Nota “Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020”, en de naar aanleiding van die vaststelling door de raad aangenomen motie.

Geldend van 18-02-2014 t/m heden

Intitulé

Nota “Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020”, en de naar aanleiding van die vaststelling door de raad aangenomen motie.

De raad van de gemeente Dinkelland;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 januari 2014;

gelet op de Gemeentewet;

Besluit

De nota “Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020” vast te stellen overeenkomstig de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte ontwerpnota.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van 18 februari 2014.
De griffier, De voorzitter,
Mr. O.J.R.J. Huitema, Mr. R.S. Cazemier

Bijlage:

MOTIE unaniem aangenomen

Raadsvergadering 18 februari 2014

Agendapunt 12: Nota ‘Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland’

  Indieners: fractie VVD, fractie Lokaal Dinkelland, fractie Broekhuis, fractie Bos Maathuis

De raad van de gemeente Dinkelland

In vergadering bijeen op 18 februari 2014

 onstaterende

 Dat ter bespreking en vaststelling door de raad voorligt het voorstel tot vaststelling van de Nota ‘Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020;

Overwegende

Dat de Nota beoogt een visie vast te leggen op de rol en positie van de gemeente Dinkelland binnen het thema duurzaamheid;

Dat daarbij keuzen worden gemaakt:

  • -

    er wordt binnen het brede thema duurzaamheid gefocust op verduurzaming van energiegebruik in de gebouwde omgeving;

  • -

    de gemeente faciliteert, regisseert en stimuleert de samenleving tot actie, met hantering van de criteria gemak, gewin en genot;

  • -

    woningeigenaren worden, met inschakeling van de kernraden, gestimuleerd tot verduurzaming van energiegebruik door gebruikmaking van het Energieloket 2.0 

Dat met dit alles wordt ingezet op een energieneutraal Dinkelland als stip op de horizon; 

Dat de gekozen richting wordt onderschreven; 

Dat de Nota nog aan zeggingskracht, ambitie en toekomstgerichtheid zou winnen als de visie, de doelen en de rol van de gemeente steviger zouden worden gedefinieerd en beschreven; 

Dat om dit te bereiken gebruik kan worden gemaakt van de vele al bestaande initiatieven, inzichten en mogelijkheden, waarbij als voorbeeld wordt genoemd het ‘Burgemeestersconvenant’, een EU-initiatief om lokale overheden te stimuleren in te zetten op energie-efficiëntie en het gebruik van duurzame energie;

Spreekt uit 

Dat de Nota ‘Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020’ wordt gezien als een bruikbare en zinvolle richtinggevende beleidsnota, die een goede basis biedt voor het toekomstige gemeentelijk duurzaamheidsbeleid; 

Dat deze basis verder moet worden uitgebouwd door de nota op het niveau visie en doelen verder uit te werken en nader te concretiseren, met daarbij een duidelijke invulling van de beoogde faciliterende en regisserende rol van de gemeente; 

Dat het gemeentelijke duurzaamheidsbeleid aan zeggingskracht en draagvlak wint als de gemeente haar voorbeeldfunctie op het gebied van duurzaam energiegebruik in eigen gedrag laat zien aan de samenleving, waarbij valt te denken aan openbare verlichting, energiegebruik in gemeentelijke gebouwen en voertuigen;

En draagt het college op 

  • I.

    De raad op korte termijn, als vervolg op de nu voorliggende basisnota, ter behandeling en vaststelling een vervolgnota voor te leggen waarin de nu gekozen richting verder wordt geëxpliciteerd en gedefinieerd in termen van visie, doelen en rolinvulling van de gemeente;  

  • II.

    Ten dienste van de voorbeeldfunctie van de gemeente bij komende vervangingsinvesteringen concreet de keuze voor groen en duurzaam af te wegen, waarbij de afweging telkens plaatsvindt binnen redelijke kaders van het bedrijfseconomisch belang van de gemeente.

En gaat over tot de orde van de dag.

