Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening Fractieondersteuning Dalfsen - 2007

Geldend van 01-01-2008 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening Fractieondersteuning Dalfsen - 2007

De raad van de gemeente Dalfsen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2007, nummer 732;

overwegende dat het wenselijk is fracties financieel te ondersteunen in de uitoefening van hun taken;

gelet op artikel 33 Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de "Verordening Fractieondersteuning Dalfsen - 2007"

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    fractie: elke groepering in de gemeenteraad die ten tijde van het begin van een nieuwe zittingsperiode van de raad is geregistreerd overeenkomstig artikel G3 van de Kieswet of die is gevormd naar aanleiding van een mededeling van een lid van de raad overeenkomstig het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad;

  • b.

    financiële bijdrage: de bijdrage waarop een fractie jaarlijks aanspraak kan maken ingevolge deze verordening;

  • c.

    fractieondersteuning: ondersteuning ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden van de fractie in de gemeenteraad;

  • d.

    liquide middelen: bank- en kastegoeden.

Artikel 2 Jaarlijkse verlening financiële bijdrage; vast en variabel bedrag

  • 1. De gemeenteraad verleent de fractie per kalenderjaar een financiële bijdrage voor de fractieondersteuning. Voor de toepassing van dit lid is het aantal fracties dat bestaat op 1 januari van het kalenderjaar bepalend.

  • 2. De financiële bijdrage bestaat, behoudens het in artikel 5 gestelde, uit een vast deel, te weten € 1.810,--; dit wordt vermeerderd met een variabel deel, te weten een bedrag per lid van de fractie, te weten € 450,--.

  • 3. De bedragen genoemd in lid 2 worden jaarlijks aangepast met het inflatiepercentage dat gehanteerd wordt bij de uitgangspunten voor de vaststelling van de begroting.

Artikel 3 (Niet) toegestane bestedingen

  • 1. De fracties ontvangen de financiële bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2. De financiële bijdrage mag in elk geval niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met een wettelijk voorschrift;

    • b.

      uitgaven aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractieondersteuning op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      uitgaven waarvoor op grond van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden alsmede de Verordening vergoedingen raadsleden en commissieleden 2003 aanspraak op vergoeding bestaat;

    • d.

      opleidingen voor raads- en commissieleden;

    • e.

      giften, leningen;

    • f.

      uitgaven ten behoeve van raadsleden of bedrijven waarover raadsleden middellijk of onmiddellijk zeggenschap hebben;

    • g.

      uitgaven ten behoeve van reizen;

    • h.

      (her)verkiezing van raadsleden;

    • i.

      kosten voor vergaderruimte buiten het gemeentehuis, voor zover deze fractieoverleg betreffen.

  • 3. Indien er twijfel bestaat over de juistheid van de besteding van de financiële bijdrage beslist het raadspresidium.

Artikel 4 Betaling financiële bijdrage

  • 1.

    De financiële bijdrage wordt uitgekeerd in januari.

  • 2.

    In een jaar waarin verkiezingen van de leden van de gemeenteraad plaatsvinden, wordt, in afwijking van het eerste lid, in januari de financiële bijdrage naar tijdsevenredigheid verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden.

    De financiële bijdrage, berekend naar tijdsevenredigheid verstrekt voor de maanden vanaf de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden, zal, in afwijking van het in het eerste lid bepaalde, verstrekt worden in de maand volgend op die waarin in de verkiezingen hebben plaatsgevonden.

  • 3.

    De fractie maakt voor de ontvangst en beheer van de financiële bijdrage op grond van deze verordening en voor de uitgaven in het kader van de fractiekostenvergoeding gebruik van één giro- of bankrekening. Deze rekening wordt niet gebruikt voor andere doeleinden.

Artikel 5 Regeling bij wijziging zeteltal door splitsing of samenvoeging

  • 1. Bij splitsing van een fractie wordt het in artikel 2 bedoelde variabele deel voor de oorspronkelijke fractie naar tijdsevenredigheid verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 2. Bij splitsing van een fractie valt het in artikel 2 bedoelde vaste deel van de bijdrage voor het kalenderjaar waarin de splitsing plaatsvindt evenals de opgebouwde gelden op basis van deze verordening toe aan de raadsfractie die naar het oordeel van de gemeenteraad als rechtsopvolger van de oorspronkelijke fractie wordt beschouwd.

