Regeling vervallen per 01-01-2019

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2018

Intitulé

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

HET DRECHTSTEDENBESTUUR

gezien de Verordening maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning;

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de artikelen 1.2, vierde en vijfde lid van de Verordening maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning,

BESLUIT:

vast te stellen het navolgende:

Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In dit besluit wordt onder 'verordening' verstaan: de geldende verordening maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden.

  • 2. Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Algemene wet bestuursrecht en de verordening.

Hoofdstuk 2 Persoonsgebonden budget

Paragraaf 1 Verantwoording pgb

Artikel 2.1 Controle en verantwoording pgb

  • 1. Iedere cliënt legt verantwoording af over (de besteding van) het persoonsgebonden budget.

  • 2. De cliënt voert een deugdelijke administratie in verband met de verantwoording.

  • 3. De controle van de verantwoording van het persoonsgebonden budget door de cliënt aan het Drechtstedenbestuur vindt steekproefsgewijs plaats waarbij de omvang van de steekproef aan de hand van een risico inschatting wordt bepaald.

Paragraaf 2 Hoogte persoonsgebonden budget

Artikel 2.2 Pgb-bedragen

De pgb-bedragen voor de diverse voorzieningen zijn opgenomen in bijlage 1.

Paragraaf 3 Voeren van een gestructureerd huishouden

Artikel 2.3 Persoonsgebonden budget huishoudelijke ondersteuning

  • 1. Een persoonsgebonden budget voor huishoudelijke ondersteuning wordt vastgesteld op basis van een indicatie voor ‘Huishoudelijke ondersteuning’ of ‘Huishoudelijke ondersteuning+’.

  • 2. De omvang van het persoonsgebonden budget wordt vastgesteld in uren per week.

Paragraaf 3 Zelfregie over het dagelijkse leven

Artikel 2.4 Persoonsgebonden budget individuele begeleiding

  • 1. Het persoonsgebonden budget voor individuele begeleiding wordt vastgesteld op basis van een indicatie voor individuele begeleiding 1 (IB 1), individuele begeleiding 2 (IB 2), individuele 3 (IB 3) of individuele begeleiding 4 (IB 4).

  • 2. De omvang van de individuele begeleiding, waarvoor het persoonsgebonden budget is bedoeld, wordt vastgesteld in uren per bijdrageperiode.

Artikel 2.5 Persoonsgebonden budget dagbesteding

  • 1. Het persoonsgebonden budget voor dagbesteding wordt vastgesteld op basis van een indicatie voor de bepaalde categorie dagbesteding.

  • 2. De omvang van de dagbesteding, waarvoor het persoonsgebonden budget is bedoeld, wordt vastgesteld in klassen.

Hoofdstuk 3 Bijdrage in de kosten

Artikel 3.1 Kostprijs

  • 1. De kostprijs van individuele begeleiding bij verstrekking in natura is € 0,00.

  • 2. De kostprijs van individuele begeleiding bij verstrekking van een persoonsgebonden budget is € 0,00.

  • 3. De kostprijs van dagbesteding, inclusief het geïndiceerde vervoer, bij verstrekking in natura is € 0,00.

  • 4. De kostprijs van dagbesteding, inclusief het geïndiceerde vervoer, bij verstrekking van een persoonsgebonden budget is € 0,00.

  • 5. De kostprijs van huishoudelijke ondersteuning bij verstrekking in natura is:

    • a.

      € 117,36 per vier weken voor huishoudelijke ondersteuning zorgstudio (HOZ)

    • b.

      € 195,56 per vier weken voor huishoudelijke ondersteuning (HO)

    • c.

      € 338,48 per vier weken voor huishoudelijke ondersteuning + (HO+)

  • 6. De kostprijs bij verstrekking in natura van maatwerkvoorzieningen, die worden afgenomen van de gecontracteerde leveranciers, is:

    • a.

      €28,13 per vier weken voor scootmobiel 1

    • b.

