Regeling vervallen per 31-12-2011

Beleidsregel subsidieverlening arbeidsmarkt, kennis & sociale innovatie 2011

Geldend van 02-04-2011 t/m 30-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

Intitulé

Beleidsregel subsidieverlening arbeidsmarkt, kennis & sociale innovatie 2011

Inhoud

3.5.18.

BELEIDSREGEL VOOR SUBSIDIEVERLENING ARBEIDSMARKT, KENNIS EN SOCIALE INNOVATIE 2011

1, Inleiding

De met de economische structuurverandering gepaard gaande wijzigingen, zoals de toenemende globalisering, de versnelde technologische ontwikkelingen en de transitie naar de kenniseconomie, zorgen ervoor dat kennisontwikkeling en innovatiekracht van essentieel belang zijn voor het regionale bedrijfsleven om de concurrentiestrijd aan te kunnen. Vooral de mate waarin ondernemingen in staat zijn om te innoveren en zichzelf te verbeteren bepaalt meer en meer de identiteit van een regio. De basisvoorwaarde hiervoor is een goed werkende arbeidsmarkt met een goede kwantitatieve en kwalitatieve aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven. Daar waar, mede versterkt door de ontgroenings- en vergrijzingstrend, grote structurele onevenwichtigheden ontstaan tussen de vraag naar en het aanbod van arbeid, zowel kwalitatief als kwantitatief, komt de verdere ontwikkeling van onze economische structuur onder druk te staan.

Het provinciale beleid op het terrein van Arbeidsmarkt en Onderwijs is geformuleerd in het Kader voor Economische Investeringen (KEI) 2011-2015. Het KEI bevat een overzicht van doelstellingen die tussen 2011 en 2015 gerealiseerd gaan worden in bijzonder het beleidsonderdeel Optimale aansluiting bedrijfsleven, kennis, onderwijs en arbeidsmarkt geeft de inhoudelijke kaders aan die bij de uitvoering op het terrein van arbeidsmarkt en onderwijs van belang zijn. De drie te onderscheiden actielijnen zijn: aanpak kritische sectoren, versterking kennisinfrastructuur & stimulering kenniscirculatie en stimulering sociale innovatie. Vertrekpunt voor onze inzet blijft de vraagzijde: de economische kant van de arbeidsmarkt. Centraal staan de door ondernemers ondervonden arbeidsmarktknelpunten. Werkgevers in Drenthe moeten ook in de toekomst kunnen beschikken over voldoende en goed gekwalificeerd personeel.

2, Bevoegdheid en van toepassingverklaring

In de Begroting 2011 is budget opgenomen voor kennisontwikkeling, optimale aansluiting arbeidsmarkt en onderwijs. Ter uitvoering van het budget zijn beleidsregels opgesteld. Gedeputeerde staten zijn op grond van de Algemene subsidieverordening Drenthe 2007 (ASV, artikel 2) bevoegd beleidsregels op te stellen. Bij subsidie zijn de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de ASV van toepassing. Dit geldt echter niet bij projecten die zowel een subsidie ontvangen uit de Europese programma's (bijvoorbeeld OP EFRO) als uit het Budget Kennisontwikkeling, optimale aansluiting arbeidsmarkt en onderwijs (cofinanciering). Voor deze projecten gelden de standaardvoorwaarden van de Europese programma's en is de ASV niet van toepassing.

3, Beleid en strategie

Om in aanmerking te kunnen komen voor een provinciale subsidie arbeidsmarkt, kennis, sociale innovatie (SAKS) moeten de plannen en activiteiten van betrokken partijen bijdragen aan de doelstellingen van het provinciale KEI 2011-2015 en in het bijzonder aan het beleidsonderdeel Optimale aansluiting bedrijfsleven, kennis, onderwijs en arbeidsmarkt. De activiteiten moeten passen binnen de geformuleerde uitgangspunten en aansluiten bij één van de volgende actielijnen:

a.    aanpak kritische sectoren

b.    versterking kennisinfrastructuur en stimulering kenniscirculatie

c.     stimulering sociale innovatie

De regeling is bedoeld voor de ondersteuning van projecten die met een vernieuwende aanpak bijdragen aan het bereiken van onze doelstellingen.

Ad a, Aanpak kritische sectoren

Projecten en acties die voor subsidie in aanmerking kunnen komen, zijn gericht op de versterking van het menselijke kapitaal in de Drentse kritieke arbeidsmarktsectoren. De focus ligt daarbij op:

-      acties gericht op oplossingen om arbeidstekorten tegen te gaan en kenniswerkers aan te trekken

-      acties gericht op de bevordering van een betere aansluiting tussen vraag en aanbod van arbeid

-      acties gericht op de verhoging van de instroom en het beperken van de uistroom in de kritieke sectoren

-      acties gericht op kennisdeling en het vergroten van het bewustzijn van demografische veranderingen

Ad b, Versterking kennisinfrastructuur en stimulering kenniscirculatie

Doel is het faciliteren en stimuleren van de overgang naar een kenniseconomie. Projecten die voor subsidie in aanmerking kunnen komen, zijn gericht op:

-      acties gericht op het verbeteren van de samenwerking c.q. aansluiting arbeidsmarkt en onderwijs

-      acties gericht op het versterken van de Drentse kennisinfrastructuur in relatie tot het bedrijfsleven

-      acties gericht op de ontwikkeling en uitvoering van innovatieve maatregelen ter verhoging van het kwalificatieniveau van werkenden/employability (werknemers inzetbaar houden voor de arbeidsmarkt)

-      acties gericht op de versterking van de innovatiekracht van het MKB door het delen van kennis (tussen onderwijs en bedrijfsleven maar ook tussen het bedrijfsleven onderling)

Ad c, Stimulering sociale innovatie

Met sociale innovatie wordt gedoeld op de menselijke kant van arbeidsprocessen. Sociale innovatie richt zich onder meer op een betere en meer duurzame inzetbaarheid van werknemers, op een lagere belasting van werkenden en op het verhogen van de arbeidsproductiviteit. Projecten die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van sociale innovatie kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.