  • 3. Bij samenvoeging van twee fracties tot een fractie heeft de nieuw gevormde fractie naar tijdsevenredigheid vanaf de maand volgend op de maand waarin de samenvoeging heeft plaatsgevonden aanspraak op het in artikel 2 bedoelde variabele deel.

Artikel 6 Liquide middelen, reserves en liquiditeitsoverschotten

De liquide middelen van de fractie mogen op 31 december van enig jaar, niet groter zijn dan 100% van de financiële bijdrage die de fractie, in nieuwe samenstelling op basis van de verkiezingsuitslagen en omgerekend naar een volledig kalenderjaar, in het verkiezingsjaar toekwam. Het bedrag dat het maximum overschrijdt wordt op eerste verzoek van de gemeenteraad teruggestort in de gemeentekas.

Artikel 7 Verantwoording en controle

  • 1. De fractie dient vóór 1 april na afloop van het kalenderjaar een verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage in bij de gemeenteraad.

  • 2. De verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage wordt ingediend middels het verantwoordingsmodel zoals opgenomen in bijlage A behorende bij deze verordening.

  • 3. De verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage gaat vergezeld van een activiteitenverslag betreffende de bestedingen die geen betrekking hebben op de personele ondersteuning van de fractie en daaraan gerelateerde bureaukosten.

  • 4. Een jaarlijks door de gemeenteraad te benoemen commissie van 3 raadsleden, bijgestaan door de raadsgriffier, controleert de verantwoordingen en adviseert de gemeenteraad over vaststelling van de verantwoording.

  • 5. De gemeenteraad stelt jaarlijks de verantwoording over de financiële bijdrage vast.

  • 6. In een jaar waarin verkiezingen van de leden van de gemeenteraad plaatsvinden, dient de fractie, in afwijking van het eerste lid, voor 1 mei na afloop van het kalenderjaar een verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage in bij de gemeenteraad. De verantwoording als bedoeld in het tweede lid, en het activiteitenverslag als bedoeld in het derde lid hebben betrekking op het voorgaande kalenderjaar en de periode tot 1 april van het jaar waarin verkiezingen van de leden van de gemeenteraad plaatsvinden.

Artikel 8 Terugvordering en verrekening

Indien in strijd wordt gehandeld met artikel 3 of wanneer niet wordt voldaan aan andere bepalingen van deze verordening vordert de gemeenteraad de in het geding zijnde uitgaven terug, dan wel verrekent deze uitgaven met de financiële bijdrage voor het volgende jaar.

Artikel 9

In gevallen waarin deze verordening niet of niet genoegzaam voorziet beslist de gemeenteraad op voorstel van het Presidium.

Artikel 10 Overgangsbepaling

De Verordening op de fractieondersteuning, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 17 februari 2003, blijft van toepassing ten aanzien van de verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage over de eerste drie kwartalen van het jaar 2007.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Fractieondersteuning Dalfsen – 2007.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008, onder gelijktijdige intrekking van de Verordening op de fractieondersteuning, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 17 februari 2003.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Dalfsen in zijn openbare vergadering van 22 oktober 2007.
De raad voornoemd,
de voorzitter, de plaatsvervangend griffier,
L.V. Elfers H. van der Woude

Bijlage A behorende bij de Verordening Fractieondersteuning Dalfsen - 2007

Verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage ingevolge artikel 7 van de Verordening Fractieondersteuning Dalfsen – 2007 van de fractie:

……………………………………………… over het kalenderjaar ……….

1. Stand van de liquide middelen (bank- en kassaldo)

aan het begin van het jaar € …………………

2. Inkomsten

  • 2a.

    Ontvangen bijdrage € ………………… +

  • 2b.

