Reclamenota 2010

Geldend van 29-07-2010 t/m heden

Intitulé

Reclamenota 2010

Hoofdstuk 1 Inleiding

De gemeente De Wolden heeft een nieuwe klantvriendelijke reclamenota ontwikkeld. De belangrijkste verandering is dat particulieren en ondernemers geen vergunningplicht meer hebben op het gebied van reclame-uitingen. Hierdoor er is minder regelgeving en neemt de administratieve last af. Uniek is dat er voor ondernemers in winkelgebieden helemaal geen regels zijn opgenomen. De gemeente biedt de ondernemer in dat geval volledige vrijheid voor het plaatsen van een reclame-uiting.

Reclame aan woningen en bedrijven buiten winkelgebieden moet voldoen aan de algemene beleidsregels van deze nota.

Het aanbrengen van de reclame-uitingen is geregeld in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). De APV kent drie artikelen (2:10, 4:28 en 5:7) waarin het voeren van reclame is geregeld. Respectievelijk gaat het daarbij om:

1. reclame op of aan de weg;

2. reclame op of aan een onroerende zaak;

3. of het voeren van reclame doormiddel van een voertuig.

De regeling bevat een verbod, waarbij in artikel 2:10 en 5:7 wordt bepaald dat het college ontheffing kan verlenen en nadere regels (lees: algemene beleidsregels) kan stellen. Het stellen van nadere regels is tevens ook mogelijk op grond van artikel 4:28.

Deze notitie bevat die nadere regels. Wanneer aan deze regels wordt voldaan is er geen ontheffing nodig.

Enerzijds moeten bedrijven zich in onze gemeente kunnen presenteren en anderzijds moet de inbreuk die gemaakt wordt op de kwaliteit van het openbaar gebied beperkt blijven. Indien het te plaatsen reclameobject voldoet aan de uitgangspunten van deze nota, kan de betreffende reclame worden aangebracht. Er geldt in dit geval dus geen vergunning- of ontheffingsplicht.

Deze nota heeft betrekking op reclame-uitingen in de gemeente De Wolden onderverdeeld in verschillende gebieden (bebouwde kom, buitengebied, bedrijventerreinen, etc.).

Voorbeelden van reclame-uitingen zijn:

- borden en lichtreclame, die vanaf de openbare weg zichtbaar zijn;

- borden, spandoeken, vlaggen, banieren enzovoort die op, langs of boven de weg zijn aangebracht.

Hieronder vallen niet:

- uitingen via de media (radio, t.v., kranten enzovoort);

- reclamevliegtuigjes;

- huis-aan-huis verspreiding van reclamefolders;

- reclame op openbaar vervoer

Hoofdstuk 2 Beleid

Artikel 2.1 Bebouwde kom

Algemene richtlijnen:

1. In een gebied dat hoofdzakelijk is ingericht voor woondoeleinden zijn reclameuitingen niet toegestaan, uitgezonderd de woningen met aan huis gebonden beroepen of bedrijven.

2. Geen reclame-uitingen die de verkeersveiligheid schaden.

3. Geen daglicht reflecterende reclame.

4. Geen lichtcouranten of lichtreclame met veranderlijk of met tussenpozen verschijnend licht.

5. Geen mechanische bewegende delen.

6. Als er op een bord aan beide zijden een reclame-uiting zichtbaar is wordt dit gezien als één reclameobject.

7. Reclame-uitingen moeten op eigen terrein worden geplaatst.

8. Het toepassen van lichtbakken en aanlichting is niet toegestaan.

9. De reclame-uiting dient constructief veilig te worden geplaatst c.q te worden aangebracht.

Wonen met aan huis gebonden beroepen

Plaatsing aan de gevel:

Hoeveel: Maximaal één reclameobject.

Waar: Loodrecht op, of evenwijdig en vlak aan, de gevel. Niet geplaatst boven de verdiepingsvloer.

Omvang: Maximale oppervlakte: 0,80 m2.

Plaatsing in de tuin:

Hoeveel: Maximaal één bord.

Omvang: De maximale hoogte bedraagt 1,20 meter. Maximale oppervlakte 0,80 m2.

Bedrijven

Plaatsing aan de gevel:

Hoeveel: Maximaal twee reclameobjecten.

Waar: De reclame dient te worden aangebracht op begane grond niveau in ieder geval onder de ramen van de verdieping aan de voorgevel.

Omvang: Maximale oppervlakte: 4 m2.

