Regeling vervallen per 23-03-2016

Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2009

Geldend van 03-07-2009 t/m 22-03-2016

Intitulé

Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2009

Hoofdstuk

Algemene bepalingen

Artikel 1           Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.   groep: economische eenheid waarin organisatorisch zijn verbonden:

enerzijds een natuurlijk persoon, een privaatrechtelijke rechtspersoon of een onderneming die direct of indirect:

  • meer dan de helft van het geplaatste kapitaal verschaft aan,

  • volledig aansprakelijk vennoot is van, of

  • overwegende zeggenschap heeft over één of meer rechtspersonen, vennootschappen of andere ondernemingen enanderzijds laatstbedoelde rechtspersonen, vennootschappen of ondernemingen;

b.   onderneming: duurzame organisatie die er op is gericht met behulp van kapitaal en arbeid deel te nemen aan het maatschappelijk productie- of

      handelsproces met het oogmerk om winst te behalen, waarbij het behalen van winst ook redelijkerwijs verwacht wordt. Deze organisatie is geen

      publiekrechtelijk lichaam en wordt niet voor meer dan 10% structureel gefinancierd door overheidsbijdragen. In geval deze duurzame organisatie

     deel uit maakt van een groep, dient deze ten opzichte van andere groepsonderdelen binnen de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe in ieder

     geval:

·       organisatorische en bedrijfsmatige zelfstandigheid te bezitten;

·       een profit centre te zijn;

·       een specifiek eigen markt te bedienen;

c.   stuwende onderneming: de onderneming in de zin van onderdeel b, die naar aard niet aan enige plaats van vestiging is gebonden, die de economische ontwikkeling van de regio van vestiging stimuleert en waarvan meer dan 50% van de omzet ter zake van de afzet buiten de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe wordt gerealiseerd;

d.   duurzame bedrijfsuitrusting: bedrijfsuitrusting die geactiveerd wordt op de balans van de onderneming en die niet binnen twee jaar wordt afgeschreven tenzij de bedrijfsuitrusting willekeurig kan worden afgeschreven op grond van de artikelen 3.31, 3.34, 3.34a en 3.35 van de Wet inkomstenbelasting 2001;

e.   project: technisch, functioneel en in tijd samenhangend geheel van investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting eventueel in combinatie met investeringen in immateriële activa of bedrijfsgebouwen waarbij de investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting in redelijke verhouding staan tot het totale investeringsbedrag;

f.    vestigingsproject: project inhoudende het stichten van een stuwende onderneming, een hoofdkantoor, een proeffabriek of een laboratorium of het verplaatsen daarvan van buiten de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe, naar de in de bijlage vermelde  gebieden in de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe. Een project dat is gericht op het verplaatsen van een onderneming vanuit de overige steunkaartgebieden in Nederland naar de in de bijlage vermelde gebieden in de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe, wordt  niet als een vestigingsproject aangemerkt.

Een project dat gericht is op de verzelfstandiging van een in Noord-Nederland gevestigd groepsonderdeel waarin activiteiten worden verricht van overeenkomstige aard als voorheen in dat groepsonderdeel of reeds plaatsvinden binnen Noord-Nederland in de groep waartoe de subsidieaanvrager behoort, wordt niet als een vestigingsproject aangemerkt;

g.   hoofdkantoor: kantoor van een groep waarin de centrale leiding of een zelfstandig onderdeel daarvan, is gehuisvest. De groep, in dit kader, heeft verschillende vestigingen binnen en buiten Noord-Nederland, waarbij de vestigingen buiten de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe een wezenlijke bijdrage dienen te leveren aan de winst van de groep;

h.   proeffabriek: productie-eenheid van een stuwende onderneming uitsluitend bestemd voor de ontwikkeling van een nieuwe productiemethode die met technisch-economische risico's gepaard gaat;

i.     laboratorium: niet zelfstandig onderdeel van een stuwende onderneming of een groep, op het gebied van technisch of fysisch onderzoek dat een belangrijke functie vervult voor de ontwikkeling van nieuwe producten voor de onderneming of de groep;

j.     arbeidsplaats: een op jaarbasis tot volledige dagtaak omgerekende structurele functie op basis van een arbeidsovereenkomst van minimaal één jaar;

k     loonkosten: bruto jaarloon van het direct betrokken personeel, exclusief volledig winstafhankelijke uitkeringen, verhoogd met de wettelijke dan wel de op grond van een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde opslagen voor sociale lasten;

l.     capaciteit: het door het productieapparaat bepaalde maximale technische vermogen tot produceren per tijdseenheid;

m.   immateriële activa: activa die technologieoverdracht door de verwerving van octrooirechten, licenties, knowhow of niet-geoctrooieerde technische kennis inhouden;

n.   vakantiewoningen: een vakantieverblijf bestemd voor recreatief gebruik, ongeacht of het aan de grond is verbonden of verplaatst kan worden, met eigen sanitair en keuken, waar men gezien de faciliteiten het hele jaar door zou kunnen verblijven.

Subsidieverstrekking

Artikel 2           Doel

De subsidieregeling heeft als doel de subsidiëring van investeringen aan stuwende ondernemingen die een vestigingsproject uitvoeren in de gebieden, die op basis van de door de Europese Commissie op 27 juni 2007 goedgekeurde ¿Nationale regionale-steunkaart: Nederland¿ voor regionale steun in aanmerking komen. De aanvrager heeft daarbij de keuze om de subsidie te laten berekenen op basis van de kosten van de investeringen of op basis van de kosten van loon.

Artikel 3           Subsidiabele activiteiten

Voor subsidie komen vestigingsprojecten in aanmerking die worden uitgevoerd in de gebieden in de provincies Fryslân, Groningen of Drenthe die in de bijlage nader zijn aangegeven.

