Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Deventer houdende regels omtrent subsidie Nadere subsidieregeling voor de amateurkunst gemeente Deventer

1. Deze regeling heeft tot doel de deelname aan en de ontwikkeling van amateurkunst te stimuleren en te ondersteunen en amateurkunstactiviteiten mogelijk te maken.

2. Onder amateurkunst wordt in deze regeling verstaan: het zonder betaling of winstoogmerk beoefen van een vorm van kunst.

1. Het college kan op basis van deze regeling op aanvraag een structurele subsidie of een projectsubsidie verstrekken.

2. Onder structurele subsidie wordt verstaan: een jaarlijks toe te kennen maximum bijdrage in de kosten van reguliere activiteiten van organisaties op het terrein van amateurkunstbeoefening. Deze subsidie wordt niet verstrekt aan organisaties die uitsluitend op projectbasis werkzaam zijn. Een structurele subsidie geldt als een waarderingssubsidie als bedoeld in de Algemene subsidieverordening Deventer.

3. Onder projectsubsidie wordt verstaan: een variabel bijdrage in de kosten van eenmalige presentaties of activiteiten die op projectbasis worden verricht.

1. Een structurele subsidie als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van deze regeling bestaat uit de volgende twee bestanddelen:

• a.

  Een basissubsidie, bestaande uit een gestandaardiseerd bedrag van ten hoogste € 600-, per subsidie-ontvanger. Hafabra-verenigingen met tenminste 40 actieve leden ontvangen naast deze basissubsidie aanvullend een dirigentenvergoeding van ten hoogste € 1.000.,-

• b.

  Een ledensubsidie, bestaande uit een bedrag per actief lid, gedifferentieerd per tak van amateurkunstbeoefening, te weten:

  € 40,- voor muziek;

  € 25,- voor zang;

  € 20,- voor toneel, dans, literatuur, beeldende kunst, fotografie, of nieuwe media.

2. Verenigingen met verschillende disciplines dienen in de aanvraag het aantal leden per discipline op te geven. Hierin mogen geen dubbeltellingen voorkomen.

3. Verenigingen die muzieklessen verzorgen aan jongeren tot 18 jaar en die lid zijn van die vereniging, ontvangen een bijdrage per volledig cursusseizoen van ten hoogste € 400,- per lid.

4. Onder lid wordt in dit artikel verstaan: een persoon die actief deelneemt aan de artistieke activiteiten van een organisatie (werkend lid) en tenminste € 30,- per jaar aan contributie betaalt. Hiertoe behoren niet donateurs, ereleden en andere niet actieve leden.

5. Voor de vaststelling van het aantal leden waarvoor subsidie kan worden verstrekt geldt als peildatum 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

1. Een projectsubsidie als bedoeld in artikel 2, derde lid, van deze regeling, bedraagt ten hoogste 75% van de kosten, doch niet meer dan € 1.000,- per project. Slechts de kosten die in direct verband staan met het project zijn subsidiabel.

2. De aan de Deventer Opera- en Operettevereniging te verlenen projectsubsidie bedraagt ten hoogste € 3.000,- per jaar.

3. Een subsidie-ontvanger kan ten hoogste tweemaal per jaar voor een projectsubsidie in aanmerking komen, afhankelijk van de toereikendheid van het hiervoor bestemde budget.

4. Indien de subsidie-ontvanger eens in de twee of drie jaar een grotere voorstelling verzorgt, dan kan aan die ontvanger voor die activiteit ten hoogste driemaal een projectsubsidie van ten hoogste € 1.000 worden verleend. In dat geval kan de betreffende subsidie-ontvanger in het (de) daaropvolgend(e) jaar (jaren) geen beroep doen op deze regeling voor een projectsubsidie.

1. Een aanvraag voor een structurele subsidie dient voor 1 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd te worden ingediend met gebruikmaking van het daarvoor bestemde aanvraagformulier.

2. Indien de aanvraag niet tijdig is ingediend kan het college besluiten de aanvraag niet te behandelen.

3. De aanvrager overlegt bij de aanvraag in ieder geval:

• a.

  een begroting van het jaar waarop de subsidie-aanvraag betrekking heeft;

• b.

  een overzicht van de in dat jaar voorgenomen activiteiten;

• c.

  ceen door het bestuur goedgekeurde actuele ledenlijst, inclusief de stand van het aantal leden op 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de subsidie-aanvraag betrekking heeft.

• d.

  indien van toepassing een door het bestuur goedgekeurde actuele leerlingenlijst en in het geval van het verzorgen van muziekonderwijs een door het bestuur goedgekeurde actuele docentenlijst.

1. Een aanvraag voor een projectsubsidies dient uiterlijk twee maanden voor de aanvang van het project te worden ingediend. De aanvrager maakt gebruik van het daarvoor bestemde aanvraagformulier.

2. Indien de aanvraag niet tijdig is ingediend kan het college besluiten de aanvraag niet te behandelen.

3. Het college verleent geen subsidie voor een project dat ten tijde van de aanvraag reeds is aangevangen of is afgerond.

4. Aanvragen voor een projectsubsidie worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen.

5. De aanvrager overlegt bij de aanvraag in ieder geval:

• a.

  een projectplan en projectomschrijving;

• b.

  een begroting en een dekkingsplan.

1. Het college beslist op een aanvraag voor een structurele subsidie uiterlijk in de maand januari van het jaar waarop de subsidie-aanvraag betrekking heeft. Deze termijn wordt verlengd ingeval toepassing is gegeven aan artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht voor de duur dat de aanvrager in verzuim is geweest de aanvraag aan te vullen.

2. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.1 van de Algemene subsidieverordening Deventer ten aanzien van een waarderingssubsidie, geldt een subsidieverlening tevens als subsidievaststelling.

3. Het subsidiebedrag dat wordt toegekend wordt ineens betaald.

1. Het college beslist op een aanvraag voor een projectsubsidie uiterlijk binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag.

2. De subsidie wordt vooruitlopend op de subsidievaststelling, als geregeld in artikel 11 van deze regeling, bij wijze van voorschot ineens voor 100% uitbetaald.

1. In de beschikking tot verlening van een projectsubsidie wordt de verplichting opgenomen dat de subsidie-ontvanger uiterlijk drie maanden na afloop van het project een aanvraag tot subsidievaststelling indient.

2. De aanvrager overlegt bij de aanvraag in ieder geval een inhoudelijk verslag en een financieel verslag als bedoeld in artikel 5.3 respectievelijk 5.4 van de Algemene subsidieverordening Deventer.

3. Het college beslist binnen zes weken op de aanvraag tot subsidievaststelling.

1. Deze regeling treedt na bekendmaking in werking op 1 september 2017.

2. De voor 1 september 2017 geldende Nadere subsidieregels voor de amateurkunst worden ingetrokken.

1. Op projectsubsidies die zijn verleend vóór de in artikel 13 genoemde datum, maar op die datum nog niet zijn vastgesteld, blijft de in artikel 13, tweede lid, genoemde regeling van kracht.

2. Op aanvragen om subsidie die zijn ingediend vóór de in artikel 13 genoemde datum, maar waarop op die datum nog niet is beslist, is deze regeling van kracht.