Plaatsing in de tuin:

Hoeveel: Maximaal één reclameobject.

Omvang: De maximale hoogte bedraagt 2,5 meter. Maximale oppervlakte 4 m2.

Winkelgebieden

Voor gebieden met een uitgesproken winkel karakter worden geen criteria omschreven.

Artikel 2.2 Buitengebied

Algemene richtlijnen:

1. Reclameborden, aankondigingen en lichtreclames (inclusief aanlichting) zijn in het buitengebied niet toegestaan. Uitzonderingen zijn slechts onder voorwaarden toelaatbaar. De reclameborden moeten een direct verband hebben met de activiteiten, die de ter plaatse gevestigde ondernemer op dat perceel uitoefent, bijvoorbeeld het uitoefenen van een restaurantbedrijf.

2. Op een perceel welke is bestemd als ‘woondoeleinden’ zijn reclame-uitingen niet toegestaan, uitgezonderd de woningen met aan huis gebonden beroepen.

3. Geen felle kleurwisselingen en ‘schreeuwende’ kleurcombinaties.

4. Geen lichtcouranten of lichtreclame met veranderlijk of met tussenpozen verschijnend licht.

5. Geen mechanische bewegende delen.

6. Als er op een bord aan beide zijden een reclame-uiting zichtbaar is wordt dit gezien als één reclameobject.

Wonen met aan huis gebonden beroepen

Plaatsing aan de gevel:

Hoeveel: Maximaal één reclameobject.

Waar: Loodrecht op, of evenwijdig en vlak aan, de gevel. Niet geplaatst boven de verdiepingsvloer.

Omvang: Maximale oppervlakte: 0,80 m2.

Plaatsing in de tuin:

Hoeveel: Maximaal één bord.

Omvang: De maximale hoogte bedraagt 1,20 meter. Maximale oppervlakte 0,8 m2.

Bedrijven

Plaatsing aan de gevel:

Hoeveel: Maximaal twee reclameobjecten.

Waar: De reclame dient te worden aangebracht op begane grond niveau in ieder geval onder de ramen van de verdieping aan de voorgevel.

Omvang: Maximale oppervlakte: 4 m2.

Plaatsing in de tuin:

Hoeveel: Maximaal één reclameobject.

Omvang: De maximale hoogte bedraagt 2,5 meter. Maximale oppervlakte 4 m2.

Artikel 2.3 Bedrijventerreinen

Op bedrijventerreinen is het mogelijk om reclame op zowel de gevel en/of in de tuin te plaatsen.

Plaatsing aan de gevel:

Omvang: Maximale oppervlakte: 6 m2.

Plaatsing: in de tuin:

Omvang: Maximale oppervlakte: 6 m2. De maximale hoogte bedraagt 2,5 m2.

Artikel 2.4 Niet perceelgebonden aanduidingen (weideborden/doeken)

1. Deze vorm van reclame is in beginsel niet toegestaan.

Uitzonderingen zijn de borden en doeken, die door burgemeester en wethouders zijn aangewezen.

Artikel 2.5 Reclame aan lichtmasten (sandwichborden en driehoeksborden) en spandoeken

1. Aanvaardbaar mits (verkeers)veiligheid niet in gevaar komt.

2. De aangebrachte reclame mag de bruikbaarheid, het beheer en onderhoud van de weg of de openbare ruimte niet belemmeren. In die situaties dat dit toch geschiedt behoudt de gemeente zich het recht voor de betreffende reclame te verwijderen. De kosten worden verhaald.

3. De reclame moet een tijdelijk karakter hebben.

4. Tijdelijke commerciële reclame is alleen toegestaan voor evenementen zoals: circussen, kermissen, paardenconcoursen, dorpsfeesten, autocrosses en vergelijkbare evenementen, mits rekening wordt gehouden met de punten 1, 2 en 3.

5. Fondsverwervende en ideële reclame zoals: reclame voor hartstichting, kankerbestrijding etc. mag altijd plaatsvinden, mits rekening is gehouden met de punten 1, 2 en 3.

6. Spandoeken worden alleen toegestaan indien de aandacht op een maatschappelijk doel wordt gevestigd, bijvoorbeeld ‘Wij gaan weer naar school’ of een actie voor de Hartstichting.