Artikel 4           Uitsluiting van ondernemingen en activiteiten

1.    Subsidie wordt niet verleend ten behoeve van een project dat verband houdt met de primaire productie van de in bijlage I van het EG-Verdrag opgenomen landbouwproducten.

2.    In afwijking van het vorige lid kan wel subsidie worden verleend ten behoeve van een onderneming die zich bezig gaat houden met de verwerking en afzet van landbouwproducten, met uitzondering van werkzaamheden op het gebied van producten die zijn bedoeld om melk en zuivelproducten te imiteren of te vervangen, zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad.

3.    Subsidie wordt niet verleend ten behoeve van een onderneming in de volgende sectoren:

a.    de visserij- en aquacultuursector,

b.    de scheepsbouwsector,

c.    de kolenindustrie,

d.    de ijzer- en staalindustrie,

e.    de synthetische-vezelindustrie.

4.    Subsidie wordt niet verleend aan een project dat verband houdt met de vestiging van één  of meerdere vakantiewoningen.

Subsidiabele kosten

Artikel 5           Berekening

De subsidiabele kosten worden berekend hetzij op basis van de in aanmerking komende materiële en immateriële kosten van de investering, hetzij op basis van de in aanmerking komende  loonkosten van de in dienst genomen personen over een periode van twee jaar, voor arbeidsplaatsen die rechtstreeks door het investeringsproject worden geschapen.

Artikel 6           Investeringen of loonkosten   

1.     Onverminderd de artikelen 9 en 10 omvatten de subsidiabele kosten:

hetzij

a.     kosten van verwerving van bedrijfsgebouwen;

b.     kosten van verwerving van duurzame bedrijfsuitrusting, voor zover deze permanent op de bedrijfslocatie aanwezig is; en

c.     de kosten van immateriële activa;

of

d.     de loonkosten van het aantal rechtstreeks door het investeringsproject gecreëerde arbeidsplaatsen gedurende maximaal een periode van twee aaneengesloten jaren.

2.    De in het eerste lid, onder a, b en c, bedoelde kosten zijn niet hoger dan de waarde in het economisch verkeer.

3.   Aan de hand van de aanvraag wordt het totaal van de begrote subsidiabele kosten van het project vastgesteld.

4.   Kosten van materiële activa die niet worden geactiveerd op de fiscale balans van de onderneming en kosten van materiële activa die binnen twee jaar worden afgeschreven, zijn geen subsidiabele kosten.

5.   De kosten van investeringen waartoe verplichtingen zijn aangegaan vóór de ontvangst van de aanvraag zijn geen subsidiabele kosten, tenzij het kosten van de verwerving van bestaande bedrijfsgebouwen betreft, waartoe de aanvrager zich minder dan dertien weken vóór de ontvangst van de aanvraag heeft verplicht, en deze onroerende zaak wordt geleverd na de ontvangst van de aanvraag.

Artikel 7           Bedrijfsgebouwen  

De subsidiabele kosten van verwerving van bedrijfsgebouwen en de daartoe te rekenen centrale voorzieningen zijn:

a.    de aan derden verschuldigde bouwkosten of de koopsom en de overdrachtskosten met uitzondering van omzetbelasting in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 en vergelijkbare belasting van andere staten, interest en de winstopslag indien het bedrijfsgebouw wordt gebouwd door een natuurlijke persoon of rechtspersoon die tot dezelfde groep behoort; of

b.    in geval van financiële lease, huurkoop of een vergelijkbare financieringswijze die minimaal vijf jaar in stand blijven, de aanschafwaarde van de bedrijfsgebouwen of, indien de aanschafwaarde niet kan worden bepaald, de som van de termijnbedragen, minus de daarin begrepen  interest.

Artikel 8           Duurzame bedrijfsuitrusting  

1.     Kosten van verwerving van duurzame bedrijfsuitrusting zijn in afwijking van artikel 6, vierde lid, subsidiabel, indien deze kosten op grond van artikel 3.31, 3.34, 3.34a en 3.35 van de Wet inkomstenbelasting 2001 willekeurig kunnen worden afgeschreven. .

2.     De subsidiabele kosten van verwerving van duurzame bedrijfsuitrusting zijn:

a.     de koopsom, exclusief de omzetbelasting in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968 en vergelijkbare belasting van andere staten en de winstopslag indien de duurzame bedrijfsuitrusting wordt gekocht van een natuurlijke persoon, rechtspersoon of onderneming binnen dezelfde groep; en

b.     in geval van financiële lease, huurkoop of een vergelijkbare financieringswijze, de aanschafwaarde van de duurzame bedrijfsuitrusting of, indien de aanschafwaarde niet kan worden bepaald, de som van de termijnbedragen, minus de daarin begrepen interest.

Artikel 9                       Berekening subsidiabele kosten  

1.     De subsidiabele kosten worden verlaagd, indien tussen één jaar voor de ontvangst van de aanvraag en de datum van de vaststellingsbeschikking binnen de onderneming van de subsidieontvanger of binnen de groep waartoe die onderneming behoort, materiële en immateriële activa buiten gebruik zijn of worden gesteld of arbeidsplaatsen zijn of komen te vervallen.

2.     Het eerste lid is niet van toepassing, indien de buitengebruikstelling of het vervallen van arbeidsplaatsen buiten de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe, dan wel buiten de overige steunkaartgebieden binnen Nederland plaatsvindt.

3.     De in het eerste lid bedoelde verlaging wordt bij bedrijfsgebouwen berekend op basis van de vloeroppervlakte en bij duurzame bedrijfsuitrusting op basis van de capaciteit die buiten gebruik is of wordt gesteld, in verhouding tot de vloeroppervlakte respectievelijk de capaciteit die door de uitvoering van het project wordt verworven dan wel tot stand gebracht.

