Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland houdende regels omtrent rioolaansluiting 2020 gemeente Dinkelland

Geldend van 04-02-2020 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland houdende regels omtrent rioolaansluiting 2020 gemeente Dinkelland

Behorend bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland d.d. 10-12-2019

Aanleiding voor deze notitie.

In het Gemeentelijke Rioleringsplan 2019 – 2024 van de gemeente Dinkelland, hierna te noemen GRP, is op hoofdlijn beleid geformuleerd voor nieuwe aansluitingen op de riolering, zie bijgaand kader.

BELEID NIEUWE AANSLUITINGEN OP DE RIOLERING

Uitgangspunt is dat alle nieuwe percelen worden aangesloten op de riolering. Vooralsnog is voor een nieuwe aansluiting een forfaitair bedrag gekozen van € 3.000,-- binnen de bebouwde kom en € 9.000,-- buiten de bebouwde kom. Het verschil is gebaseerd op ervaringscijfers. Binnen de bebouwde kom volstaat meestal een sleuf door de weg met een aansluiting op de vrijvervalriolering terwijl buiten de bebouwde kom dikwijls zwaardere ingrepen aan de orde zijn zoals bijvoorbeeld een nieuwe pompunit.

Voor de aanvrager zijn er daarnaast de kosten voor de aansluitleiding op het eigen terrein.

Voor lozingen groter dan 1 m3/dag, dus meer dan een normale huishoudelijke lozing, geldt dat de kosten in rekening worden gebracht die nodig zijn om het stelsel geschikt te maken voor deze grotere lozing. Denk hierbij aan een grotere leiding, rioolgemaal met dubbele pompen en extra elektronica. Dit geldt voor nieuwe lozingen en voor bestaande lozingen die worden uitgebreid.

Verordening rioolaansluitrecht opstellen met de tarieven en aanduiding van de gebieden waar aansluiting op de riolering mogelijk is en waar niet

Tijdens de uitwerking ontstond het inzicht dat een verordening mogelijk knellend kan worden in de uiteenlopende praktijksituaties. Er is daarom gekozen voor de vorm van beleidsregels, zoals verwoord in deze notitie. Bij nieuwe aansluitingen binnen en buiten de bebouwde kom was er voortdurend discussie of het genoemde bedrag wel kostendekkend is en achteraf niet te hoog blijkt te zijn. Voorgesteld om uit te gaan van gedifferentieerde vaste bedragen, gebaseerd op jarenlange ervaring met daadwerkelijke kosten.

Aanvraagformulier

De aanvraag voor een aansluiting verloopt via een aanvraagformulier, verkrijgbaar bij de gemeente dan wel via de gemeentelijke website, en in te vullen door de aanvrager. Het is verboden buiten de gemeente om aansluitingen op de openbare riolering te realiseren, evenals de aanleg van riolering.

Kosten voor een nieuwe aansluiting

Het maken van een nieuwe aansluiting op de bestaande riolering kost geld. De gedachte is dat dit wordt opgebracht door degene die het profijt heeft van de nieuwe aansluiting. Het loopt daarom niet via de rioolheffing die jaarlijks door alle aangeslotenen wordt opgebracht, maar via een eenmalige betaling door de aanvrager aan de gemeente. Dit heeft de vorm van een privaatrechtelijke overeenkomst tussen de aanvrager en de gemeente. Het ingevulde en ondertekende aanvraagformulier geldt als het contractdocument. De kosten voor een aansluiting op het riool, binnen de bebouwde kom dan wel het buitengebied, is afhankelijk van de uit te voeren werkzaamheden.

Aansluitkosten voor nieuwe rioolaansluitingen binnen de kom /vrij verval riolering

Hierbij kan het gaan om de volgende werkzaamheden:

  • -

    een enkele aansluiting op het riool (standaard) 10m: € 950,-

  • -

    een dubbele aansluiting op het riool (gescheiden stelsel) 10m: € 1600,-

  • -

    meerprijs voor extra meters: € 60,-

  • -

    meerprijs voor zagen door asfalt: € 850,-

  • -

    meerprijs voor eventuele bronnering € 500,-

Deze kosten zijn gebaseerd op een aantal offertes en facturen van de afgelopen jaren die leiden tot de bovenstaande gemiddelde bedragen.

