Regeling vervallen per 01-01-2015

Vergoedingsregeling reiskosten personeel gemeente Bunschoten

Geldend van 15-09-2011 t/m 31-12-2014

Intitulé

Vergoedingsregeling reiskosten personeel gemeente Bunschoten

Burgemeester en wethouders van Bunschoten;

Gelezen het voorstel van de stafdeling BMO;

Gelet op de artikelen 15:1:22 tot en met 15:1:25 van de CAR/UWO;

Gehoord de commissie voor georganiseerd overleg

besluiten:

vast te stellen de navolgende verordening

Vergoedingsregeling reiskosten personeel gemeente Bunschoten

Artikel 1

begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Ambtenaar: degene op wie de CAR/UWO van toepassing is;

  • b.

    Dienstreis: een reis in belang van de dienst en in opdracht van het bevoegd gezag;

  • c.

    Woonplaats: de gemeente waar de ambtenaar in het persoonsregister is opgenomen;

  • d.

    Plaats van tewerkstelling: het gebouw waar de ambtenaar gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht.

Artikel 2

Woon-werkverkeer.

Lid 1

Aan de ambtenaar die woonachtig is verder dan 10 kilometer van de plaats van tewerkstelling wordt volgens lid 2 een onbelaste reiskostenvergoeding woon-werkverkeer toegekend.

Lid 2

De hoogte van de reiskostenvergoeding bedraagt per jaar:

Aantal kilometers enkele reis

1 dag

2 dagen

3 dagen

4/5 dagen

10-15 kilometer

88,02

176,04

264,06

396,09

15-20 kilometer

123,22

246,46

369,68

554,52

20-25 kilometer

158,43

316,86

475,30

712,95

25-30 kilometer

193,64

387,29

580,93

872,29

30-35 kilometer

229,09

457,70

686,55

1.029,82

35-40 kilometer

264,06

528,12

792,18

1.188,26

40-45 kilometer

299,27

598,53

897,80

1.346,70

45-50 kilometer

334,48

668,94

1.003,42

1.505,13

50-55 kilometer

369,68

739,37

1.109,04

1.663,56

Meer dan 55 kilometer

429,00

858,00

1.287,00

1.716,00

Lid 3

Voor de bepaling van de afstanden wordt gebruik gemaakt van een programma dat zoekt op postcode en huisnummer. Er wordt bij de berekening uitgegaan van de snelste route van de ANWB-routeplanner.

Lid 4:

Voor medewerkers die buiten Bunschoten-Spakenburg wonen maar minder dan 10 kilometer moeten reizen bestaat de volgende keuze:

  • a

    een vaste reiskostenvergoeding van € 137,50 per jaar onbelast.

  • b

    deelname aan de fietsenregeling en een bedrag van € 137,50 te reserveren voor de fiets. Het bedrag wordt apart gezet tot het maximale bedrag van de fietsenregeling is bereikt (€ 749 voor de fiets en € 250 accessoires).

  • c

    aan het begin van een kalenderjaar kan een medewerker kiezen voor optie a of b.

Lid 5

Voor medewerkers die in Bunschoten-Spakenburg wonen, bestaat de volgende keuze:

een onbelaste reiskostenvergoeding van € 90,00 per jaar.

deelname aan de fietsenregeling en een bedrag van € 137,50 te reserveren voor de fiets. Het bedrag wordt apart gezet tot het maximale bedrag van de fietsenregeling is bereikt (€ 749 voor de fiets en € 250 accessoires).

aan het begin van een kalenderjaar kan een medewerker kiezen voor optie a of b.

Lid 6

Wanneer een medewerker een reiskostenvergoeding ontvangt in het kader van woon-werkverkeer kan de medewerker geen gebruik maken van de fietsenregeling, tenzij het gebruik van de fiets wordt gecombineerd met een reis met het openbaar vervoer.

Lid 7

Als er sprake is van verzuim wegens ziekte of onbetaald verlof, voor een periode langer dan een maand, wordt de toegekende onbelaste onkostenvergoeding/reiskostenvergoeding, gedurende de periode van afwezigheid wegens ziekte, stopgezet.