4.     De in het eerste lid bedoelde verlaging wordt bij loonkosten berekend op basis van het aantal arbeidsplaatsen dat is of komt te vervallen, in verhouding tot het aantal arbeidsplaatsen dat door de uitvoering van het project tot stand wordt gebracht.

Artikel 10         Verlaging subsidiabele kosten

De subsidiabele kosten worden eveneens verlaagd, indien de uitvoering van het project plaatsvindt in een bedrijfsgebouw waarin minder dan twaalf maanden voor de ontvangst van de aanvraag overeenkomstige activiteiten als waar de aanvraag op ziet, werden verricht.

Artikel 11         Subsidiegrondslag

1.   De subsidiegrondslag is de som van de subsidiabele kosten van verwerving van duurzame bedrijfsuitrusting, immateriële activa en een nader vast te stellen percentage van de kosten van verwerving van bedrijfsgebouwen of de som van de subsidiabele loonkosten, gedurende een aaneengesloten periode van twee jaren.

2.   De subsidiegrondslag is maximaal €  4.500.000,--.

Aanvraag

Artikel 12         Aanvraag subsidieverlening

Voor de aanvraag tot subsidieverlening maakt de aanvrager gebruik van het daartoe vastgestelde formulier, dat volledig ingevuld en voorzien van de noodzakelijke bijlagen wordt ingezonden.

Overige bepalingen omtrent de subsidiabele kosten en de hoogte van de subsidie

Artikel 13         Algemeen

1.    De subsidiepercentages voor de verschillende gebieden worden jaarlijks vastgesteld en bekendgemaakt.

2.    Het aantal arbeidsplaatsen dat met het project dient te worden gerealiseerd, wordt jaarlijks vastgesteld en bekendgemaakt.

3.    Het bedrag van de subsidie wordt bij verlening of vaststelling van de subsidie verlaagd  indien de normen van de Europese Commissie  daartoe nopen.

Artikel 14         Verdeelsystematiek

1.    Op basis van volgorde van ontvangst van de aanvraag wordt besloten.

2.    Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen die op dezelfde dag zijn ontvangen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 15         Besluit op de aanvraag

1.     De termijn voor het nemen van een besluit op een subsidieaanvraag wordt gesteld op 13 weken na de datum van ontvangst van de aanvraag.

2.     Het besluit tot verlening van een subsidie vermeldt de begrote subsidiabele kosten, de subsidiegrondslag, het subsidiepercentage en het maximale subsidiebedrag.

Artikel 16         Advies

1.     Over de aanvraag kan advies ingewonnen worden van daartoe aan te wijzen adviseurs.

2.     Van de toepassing van dit artikel wordt mededeling gedaan aan de aanvrager.

Weigerings-, wijzigings- en intrekkingsgronden en verplichtingen

Artikel 17         Weigeringsgronden

De subsidie wordt, onverminderd artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht in ieder geval geweigerd indien:

a.    vóór de ontvangst van de aanvraag verplichtingen tot uitvoering van wezenlijke onderdelen van het project zijn aangegaan. Dergelijke verplichtingen zijn niet verplichtingen tot het verwerven van bestaande bedrijfsgebouwen, mits deze verplichtingen niet langer dan dertien weken voor de ontvangst van de aanvraag zijn aangegaan en deze bestaande bedrijfsgebouwen worden geleverd na de ontvangst van de aanvraag;

b.    de subsidiabele kosten minder dan € 500.000,-- bedragen;

c.     de subsidiabele kosten meer dan € 4.500.000,-- bedragen;

d.    de totale kosten van het project niet met minimaal een nader vast te stellen en bekend te maken percentage aan eigen middelen worden gefinancierd;

e.    na uitvoering van het project de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen in de onderneming gezien de rentabiliteit en de aard van de onderneming naar verwachting niet aanvaardbaar zal zijn;

f.      de structuur van de betrokken sector van het bedrijfsleven zich tegen het project verzet;

g.    minder dan het jaarlijks vastgestelde en bekendgemaakte aantal arbeidsplaatsen wordt gecreëerd;

h.    de aanvrager onvoldoende aannemelijk maakt dat de aard van het project zodanig is dat dit als zelfstandige activiteit het jaarlijks vastgestelde en bekendgemaakte aantal arbeidsplaatsen oplevert;

i.      de gecreëerde arbeidsplaatsen niet rechtstreeks door het investeringsproject tot stand komen;

j.      de aanvrager niet belastingplichtig is in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001 of van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969;

k.     het project niet in overeenstemming met het doel van de regeling is;

l.      het project niet voldoet aan de voorschriften van deze regeling of de subsidieontvanger handelt in strijd met die voorschriften; of

m.   tegen het project anderszins overwegende bezwaren bestaan.

Artikel 18         Wijzigings- of intrekkingsgronden

Het besluit tot subsidieverlening kan onverminderd de artikelen 4:48 en 4:50 van de Algemene wet bestuursrecht worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd, indien het project niet voldoet aan de voorschriften van deze regeling of de subsidieontvanger handelt in strijd met die voorschriften.

Artikel 19         Verplichtingen van de subsidieontvanger

1.     Onverminderd artikel 15 van de Kaderverordening Subsidies SNN mogen de met de verleende subsidie te realiseren investeringen en arbeidsplaatsen niet binnen vijf jaar na de verzending van het vaststellingsbesluit buiten gebruik worden gesteld respectievelijk komen te vervallen binnen de onderneming van de subsidiegerechtigde of binnen de groep waartoe de onderneming behoort, voor zover die onderneming of die groep is gevestigd in de provincies Fryslân, Groningen of Drenthe.