    Rente ontvangsten € ………………… +

    Totaal inkomsten € ………………… +

3. Uitgaven die voldoen aan de voorwaarden van de verordening

  • 3a.

    personele kosten fractiesecretariaat € ………………… +

  • 3b.

    bureaukosten fractiesecretariaat € ………………… +

Subtotaal € …………………

3c.overige kosten € ………………… +

3c. Totaal van de uitgaven € ……………….-/-

4. Stand van de liquide middelen (bank- en kassaldo)

aan het eind van het jaar € …………………

Aldus naar waarheid opgesteld te ………………………..

Datum .………………………..

Naam en voorletters opsteller …………………………

Handtekening opsteller …………………………

Handreiking bij het opstellen van de verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage

Ingevolge de Verordening Fractieondersteuning Dalfsen – 2007 moet jaarlijks voor 1 april een verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage worden ingediend. De verantwoording verloopt volgens een vastgesteld model.

1. Stand van de liquide middelen (bank- en kassaldo) aan het begin van het jaar

Het is mogelijk dat de ontvangen bijdrage(n) in voorgaande jaren niet geheel tot besteding is of zijn gekomen. In dat geval ontstaat automatisch een reserve. Deze wordt hier vermeld en moet aansluiten op de stand die in de balans van de fractie aan het einde van het voorgaande kalenderjaar is opgenomen.

2. Ontvangen bijdrage

Dit betreft de bijdrage voor het gehele kalenderjaar. De rente ontvangsten betreft de daadwerkelijk ontvangen rente.

3. Uitgaven die voldoen aan de voorwaarden van de verordening

Hier geeft u de uitgaven op die voldoen aan de voorwaarden van de verordening, in het bijzonder die genoemd zijn in artikel 3.

In de verantwoording zijn slechts de hoofdrubrieken genoemd. Hieronder wordt nader ingegaan op de aard van de kosten die onder de hoofdrubrieken vallen.

a.personele kosten fractiesecretariaat

Dit betreft in belangrijke mate personele kosten voor personeel in dienst van de fractie, maar ook andere wijze van personele ondersteuning (zoals uitzendkrachten of free-lancers) is toegestaan mits uit de opdrachtformulering blijkt dat deze ondersteuning wordt ingezet voor de ondersteuning van de fractie. Het gaat dan uiteraard om salariskosten, sociale lasten, vakantiegeld, pensioenpremie, andere werkgeverslasten, noodzakelijk dotaties aan personeelsvoorzieningen en vergoedingen (belast en onbelast).

b.bureaukosten fractiesecretariaat

Dit heeft betrekking op uitgaven die het fractiesecretariaat doet voor kantoorbenodigdheden, telefoonkosten, kantoorapparatuur en andere uitgaven die noodzakelijk zijn om in het kantoor te kunnen werken. Hieronder kunnen tevens administratie- en accountantskosten worden opgenomen.

c.overige kosten

Dit betreft alle kosten die niet rubriceerbaar zijn onder de vorige genoemde kostensoorten. Ingevolge de verordening moeten deze kosten via een zogenaamd activiteitenverslag worden toegelicht. De indeling in kostensoorten is verder vormvrij.

4. Stand van de liquide middelen (bank- en kassaldo) aan het eind van het jaar

De stand wordt bepaald door de stand van de saldi aan het begin van het jaar te vermeerderen met de ontvangen bijdrage en de renteontvangsten en daarop het totaal van de uitgaven en de verrekening in mindering te brengen. De zo bepaalde stand wordt hier vermeld en moet aansluiten op de stand die in de balans van de fractie aan het einde van het kalenderjaar is opgenomen.

Toelichting op de Verordening op de fractieondersteuning

Algemeen

Deze verordening geeft uitvoering aan artikel 33 van de Gemeentewet. Dit artikel is door de Wet dualisering gemeentebestuur ingrijpend gewijzigd. Het legt expliciet vast dat de in de raad vertegenwoordigde politieke groeperingen recht hebben op fractieondersteuning. De uitwerking van dit recht moet bij verordening worden geregeld. De Verordening vervangt de in februari 2003 door de raad vastgestelde Verordening op de fractieondersteuning.

