Beleidsregel Compensatie alleenstaande ouderkop

Geldend van 15-06-2015 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Beleidsregel Compensatie alleenstaande ouderkop

Algemeen

Op grond van artikel 20 van de Participatiewet bedraagt met ingang van 1 januari 2015 de norm voor een alleenstaande ouder 70% van het wettelijk minimumloon. Op grond van artikel 2, zesde lid, van de Wet op het kindgebonden budget heeft een alleenstaande ouder recht op een verhoging van het kindgebonden budget; de zogenaamde alleenstaande ouderkop.

Het komt voor dat er (nog) geen recht bestaat op de alleenstaande ouderkop, onder andere wanneer er sprake is van een situatie, waarin partners gehuwd zijn, maar gescheiden leven of indien de partner in detentie of in een instelling verblijft.

Om te voorkomen dat in bepaalde situaties alleenstaande ouders door het ontbreken van de alleenstaande ouderkop over te weinig inkomen beschikken om in de noodzakelijke kosten van het bestaan kunnen voorzien, is het wenselijk om in individuele situaties een compensatie alleenstaande ouderkop te verstrekken.

Artikel 1 Compensatie alleenstaande ouderkop

  • 1. Op aanvraag wordt aan de belanghebbende maandelijks bijzondere bijstand verstrekt tot een maximum bedrag gelijk aan de alleenstaande ouderkop.

  • 2. Om in aanmerking te komen voor bijzondere bijstand ter compensatie van de ontbrekende alleenstaande ouderkop moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

    • a.

      belanghebbende is 18 jaar of ouder en is alleenstaande ouder in de zin van artikel 4, eerste lid, sub b van de Participatiewet;

    • b.

      belanghebbende heeft een toeslagpartner als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Awir waardoor er geen recht op de alleenstaande ouderkop bestaat;

    • c.

      belanghebbende kan geen aanspraak maken op het overgangsrecht op grond van de Wet hervorming kindregelingen;

    • d.

      belanghebbende bewoont een zelfstandige woonruimte en kan de noodzakelijke kosten van het bestaan niet delen met een ander.

  • 3. Het inkomen wordt, voorzover dit meer bedraagt dan de van toepassing zijnde bijstandsnorm, volledig tot de draagkracht gerekend.

  • 4. De bijzondere bijstand wordt beëindigd zodra een beroep gedaan kan worden op de alleenstaande ouderkop of zodra het inkomen meer bedraagt dan de van toepassing zijnde bijstandsnorm plus het maximale bedrag van de alleenstaande ouderkop.

Artikel 2 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel Compensatie alleenstaande ouderkop.

Artikel 3 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na zijn bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2015.

Den Helder, 28 april 2015

Burgemeester en Wethouders van Den Helder

Koen Schuiling, burgemeester

Dr. Joost C.M. Cox, secretaris