Subsidieverordening Besluit Locatiegebonden subsidies

Geldend van 02-07-2007 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2006

Intitulé

Subsidieverordening Besluit Locatiegebonden subsidies

De raad der gemeente Delft;

gelezen het voorstel van het college van 29 mei 2007;

gelet op het Besluit Locatiegebonden subsidies VINAC en de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005;

b e s l u i t :

vast te stellen de Subsidieverordening Besluit locatiegebonden subsidie 2005

Artikel 1. Begripsomschrijving

  • a.

    stadsgewest: stadsgewest Haaglanden;

  • b.

    dagelijks bestuur: dagelijks bestuur van het stadsgewest Haaglanden;

  • c.

    college: college van burgemeester en wethouders van Delft;

  • d.

    bijdrage: bijdragen die het stadsgewest zal storten in het kader van de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005;

  • e.

    toevoeging aan de woningvoorraad: elke door nieuwbouw en door toevoeging anderszins gerealiseerde en bij het CBS gereedgemelde woning;

  • f.

    sociale sector woning:

    a. huurwoningen met een rekenhuur tot de maximale huurgrens als bedoeld in de Wet op de Huurtoeslag (artikel 13 eerste lid onder a en artikel 27 eerste lid onder b). Prijspeil 1 juli 2007 € 621,78; het bedrag wordt jaarlijks per 1 juli bij ministeriële regeling aangepast door het ministerie van VROM.

    b. goedkope koopwoningen waarvan de kosten voor het verkrijgen in eigendom niet hoger zijn dan € 163.508 (incl. BTW; peildatum 2006). Deze in het beleidskader ISV-2 bij de outputindicator ‘Fysiek/mutaties in de woningvoorraad’ opgenomen prijsgrens voor nieuwbouw koopwoningen zal jaarlijks door het ministerie van VROM worden geïndexeerd.

  • g.

    ingrijpende woningverbetering: woningverbetering met een minimum aan verbeteringskosten van € 22.689 per woning (inclusief BTW, kostengrens wordt niet geïndexeerd). Na verbetering dienen de woningen te vallen binnen de onder f. vermelde definitie van woningen in de sociale sector ;

  • h.

    sociale sector wooneenheid: wooneenheid die alleen toegankelijk is voor diegenen die is ingeschreven bij een onderwijsinstelling, alsmede AWBZ-gerelateerde wooneenheden die minimaal voldoet aan de door het CBS gehanteerde criteria voor een wooneenheid 1;

  • i.

    woonoppervlakte: het totaal van de oppervlakten van vertrekken, zoals: woonkamer, keuken, badkamer/doucheruimte, slaapkamer(s), zolderkamer indien bereikbaar via vaste trap en met ruime mate van daglichtaanwezigheid. Overige ruimtes: kelder, bijkeuken, wasruimte, bergruimte/schuur, ingebouwde kasten groter dam 2m2, garage, zolder niet zijnde vertrek en verkeersruimten worden niet meegeteld.

  • j.

    A.S.V.: Algemene Subsidieverordening Delft;

1 Voetnoot bij Artikel 1 h.: Aangesloten wordt bij de omschrijving/definitie en indexering die door het ministerie van VROM voor ISV2 nog vastgelegd wordt in het aan te passen Besluit verantwoording stedelijke vernieuwing.

Deze definitie (vastgelegd bij de afspraken over 30% sociaal in het kader van de Woonvisie, en bij het voorstel hoofdlijnen besteding BLS Vinac) sluit niet aan bij de definitie zoals gehanteerd in het kader van ISV-2 (Fysiek/outputindicator mutaties in de woningvoorraad): “Van ingrijpende woningverbetering is sprake als de aanneemsom of de kostenraming minimaal € 50.000 (excl. BTW) bedraagt”. De kostengrens wordt in ISV2 overigens ook niet geïndexeerd.

Hierbij dient te worden gekeken naar de waarde van de woning voor de ingrijpende verbetering (bijvoorbeeld met behulp van de WOZ administratie) plus de gemaakte verbeteringskosten (minimaal € 22.689), tenzij de gemeente op een andere manier kan aantonen dat de woning binnen de sociale sector beschikbaar komt.

Conform de Handleiding Administratieve Woningtelling, versie 2, CBS 1992 (par. 3.4 wooneenheden).

Artikel 2. Reikwijdte van de verordening

  • 1.

    Deze verordening dient uitsluitend ter medefinanciering van projecten in het kader van het Convenant woningbouwafspraken en de daaruit voortvloeiende sociale taakstelling zoals deze door het stadsgewest aan de gemeente is opgelegd voor de periode 2005-2010. De taakstelling bestaat uit het realiseren van minimaal 4.000 woningen, waarvan tenminste 1.290 woningen in de sociale sector.