2.     Bij iedere subsidieverlening wordt de verplichting opgelegd dat de uitvoering van het project en de ingebruikneming van de gerealiseerde capaciteit  binnen 24  maanden na de verzending van het verleningsbesluit voltooid is.

3.     In bijzondere gevallen kan een langere termijn worden vastgesteld voor de uitvoering van het project en de ingebruikneming van de gerealiseerde capaciteit.

4.     In het kader van subsidieverlening op basis van investeringskosten dient binnen 24 maanden na de verzending van het verleningsbesluit een aanvraag tot vaststelling van de subsidie te zijn ontvangen.

5.     In het kader van subsidieverlening op basis van loonkosten dient binnen 36 maanden na de verzending van het verleningsbesluit een aanvraag tot vaststelling van de subsidie te zijn ontvangen.

6.     In bijzondere gevallen kan een langere termijn worden vastgesteld voor de inzending van de in het vierde dan wel het vijfde lid bedoelde aanvraag.

Voorschotten

Artikel 20         Algemeen

Voor de aanvraag tot verlening van een voorschot maakt de aanvrager gebruik van het daartoe vastgestelde formulier, dat volledig ingevuld en voorzien van de noodzakelijke bijlagen wordt ingezonden.

Artikel 21         Besluit op voorschotaanvraag

1.     Op aanvraag van de subsidieontvanger kan maximaal driemaal een voorschot worden verstrekt. Bij de eerste voorschotaanvraag zijn in ieder geval minimaal 20 procent van de begrote subsidiabele kosten gemaakt en betaald.  Bij de tweede voorschotaanvraag zijn in ieder geval minimaal 50 procent van de begrote subsidiabele kosten gemaakt en betaald. Bij de derde voorschotaanvraag zijn in ieder geval minimaal 80 procent van de begrote subsidiabele kosten gemaakt en betaald.

2.     Een voorschot wordt berekend naar rato van de gemaakte en betaalde subsidiabele kosten, voor zover deze nog niet eerder bij de verstrekking van een voorschot in aanmerking zijn genomen. In totaal zal het bedrag aan voorschotten niet groter zijn dan 80 procent van het maximale subsidiebedrag dat in het verleningsbesluit is vermeld.

Artikel 22         Verplichtingen van de subsidieontvanger bij voorschotverlening

1.     Bij de voorschotverlening wordt de verplichting opgelegd, dat als voorschot uitbetaalde bedragen onmiddellijk worden terugbetaald, indien:

a.         de subsidie lager wordt vastgesteld dan het totaal aan uitbetaalde voorschotten; of

b.         na de uitbetaling van het voorschot het verleningsbesluit wordt ingetrokken

of ten nadele van de subsidieontvanger gewijzigd.

2.     Bij de verlening van een voorschot kunnen nadere verplichtingen worden opgelegd.

Subsidievaststelling

Artikel 23         Aanvraag subsidievaststelling

Voor de aanvraag tot vaststelling van het subsidiebedrag maakt de subsidieontvanger gebruik van het daartoe vastgestelde formulier, dat volledig ingevuld en voorzien van de noodzakelijke bijlagen wordt ingezonden.

Artikel 24         Termijnen

De termijn voor het nemen van een besluit op een aanvraag tot subsidievaststelling wordt gesteld op zes maanden na de datum van ontvangst van de aanvraag.

Artikel 25         Besluit op aanvraag vaststelling

1.     Het subsidiebedrag wordt vastgesteld op basis van de subsidiabele kosten die ten behoeve van het project zijn gemaakt en betaald.

2.     Deze kosten zijn op eenduidige wijze uit de administratie van de ondernemer af te leiden.

3.     Het subsidiebedrag wordt niet hoger vastgesteld dan het maximaal verleende subsidiebedrag, met dien verstande dat het bedrag hoogstens het bedrag is dat mag worden verleend op grond van de maximale subsidiepercentages die door de Europese Commissie zijn vastgesteld.

4.     De subsidieontvanger bewaart ten minste tot 10 jaar nadat de vaststelling van de subsidie onherroepelijk is geworden de administratie ten aanzien van de kosten van de uitvoering van het project en houdt deze  toegankelijk.

Algemene en slotbepalingen

Artikel 26         Toezicht

1.     Ten behoeve van de uitvoering van deze regeling worden toezichthouders, bedoeld in artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht aangewezen.

2.     De in het eerste lid bedoelde toezichthouders zijn belast met het toezicht op de naleving van de in of krachtens de Algemene wet bestuursrecht en in of krachtens deze verordening gegeven voorschriften.

Artikel 27         Bijlage

Bij deze regeling behoort één bijlage die onderdeel van de regeling is.

Artikel 28         Overgangsrecht

1.   De Subsidieregeling Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2008 wordt ingetrokken met ingang van 3 juli 2009.

2.   Op aanvragen die zijn ingediend vóór 3 juli 2009 blijft de Subsidieregeling Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2008 van toepassing.

Artikel 29         Afkondiging en inwerkingtreding

1.   Deze verordening wordt geplaatst in het Provinciaal Blad en treedt in werking met ingang van 3 juli 2009.

2.   Deze verordening werkt terug tot 3 juli 2009, voor zover de afkondiging, bedoeld in artikel 136 van de Provinciewet, plaatsvindt na 3 juli 2009.

Artikel 30 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als IPR 2009.

Toelichting

Artikel 1 onder b:

Als de aanvrager deel uit maakt van een groep, moet worden vastgesteld dat er sprake is van een onderneming in de zin van de regeling. De aanvrager moet zelfstandig opereren ten opzichte van andere groepsonderdelen die binnen Noord-Nederland zijn gevestigd. Op basis van de feitelijke situatie zal worden bepaald of dat het geval is.