Lid 8

Indien de ambtenaar voor ten hoogste 55% van zijn normale werktijd verhinderd is zijn betrekking te vervullen, behoudt hij de vergoeding ook na het verstrijken van de in het voorgaande lid genoemde termijn.

Artikel 3 Begin en einde der dienstreizen

Lid 1

Voor de vergoeding van reis- en verblijfskosten geldt in principe dat de plaats van tewerkstelling het begin- en eindpunt is van de dienstreis.

Lid 2

In afwijking van het in lid 1 bepaalde kan de woonplaats van de ambtenaar of een andere plaats als beginpunt respectievelijk eindpunt van de dienst worden aangemerkt, tenzij op de heenreis onderscheidenlijk de terugreis de plaats van tewerkstelling op de snelste route ligt.

Artikel 4 openbaar vervoer

lid 1

Indien de ambtenaar voor een dienstreis gebruik maakt van het openbaar vervoer worden de reiskosten na overlegging van de bewijsstukken volledig vergoed.

Lid 2

Indien naar het oordeel van de direct leidinggevende het dienstbelang ermee is gebaat dat tijdens een dienstreis naast openbaar vervoer ook gebruik wordt gemaakt van een taxi, worden de aan dat taxigebruik verbonden kosten – na overlegging van een bewijsstuk – volledig vergoed.

Artikel 5 Eigen vervoer

Lid 1

Indien de ambtenaar voor een dienstreis gebruik maakt van een eigen motorvoertuig ontvangt hij een tegemoetkoming in de kosten.

Lid 2

De hoogte van de vergoeding bedraagt netto € 0,25 per kilometer. Hiervan wordt € 0,19 onbelast uitbetaald. Het overige wordt via de salarisadministratie gebruteerd.

Lid 3

Tol- veer- en parkeergelden worden door de gemeente vergoed. Belastingtechnisch wordt dit via de eindheffing verantwoord.

Lid 4

Medewerkers die op een dag extra van werk naar huis moeten reizen i.v.m. het werk ’s avonds kunnen deze reiskosten apart kunnen declareren tegen € 0,25 netto per kilometer. Hiervan wordt € 0.19 onbelast uitbetaald. Het overige wordt via de salarisadministratie gebruteerd. In dit geval krijgt de medewerker geen maaltijdvergoeding.

Lid 5

Medewerkers die woonachtig zijn buiten Bunschoten en die op andere momenten, (buiten de werktijd) bijvoorbeeld ’s avonds of in het weekend extra moeten reizen kunnen deze extra kilometers declareren tegen € 0,25 netto per kilometer. Hiervan wordt € 0.19 onbelast uitbetaald. Het overige wordt via de salarisadministratie gebruteerd. Hierbij moet worden opgemerkt dat het alleen gaat om vergoeding van extra kilometers; extra reistijd wordt niet vergoed. In dit geval krijgt de medewerker ze geen maaltijdvergoeding.

Lid 6

Het is de ambtenaar slechts toegestaan het eigen motorvoertuig te gebruiken voor dienstreizen indien hij een deugdelijke wettelijke aansprakelijkheidsverzekering heeft afgesloten. De gemeente heeft een aansprakelijkheidsverzekering inzake bestuurders van motorrijtuigen afgesloten.

Artikel 6 Wijze van declaratie

Lid 3

De kosten voor dienstreizen kunnen door middel van bijgaand declaratieformulier worden gedeclareerd. Het formulier moet volledig ingevuld en voorzien van een handtekening van de leidinggevende worden ingediend. Declaraties worden uiterlijk binnen een maand na ontvangst door de salarisadministratie verwerkt. De periode van declaraties mag maximaal drie maanden bedragen.

Artikel 7 Overig

de regeling wordt aangehaald als vergoedingsregeling reiskosten.

de regeling gaat in op 1 mei 2008

Ondertekening

Bunschoten, 30 augustus 2011
Burgemeester en wethouders
J.P. van Velden M. van de Groep
secretaris burgemeester