Regeling vervallen per 07-05-2016

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Coevorden 2015

Geldend van 01-07-2015 t/m 06-05-2016

Intitulé

No. 2015/1231

De raad van de gemeente Coevorden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 1231 ;

gelet op het bepaalde in artikel 47 van de Participatiewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de ‘Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Coevorden 2015’.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1. Cliëntenparticipatie: de gestructureerde wijze waarop de gemeente maatschappelijke organisaties en cliënten van de afdeling Publieksservice betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Participatiewet en het gemeentelijk bijstandsbeleid.

  • 2. Cliënt: een inwoner van de gemeente Coevorden die gebruik maakt van bijstands- en minimavoorzieningen van de gemeente Coevorden.

  • 3. Organisaties: organisaties die in hun doelstelling de belangen van cliënten onderschrijven en behartigen.

  • 4. Cliëntenraad Participatiewet gemeente Coevorden: de organisatie van personen zoals genoemd in lid 2 en afgevaardigden van organisaties als genoemd in lid 3.

Artikel 2. Cliëntenraad

  • 1. De personen zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet worden bij de uitvoering van deze wet betrokken door een cliëntenraad. De leden van de cliëntenraad worden benoemd door het college.

  • 2. De cliëntenraad, belangenorganisaties en het college kunnen kandidaten voordragen.

  • 3. De cliëntenraad is, voor zover redelijkerwijs mogelijk, zodanig samengesteld dat deze een afspiegeling is van de bij de uitvoering van de Participatiewet betrokken personen.

  • 4. De cliëntenraad komt ten minste 6 maal per kalenderjaar in vergadering bij elkaar.

  • 5. De vergaderingen van de cliëntenraad zijn openbaar. De cliëntenraad kan op voorstel van de voorzitter of ten minste een vijfde van het aantal aanwezige leden besluiten dat –gelet op de aard van de te behandelen zaken- een vergadering, of een deel daarvan, besloten zal zijn.

  • 6. De cliëntenraad bestaat uit ten minste 7 en ten hoogste 13 personen.

  • 7. De leden worden benoemd voor een termijn van drie jaar met de mogelijkheid van herbenoeming voor eenzelfde periode.

  • 8. De cliëntenraad benoemt uit zijn midden een dagelijks bestuur bestaande uit een voorzitter, secretaris en penningmeester.

  • 9. Het dagelijks bestuur wordt benoemd voor een periode van twee jaar.

  • 10. De cliëntenraad kan besluiten een lid van het dagelijks bestuur ontslag te verlenen, indien dit lid het vertrouwen van de cliëntenraad niet meer bezit.

Artikel 3. Beëindiging lidmaatschap

  • 1. Het lidmaatschap eindigt door:

    - het verstrijken van de benoemingstermijn;

    - door overlijden van het lid; - door opzegging door het lid;

    - door ontslag door het college van het lid als bedoeld in artikel 2, lid 10, of op een voordracht zoals bedoeld in lid 3 of

    - door verhuizing van het lid naar een andere gemeente.

  • 2. Een organisatielidmaatschap eindigt tussentijds als de vertegenwoordiger geen onderdeel meer uitmaakt van de organisatie, voor welke hij in de cliëntenraad zitting heeft.

  • 3. Het bestuur van de cliëntenraad heeft het recht om bij het disfunctioneren van één van haar leden dit lid bij het college voor te dragen voor schorsing of ontslag. Het besluit hierover wordt door de cliëntenraad bij meerderheid van stemmen genomen, waarbij minstens de helft van het totaal aantal leden aanwezig moet zijn. De stemming geschiedt schriftelijk.

Artikel 4. Ambtelijk secretaris

Het college stelt een ambtenaar van de gemeente aan als ambtelijk secretaris om te waarborgen dat de cliëntenraad in staat is zijn taken naar behoren te vervullen.

Hoofdstuk 2. Taken en bevoegdheden van de gemeente, het college, de cliëntenraad en de ambtelijk secretaris

Artikel 5. Taken van gemeentebestuur

  • 1. Het college vraagt over beleidsvoornemens via de ambtelijk secretaris advies aan de cliëntenraad op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

  • 2. Het college stelt bij de adviesaanvraag een zodanige termijn dat de cliëntenraad redelijkerwijs in staat is een advies uit te brengen.