In dit onderdeel van artikel 1 is een aantal criteria vermeld aan de hand waarvan het zelfstandig karakter wordt getoetst. Deze criteria zijn niet een limitatieve opsomming.

Bij de toets op het organisatorisch en bedrijfsmatig zelfstandig karakter, zullen o.a. zaken als een zelfstandige administratie en verslaglegging, een zelfstandige huisvesting en een eigen handelsnaam in de beoordeling worden betrokken.

Artikel 1 onder c:

Tot de categorie stuwende ondernemingen worden ondernemingen gerekend die naar hun aard niet aan enige vestigingsplaats zijn gebonden en waarvoor dus een keuze tussen een aantal reële vestigingsplaatsen bestaat. Hiervan is geen sprake indien door het kiezen voor een andere vestigingsplaats de beoogde respectievelijk gerealiseerde klantenkring grotendeels vervalt.

Ook moeten de activiteiten zich in overwegende mate uitstrekken tot buiten de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe. Dat betekent dat meer dan de helft van de omzet moet worden behaald buiten de drie noordelijke provincies.

Te onderscheiden van stuwende ondernemingen zijn verzorgende ondernemingen. Deze ondernemingen behalen hun omzet in overwegende mate binnen de regio van vestiging. De keuze van de vestigingsplaats wordt bij deze ondernemingen voor een belangrijk deel bepaald door de nabijheid van de klantenkring.

Artikel 1 onder d:

In dit onderdeel is rekening gehouden met de invoering van vervroegde afschrijvingen ter stimulering van investeringen die in het belang zijn van het milieu, de technologische ontwikkeling en de arbeidsomstandigheden, alsmede met de invoering van vrije afschrijvingen op bedrijfsgebouwen.

Artikel 1 onder e:

In de definitie van een project is vermeld dat er sprake moet zijn van een samenhangend geheel van investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting, al of niet in combinatie met investeringen in bedrijfsgebouwen of immateriële activa.

Verder moet er sprake zijn van een redelijke verhouding tussen de investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting en bedrijfsgebouwen.

Alleen de investeringen die rechtstreeks aan de tot stand te brengen capaciteit bijdragen worden in de toets op de projectgedachte betrokken. Deze investeringen hoeven niet alle subsidiabel te zijn, zoals investeringen waarvoor de verplichtingen in een bepaalde periode vóór de datum van de ontvangst van de subsidieaanvraag zijn aangegaan. Bij de bepaling van die periode wordt als norm aangehouden de periode van dertien weken voorafgaande aan de ontvangst van de subsidieaanvraag.

Artikel 1 onder f:

Als een onderneming of een onderdeel daarvan, al dan niet vanuit faillissement, door een andere eigenaar wordt voortgezet c.q. doorgestart, of wordt ingebracht in een andere rechtspersoon, is er niet per definitie sprake van het stichten van een nieuwe onderneming. In de beoordeling wordt onder meer betrokken in hoeverre de duurzame bedrijfsuitrusting, het personeel, de voorraden, de orderportefeuille en het klantenbestand worden overgenomen, alsmede de activiteiten onder dezelfde handelsnaam worden voortgezet. Hierbij is niet van belang of de onderneming wordt verplaatst naar een andere locatie.

Artikel 1 onder h:

De activiteiten van een proeffabriek mogen geen directe bijdrage leveren aan de commerciële activiteiten van de stuwende onderneming. Dat de investeringen gericht zijn op het tot stand brengen van een proeffabriek, dient in de gehanteerde afschrijvingstermijn tot uitdrukking te komen.

Artikel 1 onder j:

De arbeidsovereenkomst moet voor een aaneengesloten periode van ten minste 12 maanden worden vervuld. Van dit uitgangspunt kan worden afgeweken, als aangetoond wordt dat seizoensgebonden arbeidsplaatsen structureel worden vervuld.

Artikel 1 onder m:

Goodwill valt niet onder immateriële activa .

Artikel 6:

De aanvrager heeft de keuze om de subsidie te laten berekenen op basis van de kosten van de investeringen of op basis van de kosten van loon. In het geval de subsidie wordt berekend op basis van de loonkosten dient er sprake te zijn van een investeringsproject in samenhang met de te creëren arbeidplaatsen. In welke gevallen ligt een keuze voor een subsidie op loonkosten voor de hand? In gevallen waarbij een project wordt uitgevoerd waarmee relatief veel arbeidplaatsen worden gecreëerd en er in mindere mate sprake is van investeringen. Te denken valt aan arbeidsintensieve bedrijven waarbij er relatief weinig wordt geïnvesteerd in activa.

Artikel 6 lid 1:

Niet gespecificeerde posten (onvoorzien, diversen) worden niet tot de subsidiabele kosten gerekend. Kosten ter voorbereiding van de aanvraag en interest zijn geen subsidiabele kosten.

Artikel 6 lid 2:

Activa die in geval van een bedrijfsverplaatsing van buiten Noord-Nederland naar Noord-Nederland worden overgeplaatst, komen niet voor subsidieverlening in aanmerking.

Artikel 6 lid 4:

Kosten van immateriële activa hoeven niet op de fiscale balans te worden geactiveerd. Deze mogen direct ten laste van de resultatenrekening worden gebracht.

Artikel 6 lid 5 :

Het aangaan van mondelinge overeenkomsten, zogenoemde voorlopige koopcontracten en overeenkomsten met ontbindende dan wel opschortende voorwaarden, wordt in het kader van deze regeling als het aangaan van verplichtingen aangemerkt.