  • 2.

    De subsidie is bestemd voor woningbouwprojecten die bevorderen dat de onder artikel 2, lid 1 genoemde sociale taakstelling wordt gehaald en die worden gerealiseerd in de periode 01.01.2005 tot en met 31.12.2009. Deze termijn kan overeenkomstig artikel 2, lid 4 van de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005, door het stadsgewest met één jaar worden verlengd tot 31.12.2010, in welk geval die uiterlijke termijn geldt volgens deze verlenging.

Artikel 3. Voeding van het BLS-fonds

  • 1. In de Voorziening BLS wordt de bijdrage van het stadsgewest in het kader van de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005 gestort. De hoogte van de bijdrage die wordt ontvangen van het stadsgewest is afhankelijk van het aantal aan de woningvoorraad toegevoegde sociale woningen, eenheden alsmede aan het aantal ingrijpend verbeterde sociale woningen.

  • 2. De in artikel 3, lid 1. bedoelde bijdrage wordt ontvangen op basis van jaarlijkse subsidieverzoeken van het college aan het dagelijks bestuur van het stadsgewest, zoals bedoeld in artikel 7 van de stadsgewestelijke verordening.

Artikel 4. Subsidieplafond

Voor de periode 2005 t/m 2009 (het tijdvak van de subsidie) bedraagt het subsidieplafond van de van het stadsgewest te ontvangen BLS-bijdrage € 7.517.519,52. Dit bedrag wordt niet geïndexeerd.

Artikel 5. Subsidieaanvraag

  • 1.

    Alleen projecten voor sociale woningen en sociale wooneenheden, alsmede voor het ingrijpend verbeteren van sociale woningen in Delft komen in aanmerking voor subsidie, waaronder met name:

    Bomenwijk;

    Poptahof;

    Harnaschpolder;

    T.U. – wijk; Overige sociale woningbouwprojecten.

    Overige social woningbouwprojecten.

  • 2.

    Subsidieaanvragen worden door iedere woningcorporatie afzonderlijk voor het gehele tijdvak 2005 t/m 2009 in één keer ingediend bij het college. De subsidieaanvragen dienen uiterlijk 1 november 2007 bij het college te zijn ingediend;

  • 3.

    Per sociaal woningbouwproject dan wel sociaal ingrijpend verbeteringsproject wordt de subsidieaanvraag ingediend op een volledig ingevuld en ondertekend formulier zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze verordening.

Artikel 6. Subsidiegrondslag

  • 1. Elke nieuw opgeleverde zelfstandige sociale woning komt na gereedmelding en na goedkeuring daarvan door het college in aanmerking voor een basisbedrag van € 3.000,-;

  • 2. Elke nieuw opgeleverde onzelfstandige sociale wooneenheid komt na gereedmelding en na goedkeuring daarvan door het college in aanmerking voor een basisbedrag van € 1.600,-;

  • 3. Elke ingrijpend verbeterde sociale woning komt na gereedmelding en na goedkeuring daarvan in aanmerking voor een basis bedrag van € 1.600,-;

  • 4. Waar de in dit artikel voorgestelde verdeling afwijkt van de eerder op 2 november 2006 ondertekende afspraken tussen de gemeente Delft, Vestia, Vidomes en Woonbron over de inzet van BLS-gelden in Harnaschpolder, vindt financiële compensatie plaats tot de in deze afspraken gemaakte hoogte van de BLS-bijdrage.

Artikel 7. Extra subsidiegrondslag

  • 1. Elke nieuw opgeleverde ruime sociale gezinswoning vanaf 85 m2 woonoppervlakte en met 5 kamers of meer in de woningtypen eengezinswoning, grondgebonden woning en maisonnette ontvangt extra subsidie ook indien het een ingrijpend verbeterde sociale woning betreft die voldoet aan deze criteria;

  • 2. Elke nieuw opgeleverde ruime gezinswoning zoals omschreven in artikel 7, lid 1 komt boven het basisbedrag in aanmerking voor een extra subsidiebedrag van € 3.000,-;

  • 3. Elke opgeleverde ingrijpend verbeterde ruime sociale gezinswoning zoals omschreven in artikel 7, lid 1 komt boven het basisbedrag in aanmerking voor een extra subsidiebedrag van € 1.400,-;

  • 4. Voor het optimaliseren van het aantal te realiseren ruime gezinswoningen zoals hiervoor in artikel 7, lid 1 omschreven wordt in de Reserve BLS een bedrag gereserveerd van € 1.500.000,-.