Dinkelland, 18 februari 2014

fractie VVD, C. Demmer

fractie Lokaal Dinkelland, An. Ten Dam

fractie Broekhuis, J. Broekhuis

fractie Bos Maathuis, F. Maathuis

Bijlage

Op weg naar een duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020

afbeelding binnen de regeling

1. Aanleiding

In het collegeprogramma 2010 – 2014 (p.16) staat vermeld dat er een duurzaamheidnota komt die mede is gebaseerd op het werk van de raadswerkgroep in 2009 (leden Jos Johannink, Johan Geerdink, Sebastiaan Slots, Pim Koegler en Rob Huitema).

Verder vermeldt het collegeprogramma dat duurzaamheid breed wordt opgevat, dat zeker aan de orde komen de mogelijkheden van verbetering van het binnenklimaat en de kansen die duurzaamheid biedt voor de ondernemers.

Hieronder treft u de nota aan.

2. Energie

Historie

De eerder genoemde raadwerkgroep heeft namens de gemeenteraad van Dinkelland een rapport aangeboden aan de Raad in 2009. De Raad heeft niet alleen dit rapport vastgesteld maar ook aan het college de opdracht gegeven hierop een passend vervolg te maken. Dit vervolg treft u hieronder aan.

Ontwikkelingen

In de afgelopen jaren is er niet alleen veel veranderd in zijn algemeenheid in onze samenleving, de kredietcrisis, de eurocrisis, de bouwcrisis maar ook zijn er veranderingen opgetreden in de bewustwording over o.a. de demografische ontwikkelingen en tot slot is er bijvoorbeeld ook een beweging ontstaan vanaf lokaal niveau om diverse aspecten rondom energie aan- en op te pakken.

De vraag is niet meer “of” de gemeentelijke overheid alles (of veel) bepaalt maar “welke rol” kan en mag de gemeentelijke overheid nog vervullen op vele terreinen. Voorbeelden hiervan zijn o.a. het ontwikkelen van een multifunctioneel gebouw door een kern, het energieneutraal maken van een kern, het financieren van gemeenschappelijke initiatieven (zogenaamde “crowdfunding”), het oprichten van een coöperatie voor energie inkoop etc.

De samenleving is duidelijk zelf aan zet en pakt die rol meer en meer op. Een herbezinning van de rol van de gemeentelijke overheid is dus op zijn plaats. Vaak wordt de nieuwe rol aangeduid met faciliteren en regisseren. Dat het hierbij steeds vaker gaat om zaken mogelijk te maken – aanpassen van bestaand beleid en bestaande regelgeving en minder om verzoeken om geld – lijkt ook een trend te worden. Willen veranderingen – ook dit soort – kans van slagen hebben dan zullen deze moeten voldoen aan drie criteria “gemak, gewin en genot”. Wanneer deze elementen worden bewerkstelligd door een voorgestane verandering dan is er een kans van slagen.

Bovenstaande impliceert dat de gemeente niet alleen zal faciliteren en regisseren. De rol van de gemeente is dan wel beperkt, maar wel is het belangrijk dat de gemeente een actieve houding aanneemt als het over duurzame energie gaat. De gemeente zal zelf het goede voorbeeld geven en zich aansluiten bij initiatieven uit de samenleving (meebewegen). Regelgeving mag daarin niet beperkend werken. Naast faciliteren en regisseren, moet de gemeente ook voorlichten, stimuleren en promoten. De gemeente gaat daarom op voorhand geen subsidieregelingen opstellen of per definitie deelnemen in allerlei stuurgroepen.

3. Inhoud en criteria

Inhoud

 De eerdergenoemde Raadswerkgroep heeft een uitvoeringsprogramma opgesteld waarbij de focus logischerwijs lag op maatregelen in de gebouwde omgeving én de eigen bedrijfsvoering van de gemeente. De raad heeft in 2012 met algemene stemmen een motie aangenomen om in het kader van de CO2 – versnelling meer acties te ontplooien richting onze burgers en het bedrijfsleven.