Aansluitkosten voor nieuwe rioolaansluitingen op de drukriolering in het buitengebied.

De kosten voor een nieuwe aansluiting op de drukriolering zijn hoger omdat bij dergelijke aansluitingen meer werkzaamheden moeten worden verricht zoals:

  • -

    Plaatsen van een pompput met pomp + schakelkast

  • -

    Aansluitkosten elektra netwerk

  • -

    Aansluitkosten persleiding

  • -

    In- en uitbedrijf stellen drukriolering t.b.v. aansluiten

Kosten zijn sterk afhankelijk van de locatie en afstand tot de bestaande persleiding. Tot op heden werd voor een aansluiting drukriolering in het buitengebied € 9.000,- in rekening gebracht. Bij ongeveer de helft van de aansluitingen op drukriool moet daadwerkelijk ook een nieuw gemaal worden geplaatst, de andere helft kan vaak onder vrij verval naar een bestaand gemaal. De vraag die zich hier voor doet is of het rechtvaardig is om alle aan te sluiten percelen op het drukriool op deze wijze te belasten. Dat leidt telkens tot de discussie waarom een aan te sluiten perceel meer moet betalen dan de werkelijk te maken kosten. Dat los van het feit of er wel of geen gemaal moet worden geplaatst. In praktijk wordt voor het aansluiten op het drukriool in het buitengebied uitgegaan van het solidariteitsbeginsel. Daarbij wordt bij elke nieuwe aansluiting uitgegaan van een vast bedrag per aansluiting van € 9.000. Uitgaan van de werkelijke kosten is niet reëel omdat voor de ene aansluiting meer kosten moeten worden gemaakt dan voor de andere.

Voorbeeld:

voor een nieuwe aansluiting moet een nieuwe gemaal met alle bijkomende kosten worden betaald die de € 9.000 ver overstijgen terwijl een volgende aansluiting op hetzelfde deel van dat drukriool alleen de daadwerkelijke kosten zou hoeven te betalen. De vraag is of dat rechtvaardig is. Gelet op het eerder genoemde solidariteitsbeginsel is er voor gekozen om alle nieuwe aansluitingen op het drukriool in het buitengebied een zelfde tarief voor een aansluiting te laten betalen.

Onderscheid per lozing

In praktijk zijn er drie situaties denkbaar voor een lozing op het riool:

  • 1.

    Nieuwe aansluiting binnen de bebouwde kom bij een normale lozing van minder dan 1 m3 afvalwater per etmaal worden de daadwerkelijke aansluitkosten in rekening gebracht. De kosten bedragen voor:

    • -

      een enkele aansluiting op het riool (standaard) 10m: € 950,-

    • -

      een dubbele aansluiting op het riool (gescheiden stelsel) 10m: € 1600,-

    • -

      meerprijs voor extra meters: € 60,-

    • -

      meerprijs voor zagen door asfalt: € 850,-

    • -

      meerprijs voor eventuele bronnering € 500,-

  • 2.

    Nieuwe aansluiting in het buitengebied bij een normale lozing van minder dan 1 m3 afvalwater per etmaal, betaald een vast bedrag van € 9.000, gebaseerd op een aantal offertes en facturen van de afgelopen jaren.

  • 3.

    Voor grotere lozingen dan 1 m3 per etmaal is altijd maatwerk vereist, zowel binnen als buiten de bebouwde kom. De grens van 1 m3 per etmaal komt overeen met de gemiddelde hoeveelheid afvalwater van 8 personen. Een grotere lozing impliceert zwaardere eisen aan de afvoerroute. Dit vergt dikwijls grotere pompputten met meer pompen en andere elektronica en soms aanpassingen benedenstrooms. De werkelijk te maken kosten worden in rekening gebracht, zowel van de aansluiting als van benodigde aanpassingen aan de riolering. Hierbij gaat de gemeente uit van door haar geselecteerde aannemers en door haar gestelde eisen aan het ontwerp en de uitvoering, om zodoende een goede werking op lange termijn te garanderen.