Artikel 6. Ondersteuning cliëntenraad

Het college zorgt voor adequate ondersteuning van de cliëntenraad. Hiertoe:

  • a.

    stelt het een vergaderruimte ter beschikking;

  • b.

    geeft het de leden van de cliëntenraad toegang tot kantoormiddelen zoals een kopieermachine en een printer;

  • c.

    zorgt het ervoor, met inachtneming van artikel 5, tweede lid, dat adviesaanvragen en conceptbeleid de ambtelijk secretaris tijdig bereiken;

  • d.

    stelt het ambtenaren van de gemeente in de gelegenheid een vergadering bij te wonen voor het geven van toelichting of uitleg, als daarom door de cliëntenraad is verzocht;

  • e.

    zorgt het ervoor dat aan de cliëntenraad de nodige informatie wordt verstrekt voor zover dat nodig is voor het naar behoren functioneren van de cliëntenraad;

  • f.

    verstrekt het de informatie, bedoeld onder e, op een zodanig tijdstip dat daadwerkelijk invloed mogelijk is op de beleidsvorming en besluitvorming, en

  • g.

    indien van toepassing, ziet het erop toe dat de cliëntenraad wordt geïnformeerd over de redenen van afwijking van het door de cliëntenraad gevraagd of ongevraagd gegeven advies.

Artikel 7. Taken en bevoegdheden van de cliëntenraad

  • 1. De cliëntenraad brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan het college over het voorgenomen beleid.

  • 2. Het ongevraagd advies als bedoeld in het eerste lid wordt uiterlijk vier weken voordat het college voornemens is het beleid vast te stellen uitgebracht door toezending aan het college.

  • 3. De cliëntenraad heeft geen bevoegdheden in zaken betreffende individuele klachten, bezwaarschriften, andere zaken met betrekking tot een individuele persoon en in zaken betreffende de uitvoering van het beleid.

  • 4. Ieder lid is bevoegd agendapunten aan te dragen. Dit dient te geschieden uiterlijk 10 werkdagen voorafgaand aan de vergadering door toezending aan de voorzitter en de ambtelijk secretaris.

  • 5. De cliëntenraad draagt in overleg met de ambtelijk secretaris zorg voor een vergaderreglement en ziet toe op de naleving ervan.

Artikel 8. Taken van de ambtelijk secretaris

De ambtelijk secretaris:

  • a.

    stelt voor aanvang van het kalenderjaar in overleg met de voorzitter van de cliëntenraad een vergaderkalender samen;

  • b.

    stelt in overleg met de voorzitter van de cliëntenraad voorafgaand aan iedere vergadering de agenda samen;

  • c.

    verzendt de uitnodigingen en, indien van toepassing, conceptbeleid en adviesverzoeken, met inachtneming van artikel 5 tweede lid, uiterlijk 10 werkdagen voordat de vergadering plaatsvindt aan de leden;

  • d.

    ziet erop toe dat adviesvragen en conceptbeleid de leden op een zodanig tijdstip bereiken dat zij hun rol effectief kunnen vervullen. Indien nodig last hij een tussentijds extra overleg in, en

  • e.

    draagt samen met de voorzitter zorg voor verslaglegging van de vergaderingenen zendt deze gelijktijdig met de uitnodiging van de volgende vergadering aan de leden.

Artikel 9. Budget cliëntenraad

  • 1. Ten behoeve van de cliëntenraad wordt jaarlijks een budget beschikbaar gesteld.

  • 2. Ten laste hiervan kunnen, ter beoordeling van het college, onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten.

  • 3. Jaarlijks voor 1 april brengt de cliëntenraad aan het college verslag uit van de activiteiten en bevindingen over het voorgaande jaar. Daarbij wordt in een financieel verslag tevens verantwoording afgelegd over de besteding van een eventueel beschikbaar gesteld budget.

  • 4. Voor zover de raad daarvoor in de begroting middelen beschikbaar stelt, verstrekt het college, met inachtneming van de daarvoor geldende regels, aan de cliëntenraad Participatiewet een tegemoetkoming in de noodzakelijk te maken onkosten.

Artikel 10. Onvoorzien en nadere regels

  • 1. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2. Het college kan nadere regels stellen over de uitvoering van deze verordening.

Artikel 11. Intrekken oude verordening

De ‘verordening cliëntenparticipatie wwb gemeente Coevorden 2005’ wordt ingetrokken.

Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2015.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Coevorden 2015’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering
Van 23 juni 2015.
De raad voornoemd,
, voorzitter.
, griffier.

Toelichting

Algemeen

Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet. Dit artikel draagt de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid. Personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet zijn personen:

  • -

    die algemene bijstand ontvangen;

  • -

    als bedoeld in de artikelen 34a, vijfde lid, onderdeel b, 35, vierde lid, onderdeel b, en 36, derde lid, onderdeel b, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d is verleend;

  • -

    personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Participatiewet;

  • -

    personen met een nabestaanden- of wezenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet;

  • -

    personen met een uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

  • -

    personen met een uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

  • -

    personen zonder uitkering;

en, die voor de arbeidsinschakeling zijn aangewezen op een door het college aangeboden voorziening.

Om een goede werking van de cliëntenraad te waarborgen worden de leden van de cliëntenraad ondersteund en gefaciliteerd door de gemeente. De regering hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet te maken krijgen.

Artikelsgewijze toelichting

Enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.

Artikel 2. Cliëntenraad

Dit artikel bepaalt hoe de cliëntenparticipatie concreet wordt vorm gegeven.