In dit kader past het instellen van een energieloket 1.0 voor zowel particulieren als ook bedrijven. De provincie Overijssel heeft echter moeten vaststellen dat dit niet het gewenste effect had bereikt. Mede daarom is een vernieuwde aanpak mogelijk gemaakt: energieloket 2.0.

In september 2013 is in Dinkelland gestart met het Energieloket 2.0. Door aan te sluiten bij de Overijsselse aanpak 2.0, bestaande uit een actievere benadering van woningeigenaren in combinatie met een provinciaal gefinancierd uniform stelsel van een laag renderende lening en een premieregeling, wordt verwacht dat nog meer woningeigenaren in Dinkelland aangezet kunnen worden tot het nemen van energiebesparende maatregelen.

Doelstelling van het gezamenlijke Energieloket 2.0 met de gemeente Tubbergen is het energetisch verbeteren van minimaal 750 woningen. Inmiddels zijn ook alle kernraden in Dinkelland in het kader van het Energieloket 2.0 benaderd om aan te geven op welke wijze zij betrokken willen worden bij het energetisch verbeteren van de woningen in hun kernen. Tot op heden (peildatum 10 december 2013) hebben 7 kernraden – te weten Agelo, Denekamp, Deurningen, Noord Deurningen, Rossum, Tilligte en Weerselo zich gemeld en zijn er gesprekken met hen gevoerd. Met de andere kernraden gaan we nog in gesprek.

Een aparte benadering is opgestart in samenwerking met Natuur en Milieu Overijssel om de kansen voor energiebesparing bij sportverenigingen te bepalen. Een aantal sportverenigingen hebben intussen in het kader van LEADER ook al provinciale subsidies (met co-financiering van de gemeente) aangevraagd en toegekend gekregen voor het treffen van energiemaatregelen aan hun verenigingsgebouwen.

Een lastig onderwerp blijft de mobiliteit. De invloed van een gemeente zoals Dinkelland is hierop zeer beperkt. De ligging van de gemeente en de bereikbaarheid per openbaar vervoer brengt met zich mee dat het brandstofverbruik per huishouden in Dinkelland hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. Wij vinden dan ook dat dit vooral een zaak is van de landelijke of Europese overheid.

Een ons inziens “gouden groene bron” van energie is voor Dinkelland in ieder geval de toepassing van biomassa. In het kader van de biomassa lopen er in ieder geval een tweetal projecten. Het ene project voorziet in een biogasnetwerk in Noord Deurningen opgezet vanuit de Stichting Energie Neutraal Noord-Deurningen. Het andere project voorziet in het gebruik van bermgras uit de gemeente Dinkelland en Tubbergen als grondstof voor een biovergister. Hiervoor wordt op basis van een particulier initiatief door hem een businesscase uitgewerkt. Dit initiatief past binnen het streven om de bermen ecologisch te beheren.

Rond het toepassen van biomassa zien wij helaas ook allerlei complexe vraagstukken optreden zoals de discussie “afvalstof – grondstof”, wat kan aanbestedingstechnisch nog wel en hoe kan dit het beste logistisch worden geregeld. Immers het product biomassa en de toepassing ervan liggen vaak ver uit elkaar. Vraagstukken waarop de antwoorden vaak bij andere partijen liggen zoals hogere overheden en marktpartijen.

Over onze eigen bedrijfsvoering en daarmee onze voorbeeldrol komen wij hieronder nog op terug.

Resumerend kan echter nadrukkelijk worden gesteld dat er kansen liggen in de gebouwde omgeving. De invloed op mobiliteit is zeer beperkt. Dat wij mogelijk beschikken over een interessante energiebron als biomassa maar dat een duidelijke lange termijn benadering dringend gewenst is.