Artikel 8. Subsidieverlening

  • 1. Het college besluit binnen 8 weken na ontvangst van de subsidieaanvraag. In de subsidiebeschikking zal gemotiveerd worden aangegeven op welk subsidiebedrag de subsidieaanvrager maximaal per ingediend project een voorlopig recht heeft;

  • 2. Het uit te keren subsidiebedrag per project zal na gereedmelding voorlopig worden vastgesteld en betaalbaar worden gesteld. Voor een nadere specificatie zie artikel 13 van deze verordening;

  • 3. De definitieve subsidievaststelling vindt plaats, nadat het stadsgewest de BLS-bijdrage aan de gemeente definitief heeft vastgesteld. Zie ook artikel 14 van deze verordening.

Artikel 9. Subsidievoorwaarden

  • 1. Alleen sociale woningen, sociale wooneenheden en ingrijpend verbeterde sociale woningen die uiterlijk 31 december 2009 worden opgeleverd, dan wel die uiterlijk 31 december 2010 worden opgeleverd indien de termijn is verlengd zoals bedoeld in artikel 2, lid 2, komen voor subsidie in aanmerking;

  • 2. Definitieve vaststelling van de verleende subsidie vindt plaats in 2010 nadat het stadsgewest de aan de gemeente toegekende bijdragen definitief heeft vastgesteld. Indien verlenging van de uiterlijke termijn zoals bedoeld in artikel 2, lid 2 heeft plaatsgevonden, vindt de definitieve vaststelling van de verleende subsidie in 2011 plaats;

  • 3. Aan het verlenen en vaststellen van de subsidie wordt de voorwaarde verbonden dat de woningen waarvoor de subsidie is verleend en vastgesteld minimaal 10-jaar deel blijven uitmaken van de sociale sector.

  • 4. Alleen de op basis van de stadsgewestelijke verordening ontvangen BLS-bijdragen worden uitgekeerd in het kader van deze gemeentelijke verordening;

  • 5. Er wordt geen financiële claim neergelegd bij één van de partijen bij het niet behalen van de taakstelling. Indien de door het stadsgewest definitief aan de gemeente toegekende BLS-bijdrage lager is dan geraamd, wordt het tekort naar rato over alle subsidieontvangers verdeeld;

Artikel 10. Intrekken en wijzigen van de verleende subsidie

  • 1. Het college kan zolang de subsidie nog niet definitief is vastgesteld, de subsidieverlening al dan niet op verzoek van de subsidieaanvrager intrekken of wijzigen indien niet wordt voldaan dan wel redelijkerwijs kan worden verwacht dat niet kan worden voldaan aan de doelstelling van deze subsidieregeling. Dit is eveneens van toepassing indien het feitelijk gerealiseerde aantal sociale woningen, sociale wooneenheden en/ of ingrijpende verbeteringen van sociale woningen ten opzichte van de subsidieaanvraag zijn gewijzigd;

  • 2. Alvorens tot intrekking of wijziging van de verleende subsidie over te gaan, wordt de subsidieaanvrager in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze over het voornemen tot intrekking of wijziging van de subsidie kenbaar te maken aan het college.

Artikel 11. Weigeringsgronden

  • 1. Zelfstandige sociale woningen en onzelfstandige sociale eenheden die uiterlijk 31december 2005 zijn opgeleverd en als zodanig aan het CBS zijn gemeld, komen niet voor subsidie in aanmerking;

  • 2. Ingrijpend verbeterde sociale woningen en sociale wooneenheden die uiterlijk 31 december 2005 zijn opgeleverd komen niet voor subsidie in aanmerking;

  • 3. Zelfstandige sociale woningen en onzelfstandige sociale wooneenheden waaraan op grond van de Stadsgewestelijke verordening woninggebonden subsidies (BWS) subsidie is of wordt verleend, komen niet voor subsidie in aanmerking;

  • 4. Het college weigert een (deel)subsidie als door het verlenen van de subsidie het subsidieplafond zoals bedoeld in artikel 4 wordt overschreden.

Artikel 12. Gereedmelding

  • 1. De gereedmelding van het project waarvoor subsidie is verleend geschiedt op een door het college vastgesteld en door de initiatiefnemer volledig ingevuld en ondertekend formulier zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze verordening

  • 2. De gereedmelding is tevens een verzoek om voorlopige vaststelling en uitbetaling van de verleende subsidie.

