Regeling vervallen per 17-01-2018

Beleidsregel Provinciaal HerstructureringsProgramma (PHP) 2011

Geldend van 30-06-2011 t/m 16-01-2018

Intitulé

Beleidsregel Provinciaal HerstructureringsProgramma (PHP) 2011

Inhoud

1, ALGEMEEN

De provincie Drenthe heeft een budget beschikbaar (PHP budget) voor de revitalisering van bedrijfsterreinen. Daaruit wordt aan de desbetreffende gemeenten een bijdrage gegeven voor de revitalisering van de bedrijventerreinen:

1.    Stadsbedrijvenpark te Assen

2.    Bitseveld gemeente Noordenveld

3.    De Tweeling gemeente Emmen

4.    De Holwert gemeente Coevorden

Onder revitalisering wordt in dit verband verstaan: revitalisering/herstructurering: een ingrijpende vernieuwing van het openbaar gebied en de bedrijfsgebouwen op een bedrijventerrein. Hieronder wordt dus niet verstaan:

-      Transformatie: een functiewijziging waarbij de werkfunctie van een bedrijventerrein verdwijnt.

-      Facelift: een opknapbeurt van openbare ruimten en gebouwen op een bedrijventerrein.

2, BUDGET

Het beschikbare budget bedraagt € 4.100.000,--. Als gevolg van de regionale samenwerking in de regio's Groningen-Assen en Drentse Zuidas is het budget verdeeld over deze 2 regio's. Van het budget is € 2.050.000,-- bestemd voor de bedrijventerreinen Stadsbedrijvenpark in gemeente Assen en Bitseveld in de gemeente Noordenveld. De overige € 2.050.000,-- is beschikbaar voor het bedrijventerrein De Tweeling in de gemeente Emmen en De Holwert van de gemeente Coevorden.

De gemeente Noordenveld en de gemeente Assen worden in de gelegenheid gesteld in onderling overleg te bepalen hoe het bedrag van € 2.050.000,-- over beide gemeenten wordt verdeeld. De gemeente Emmen en gemeente Coevorden worden eveneens in de gelegenheid gesteld in onderling overleg het bedrag van € 2.050.000,-- te verdelen. Van de verdeling doen zij mededeling aan gedeputeerde staten.

In het geval de gemeenten onderling geen overeenstemming bereiken over de verdeling van de middelen, zullen gedeputeerde staten dit doen op basis van de ingediende projectplannen. Daarbij zal de weging van criteria als oppervlakte, werkgelegenheid, regionale samenwerking en gebiedsontwikkeling een grote rol spelen.

3, PROJECTPLAN

Op basis van een in te dienen projectplan zullen gedeputeerde staten de bijdrage verstrekken. De uiterste indieningdatum van een aanvraag inclusief projectplan is 31 december 2011.

Het projectplan bevat de volledige informatie met betrekking tot projectomschrijving, tijdsplanning, organisatie, begroting, financiering, draagvlak, risico's. Hierbij worden de volgende criteria in acht genomen:

a.    het project start vóór 1 januari 2014 en is afgerond vóór 1 januari 2016;

b.    het economisch belang moet zijn beschreven in termen van:

-      de bijdrage die het project levert aan de herstructureringsopgave (in ha);

-      het aantal betrokken arbeidsplaatsen (tijdelijk en structureel);

-      een beschrijving van de relatie met bredere gebiedsontwikkeling (indien van toepassing);

c.     de duurzaamheid en het betrokken bedrijfsleven moeten worden beschreven in termen van:

-      draagvlak bij en de financiële bijdrage van marktpartijen (openbaar versus privaat);

-      de borging van duurzaam beheer van het desbetreffende terrein (parkmanagement) en een beschrijving van de mogelijkheden voor energiebesparing en reductie van CO2-uitstoot.

4, BIJDRAGE

1.    De bijdrage uit het PHP budget bedraagt maximaal 30% van de totale kosten. Van de PHP-bijdrage op basis van deze beleidsregel mag maximaal 10% worden besteed aan voorbereiding en toezicht uitvoering (VTU) en aan projectplan voor zover deze ontwikkeld is in het jaar 2011.

2.    De projecten dienen te allen tijde verenigbaar te zijn met het (Europese, nationale en regionale) overheidsbeleid en daaraan verbonden wet- en regelgeving. Indien de wet- en regelgeving daartoe noopt zal de maximale bijdrage worden verlaagd.

5, HOOGTE BIJDRAGE

Kosten die in aanmerking genomen worden voor het bepalen van de hoogte van de bijdrage zijn de kosten die rechtstreeks verband houden met de uitvoering van het revitaliseringsproject en zijn aangegaan nadat de aanvraag om een bijdrage is ingediend, met uitzondering van:

a.    de aankoop van grond, onroerend goed, speciaal voor het project aangeschafte machines, apparatuur en productiemiddelen);

b.    kosten verbonden aan de oprichting van een privaatrechtelijk rechtspersoon;

c.     kosten voor aankoop van grond en onroerend goed en inbreng in natura van grond en onroerend goed;

d.    omzetbelasting of daarmee vergelijkbare buitenlandse belastingen;

e.    kosten of een deel daarvan die reeds door een ander bestuursorgaan of de Europese Commissie worden vergoed, voor zover een zodanig bedrag wordt verstrekt dat de totale bijdragen meer bedragen dan de totale waarde van projectkosten die voor de PHP-bijdrage in aanmerking komen;

f.     loonkosten die niet gerelateerd zijn aan het project.