In alle gevallen zijn de aanvullende kosten voor de werkzaamheden op eigen terrein, om de gebouwriolering te kunnen aansluiten op het ontstoppingsstuk van de gemeente, voor rekening van de aanvrager.

Aansluitkosten worden in rekening gebracht per afzonderlijk adres of bedrijfspand.

Kosten door grotere lozing via een bestaande aansluiting

Een bestaande lozing kan aanmerkelijk worden vergroot als het gebruik van het perceel wijzigt of wordt uitgebreid. Soms is dan aanpassing van de afvoerroute vereist. In dat geval geldt hetzelfde als hiervoor beschreven bij situatie 3 voor een nieuwe aansluiting.

Aanleg van een nieuwe riolering

Aanleg van nieuwe riolering is een verdergaande actie dan het maken van een aansluiting op de bestaande riolering.

Aanleg van nieuwe riolering is vanzelfsprekend bij de aanleg van een nieuwe woonwijk of bedrijventerrein. In dergelijke gevallen wordt de riolering meegenomen bij het bouwrijp maken. Dit betreft de riolering op het terrein zelf. De kosten worden verwerkt in de planexploitatie van het nieuwe project. Daarnaast is dikwijls sprake van een persleiding of verzwaring van bestaande riolering waarop wordt aangesloten. De kosten hiervan worden eveneens ten laste gebracht van het nieuwe project.

Het beleid van de gemeente Dinkelland is om nieuwe percelen aan te sluiten op de riolering.

Wetgeving voor lozingen op de riolering kort samengevat:

Lozingen op de riolering vallen onder de milieuwetgeving:

  • •

    Lozingen vanuit bedrijven (Wm – inrichtingen) vallen onder het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, afgekort Barim en veelal aangeduid als het Activiteitenbesluit. De activiteiten zijn opgedeeld in diverse categorieën.

    • o

      In artikel 3.4 staan de zogenaamde afstandscriteria. Lozen van huishoudelijk afvalwater of daarop gelijkend bedrijfsafvalwater in de bodem of op oppervlaktewater is alleen toegestaan als de riolering verder weg ligt dan:

      • •

        40 m bij lozingen tot en met 10 i.e.

      • •

        100 m bij lozingen van 11 tot 25 i.e.

      • •

        600 m bij lozingen van 25 tot 50 i.e.

      • •

        1500 m bij lozingen van 50 tot 100 i.e.

      • •

        3000 m bij lozingen van 100 tot 2000 i.e.

  • •

    Lozingen door particuliere huishoudens vallen onder het Besluit lozing afvalwater huishoudens, afgekort Blah.

    • o

      In artikel 7 staat dat lozen niet is toegestaan als riolering aanwezig is op minder dan 40 m vanaf het perceel.

  • •

    Overige lozingen vallen onder het Besluit lozen buiten inrichtingen (Blbi). Hierin is ondermeer geregeld dat hemelwaterlozingen zijn toegestaan mits de zorgplicht in acht wordt genomen. In bijzondere gevallen kan de waterbeheerder maatwerkvoorschriften opleggen.

  • •

    Steeds geldt het zorgplichtbeginsel voor afvalwaterlozingen:

    • o

      Het voorkomen of beperken van bodemverontreiniging;

    • o

      Het voorkomen of beperken van oppervlaktewaterverontreiniging;

    • o

      Het beschermen van de doelmatige werking van de voorzieningen voor afvalwaterbeheer, zoals de riolering en de zuivering;

    • o

      Het voorkomen van het ontstaan van afvalwater;

    • o

      Doelmatig afvalwaterbeheer;

    • o

      Geen lozingen zoals olie in het riool;

    • o

      Geen afvalwater lozen in het hemelwaterriool.

  • •

    Voor de meeste lozingen is de afdeling Milieu van de gemeente het bevoegd gezag of een op afstand opererende milieudienst.  

Relevante wetgeving bij het lozen op de riolering en het hebben van een aansluiting op de riolering valt uiteen in twee gedeelten:

  • •

    Het lozen op de riolering valt onder de milieuwetgeving, zoals hierboven samengevat.

  • •

    De aansluiting op de riolering en de daarbij behorende technische eisen vallen onder de bouwwetgeving. Het gaat dan met name om het Bouwbesluit 2012.

Ondertekening