7. Spandoeken die geheel of hoofdzakelijk gericht zijn op het maken van handelsreclame zijn niet toegestaan.

8. De reclame zoals genoemd onder de punten 4, 5 en 6 moet, binnen één week, na afloop zijn verwijderd.

9. De borden en spandoeken moeten in een goede staat verkeren.

Artikel 2.6 Wildplakken

1. Deze vorm van reclame is niet toegestaan.

Uitzonderingen zijn opschriften op zuilen, borden en muren, die door burgemeester en wethouders zijn aangewezen.

Artikel 2.7 Reclame op sportterreinen

1. Alleen reclame die gericht is op het sportcomplex zelf, is aanvaardbaar. Een uitzondering hierop is mogelijk wanneer het gaat om naamsreclame van de sportvereniging zelf inclusief één bord met de naam van de bijbehorende hoofdsponsor.

2. Lichtreclame of aanlichting van de reclameobjecten is niet toegestaan.

Artikel 2.8 Reclame op voertuigen

1. Het is niet toegestaan om een voertuig dat voorzien is van handelsreclame op de weg te parkeren met het kennelijke doel om daarmee reclame te maken (artikel 5:7 APV).

Artikel 2.9 Overige

Algemeen

Voor vormen van reclame waarin deze nota niet specifiek voorziet (bijvoorbeeld reclame op rolluiken, lichtprojecties, tijdelijke reclame op bouwschuttingen etc.) moet een ontheffing (artikel 2:10 van de APV) aangevraagd worden.

Hierbij geldt dat per geval wordt bekeken of de reclame kan worden toegestaan. Daarbij wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de uitgangspunten van deze nota en/of van toepassing zijnde regelgeving.

Alleen bij voortdurend terugkerende vragen over een zelfde reclamevorm zal hiervoor beleid worden geformuleerd. Dit beleid wordt vervolgens in deze nota opgenomen.

Informatieborden, dorpsplattegronden

Hoeveel: -

Waar: Op de invalswegen van kernen en op industrieterreinen kunnen plattegrondborden van de betreffende kern c.q industrieterrein worden geplaatst.

Omvang: Maximale hoogte: 2 meter, maximale breedte: 2,5 meter.

Wat: -

Verwijsborden

Als het gaat om toeristische, recreatieve of culturele objecten of doelen met een algemeen belang kan een vorm van bewegwijzering worden toegestaan. Dit wordt op verzoek privaatrechtelijk geregeld. De vorm van deze borden moet toegesneden zijn op de verwijsfunctie.

Er wordt geen toestemming verleend om naast de reguliere verwijssystemen andere verwijsborden te plaatsen of te hangen.

In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld bij eenmalige gebeurtenissen waarbij veel bezoekers worden verwacht kan toestemming worden verleend om ten tijde van de betreffende gebeurtenis in de nabije omgeving verwijsborden te plaatsen. Binnen 10 dagen na afloop dienen deze verwijsborden opgeruimd te worden. Indien dit nagelaten wordt, behoudt de gemeente zich het recht voor de verwijsborden te verwijderen. De kosten zullen worden verhaald.

Bouwinformatieborden

Deze borden kunnen geplaatst worden onder de volgende voorwaarden:

- De borden moeten op eigen terrein worden geplaatst.

- Indien geplaatst op terrein van gemeente of derden, dan dient vooraf van de gemeente of derden toestemming te worden verkregen.

- De borden mogen niet verlicht zijn.

- De (verkeers)veiligheid mag door de plaatsing niet in het geding komen.

- Er dient rekening te worden gehouden met het uitzicht van omwonenden. Voordat het bord wordt geplaatst dient van de omwonenden toestemming te worden verkregen.

- Het bord dient constructief veilig te zijn.

- Als het werk is opgeleverd dient het bord zo spoedig mogelijk verwijderd te worden.

- De gemeente behoudt zich te allen tijde het recht voor om het bord te verwijderen mits deze niet functioneel meer is, dit in onderling overleg en ter beoordeling door de gemeente.

Hoofdstuk 3 Juridische aspecten

De reclame-uitingen die in deze nota worden omschreven vallen buiten de hierboven genoemde verbodsbepalingen. Dit betekent dat voor de reclame-uitingen zoals die zijn omschreven in deze nota geen bouwvergunning of reclameontheffing nodig is.

Indien reclame aangebracht en/of geplaatst wordt die niet voldoet aan deze nota, dient daarvoor een bouwvergunning en/of een reclameontheffing aangevraagd te worden.

Om te bepalen wat van toepassing is wordt hieronder omschreven wanneer iets een bouwwerk is en waarvoor dan een bouwvergunning aangevraagd dient te worden, is er geen sprake van een bouwwerk dan dient er een reclameontheffing aangevraagd te worden.