Artikel 13. Voorlopige vaststelling en uitbetaling subsidie

  • 1. Binnen 8 weken na ontvangst van de gereedmelding neemt het college een besluit op het verzoek tot voorlopige vaststelling en uitbetaling van de subsidie;

  • 2. Dit besluit zal niet eerder plaatsvinden dan nadat het sociale woningbouwproject bij het C.B.S. als opgeleverd is aangemeld. Dit geldt niet voor ingrijpende woningverbeteringen;

  • 3. Het college kan een besluit als bedoeld in het eerste lid steeds met 8 weken verdagen indien de controle op de juistheid van de gegevens daartoe aanleiding geeft, of de melding aan het C.B.S. nog niet heeft plaatsgevonden

  • 4. Indien het college instemt met het verzoek tot voorlopige vaststelling, stelt zij de subsidie voorlopig vast;

  • 5. Uitbetaling van de voorlopig vastgestelde subsidie vindt plaats binnen 8 weken na het besluit tot voorlopige vaststelling en uitbetaling zoals bedoeld in artikel 13, lid 1, mits voldoende middelen in de Reserve BLS beschikbaar zijn. Indien onvoldoende middelen in de Reserve BLS beschikbaar zijn vindt uitbetaling plaats op het moment dat er voldoende middelen beschikbaar zijn.

Artikel 14. Definitieve subsidievaststelling

  • 1.

    Nadat na afloop van de BLS-periode het stadsgewest de BLS-bijdrage aan de gemeente definitief heeft vastgesteld, stelt het college per woningcorporatie afzonderlijk de verleende subsidie definitief vast op basis van:

    • a

      het aantal door de corporatie uiterlijk per 31 december 2009 opgeleverde zelfstandige sociale woningen. Indien de termijn volgens artikel 2,lid 2 met één jaar is verlengd tot 31 december 2010 dan geldt deze uiterlijke termijn;

    • b

      het aantal door de corporatie uiterlijk per 31 december 2009 opgeleverde onzelfstandige sociale wooneenheden. Indien deze termijn volgens artikel 2,lid 2 met één jaar is verlengd tot 31 december 2010 dan geldt deze uiterlijke termijn;

    • c

      het aantal door de corporatie uiterlijk per 31 december 2009 opgeleverde ingrijpend verbeterde sociale woning. Indien deze termijn volgens artikel 2,lid 2 met één jaar is verlengd tot 31 december 2010 dan geldt deze uiterlijke termijn;

    • d

      de door het stadsgewest voor Delft definitief vastgestelde BLS-bijdrage zoals bedoeld in artikel 4 van deze verordening.

  • 2.

    Definitieve vaststelling van de subsidie door het college kan leiden tot herziening van het eerder door het college verleende subsidie dan wel voorlopig vastgestelde en uitbetaalde subsidie en/of tot gehele of gedeeltelijke terugvordering van te veel uitbetaalde subsidie. 2

2 Voetnoot bij artikel 14.2.: Gedeeltelijke of gehele terugvordering van de subsidie kan plaatsvinden indien de taakstelling bestaande uit het realiseren van 1.290 sociale woningen niet wordt gehaald respectievelijk lager is dan 83% daarvan.

Artikel 15. Onvoorziene omstandigheden

  • 1. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2. In bijzondere gevallen en met inachtneming van het doel van deze verordening, kan het college gemotiveerd afwijken van deze verordening.

  • 3. In het geval dat na definitieve vaststelling door het stadsgewest van de BLS-bijdrage voor Delft en na definitieve vaststelling door het college van de subsidie nog sprake is van een overschot, zal dit overschot volgens de bepalingen van deze verordening ten goede komen aan het in 2005 gereedgekomen ingrijpend verbeter project waaraan geen subsidie is verleend.

Artikel 16. Inwerkingtreding en verordening en fonds

Deze verordening treedt in werking de dag na publicatie van het besluit en werkt terug tot en met 1 januari 2006.

Artikel 17. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de Subsidieverordening Besluit Locatiegebonden Subsidies.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 juni 2007.
mr. drs. G.A.A. Verkerk, burgemeester.
drs. Y. van Delft, griffier.

Bijlage 1

AANVRAAGFORMULIER OP BASIS VAN DE GEMEENTELIJKE SUBSIDIEVERORDENING BESLUIT LOCATIEGEBONDEN SUBSIDIES 2005.

(per bouwplan afzonderlijk een aanvraagformulier invullen en indienen)

1.Algemene informatie.

Naam aanvrager : ………………………………………………………………………

Bezoekadres : ………………………………………………………………………

Straat+Huisnummer : ………………………………………………………………………

Postcode+plaats : ………………………………………………………………………

Postbusnummer : ………………………………………………………………………

Postcode+plaats : ………………………………………………………………………

Telefoonnummer : ………………………………………………………………………

Rekeningnummer : ………………………………………………………………………

Contactpersoon : ………………………………………………………………………

2. Gegevens omtrent de nieuwbouwwoningen en de ingrijpende woningverbeteringen.

  • a.

