Vaststelling aanwijzing van bevoegde autoriteiten d.d. 1 juni 2010

Inhoud

Gedeputeerde staten van Drenthe;

overwegende dat zij bij hun besluit van 12 juli 2005, kenmerk 6.4/2005006610, voor de vaarwegen in beheer bij de provincie Drenthe diverse personen als bevoegde autoriteit voor het geven van verkeersaanwijzingen en verkeersinformatie hebben aangewezen;

dat deze aanwijzing, met name vanwege de realisatie en openstelling van het vaartraject Erica - Ter Apel, aangepast dient te worden;

gelet op:

1.      artikel 2 van de Scheepvaartverkeerswet;

2.      artikel 5 van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement;

3.      artikel 28 van de Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid, juncto artikel 9, eerste lid, en onder d, van het besluit van 10 december 2004, houdende regels ter uitvoering van de Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid (Besluit Onderzoeksraad voor veiligheid);

BESLUITEN:

onder intrekking van hun besluit van 12 juli 2005, kenmerk 6.4/2005006610, voor de vaarwegen in beheer bij de provincie Drenthe:

I.       a.

-        de beleidscoördinator beheer en onderhoud wegen en vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de beleidsadviseur vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de havenmeester van de gemeente Meppel, voor zover het de provinciale wateren binnen de gemeente Meppel betreft,

aan te wijzen als bevoegde autoriteit als bedoeld in de artikelen 1.10, vierde lid,1.12, derde en vierde lid, 1.13, tweede en derde lid, 1.14, 1.15, tweede lid, 1.17, eerste lid, 1.20, 3.15, tweede lid, 3.29, tweede lid, onder b, 4.05, zesde en zevende lid, 4.06, vijfde lid, 6.19, zesde lid, 7.01, vierde lid, 7.02, eerste lid, onder b, en derde lid, 7.07, derde lid, 8.08, tweede lid, onder g, van het Binnenvaartpolitiereglement;

         b.

-        het hoofd van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de beleidscoördinator wegen en vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de beleidsadviseur vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen,

aan te wijzen als bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 1.21 van het Binnenvaartpolitiereglement;

         c.

-        de beleidscoördinator beheer en onderhoud wegen en vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de beleidsadviseur vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen,

aan te wijzen als bevoegde autoriteit als bedoeld in de artikelen 1.23, 6.08, 6.21a, eerste en vierde lid, 7.01, vijfde lid, en 6.32, eerste lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;

         d.

het hoofd van de Afdeling Wegen en Kanalen aan te wijzen als bevoegde autoriteit als bedoeld in de artikelen 1.0.1, A 14°, 3.20, vijfde lid, onder a en e, 3.25, derde lid, 3.28, 8.06, eerste lid, 6.28b, 6.31, eerste lid, 7.02, eerste lid, onder b en 8.06, eerste lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;

         e.

-        het bedienende sluis- en brugpersoneel van de bruggen en sluizen over en in de bij de provincie Drenthe in beheer zijnde vaarwegen;

-        de gemeentelijke sluis- en brugbedienaar van de sluizen en bruggen over en in het vaartraject Erica - Ter Apel;

-        de gemeentelijke brugbedienaar van de Eshuisbrug, de Kaapbrug en de Galgenkampsbrug in de gemeente Meppel;

-        de havenmeester van de gemeente Meppel,

aan te wijzen als bevoegde autoriteit als bedoeld in de artikelen 1.12, derde en vierde lid, 1.13, tweede en derde lid, 1.14, 1.15, tweede lid, 1.17, eerste lid, 6.19, zesde lid, 6.26, eerste, derde, onder c, en zevende lid, 6.28, tweede, vierde en veertiende lid, 7.02, eerste lid, onder b, en derde lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;

         f.

-        de bedienaren die op basis van een met de provincie Drenthe gesloten overeenkomst bruggen en sluizen bedienen;

-        de uitzendkrachten die in opdracht van de provincie Drenthe bruggen en sluizen bedienen;

-        de kantonniers werkzaam bij de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de technisch adviseurs werktuigbouw en elektrotechniek van de Afdeling Wegen en Kanalen,

aan te wijzen als bevoegde autoriteit bedoeld in de artikelen 6.26, eerste, derde, onder c, en zevende lid, en 6.28, tweede, vierde en veertiende lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;

II.       aan te wijzen de volgende personen als bedoeld in artikel 9, eerste lid en onder d, van het Besluit Onderzoeksraad voor veiligheid, verplicht tot het melden van een scheepvaartongeval ex artikel 1, eerste lid, onder b, van het besluit:

-        de beleidscoördinator beheer en onderhoud wegen en vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de beleidsadviseur vaarwegen van de Afdeling Wegen en Kanalen;

-        de coördinator brug-sluisbediening van de afdeling Wegen en Kanalen;

III.      dit besluit bekend te maken door plaatsing daarvan in het Provinciaal blad;