Artikelgewijze toelichting

Artikel 1

In dit artikel worden enkele belangrijke begrippen uit de verordening gedefinieerd.

Artikel 2

Fractieondersteuning vindt zijn vorm in een financiële bijdrage. De hoogte van het budget voor fractieondersteuning zal in de gemeentebegroting moeten worden opgenomen en dus door de raad worden vastgesteld. De fractieondersteuning bestaat uit een vast en een variabel deel. Het vaste deel garandeert dat elke fractie de kans krijgt zich op gelijkwaardig niveau te laten ondersteunen. Omdat grote fracties meer lasten zullen hebben op facilitair gebied ontvangen zij voor dergelijke kosten een hogere vergoeding; deze gedachte vindt zijn uitwerking in de toekenning van het variabele deel.

Artikel 3

In het tweede lid is een aantal bestedingen genoemd waarvoor de bijdrage niet gebruikt mag worden. Daarmee wordt onder andere voorkomen dat met de bijdrage het inkomen van raadsleden wordt aangevuld en verkiezingscampagnes worden gefinancierd.

Onder c is bepaald dat de bijdrage niet mag worden gebruikt voor een aanvulling op de vergoeding voor de werkzaamheden of voor andere vergoedingen waarvoor al een regeling is getroffen op grond van het Rechtspositiebesluit raadsleden en de hierop gebaseerde Verordening vergoedingen raadsleden. Het gaat hierbij om de volgende vergoedingen of tegemoetkomingen:

  • a.

    vergoeding voor de werkzaamheden;

  • b.

    onkosten;

  • c.

    vergoeding voor scholing en vorming;

  • d.

    reiskosten voor reizen ten behoeve van de gemeente buiten het grondgebied van de gemeente;

  • e.

    kinderopvang;

  • f.

    ziektekosten;

  • g.

    computer- en communicatieapparatuur voor de raadsleden;

  • h.

    compensatie uitkeringen op grond van de Werkloosheidswet en het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekspersoneel;

  • i.

    collectieve verzekeringen voor ouderdomspensioen en overlijdens- en invaliditeitsverzekering;

  • j.

    uitkering na aftreden.

Onder h is bepaald dat de bijdrage niet mag worden gebruikt ter bekostiging van verkiezingscampagnes. De verkiezingscampagnes komen voor rekening van de politieke partijen. De financiële bijdrage die voortvloeit uit deze verordening is niet bedoeld om de politieke partijen te subsidiëren. Het onderscheid tussen uitgaven voor de verkiezingscampagne (niet toegestaan) en uitgaven voor voorlichtingsactiviteiten (wel toegestaan) is overigens niet met waterdichte definities aan te geven. Hier wordt een beroep gedaan op de oordeelsvorming en de eigen verantwoordelijkheid van de fracties. In ieder geval moeten spotjes voor radio en tv, affiches, folders en alle andere oproepen op een partij te stemmen in de twee maanden voorafgaande aan de verkiezingen gerekend worden tot de campagneactiviteiten. Bepalend is hierbij het moment van openbaarmaking van de uiting.

Bij twijfel is het raadzaam advies te vragen aan het Presidium.

Onder i is bepaald dat de bijdrage niet mag worden besteed aan vergaderruimte, ten behoeve van fractieoverleg, buiten het gemeentehuis. De reden hiervoor is dat de fracties reeds kosteloos gebruik kunnen maken van vergaderruimte in het gemeentehuis.

Om te voorkomen dat fracties bestedingen doen aan bedrijven waarover raadsleden zeggenschap hebben is het aan te bevelen dat ook de fracties gebruik maken van de volgens artikel 12 van de Gemeentewet verplichte openbare opgave van nevenfuncties van de raadsleden.

Bij twijfel over de toelaatbaarheid van voorgenomen uitgaven beslist het raadspresidium.

Artikel 4

De bijdrage wordt ineens in januari verstrekt.