Criteria

Eerder is gesteld dat een manco bij de uitvoering van duurzame ontwikkeling het lange termijnbeleid is omdat het dan omgeven is met vele onzekerheden. Dat geldt in zekere zin ook voor een lange termijn beleid voor energie. Echter ervaringen van andere overheden – binnen Europa – laten ook zien dat een lange termijn focus op bijvoorbeeld een energieneutraal Dinkelland een duidelijke ambitie en richting met zich meebrengt die als daar ook draagvlak voor is binnen onze Dinkellandse gemeenschap kansen biedt voor onze burgers, het bedrijfsleven en andere mogelijke betrokken.

Wij willen voor dit lange termijn perspectief een drietal criteria hanteren:

  • 1.

    Groei,

  • 2.

    Gezond,

  • 3.

    Groen.

Groei

Het eerste criterium is gericht op de kansen voor economische groei. Bekend is dat bedrijfsleven belang heeft bij continuïteit en dus een lange termijn horizon. Het gedrag van de overheid dient voorspelbaar te zijn en een duidelijke richting aan te geven. Een concrete uitwerking kan zijn dat wij eisen stellen bij onze inkoop voor inzet van duurzame energie. Het liefst geleverd door ons lokale bedrijfsleven maar daaraan zijn natuurlijk grenzen in het kader van aanbestedingen.

De groei vertaalt zich naar onze burgers toe in bijvoorbeeld het stimuleren van energiebesparing in de gebouwde omgeving. Hierdoor kunnen – zeker met collectieve maatregelen – de totale woonlasten dalen. Dit is zeker in onzekere economische tijden een belangrijk gegeven.

Een ontwikkeling die hier kan worden genoemd is het oprichten van lokale energiecoöperaties. Het verschil met de vroegere gemeentelijke energiebedrijven is dat van de nieuwe coöperaties de gemeente meestal geen deel meer uitmaakt. De burgers organiseren en regelen het zelf en dat vinden wij een goede zaak. Gelet op signalen uit de praktijk kan er zeker een rol voor ons zijn weggelegd als doorgeefluik c.q. lobbyist bij o.a. de landelijke en provinciale politiek als er bijvoorbeeld belemmerende regelgeving is.

Door een open houding willen wij projecten vanuit de samenleving tijdig faciliteren. Hiervoor is het van belang dat wij vroegtijdig op de hoogte worden gesteld van die projecten. Juist dan is het mogelijk om tijdig en adequaat mee te denken met als resultaat een voorspoedig proces. Op deze wijze kunnen wij in aanloop naar de uitvoering van het project alles in het werk stellen om de te volgen procedures vroegtijdig te starten om vertraging rond de uitvoering van de projecten waar mogelijk te voorkomen.

Gezond

Vooral oudere huizen zijn nogal tochtig. Hierdoor kan vocht optreden. Dit leidt niet alleen tot aanzienlijke stookkosten (dus slecht voor de portemonnee) maar kan ook aanleiding geven tot gezondheidsklachten (schimmelvorming in relatie tot o.a. astma). Een gerichte aanpak in de gebouwde omgeving, denk hierbij niet alleen aan de particuliere huizen maar ook aan bijvoorbeeld scholen, kan leiden tot een veel gezondere leefomgeving. Dat leidt tot minder gezondheidsproblemen en betere schoolprestaties is uit onderzoek elders gebleken.

Groen

De maatschappelijk gewenste verandering heeft tot doel om meer gebruik te maken van groene of duurzame energie. Bij het introduceren van groene energie rijzen nieuwe vragen op zoals de beschikbaarheid en leveringszekerheid. Dat betekent ons inziens dan ook dat nadrukkelijk moet worden gekeken naar zogenaamde “slimme netwerken”. Een onderwerp dat gelukkig al de volle aandacht heeft binnen de Twentse Duurzaamheidsagenda. Voordelen om op groen in te zetten zijn ten eerste dat “groei” en “gezond” kan worden gestimuleerd en ook dat we een kleine bijdrage leveren aan de klimaatverbetering. Ook blijkt dat mensen een grotere betrokkenheid hebben bij dit soort lokale initiatieven omdat het dichtbij is, zichtbaar en zelfs soms voelbaar.