Artikel 7 onder b en artikel 8 lid 2 onder b:

Een huurkoopovereenkomst, (financial) lease overeenkomst of een overeenkomst met betrekking tot een vergelijkbare financieringswijze moet voldoen aan de volgende voorwaarden. De overeenkomst dient:

het economisch risico bij de ondernemer te leggen,

niet opzegbaar te zijn, en

te voorzien in het recht van de ondernemer om na afloop van de in de overeenkomst gestelde termijn de juridische eigendom van de betreffende zaken om niet of nagenoeg om niet te verwerven.

Artikelen 9 en 10:

Deze artikelen hebben betrekking op een aantal situaties waarin binnen de drie noordelijke provincies gelijktijdig of nagenoeg gelijktijdig met de uitvoering van het project bestaande activa buiten gebruik worden gesteld of bestaande arbeidsplaatsen worden opgeheven. Het positieve effect van het project voor de regionale economie wordt als gevolg daarvan per saldo minder. Omdat daarmee afbreuk wordt gedaan aan het doel van deze regeling, worden de subsidiabele kosten zodanig verminderd dat het subsidiebedrag meer in overeenstemming is met het netto effect van het project.

De artikelen voorzien in de rechtevenredige vermindering van de subsidiabele kosten in geval van buitengebruikstelling van duurzame bedrijfsuitrusting of bedrijfsgebouwen of het opheffen van arbeidsplaatsen. Daarbij wordt ook gekeken naar buitengebruikstelling van activa of het opheffen van arbeidsplaatsen binnen andere ondernemingen die in Noord-Nederland zijn gevestigd en tot de groep behoren.

Als binnen de drie noordelijke provincies, binnen de groep waartoe de aanvrager behoort, bestaande activa worden verworven of arbeidsplaatsen worden overgeheveld, zijn de kosten van de verwerving van die activa of de loonkosten van de personeelsleden die de overgehevelde arbeidsplaatsen vervullen, niet subsidiabel.

Onder buitengebruikstelling wordt onder andere verstaan het verkopen en de vaste verhuur van activa, de opzegging van (vaste) huurcontracten en het zgn. stand by stellen van activa. Onder stand by stellen wordt verstaan het beschikbaar hebben maar niet in gebruik of niet meer in gebruik hebben van activa.

Onder opheffing van arbeidsplaatsen wordt ook verstaan detachering van personeel, de opzegging van (vaste) inleenkrachten en het zgn. op non-actief stellen van personeel.

Artikel 10:

Hier gaat het om de aanschaf van bestaande bedrijfsgebouwen of duurzame bedrijfsuitrusting, waarin of waarmee na uitvoering van het project overeenkomstige activiteiten worden verricht als tevoren met genoemde productiemiddelen. De aanschaf wordt in dat geval niet gezien als "nieuwe" investering. De investering door de aanschaf van het bestaande bedrijfsgebouw of duurzame bedrijfsuitrusting, is tegelijk een desinvestering door de rechtsvoorganger. Hieronder valt eveneens de verzelfstandiging van een groepsonderdeel. Bijvoorbeeld: een management buy-out, een overname of een doorstart vanuit of na een faillissement, zijn niet subsidiabel. Hierbij is niet van belang of de productiemiddelen worden verplaatst naar een andere locatie.

Artikel 13 lid 3:

Met de bedoelde normen wordt onder meer gedoeld op de door de Europese commissie vastgestelde Verordening (EG), Nr. 800/2008 van 6 augustus 2008, onder artikel 13, en eventuele toekomstige wijzigingen hierop.

Bij de uitvoering van de regeling zullen de bedoelde normen onverkort worden toegepast. Dit kan er toe leiden dat de te verlenen subsidie dient te worden verlaagd, dan wel een subsidie moet worden geweigerd.

Artikel 17:

De onderneming dient belastingplichtig te zijn voor de Inkomstenbelasting of de Vennootschapsbelasting en dient niet in aanmerking te (kunnen) komen voor één van de vrijstellingsbepalingen uit genoemde belastingwetten. Indien nodig zal aan de ondernemer een kopie van het aangifte- dan wel het aanslagbiljet worden gevraagd.

Stichtingen en verenigingen zijn in het algemeen niet vennootschapsbelastingplichtig en worden in dat geval niet als onderneming in de zin van de regeling aangemerkt. Als de stichting of de vereniging van de Belastingdienst géén (definitieve) aanslag over winst uit onderneming in het kader van voornoemde belastingen ontvangt, is deze géén onderneming in de zin van de regeling.

Artikel 19 lid 1:

De hierin aangegeven verplichting houdt verband met de door de Europese Commissie in de richtsnoeren voor regionale steun geformuleerde eis dat investeringen gedurende een periode van minimaal vijf jaar behouden moeten blijven voor de regio. De subsidieontvanger moet het SNN onverwijld in kennis te stellen van elk voornemen om van het project deel uitmakende bedrijfsgebouwen of duurzame bedrijfsuitrusting of immateriële activa te verkopen, of buiten gebruik te stellen of het voornemen arbeidsplaatsen te laten vervallen. Op basis daarvan zal het SNN bepalen welk deel van de vastgestelde en uitbetaalde subsidie door de subsidieontvanger dient te worden terugbetaald.

Artikel 19 lid 2:

Het gaatbij de subsidiëringniet alleen om het verrichten van investeringen in bijvoorbeeld duurzame bedrijfsuitrusting en/of bedrijfsgebouwen, maar ook om het daadwerkelijk in gebruik nemen daarvan.

Artikel 21:

In geval activa door middel van financial lease, huurkoop of een vergelijkbare financieringswijze zijn verworven, wordt bij de berekening van een voorschot de aanschafwaarde van de betreffende activa in aanmerking genomen.