      €38,74 per vier weken voor scootmobiel 2

    • c.

      €45,61 per vier weken voor fietsvoorziening 1, btw hoog (indicatiegroep 8A)

    • d.

      €91,22 per vier weken voor fietsvoorziening 1, btw hoog incl. trapondersteuning (indicatiegroep 8B)

    • e.

      €39,96 per vier weken voor fietsvoorziening 1, btw laag (indicatiegroep 8C)

    • f.

      €79,92 per vier weken voor fietsvoorziening 1, btw laag incl. trapondersteuning (indicatiegroep 8D)

    • g.

      €61,93 per vier weken voor fietsvoorziening 2

    • h.

      €101,90 per vier weken voor fietsvoorziening 2 met trapondersteuning

    • i.

      €39,96 per vier weken voor toevoeging elektrische aandrijf - of trapondersteuningen (alleen bij vervoersvoorzieningen)

    • j.

      €44,48 per vier weken voor til/transferhulpmiddel 1

    • k.

      €57,01 per vier weken voor tilliften 2

    • l.

      €12,93 per vier weken voor bad- douche- toiletvoorzieningen 1 btw hoog (indicatiegroep 16A)

    • m.

      €11,31 per vier weken voor bad- douche- toiletvoorzieningen 1 btw laag (indicatiegroep 16B)

    • n.

      €36,44 per vier weken voor bad- douche- toiletvoorzieningen 1 btw hoog (indicatiegroep 17A)

    • o.

      €31,93 per vier weken voor bad- douche- toiletvoorzieningen 1 btw laag (indicatiegroep 17B)

  • 7. De kostprijs van kortdurend verblijf in natura is € 160,53 per etmaal.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 4.1 Overgangsrecht

  • 1. Het Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden, zoals dit luidt voor de inwerkingtreding van dit Besluit, blijft van toepassing ten aanzien van cliënten die op 31 december 2017 een persoonsgebonden budget voor dagbesteding ontvingen, totdat het Drechtstedenbestuur een nieuw besluit met inachtneming van dit Besluit heeft genomen, met dien verstande dat vanaf 1 januari 2018 de pgb-bedragen gelden zoals opgenomen in bijlage 1.

  • 2. Aanvragen die zijn ingediend vóór inwerkingtreding van dit besluit en waarop nog geen beslissing is genomen ten tijde van de inwerkingtreding van dit besluit, worden afgehandeld met inachtneming van dit Besluit.

Artikel 4.2 Inwerktreding

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking per 1 januari 2018.

  • 2.

    Bij het inwerkingtreden van deze beleidsregels wordt de voorgaande versie van dit besluit, vastgesteld 9 november 2017, ingetrokken.

Artikel 4.3 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als “Besluit maatwerkvoorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden”.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van het Drechtstedenbestuur van 13 december 2017,
de secretaris, de voorzitter,
mr. drs. P.I.M. van den Wijngaart mr. A.W. Kolff

Bijlage 1

Deze bijlage bevat de bedragen die behoren bij de persoonsgebonden budgetten voor de diverse voorzieningen.

Huishoudelijke ondersteuning

Het persoonsgebonden budget bedraagt:

  • ·

    € 15,55 per uur voor ‘Huishoudelijke ondersteuning’

  • ·

    € 19,05 per uur voor ´Huishoudelijke ondersteuning +’

Individuele begeleiding

  • 1.

    Het persoonsgebonden budget bij dienstverlening door professionele hulpverleners bedraagt:

  • ·

    € 43,51 per uur voor IB 1, IB 2 en IB 3.

  • ·

    € 1.948,68 per vier weken voor IB 4.

  • 2.

    Het persoonsgebonden budget voor IB 1, IB 2 of IB 3, als bedoeld onder 1., kan worden verhoogd met een opslag van € 14,24 per uur.

  • 3.