4, Voorwaarden waaraan het project moet voldoen

-      Een subsidieaanvraag kan worden ingediend door alle rechtspersoonlijkheid bezittende brancheorganisaties en commerciële instellingen die zijn gevestigd in Drenthe, in het bijzonder MKB-bedrijven met minder dan 250 werknemers. Tevens kunnen kennisinstellingen, gemeenten en overige organisaties als indiener optreden.

-      Het project draagt bij aan één van de hiervoor beschreven inhoudelijke actielijnen.

-      Het project heeft een additioneel karakter en vormt geen concurrentie of overlap met andere initiatieven.

-      Het project is vernieuwend voor Drenthe.

-      Het project dient - waar mogelijk - een voorbeeldfunctie te vervullen met het oog op het verspreiden van 'best practices' in de provincie Drenthe.

-      Er is draagvlak voor het project bij belanghebbende organisaties en de doelgroep.

-      Het project is toepasbaar en/of overdraagbaar op andere plaatsen en omgevingen.

-      Het project moet aantoonbaar bijdragen aan een oplossing voor in projectplan omschreven probleemstelling.

5, Subsidieaanvraag

-      Aanvragen moeten worden ingediend vóór 30 september door middel van het beschikbare aanvraagformulier.

-      De aanvraag wordt ingediend voordat de te subsidiëren activiteit een aanvang neemt.

-      Bij indiening van de aanvraag dienen in ieder geval de volgende stukken te worden overgelegd (ASV 2007, artikel 31):

       -   een projectplan waarin wordt aangegeven:

-   waar en wanneer de activiteiten worden uitgevoerd

-   wat de relatie is van het project met het beleid van de provincie Drenthe

-   wat de investeringsomvang van het project is

-   wat de verwachte effecten/resultaten zijn van het project (onder andere de bruto gecreëerde werkgelegenheid)

-   welke (meetbare) prestaties zullen worden verricht

-   hoe afstemming en samenwerking plaatsvinden

-   een begroting, omvattende de baten en lasten met betrekking tot de activiteiten waarvoor de subsidie wordt gevraagd.

-      Bij de aanvraag dient een ondertekende verklaring de-minimissteun* als bijlage te worden meegestuurd.

*       Een toelichting op en een voorbeeld van de de-minimisverklaring is te vinden op www.snn.eu. Is aan uw onderneming in de afgelopen 3 jaar meer dan € 200.000,-- steun verleend, dan komt u niet in aanmerking voor subsidie. Indien uw onderneming deel uitmaakt van een groep van ondernemingen, moet de hoogste moedermaatschappij verklaren hoeveel steun aan de gehele groep is verleend.

6, Technische voorwaarden

-      Voor subsidie komen alleen in aanmerking die kosten die specifiek zijn toe te rekenen aan het project en die niet toe te rekenen zijn aan reguliere werkzaamheden.

-      Kosten aangegaan voor de datum van indiening van de subsidieaanvraag, zijn van subsidie uitgesloten.

-      Subsidie wordt uitsluitend in de vorm van cofinanciering toegekend met een maximum van 30% van de totale projectkosten. 'Derden' (de aanvrager en eventuele andere deelnemende partijen) dragen minimaal 70% van de totale projectkosten bij.

-      De totale bijdrage door de aanvrager en eventuele andere deelnemende partijen kan voor maximaal 50% uit in te zetten menskracht (uren) bestaan, naast een financiële out-of-pocketbijdrage (euro).

-      Het te hanteren uurtarief voor in te zetten menskracht dient redelijk en marktconform te zijn. Bovendien dient aantoonbaar gemaakt te worden dat de ingezette uren specifieke extra inzet voor het project betreffen.

-      Naast de aanvrager draagt minimaal een andere partij bij aan de kosten.

-      In naar het oordeel van GS bijzondere gevallen kan een hogere subsidie worden verleend.

-      De subsidie wordt beschikbaar gesteld voor de maximale projectduur van twee jaar.

-      Indien een subsidieaanvraag niet volledig is, wordt het tijdstip van binnenkomst bepaald door het moment waarop de subsidieaanvraag wel volledig is.

-      Indien een project reeds subsidie heeft ontvangen, kan niet opnieuw een bijdrage worden aangevraagd.

7, Subsidieplafond

-      Subsidie uit het budget onderwijs, arbeidsmarkt en kenniseconomie (P4.02) kan worden verleend voor zover het jaarlijks subsidieplafond niet wordt overschreden. Het subsidieplafond voor 2011 bedraagt € 350.000,--.

8, Uitsluiting

-      Begunstigden die met terugvordering worden geconfronteerd wegens onrechtmatige en onverenigbare staatssteun, worden uitgesloten.

9, Inwerkingtreding

-      Deze beleidsregel treedt in werking de dag na publicatie in het Provinciaal blad en werkt terug tot 1 januari 2011.

-      De beleidsregel vervalt van rechtswege op 31 december 2011.

-         De Beleidsregel arbeidsmarkt - onderwijs - sociale innovatie (Provinciaal blad nummer 18 van 2010, kenmerk 17/5.3/2010005682, afdeling Sociaal-Economische Ontwikkeling), die in werking is getreden op 1 januari 2010, wordt per 1 januari 2011 ingetrokken.