Artikel 26:

In de artikelen 5:11 e.v. van de Algemene Wet Bestuursrecht is opgenomen, wie toezichthouders zijn en wat hun bevoegdheden zijn. Verder is in artikel 5:20 van die wet voorzien, dat iedereen verplicht is om medewerking te verlenen aan een toezichthouder in functie, tenzij de betrokkenen uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift daarvan zijn vrijgesteld.

Toezichthouders worden aangewezen door het SNN en beschikken over een legitimatiebewijs dat zij op verzoek moeten tonen. Toezichthouders zijn bevoegd tot het betreden van elke plaats met medeneming van de benodigde apparatuur, tot het vorderen van inlichtingen, tot het vorderen van inzage in zakelijke gegevens en het maken van kopieën daarvan en tot het onderzoeken van zaken, die zaken aan opneming te onderwerpen en daarvan monsters te nemen.

Bijlagen

(Zuidbroek; Uiterburen; Heiligelaan; Westeind; W A Schottenweg; Verspreide huizen Zuidbroek; Muntendam met Oude Verlaat; Tussenklappen; Tripscompagnie; Borgercompagnie (gedeeltelijk); Verspreide huizen Muntendam), Pekela (Boven-Pekela; Verspreide huizen Nieuwe Pekela), Scheemda (Scheemda; Eexta; Eexta-Zuid; Heiligerlee; Scheemdermeer; Napels; Nieuw-Scheemda; 't Waar; Hamrikkerweg; Scheemderzwaag), Stadskanaal (Mussel; Verspreide huizen Mussel; Kopstukken; Vledderveen; Alteveer; Verspreide huizen Alteveer; Ceresdorp; Industriegebied; Dideldom; Buitengebied-Zuid), Veendam, Vlagtwedde (Ter Apel; Ter Apelkanaal; Ter Apel 't Heem; Verspreide huizen Ter Apel en Ter Apelkanaal; Agobuurt; Jipsingboermussel en Zandberg), Winschoten. (Delfzijl-Centrum; Delfzijl-Noord; Delfzijl-West; Fivelzigt; Tuikwerd; Meedhuizen; Uitwierde; Verspreide huizen Eemskanaal (ten Zuiden); Industrieterrein; Verspreide huizen in het Noorden; Farsum; Bierum; Verspreide huizen Bierum; Spijk; Holwierde; Godlinze; Losdorp; Krewerd). (Uithuizermeeden; Verspreide huizen Uithuizermeeden; Oosternieland; Roodeschool; Oosteinde; Hooilandseweg; Hefwal; Oudeschip; Oldenzijl; Eemshavengebied), Groningen, Haren (Paterswolde (gedeeltelijk); Verspreide huizen ten Westen, Noord Willemskanaal); Hoogezand-Sappemeer, Leek (Diepswal; Centrum Leek en omgeving; Rodenburg en omgeving; Nienoordsrand; Buitengebied ten oosten van Leek; Buitengebied ten zuiden van Leek; Drostinnewijk; Buitengebied ten noorden van Zevenhuizen; Bebouwde kom Tolbert; Sint Maheerdt; Buitengebied Tolbert; Bebouwde kom Midwolde; Pasop; Buitengebied Midwolde; Bebouwde kom Lettelbert; Bebouwde kom Oostwold; Buitengebied-Oostwold; Bebouwde kom Enumatil; Buitengebied Enumatil; Overschild; Verspreide huizen Overschild; Rengerslaan; Knijpslaan; Verspreide huizen ten zuiden van Kolham; Harkstede; Borgweg (gedeeltelijk); Verspreide huizen in het Westen). (Franeker Binnenstad; Professorenbuurt; Oostelijk en zuidelijk industrieterrein; Vliet, Tuinen westelijke industrieweg; Kaatsersbuurt en Sexbierumerplan; C. van Saarloosstraat e.Ooster; Noordelijk Burg. J. Dijkstraweg; Plan Arkens; Watertoren, Bloementerp en Zevenhuize; Verspreide huizen Franeker; Zweins; Herbaijum; Verspreide huizen Herbaijum), Harlingen, Leeuwarden, Menaldumadeel (Dronrijp; Verspreide huizen Dronrijp; Deinum; Verspreide huizen Deinum; Blessum; Boksum; Verspreide huizen Boksum). (Kanaal; Leeuwarderstraatweg; Businesspark Friesland; Nijehaske; Noord; Mobilisatieweg; Centrum; Het Meer; de Greiden; Midden; de Heide; de Akkers; ten Woude; Nieuweschoot; Zuid), Opsterland (Gorredijk; Verspreide huizen Gorredijk; Langezwaaag; Luxwoude; Verspreide huizen Luxwoude; Terwispel; Verspreide huizen Terwispel; Beetsterzwaag; Olterterp; Ureterp; Verpsr. huizen Ureterp), Skarsterlân (Jonkersland; Blaauwhof, Centrum; Westermeer; Zuiderveld; Skipsleat; Wylderhoarne; Sewei/De Ekers; Woudfennen; Haskerhorne, Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Oudehaske; Nijehaske; Broek; Verspreide huizen Broek; Goingagrijp), Smallingerland (Centrum; De Wiken; De Singels; De Drait; De Wiken-Oost; De Venen; De Folgeren; De Swetten; De Bouwen; Noordoost; De Haven; Buitengebied Drachten; Fennepark; Bedrijvenpark; Vrijburg; Burmaniapark; Opeinde; Drachtstercompagnie). (Roden; Roden West; Industrieterrein Roden; Nieuw-Roden; Buitengebied Roden zuid; Buitengebied Roden-West; Lieveren; Roderesch; Steenbergen; Norg; Verspreide huizen Norg; Langelo; Verspreide huizen Langelo; Peest; Verspreide huizen Peest; Eelde; Oosterbroek en vliegveld; Verspreide huizen Eelde; Eelderwolde; Verspreide huizen Eelderwolde), Midden-Drenthe (Wijster; Verspreide huizen Wijster). (Coevorden-Centrum; Lootuinen; Poppenhare; Binnenvree Buitenvree Pikveld; De Heege; Klooster; Ballast; De Loo; Verspreide huizen Coevorden; Holwert; Hare; Leeuwerikenveld; De Heegte en De Mars; Klinkenvlier; Ossehaar; Steenwijksmoer; Verspreide huizen Steenwijksmoer; Nieuwe Krim; Verspreide huizen Nieuwe Krim; Verspreide huizen Wijerswold; Verspreide huizen Vlieghuis en Padhuis; Stieltjeskanaal; Verspreide huizen Stieltjeskanaal), Emmen (Noordbarge; Zuidbarge; Weerdinge; Westenesch; Emmerschans; Barger-Oosterveld; Verspreide huizen overig dorpsgebied Emmen; Emmen Centrum; Emmermeer; Emmen-Oude Roswinkelerstraat; Emmen over het spoor; Angelslo; Emmenhout; Bargeres; Bargermeer industrieterrein; Rietlanden; Delftlanden; Nieuw-Dordrecht; Verspreide huizen Nieuw-Dordrecht; Oranjedorp; Vastenow; Nieuw-Amsterdam-Centrum; Verspreide huizen Nieuw-Amsterdam; Barger-Erfscheidenveen; Langs de Vaart; Klazienaveen-Noord; Klazienaveen-Zuid; Schoonebeek; Verspreide huizen Schoonebeek; Oosterse Bos en Middendorp; Westerse Bos; Zandpol; Industrieterrein De Vierslagen; Ermerveen; Veenoord; Verspreide huizen Veenoord). (Echten; Verspreide huizen Echten; Koekange; Koekange Noord; Koekange Zuid; Koekangerveld; Verspreide huizen Koekange), Hoogeveen (Centrum; Noord; Bentinckspark; Krakeel; Wolfsbos; Zuid; Venesluis; West; Oost; Steenbergerweiden; Kinholt; Grittenhof; Schoonvelde-West; Schoonvelde-Oost; Schutlanden-Oost; Schutlanden-West; Kattouw; Trasselt; Erflanden; Industriegebied Toldijk; Industriegebied Noord A; Industriegebied Noord B; Industriegebied Buitenvaart; Hollandscheveld kern; Verspreide huizen Hollanscheveld-West; Verspreide huizen Hollanscheveld-Oost; Noordscheschut Kern; Verspreidehuizen Noordsche Schut; Nieuwlande Kern; Verspreide huizen Nieuwlande; Stuifzand Kern; Verspreide huizen Stuifzand; Verspreide huizen Alteveer; Verspreide huizen Nijstad), Meppel (Centrum; Watertoren; Haveltermade; Koedijkslanden; Ezinge; Oosterboer; Industrieterrein Oevers en omgeving; Industrieterrein-Noord; Bedrijvenpark Blankenstein; Verspreide huizen Meppel; Berggierslanden; Kern Rogat; Verspreide huizen Rogat).

