Regeling vervallen per 12-03-2019

Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen)

Geldend van 20-03-2008 t/m 11-03-2019

Intitulé

Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen)

De raad van de gemeente Doesburg;

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 28 februari 2008;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de numme­ring van gebou­wen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaat­sen (adressen):

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    College: het college van burgemeester en wethouders.

  • b.

    Openbare ruimte: alle voor het openbaar rijverkeer of ander verkeer openstaande we­gen of paden, pleinen, plaatsen, plantsoenen, bruggen, viaducten,  knooppunten of daarmee vergelijkbare plaatsen of constructies en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begre­pen alle bouwwerken die daar deel van uitmaken.

  • c.

    Woonplaats: een door het college aangewezen gebied waaraan een woonplaatsnaam is toegekend.

  • d.

    Bouwwerk:  elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestem­ming hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond en bedoeld is om ter plaatse te functioneren.

  • e.

    Gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdek­te, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

  • f.

    Complex: een afgebakend samengesteld geheel van gebouwen en bouwwerken  (industrie­complex, complex met vakantiehuisjes, kazernecomplex, agrarisch complex, jachthavencomplex, etc.).

  • g.

    Afgebakend terrein: een terrein met afsluitbare toegang, waarop zich geen bouwwer­ken bevinden.

  • h.

    Ligplaats: een deel van het openbare water dat is bestemd voor het permanent afmeren van een (woon)schip of een woon­ark.

  • i.

    Standplaats: een kavel, die is bestemd voor het plaatsen van een woon­wagen, waarop (nuts)voorzienin­gen aanwezig zijn.

  • j.

    Nummer: een nummer dat bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter of cijfer, of ­combi­na­tie van letters en cijfers.

  • k.

    Object: een gebouw, complex, afgebakend ter­rein, ligplaats of stand­plaats.

  • l.

    Rechthebbende: eenieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht de beschik­king heeft over een onroerende zaak, alsmede de beheerder.

  • m.

    Uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen van technische en administratie­ve aard.

Artikel 2 Naamgeving van woonplaatsen en van delen van de openbare ruimte

  • 1. Het college stelt voor het totale grondgebied van de gemeente ten minste een woonplaats vast en kan een woonplaats in wijken of buurten verdelen, zonodig daaraan namen, letters of nummers toekennen.

  • 2. Het college kent voor het totale grondgebied van de gemeente namen toe aan te onderscheiden delen van de openbare ruimte en zonodig aan bouwwerken.

  • 3. Onder vaststellen, verdelen en toekennen, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de vaststelling, verdeling en toekenning.

Artikel 3 Nummering van objecten

  • 1. Het college kan aan een object of een te onder­scheiden deel daarvan een nummer toekennen.

  • 2. Aan een object dat een nummer heeft gekregen, moet het num­mer op een doeltref­fende wijze zijn aangebracht.

  • 3. Onder toekennen, zoals bedoeld in het eerste lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de toekenning.

Artikel 4 Namen en nummers aanbrengen

  • 1. De door het college aan delen van de openbare ruimte toege­ken­de namen worden zichtbaar en in voldoen­de aantallen ter plaatse aangebracht.

  • 2. Het is een ieder verboden op eigen initiatief naam- of nummerborden aan te brengen.

Artikel 5 Gedoogplicht naamborden

  • 1. Indien het college het nodig oordeelt dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straat­namen en verwijsborden aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de recht­hebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden overeen­komstig de aanwijzingen van het college worden aange­bracht, onder­houden, gewijzigd of verwijderd.

  • 2. De rechthebbende dient er zorg voor te dragen dat de in het eerste lid genoemde borden vanaf de openbare weg duidelijk leesbaar blijven.

Artikel 6 Nummerborden aanbrengen

  • 1. De rechthebbende is verplicht het nummer, zoals be­doeld in artikel 3, eerste lid, binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van het college aan te brengen.

  • 2. Tenzij door het college anders is besloten, is de rechtheb­bende van een object verplicht het in het eerste lid genoemde nummer, alsmede daarmee verband houdende verwijs- en verzamelborden aan te ­brengen op een wijze zoals krachtens artikel 7 is bepaald.

  • 3. Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na voltooi­ing aangebracht.