Proces

De eerste versie van deze contourennota is op 20 november 2012 besproken tijdens een informele bijeenkomst met de gemeenteraad. Nu is het volgens ons niet meer dan logisch dat we dit breed communiceren met in ieder geval onze Dinkellandse burgers.

Burgers worden daarom bij dit proces betrokken via het burgerpanel. De uitkomsten zullen een nadere invulling geven van het Energieloket 2.0.

Ook zijn de kernraden benaderd en zoals hierboven gezegd op 10 december 2013 hebben een zevental kernraden hierop positief gereageerd en zijn al gesprekken met hen gevoerd. Met de overige kernraden worden nog afspraken gemaakt.

Rol gemeente

De gemeente kiest er voor om een lokale regie voerende rol aan te nemen. Heel duidelijk wordt er voor gekozen om als gemeente alleen die verantwoordelijkheden op te pakken als daarvoor heel duidelijke een gemeentelijke verantwoordelijkheid geldt.

In het kader van de hiervoor genoemde rol kent de gemeente een drietal kernwaarden, te weten:

Ondernemend - Zakelijk - Betrokken

De rol van de gemeente is dan wel beperkt, maar wel is het belangrijk dat de gemeente een actieve houding aanneemt als het over duurzame energie gaat. De gemeente zal zelf het goede voorbeeld geven en zich aansluiten bij initiatieven uit de samenleving (meebewegen). Regelgeving mag daarin niet beperkend werken. Naast faciliteren en regisseren, moet de gemeente ook voorlichten, stimuleren en promoten.

Voorbeeldrol 2.0

Nadrukkelijk zijn wij zelf ook aan zet. In het verleden was het heel normaal om het goede voorbeeld te geven door het treffen van bijvoorbeeld allerlei energiemaatregelen. Een mooi voorbeeld hiervan is het inkopen van groene energie. Dat doen wij al jaren en zullen wij continueren.

De meer principiële vraag is intussen of het treffen van dat soort maatregelen nu het verschil maakt of dat het echte verschil en daarmee het gewenste voorbeeld geven zich op een heel ander niveau afspeelt.

Eerder is aangegeven dat de rol van de (gemeentelijke) overheid in de samenleving een enorme verandering ondergaat. Wij staan naast de vele partijen in de samenleving en daar waar mogelijk kiezen zij zelf welke wegen het beste kunnen worden bewandeld om het gewenste einddoel te bereiken.

Om betrouwbaar en voorspelbaar te zijn kiezen wij er voor om aan de hand van de criteria “groei, gezond en groen” duidelijk aan te geven waaraan wij toetsen om gezamenlijk te komen tot een energie neutraler Dinkelland. Daarnaast geven wij aan dat wij vroegtijdig op de hoogte van initiatieven willen zijn zodat wij interessante, kansrijke initiatieven optimaal kunnen begeleiden als het gaat om zaken zoals procedures.

Die open houding door midden in de samenleving te willen staan als een gelijkwaardige partner is ons inziens de nieuwe voorbeeldrol die het verschil kan maken. Dat staat nog in de kinderschoenen maar juist vanuit de nieuwe kernwaarden van de gemeentelijke organisatie – ondernemend, zakelijk en betrokken – verwachten wij dat hier in de nabije toekomst goed invulling aan kunnen geven.

Tot slot, in de bijlage is een actieprogramma weergegeven met de onderwerpen die inmiddels in het kader van de totstandkoming van deze duurzaamheidsnota zijn gestart.

4. Conclusies en aanbevelingen

  • °

     De Nota “Op weg naar een Duurzame gemeente Dinkelland 2014-2020” draagt bij aan de in ons lange termijn perspectief genoemde criteria, namelijk:

    -- Groei – economische groei. Denk aan gezamenlijk inkopen duurzame energie, energiebesparing in eigen bedrijfsvoering gemeente, energiebesparende maatregelen thuis.

    -- Gezond – Denk aan een gezondere leefomgeving door betere isolatie.

    -- Groen – goed voor milieu door gebruik te maken van groene/duurzame energie.