Eerste lid

Omdat het niet mogelijk is om alle personen persoonlijk te betrekken bij het beleid ligt het voor de hand een cliëntenraad samen te stellen die bestaat uit vertegenwoordigers van de doelgroepen zelf of vertegenwoordigers uit belangenorganisaties. De leden van de cliëntenraad worden benoemd door het college. De cliëntenraad, belangenorganisaties en het college kunnen kandidaten voordragen voor lidmaatschap van de cliëntenraad. Het college zal een afgewezen voordracht moeten motiveren.

Tweede en derde lid

Om de actieve betrokkenheid van alle personen goed tot zijn recht te kunnen laten komen, is het van belang dat de cliëntenraad een afspiegeling is van alle in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet genoemde doelgroepen. Een evenredige vertegenwoordiging van bovengenoemde groepen in de cliëntenraad is daarom het uitgangspunt van deze verordening. Dit voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is. Dit uitgangspunt is in overeenstemming met het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. De doelstelling van dit verdrag is het bevorderen, beschermen en waarborgen van het volledige genot door alle personen met een handicap van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden op voet van gelijkheid en het bevorderen van de eerbiediging van hun inherente waardigheid (zie het Tractatenblad van het Koninkrijk der Nederlanden, 2007, nummer 169).

Achtste lid

Er is uitdrukkelijk voor gekozen om de cliëntenraad uit zijn midden de voorzitter te laten benoemen. Daarmee wordt gewaarborgd dat ook de voorzitter voor en namens de benoemde doelgroep handelt. Om te voorkomen dat de belangen die worden vertegenwoordigd door de voorzitter te prominent in beeld komen, is in de functie van een ambtelijk secretaris voorzien (zie artikel 4). De ambtelijk secretaris verzorgt met de voorzitter de agendering. De voorzitter wordt benoemd voor een termijn van twee jaar.

Artikel 4. Ambtelijk secretaris

Op grond van artikel 47, onderdeel b, van de Participatiewet moet worden voorzien in ondersteuning om de cliëntenraad zijn rol effectief te kunnen laten vervullen. Om hierin te kunnen voorzien wordt een ambtelijk secretaris aan de cliëntenraad toegevoegd. Deze kan de communicatie tussen college en gemeenteraad enerzijds en de cliëntenraad anderzijds stroomlijnen.

Artikel 5. Taken van het gemeentebestuur

Het gemeentebestuur zal over beleidsvoornemens van de gemeenteraad en het college via de ambtelijk secretaris advies vragen aan de cliëntenraad op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

Artikel 6. Ondersteuning cliëntenraad

Om zijn taken effectief te kunnen vervullen is het van belang dat de cliëntenraad wordt gefaciliteerd. Niet alleen vergaderruimte is van belang, maar ook de toegang tot kantoormiddelen. Het college zorgt voor adequate ondersteuning van de cliëntenraad.

Artikel 7. Taken en bevoegdheden van de cliëntenraad

De cliëntenraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven over het te ontwikkelen beleid. Het ongevraagd advies wordt uiterlijk vier weken voordat het college of de gemeenteraad voornemens is het beleid vast te stellen uitgebracht door toezending aan het college.

Dit artikel regelt tevens uitdrukkelijk dat de cliëntenraad geen bevoegdheid heeft in individuele- en uitvoeringsvraagstukken. Ieder lid van de cliëntenraad is bevoegd agendapunten aan te dragen. Dit moet uiterlijk 10 werkdagen voorafgaand aan de vergadering gebeuren. De agendapunten moeten worden gezonden aan de voorzitter en de ambtelijk secretaris.

Artikel 8. Taken van de ambtelijk secretaris

De ambtelijk secretaris vormt de ambtelijke schakel tussen de gemeenteraad en het college en de cliëntenraad. Hij zal erop moeten toezien dat alle partijen informatie tijdig ontvangen of verstrekken, zodat alle partijen hun taak effectief kunnen vervullen. Doordat de ambtelijk secretaris (mede) is belast met de agendering en verslaglegging kan hij ervoor waken dat alle partijen naar evenredigheid aan bod komen. De ambtelijk secretaris verzendt de uitnodigingen aan de leden uiterlijk 10 werkdagen voordat de vergadering plaatsvindt.

Artikel 9. Budget cliëntenraad

Het budget is ter vrije besteding van de cliëntenraad. Ten laste hiervan kunnen onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten (tweede lid). Deze kosten kunnen uitsluitend ten laste van het budget worden gebracht indien deze zijn beoordeeld en goedgekeurd door het college. Het ligt voor de hand dat het college dit beoordeelt voordat de kosten worden gemaakt. De cliëntenraad zal daarom vooraf om goedkeuring moeten vragen. De cliëntenraad moet jaarlijks voor 1 september een begroting ter goedkeuring indienen. Ook moet de cliëntenraad jaarlijks achteraf verantwoording afleggen over de besteding van de middelen, zoals vastgelegd in het derde lid.