  • 4. Het college kan de in het tweede en derde lid genoem­de termijn verlengen.

Artikel 7 Uitvoeringsvoorschriften

Het college is bevoegd nadere uitvoeringsvoorschriften te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 8 Strafbepaling

  • 1. Overtreding van artikel 4, tweede lid, of het niet vol­doen aan de bepaling­en in artikel 5 en 6, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze regeling zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren die ook zijn aangewezen met betrekking tot het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de APV.

Artikel 9 Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het streekblad waarin zij is geplaatst.

Artikel 10 Vervallen oude regels

Met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen alle eerdere gemeentelijke regels en voorschriften voor het benoemen van delen van de openbare ruimte en het nummeren van de daaraan liggende objecten.

Artikel 11 Overgangsbepalingen

  • 1. Namen en nummers die op grond van de in artikel 10 ge­noemde regels en voorschrif­ten aan delen van de openbare ruimte en objecten zijn toegekend, blijven na het in werking treden van deze verorde­ning be­staan.

  • 2. Het college kan in afwijking van het eerste lid besluiten dat de op grond van de in het eerste lid genoemde regels en voorschriften aangebrachte namen en nummers binnen een door hem te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en num­mers die voldoen aan de bij of krachtens deze verorde­ning gestelde voor­schriften.

  • 3. Bij het wijzigen van een naam of nummer, als bedoeld in het tweede lid, zullen zowel de oude en de nieuwe naam als het oude en het nieuwe nummer gedurende een jaar mogen worden gebruikt op de wijze die bepaald is in de uitvoe­ringsvoorschriften bijlage A, bedoeld in artikel 7.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening naamgeving en nummering (adressen) gemeente Doesburg 2008’

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Doesburg in zijn openbare vergadering van 28 februari 2008.
 
De griffier, De voorzitter,
W. Stoppels, H.G. Overweg

Bijlage A

Technische uitvoeringsvoorschriften als bedoeld in artikel 7

Het college van Doesburg, gelet op artikel 3 en artikel 7, van de Verordening ­naamgeving en nummering, besluit vast te stellen de volgende:

Technische uitvoeringsvoor­schriften voor de nummering

 

Artikel 1  Wijze van toekenning van nummers

De wijze van toekenning van de nummers gebeurt overeen­komstig systeem A uit de Nederlandse norm NEN 1773, uitgave 1983.

Artikel 2  Plaatsing van de nummerdragers

Nummerdragers worden aangebracht overeen­komstig het gestelde in de Nederlandse norm NEN 1773, uitgave 1983.

Artikel 3  Afmetingen en vormgeving nummerdragers

  • 1.

    Nummerdragers moeten voldoen aan het gestelde inzake afmetin­gen en vormgeving in de Nederland­se norm NEN 1774, uitgave 1959.

  • 2.

    Indien niet kan worden voldaan aan het voorschrift van het eerste lid, hebben de nummerdragers een mate van leesbaarheid die ten minste gelijkwaardig is aan wat wordt beoogd met het eerste lid.

Artikel 4  Materiaalkeuze voor de nummerdragers

Het materiaal dat wordt toegepast voor de vervaardiging van al dan niet te verlichten nummerdragers, is in overeenstemming met het over de uitvoe­ring van de dragers  gestelde in de Neder­landse norm NEN 1774, uitgave 1959.

Artikel 5  Voeren oude en nieuwe nummers

Bij het gedurende een jaar naast elkaar gebruiken van de oude naam of het oude nummer naast de nieuwe naam of het nieuwe nummer wordt de oude naam met een streep en het oude nummer met een kruis doorgehaald.

 

Artikel 6  Naamdragers

De naamdragers moeten voldoen aan de gestelde functionele eisen ten aanzien van de afmetingen, de uitvoering, de constructie, de kleursoorten en de lichttechnische eigenschappen van de toegepaste materialen en de plaatsing van naamborden en naamverwijsborden, zoals vervat in de Nederlandse norm NEN 1772, uitgave 1992.

 

Aldus vastgesteld door het college in de vergadering van 29 januari 2008.

 

 

De secretaris, De burgemeester,

F.J. Wester, H.G. Overweg