  • °

    Gaan we inzetten op het versterken van de rol van de samenleving voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen binnen de gebouwde omgeving en op het gebied van biomassa en daarbij ook onze verantwoordelijkheid nemen als gemeente. Naast faciliteren en regisseren, gaat de gemeente ook voorlichten, stimuleren en promoten. Dit wordt ingevuld door kennis, informatie en ervaring te delen met de samenleving.

  • °

    De stimulerende en faciliterende voorbeeldrol van de gemeente geven we gestalte via het Energieloket 2.0.

  • °

    Reeds in gang gezette initiatieven uit kernen delen we met andere kernen.

  • °

    Focussen we ons op de rol van de gemeente om eventuele beperkende regels voor het treffen van energiemaatregelen te verwijderen, dan wel te versoepelen.

  • °

    Sluiten we aan bij de door de samenleving in gang gezette initiatieven (mee bewegen).

Bijlage: Actieprogramma duurzame initiatieven voor de gemeente Dinkelland

In het kader van een “andere samenleving” is eerder al aangegeven dat de samenleving aan zet is. In de praktijk blijkt dat de samenleving nu al haar verantwoordelijkheid neemt. Dat blijkt uit de initiatieven en ontwikkelingen die inmiddels zijn opgepakt binnen de gebouwde omgeving en op het gebied van mobiliteit en biomassa. Op deze initiatieven en ontwikkelingen wordt hierna verder op ingegaan. 

4.1 Gebouwde omgeving

4.1.1 Woningen  

a. Burgerinitiatieven

Inmiddels wordt door een aantal kernraden in de dorpsplannen plus gewerkt aan duurzaamheidsplannen. Hierbij gaat het om de kernen:

  • a.

    Energieneutraal Noord Deurningen END

  • b.

    Tilligte

  • c.

    Agelo

Met hen zijn we in gesprek om te bezien of plannen als voorbeeld kunnen dienen voor de andere kernen.

Daarnaast hebben een aantal inwoners van de gemeente inmiddels het voortouw genomen en zijn zelf overgegaan tot het energieneutraal maken van hun woningen. Het gaat o.a. om een woning in Denekamp en Ootmarsum. Zij hebben tevens aangegeven ook als voorbeeldwoning te willen dienen voor andere geïnteresseerden. Deze initiatieven worden dan ook meegenomen in de actieve marktbenadering in het kader van het Energieloket 2.0. 

b. Energieloket 2.0

Door aan te sluiten bij de Overijsselse aanpak 2.0, bestaande uit een actievere benadering van woningeigenaren in combinatie met een provinciaal gefinancierd uniform stelsel van een laag renderende lening en een premieregeling, wordt verwacht dat nog meer woningeigenaren in Dinkelland aangezet worden tot het nemen van energiebesparende maatregelen. Doelstelling van het gezamenlijke Energieloket 2.0 met de gemeente Tubbergen is het energetisch verbeteren van minimaal 750 woningen.

In het kader van het Energieloket 2.0 zijn alle kernraden schriftelijk benaderd met de vraag welke activiteiten er op het gebied van energiebesparing reeds plaatsvinden binnen de kern en welke activiteiten vanuit het Energieloket 2.0. kunnen worden georganiseerd dan wel gefaciliteerd. Bij deze activiteiten wordt gedacht aan:

  • -

    Energiebespaarwedstrijden (bijvoorbeeld tussen straten)

  • -

    Een uitleenservice voor meetapparatuur (denk aan vermogensmeters voor apparatuur of verbruiksmeters voor uw totale energieverbruik)

  • -

    Thermografisch onderzoek (bijvoorbeeld een thermografisch onderzoek van een straat, waaruit blijkt hoe gevels en dak zijn geïsoleerd)

  • -

    Het organiseren van gerichte informatieavonden (bijvoorbeeld over spouwmuurisolatie of houtverbranding)

  • -

    Een collectieve inkoopactie (bijvoorbeeld zonnepanelen of cv-ketels)

Naast de hiervoor onder a genoemde burgerinitiatieven hebben we ook al van de kernraden van Denekamp, Deurningen, Rossum en Weerselo enthousiaste reacties mogen ontvangen. Met alle kernen zijn al gesprekken gevoerd over hun plannen op welke wijze deze kunnen dienen als voorbeeld voor de andere kernen. Het enthousiasme waarmee de kernraden hun rol oppakken op velerlei gebieden past binnen het uitgangspunt een “andere samenleving”. In de praktijk blijkt telkens weer dat de samenleving nu al haar verantwoordelijkheid neemt.