    Naam van het bouwplan : ………………………………………………………………

  • b.

    Locatiebeschrijving : ………………………………………………………………

  • c.

    Straat en huisnummers : ………………………………………………………………

  • d.

    Aard werkzaamheden : o nieuwbouw

    : o ingrijpende woningverbetering

  • e.

    Aantal woningen : ……… meergezins

    : ……… eengezins

  • f.

    Aantal wooneenheden : ……… meergezins

    : ………eengezins

  • g.

    categorie : o sociale huur

    : o sociale koop

  • g.

    geplande startdatum : ………………………………………………………………

  • h.

    geplande oplevering : ………………………………………………………………

3. Nadere informatie over het nieuwbouwproject of het ingrijpend verbeteringsproject.

  • a.

    Gemiddelde grootte van de woning in m2 gebruikoppervlakte : ……………………

  • b.

    Aantal kamers na nieuwbouw/ingrijpende verbetering : ……………………

  • c.

    Aanvangshuur na nieuwbouw/ingrijpende verbetering : ……………………

  • d.

    Kosten verkrijgen in eigendom bij koop : ……………………

  • e.

    Kosten ingrijpende verbetering gemiddeld per woning : ……………………

4. Verklaring van de initiatiefnemer.

De initiatiefnemer verklaart:

  • a.

    dat hem bekend is dat de gemeentelijke Subsidieverordening Locatiegebonden Subsidie 2005 en de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005 van toepassing zijn,

  • b.

    dat hij de daarin genoemde voorwaarden kent.

De initiatiefnemer verklaart het aanvraagformulier naar waarheid te hebben ingevuld.

Plaats en datum : ………………………………………………………………………

Handtekening : ………………………………………………………………………

Bijlage 2.

GEREEDMELDINGSFORMULIER OP BASIS VAN DE GEMEENTELIJKE SUBSIDIEVERORDENING BESLUIT LOCATIEGEBONDEN SUBSIDIES 2005 EN TEVENS VERZOEK OM VASTSTELLING EN UITBETALING VAN DE SUBSIDIE.

(per bouwplan afzonderlijk een gereedmeldingsformulier invullen en indienen)

1. Algemene informatie.

Naam aanvrager : ………………………………………………………………………

Bezoekadres : ………………………………………………………………………

Straat+Huisnummer : ………………………………………………………………………

Postcode+plaats : ………………………………………………………………………

Postbusnummer : ………………………………………………………………………

Postcode+plaats : ………………………………………………………………………

Telefoonnummer : ………………………………………………………………………

Rekeningnummer : ………………………………………………………………………

Contactpersoon : ………………………………………………………………………

2. Gegevens omtrent de nieuwbouwwoningen en de ingrijpende woningverbeteringen.

  • a.

    Naam van het bouwplan : ………………………………………………………………

  • b.

    Locatiebeschrijving : ………………………………………………………………

  • c.

    Straat en huisnummers : ………………………………………………………………

  • d.

    Aard werkzaamheden : o nieuwbouw

    : o ingrijpende woningverbetering

  • e.

    Aantal woningen : ……… meergezins

    : ……… eengezins

  • f.

    Aantal wooneenheden : ……… meergezins

    : ………eengezins

  • g.

    Categorie : o sociale huur

    : o sociale koop

  • g.

    Gemiddelde datum oplevering : ………………………………………………………………

3. Nadere informatie over het nieuwbouwproject of het ingrijpend verbeteringsproject.

  • a.

    Gemiddelde grootte van de woning in m2 gebruikoppervlakte : ……………………

  • b.

    Aantal kamers na nieuwbouw/ingrijpende verbetering : ……………………

  • c.

    Aanvangshuur na nieuwbouw/ingrijpende verbetering : ……………………

  • d.

    Kosten verkrijgen in eigendom woning bij koop : ……………………

  • e.

    Kosten ingrijpende verbetering gemiddeld per woning : ……………………

4. Verklaring van de initiatiefnemer.

De initiatiefnemer verklaart:

dat hem bekend is dat de gemeentelijke Subsidieverordening Locatiegebonden Subsidie 2005 en de Verordening BLS VINAC Haaglanden 2005 van toepassing zijn,

dat hij de daarin genoemde voorwaarden kent.

De initiatiefnemer verklaart het gereedmeldingsformulier naar waarheid te hebben ingevuld.

Plaats en datum : ………………………………………………………………………

Handtekening : ………………………………………………………………………