De Woningwet is van toepassing op het moment dat de aan te brengen reclame als het bouwen van een bouwwerk aangemerkt is.

Het is de vraag wanneer sprake is van ‘bouwen’ in de zin van de Woningwet, omdat anders onduidelijk is of een bouwvergunning nodig is.

Daarom geeft artikel 1lid 1 sub a Woningwet de definitie van bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.

Nu moet nog worden vastgesteld of het te plaatsen object een bouwwerk is. Voor het antwoord op deze vraag is de bouwverordening van de gemeente De Wolden bepalend. Deze verordening definieert een bouwwerk als volgt: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.

Ook een verrijdbaar of gemakkelijk te verplaatsen object moet als een bouwwerk worden aangemerkt wanneer het naar, omvang, constructie en gebruik een plaatsgebonden karakter heeft.

Wanneer de betreffende reclameobject een bouwwerk is in de zin van de Woningwet dan zijn ook het geldende bestemmingsplan en de redelijke eisen van welstand van toepassing. Het reclameobject dient hier aan te voldoen.

Opgemerkt wordt dat als een bouwvergunning nodig is, er ook een mogelijkheid bestaat dat er een reclameontheffing nodig is op grond van de APV.

Hoofdstuk 4 Artikelsgewijze toelichting

In deze reclamenota wordt verstaan onder:

Artikel 2:10 APV

Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg en openbare plaats en het gebruik van de weg en openbare plaats in strijd met de publieke functie ervan

1. Het is verboden de weg of een weggedeelte of een openbare plaats anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, als:

a. het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg of openbare plaats, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of openbare plaats of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg of openbare plaats of de toegankelijkheid van de weg of openbare plaats wordt beperkt;

b. het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand.

2. Het bevoegde bestuursorgaan kan in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels stellen ten aanzien van terrassen, uitstallingen en reclameuitingen.

3. Het bevoegde bestuursorgaan kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

4. Het verbod in het eerste lid van het vorige artikel geldt niet voor:

a. evenementen als bedoeld in de Festiviteiten- en evenementenverordening;

b. standplaatsen als bedoeld in artikel 5:17.

5. Het verbod in het eerste lid van dit artikel geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken, artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994, of het Provinciaal wegenreglement.

Artikel 4:28 APV

Verbod hinderlijke of gevaarlijke reclame

1. Het is verboden op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift, aankondiging of afbeelding waardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstige hinder of ontsiering ontstaat voor de omgeving.

2. Het college kan in het belang van het voorkomen van gevaar voor het verkeer, ernstige hinder of ontsiering voor de omgeving nadere regels stellen.

Artikel 5:7 APV

Parkeren van reclamevoertuigen

1. Het is verboden een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame, op de weg te parkeren met het kennelijk doel om daarmee handelsreclame te maken.

2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.

Hoofdstuk 5 Begripsomschrijvingen

Banier: een vaandel.

Driehoeksborden en sandwichborden: deze (overwegend hardboard, stalen frames of kartonnen) reclameborden worden vastgemaakt aan onder andere zuilen, lichtmasten, lantaarnpalen, etcetera.

Luifel: afdak tegen een gebouw.

Meetwijze: voor het bepalen van de hoogte wordt gemeten vanaf het aansluitende terrein tot en met de bovenzijde van het hoogste punt van het reclameobject.

Passend: de bestaande omgeving, gebouwen, stijl, details, materialen en kleuren vormen de beoordelingsnorm voor wijzigingen en toevoegingen.

Reclame: openbare aanprijzing van goederen en/of diensten met een (commercieel) belang. Alle fysieke uitingen of objecten die de bedoeling hebben de aandacht te vestigen op een bedrijf/instelling of een bepaalde activiteit.

Reclamevlag: een vlag met het kennelijke doel om reclame te maken, hieronder valt ook een banier.

Reclamebord: een bord met reclameaanduiding.

Reclamevoertuig: een voertuig voorzien van een aanduiding met het kennelijke doel daarmee reclame te maken.

Vlaggenmast: een mast met daaraan een (reclame)vlag of banier.

Weideborden/-doeken: borden of doeken (bouwwerk, of niet) die in een weiland worden geplaatst met het doel voorbijgangers naar bijvoorbeeld een evenement of bedrijf te leiden of te attenderen. Of bijvoorbeeld een doek die de verkoop van een object (bijvoorbeeld een bouwwerk of een gebouw) aanprijst.