In [lees: Door een] open houding aan te nemen willen wij de plannen vanuit de samenleving tijdig faciliteren. Juist dan is het mogelijk om tijdig en adequaat mee te denken met als resultaat een voorspoedig proces en om de te volgen procedures vroegtijdig te starten.  

c. Burgerpanel

De inwoners worden in het kader van het burgerpanel benaderd. We willen met dit onderzoek te weten komen:

  • 1.

    Wat inwoners al doen aan het besparen op duurzame energie

  • 2.

    Welke maatregelen nemen ze

  • 3.

    Wat willen ze nog gaan doen aan duurzame energie

  • 4.

    Wat hebben inwoners nodig om duurzaam met energie om te gaan (bijvoorbeeld voorlichting/informatie)

  • 5.

    Waar valt volgens de inwoners nog winst te behalen op het gebied van duurzame energie.

  • 6.

    Zijn inwoners bekend met het energieloket van de gemeente (en willen ze daar info over)

De resultaten uit het burgerpanel dienen als input voor de actieve marktbenadering in het kader van het Energieloket 2.0. Hiervoor is al aangegeven op welke wijze de samenleving nu al actief is. 

4.1.2 Maatschappelijke organisaties

In samenwerking met Natuur en Milieu Overijssel en de gemeente Tubbergen is het project “Maatschappelijke organisaties gaan duurzaam” gestart. De genoemde gemeenten spelen hierin een faciliterende en stimulerende rol. De maatschappelijke organisaties worden geacht om zelf gezamenlijk de synergievoordelen te behalen. 

Met dit project gaan we samen met lokale partijen op zoek naar win-win situaties: “geld besparen door te verduurzamen”. Met dit project wordt het volgende doel: 

“Realisatie van energiebesparing en indien mogelijk duurzame energieopwekking bij sportaccommodaties en Kulturhusen/dorpshuizen in de gemeente Dinkelland”

Door het verstrekken van de juiste, voor hen van belang zijnde informatie, proberen we samen het gestelde doel te verwezenlijken. Deze informatie wordt voor alle maatschappelijke organisaties beschikbaar gesteld via de website van het Energieloket 2.0.

4.1.3 Gemeente

Door de terugtredende overheid is er een beweging ontstaan vanaf lokaal niveau om diverse aspecten o.a. rondom energie op te pakken. “Meer Samenleving, Minder Overheid”. De gemeente Dinkelland is inmiddels op een aantal fronten bezig om haar faciliterende, stimulerende en regisserende rol ten uitvoer te brengen. Daarvoor is aansluiting gezocht bij het Provinciale project “Bewust Verlichten”.

Bewust Verlichten

Het gaat om lichtvervuiling in de breedste zin van het woord. Lichtbeleid gaat naast energiebesparing ook over welzijn van mens en dier (dag/nachtritme) en verkeers- en sociale veiligheid. In Twente zijn 9 gemeenten daarover met elkaar in gesprek en in 2010 is er een modelnota voor gemeenten gemaakt. De provincie heeft budget beschikbaar gesteld om een bewustwordingsproces op gang te brengen.

Zij stimuleert het energiezuiniger maken van wegverlichting. Ook het weghalen van verlichting daar waar het niet nodig is. Bewuster verlichten is veilig en bespaart energie. Het provinciale project “Bewust Verlichten” heeft betrekking op buitengebied, bedrijventerreinen en ondernemers. 

