Regeling vervallen per 01-12-2020

Verordening winkeltijden Cromstrijen 2013

Geldend van 21-12-2013 t/m 30-11-2020

Intitulé

Verordening winkeltijden Cromstrijen 2013

Besluit van gemeenteraad

Documentnummer 1307142

Vergaderdatum

Commissie 5 september 2013

Raad

De raad van de gemeente Cromstrijen;

Overwegende dat het vanwege de gewijzigde Winkeltijdenwet noodzakelijk is dat de Winkeltijdenverordening 2012 wordt aangepast ;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van xxxxxx ;

gelet op artikel 149 van de gemeentewet ;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening tot Verordening Winkeltijden Cromstrijen 2013.

Vastgesteld door de raad van gemeente Cromstrijen in zijn openbare vergadering gehouden op 24 september 2013,

de griffier,

de voorzitter,

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

–feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag;

–werkdagen: maandag tot en met zaterdag;

–winkel: dat wat daaronder wordt verstaan in de Winkeltijdenwet.

Artikel 2. (Algemene) vrijstelling

  • a.

    Voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden geldt een vrijstelling op de door burgemeester en wethouders aangewezen feestdagen voor zover deze niet op een zondag vallen. Deze bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

  • b.

    De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van:

    • 1.

      Bepaalde winkels

      • a.

        musea;

      • b.

        winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksproducten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

      • c.

        winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.

    • 2.

      Openstelling anders dan voor verkoop

      • a.

        winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

      • b.

        winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen.

      • c.

        De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

    • 3.

      Begraafplaatsen

      • a.

        winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

    • 4.

      Culturele evenementen

      • a.

        gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

    • 5.

      Sportcomplexen

      • a.

        winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

    • 6.

      Bejaardenoorden

      • a.

        winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.

    • 7.

      E.H. Communie

      • a.

        winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk foto-artikelen plegen te worden verkocht, voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie.

      • b.

        De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

    • 8.

      Allerheiligen en Allerzielen

      • a.

        winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

    • 9.

      Ramadan

      • a.

        winkels, waar gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

    • 10.

      Bedevaartplaats

      • a.

        winkels die zijn gelegen in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, indien in die winkel op die dagen en gedurende die tijd geen andere goederen worden verkocht dan. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; religieuse artikelen en souvenirs en bloemen en planten.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; religieuse artikelen en souvenirs en bloemen en planten.

    • 11.

      Carnaval

      • a.

        winkels, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen.

    • 12.

      Kermis

      • a.

        winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht, indien in de gemeente, waarin de winkel is gelegen, een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis.

      • b.

        De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden.

Artikel 3. Individuele ontheffingen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2 eerste lid, aanhef en onder a en b, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op zon- en feestdagen

  • 2.

    Een ontheffing kan enkel worden verleend ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galeries.

  • 3.

    De ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen of beurzen.

  • 4.

    De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing.

Artikel 4. Beslistermijn

  • 1. Burgemeester en wethouders beschikken op een aanvraag om ontheffing binnen achtweken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen.

  • 2. Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste vier weken verdagen.

Artikel 5. Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maken in het belang van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarbij gestelde termijn;

  • f.

    de houder dit verzoekt.

Artikel 6. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.

Artikel 7. Intrekking oude verordening en overgangsrecht

  • 1. De Verordening Winkeltijden Cromstrijen 2012 wordt ingetrokken.

  • 2. Een krachtens de Verordening Winkeltijden Cromstrijen 2012 verleende ontheffing geldt als ontheffing verleend krachtens deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalve vervangen door een ontheffing krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.

  • 3. Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de Verordening Winkeltijden Cromstrijen 2012 maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening winkeltijden Cromstrijen 2013.