    Het persoonsgebonden budget bij dienstverlening door een persoon uit het sociaal netwerk bedraagt € 20,00 per uur.

Kortdurend verblijf

  • 1.

    Het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf bij dienstverlening door professionele hulpverleners bedraagt voor de verblijfscomponent maximaal € 41,95 per etmaal.

  • 2.

    Het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf bij dienstverlening door een persoon uit het sociaal netwerk bedraagt voor de verblijfscomponent maximaal € 30,00 per etmaal.

Dagbesteding

Klasse 1

Klasse 2

Klasse 3

Klasse 4

Klasse 5

belevingsgericht

€ 283,09

€ 566,19

€ 849,28

€ 1.132,37

€ 1.415,44

belevingsgericht intensief

€ 395,01

€ 790,03

€ 1.185,04

€ 1.580,04

€ 1.975,04

arbeidsmatig

€ 298,88

€ 597,76

€ 896,64

€ 1.195,52

€ 1.494,40

arbeidsmatig intensief

€ 432,59

€ 865,18

€ 1.297,77

€ 1.730,36

€ 2.162,95

ontwikkelingsgericht

€ 328,77

€ 657,54

€ 986,30

€ 1.315,07

€ 1.643,84

  • 1.

    Het persoonsgebonden budget voor dagbesteding bedraagt per vier weken:

  • 2.

    Het persoonsgebonden budget voor vervoer van en naar de dagbesteding bedraagt:

  • a.

    € 7,01 per dag voor regulier vervoer.

  • b.

    € 19,97 per dag voor het rolstoelvervoer.

  • 3.

    In afwijking van het eerste en tweede lid en in overeenstemming met artikel 4.2, eerste lid bedraagt het persoonsgebonden budget voor cliënten die op 31 december 2017 een persoonsgebonden budget voor dagbesteding ontvingen, voor dagactiviteit basis (H531), dagactiviteit som. ondersteunend (H800), dagactiviteit PG (H533), dagactiviteit (begeleiding) VG licht (H811), dagactiviteit (begeleiding) VG midden (H812), dagactiviteit (begeleiding) VG zwaar (H813), dagactiviteit (begeleiding) LG midden (H832), dagactiviteit (begeleiding) LG zwaar (H833) bij dienstverlening door professionele hulpverleners per jaar maximaal:

Klasse

Zonder vervoer

Met vervoer

1

€ 1.771,75

€ 2.191,28

2

€ 3.542,47

€ 4.381,51

3

€ 5.314,23

€ 6.572,77

4

€ 7.084,94

€ 8.761,97

5

€ 8.855,66

€ 10.952,20

6

€ 10.627,41

€ 13.143,46

7

€ 12.398,12

€ 15.333,69

8

€ 14.168,84

€ 17.522,89

9

€ 15.938,51

€ 19.714,15

4.In afwijking van de vorige leden bedraagt het persoonsgebonden budget voor dagbesteding bij dienstverlening door een persoon uit het sociaal netwerk € 20,00 per dagdeel.

Sportvoorziening

Een persoonsgebonden budget voor een sportvoorziening bedraagt maximaal € 2.575,37 welk bedrag bedoeld is als vergoeding in aanschaf en onderhoud van een sportvoorziening.

Bezoekbaar maken

Het persoonsgebonden budget voor het bezoekbaar maken van een woning bedraagt maximaal € 2.575,37.

Vervoersvoorziening

Het persoonsgebonden budget bedraagt:

  • a.

    voor het gebruik van een bruikleen auto: maximaal € 772,61 per jaar.

  • b.

    voor het gebruik van een (eigen) auto: maximaal € 957,15 per jaar.

  • c.

    voor het gebruik van een taxi: maximaal € 1.277,55 per jaar.

  • d.

    voor het gebruik van een rolstoeltaxi: maximaal € 1.896,04 per jaar.

  • e.

    voor de medisch noodzakelijke begeleiding in het collectief vervoer: maximaal € 217,99 per jaar.