- Buitengebied

Voor het buitengebied is onderzocht of verlichting kan vervallen of worden gedimd. In het kader van regulier onderhoud zijn in het najaar 2013 reeds verschillende masten c.q. armaturen vervangen. Door het toepassen van de nieuwste technieken kan op plekken waar nu meerdere masten staan met minder masten dezelfde lichtopbrengst worden gegenereerd. Door het verminderen van de masten en het toepassen van de nieuwste technieken wordt een aanzienlijke energiebesparing bewerkstelligd.  

- Bedrijventerreinen

Voor de bedrijventerreinen is de stand van zaken met betrekking tot de openbare verlichting onderzocht. Gebleken is dat er nauwelijks of geen winst valt te behalen met het vervangen van masten c.q. armaturen. Alleen in het kader van de herstructurering van het terrein Kloppendijk in Denekamp worden de bestaande masten vervangen en worden tevens de nieuwste technieken toegepast. Op nieuw aan te leggen terreinen worden eveneens de nieuwste technieken toegepast. 

- Ondernemers

In het kader van het project “Bewust Verlichten” wordt in overleg met het ondernemerspanel een informatie avond belegd om de ondernemers in het kader van “Duurzaam Ondernemen” bewuster om te laten gaan met verlichting op hun eigen terrein, zowel binnen als buiten hun bedrijfspand.  

Ook in het kader van het gemeentelijk Energieloket 2.0 en het provinciale project “Slim Energie Thuis” wordt het bedrijfsleven actief betrokken bij het energetisch verbeteren van woningen. 

4.2 Mobiliteit (particulier en zakelijk)

Binnen de Regio Twente wordt in het ambtelijk en het portefeuillehoudersoverleg Milieu en Duurzaamheid overleg gevoerd over E-rijden. Concrete acties zijn nog niet bekend. 

4.3 Biomassa

Op het gebied van biomassa worden met name vanuit de samenleving al verschillende biomassa projecten uitgevoerd. Hierbij gaat het om de volgende projecten: 

Vermarkten bermgras

Op dit moment wordt er op basis van een particulier initiatief een businesscase uitgewerkt om het vrijkomende gras uit de bermen van de gemeente Dinkelland en Tubbergen te gebruiken als grondstof voor een biovergister. Dit initiatief past binnen het streven om de bermen ecologisch te beheren.  

Ontwerp businesscase biogas- en zonne-energie systeem

De doelstelling van dit werk is het realiseren van een biogassysteem in Noord Deurningen.

Het biogas- en zonne-energie systeem draagt bij aan het realiseren van een Energieneutraal Noord Deurningen in 2020. Het biogassysteem is bovendien een duurzame energievoorziening die resulteert in het vervangen van fossiele brandstoffen door hernieuwbare energie. Het biogas- en zonne-energie systeem wordt een collectief dorpsysteem waarin de bewoners en (agrarische) bedrijven participeren. Door dit collectieve systeem wordt ook het netwerk, waarin lokale partners hun verantwoordelijkheid nemen voor het sociaal en economisch vitaal houden van het platteland, versterkt. 

5. Conclusie

Met hetgeen hiervoor is weergegeven is een actieprogramma geformuleerd dat inhoud geeft aan het begrip Duurzaamheid voor de gemeente Dinkelland. Hiermee wordt voldaan aan de uitgangspunten zoals verwoord in het rapport “Op weg naar een DUURZAME gemeente Dinkelland” opgesteld door een daarvoor samengestelde raadswerkgroep. 

Met de realisatie van alle genoemde projecten hebben we bijgedragen aan de in ons lange termijn perspectief genoemde criteria, namelijk:

  • °

    Groei – economische groei. Denk aan gezamenlijk inkopen duurzame energie, energiebesparing in eigen bedrijfsvoering gemeente, energiebesparende maatregelen thuis.

  • °

    Gezond – Denk aan een gezondere leefomgeving door betere isolatie.

  • °

    Groen – goed voor milieu door gebruik te maken van groene/duurzame energie.