien wordt besloten tot stemming over een uit te brengen advies, dan is een absolute meerderheid van het aantal deelnemers vereist voor het uitbrengen van een advies.

  • 3. De adviezen als bedoeld in het eerste lid worden aan het college en aan de raad verstrekt.

  • 4. Het college is verplicht om de adviezen als bedoeld in het derde lid te betrekken in de besluitvorming.

Hoofdstuk 3. Financiën

Artikel 9. Faciliteiten

Ten behoeve van de cliënten bijeenkomsten wordt jaarlijks in de begroting van de uitvoeringsorganisatie een budget opgenomen.

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 10. Hardheidsclausule

Het college beslist in alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet.

Artikel 11. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Bunnik".

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2005.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Bunnik d.d. 14 oktober 2004.
De raad voornoemd,
de griffier,
de voorzitter,