In een verkiezingsjaar wordt in januari de financiële bijdrage, berekend over de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden (in de regel betreft dit 3 maanden: januari, februari en maart) verstrekt. In de maand volgend op die waarin de verkiezingen hebben plaatsgevonden (in de regel is dit april), zal de financiële bijdrage, berekend over de maanden ná de maand van de verkiezingen, worden verstrekt. Uiteraard is de basis voor deze laatste berekening de zetelverhouding ná de verkiezingen.

Artikel 5

Het is denkbaar dat de samenstelling van een fractie tijdens een zittingsperiode van de raad wijzigt. Gemeenteraadsleden kunnen bijvoorbeeld uit de fractie treden en zelfstandig verder gaan of zich aansluiten bij een andere fractie in de gemeenteraad. Voor die situatie is in artikel 5 geregeld dat die raadsleden slechts aanspraak kunnen maken op de variabele component voor de ondersteuning van hun raadswerkzaamheden. De door de fractie in de oorspronkelijke samenstelling opgebouwde reserve komt bij splitsing niet voor verdeling in aanmerking.

Afsplitsingen krijgen vanaf 1 januari van het jaar volgend op dat waarin de splitsing plaatsvindt ook het vaste deel van de vergoeding toegekend.

Artikel 6

In artikel 6 wordt de maximale omvang de liquide middelen aan het eind van enig jaar gesteld op 100% van het bedrag dat de fractie toekomt op basis van artikel 2 van de Verordening. Het meerdere dient in de gemeentekas te worden gestorneerd.

Artikel 7

In artikel 7 is de jaarlijkse vaststelling door de gemeenteraad van de verantwoording over de financiële bijdrage geregeld.

De fracties dienen voor 1 april een verantwoording over de financiële bijdrage bij de gemeenteraad, ter attentie van de griffier. Bij die verantwoording worden de bestedingen verantwoord met gebruikmaking van het model A behorende bij de verordening. Bestedingen die niet verband houden met personele kosten of bureaukosten worden middels een activiteitenverslag verantwoord. Dit activiteitenverslag is vormvrij; het moet uiteraard wel deugdelijk zijn en tot verantwoording kunnen strekken.

De stukken die door de fractie worden ingediend bij de verantwoording over de besteding van de financiële bijdrage tot vaststelling van de financiële bijdrage zijn openbaar en worden ter inzage gelegd.

Artikel 8

In artikel 8 zijn, ten overvloede, de sanctiemogelijkheden opgenomen die de gemeenteraad kan hanteren voor het geval een fractie fractieondersteuning niet handelt conform de verordening. Bijvoorbeeld wanneer uitgaven worden gedaan waar de financiële bijdrage niet voor bedoeld is of die niet kunnen worden onderbouwd, of wanneer teveel ontvangen financiële bijdrage niet tijdig worden terugbetaald.

De vermelding in de verordening van de mogelijkheid van terugvordering is stikt genomen overbodig omdat die mogelijkheid ook al bestaat op grond van artikel 4:57 van de Algemene wet bestuursrecht. Bestedingen in strijd met deze verordening kunnen worden teruggevorderd voor zover na de dag waarop de bijdrage is vastgesteld nog geen vijf jaren zijn verstreken.

Artikel 10

De oude Verordening op de fractieondersteuning blijft nog gelden voor de afwikkeling van de financiële bijdragen tot 31 december 2007.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2008, onder gelijktijdige intrekking van de Verordening op de fractieondersteuning, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 17 februari 2003.

Inhoudsopgave

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 2 Jaarlijkse verlening financiële bijdrage; vast en variabel bedrag

Artikel 3 (Niet) toegestane bestedingen

Artikel 4 Betaling financiële bijdrage

Artikel 5 Regeling bij wijziging zeteltal door splitsing of samenvoeging

Artikel 6 Liquide middelen, reserves en liquiditeitsoverschotten

Artikel 7 Verantwoording en controle

Artikel 8 Terugvordering en verrekening

Artikel 9

Artikel 10 Overgangsbepaling

Artikel 11 Citeertitel

Artikel 12 Inwerkingtreding