6, WEIGERINGSGRONDEN

De bijdrage wordt in ieder geval geweigerd indien:

a.    de kosten waarin wordt bijgedragen minder dan € 1.000.000,-- bedragen;

b.    het project niet in overeenstemming is met het doel van deze beleidsregel;

c.     het project niet voldoet aan de voorschriften van deze beleidsregel of de ontvanger van de bijdrage handelt in strijd met die voorschriften; of

d.    tegen het project anderszins overwegende bezwaren bestaan.

7, VERPLICHTINGEN

1.    Het projectplan dient te worden uitgevoerd overeenkomstig het bij de aanvraag ingediende projectplan, inclusief begroting en financieringsplan.

2.    Essentiële wijzigingen in het projectplan dienen ter goedkeuring aan gedeputeerde staten te worden voorgelegd.

3.    Wanneer er sprake is van verstrekking van opdrachten voor infrastructurele werken, leveringen of diensten, dient voldaan te worden aan de regelgeving voor aanbesteden, waarbij de geldende drempels en procedures gevolgd dienen te worden.

4.    In/op alle communicatie-uitingen rondom het project waarvoor een PHP-bijdrage is verleend moet de ontvanger van deze bijdrage kenbaar maken dat het mede tot stand is gekomen dankzij de financiële steun van de provincie Drenthe.

8, ADMINISTRATIEVE VOORWAARDEN

1.    Voor de administratie van het project geldt als voorwaarde dat de ontvanger van de PHP-bijdrage een administratie voert die zodanig is ingericht dat daaruit te allen tijde de uit deze regeling, de verleningsbeschikking en goed koopmansgebruik voortvloeiende verplichtingen op eenvoudige en duidelijke wijze te bewijzen zijn.

2.    Er dient eens per jaar (gerekend vanaf het moment van afgifte van de verleningsbeschikking) bij de provincie Drenthe een voortgangsrapportage te worden ingediend betreffende de financiële en inhoudelijke voortgang in de realisatie van het project over de voorafgaande periode. Gerapporteerd dient te worden conform het daartoe door de provincie Drenthe verstrekte format. Bij het in gebreke blijven van de ontvanger van de PHP-bijdrage wat betreft het indienen van een voortgangsrapportage kan de bevoorschotting gestopt worden, de verleende bijdrage ingetrokken en/of verlaagd worden en kunnen de reeds betaalde voorschotten teruggevorderd worden.

9, BEVOORSCHOTTING

Na de aanvang van het project kan een voorschot worden verleend van 80% van de toegekende bijdrage.

10, VASTSTELLING DEFINITIEVE BIJDRAGE

1.    Een verzoek om definitieve vaststelling van de PHP-bijdrage aan het project dient uiterlijk op 1 maart 2016 te worden ingediend en dient te bestaan uit:

a.    een ingevuld einddeclaratieformulier;

b.    een inhoudelijk eindverslag over de realisatie van het project in relatie tot de oorspronkelijke opzet en doelstellingen, alsmede met betrekking tot de invulling van de aanvullende voorwaarden, zoals deze zijn gesteld in de verleningsbeschikking;

c.    een accountantsverklaring, conform het daarvoor voorgeschreven model te overleggen.

2.    Op een verzoek tot vaststelling van de PHP-bijdrage kunnen gedeputeerde staten afwijzend beslissen, de PHP-bijdrage op een lager bedrag vaststellen, dan wel de verleningsbeschikking intrekken of wijzigen indien:

a.    niet is voldaan aan een of meer in de verleningsbeschikking vermelde nadere voorschriften;

b.    het verzoek niet binnen de geldende termijn na het verstrijken van de projectperiode is ingediend;

c.    het project niet door de ontvanger van de PHP bijdrage is gerealiseerd en/of in gebruik genomen.

3.    Bij de behandeling van het verzoek tot definitieve vaststelling van de PHP-bijdrage bestaat de mogelijkheid dat overgegaan zal worden tot een verificatieonderzoek door een door gedeputeerde staten aan te wijzen accountant. Aan de hand van de resultaten van dat onderzoek wordt vervolgens het definitieve bedrag van de bijdrage vastgesteld.

4.    De toe te kennen bijdrage zal naar evenredigheid worden verlaagd indien de werkelijke subsidiabele kosten lager worden vastgesteld dan in de verleningsbeschikking of wanneer de werkelijke inkomsten hoger zijn dan geraamd in de projectbegroting en/of de verleningsbeschikking.

11, AFWIJKING DOOR GEDEPUTEERDE STATEN

Indien een strikte toepassing van deze beleidsregel naar het oordeel van het college van gedeputeerde staten leidt tot onbillijke uitkomsten, kan het college van gedeputeerde staten gemotiveerd van deze regel afwijken.