Bijlage behorende bij van de IPR 2009

Bijlage De gemeenten en delen van gemeenten, bedoeld in artikel artikel 3 eerste lid, van de IPR 2009, periode 2007/2013

A. Periode 2007¿2013

Provincie Groningen

Oost-Groningen

Menterwolde (Zuidbroek; Uiterburen; Heiligelaan; Westeind; W A Schottenweg; Verspreide huizen Zuidbroek; Muntendam met Oude Verlaat; Tussenklappen; Tripscompagnie; Borgercompagnie (gedeeltelijk); Verspreide huizen Muntendam), Pekela (Boven-Pekela; Verspreide huizen Nieuwe Pekela), Scheemda (Scheemda; Eexta; Eexta-Zuid; Heiligerlee; Scheemdermeer; Napels; Nieuw-Scheemda; 't Waar; Hamrikkerweg; Scheemderzwaag), Stadskanaal (Mussel; Verspreide huizen Mussel; Kopstukken; Vledderveen; Alteveer; Verspreide huizen Alteveer; Ceresdorp; Industriegebied; Dideldom; Buitengebied-Zuid), Veendam, Vlagtwedde (Ter Apel; Ter Apelkanaal; Ter Apel 't Heem; Verspreide huizen Ter Apel en Ter Apelkanaal; Agobuurt; Jipsingboermussel en Zandberg), Winschoten.

Delfzijl en omgeving

Appingedam, Delfzijl (Delfzijl-Centrum; Delfzijl-Noord; Delfzijl-West; Fivelzigt; Tuikwerd; Meedhuizen; Uitwierde; Verspreide huizen Eemskanaal (ten Zuiden); Industrieterrein; Verspreide huizen in het Noorden; Farsum; Bierum; Verspreide huizen Bierum; Spijk; Holwierde; Godlinze; Losdorp; Krewerd).

Overig Groningen

Eemsmond (Uithuizermeeden; Verspreide huizen Uithuizermeeden; Oosternieland; Roodeschool; Oosteinde; Hooilandseweg; Hefwal; Oudeschip; Oldenzijl; Eemshavengebied), Groningen, Haren (Paterswolde (gedeeltelijk); Verspreide huizen ten Westen, Noord Willemskanaal); Hoogezand-Sappemeer, Leek (Diepswal; Centrum Leek en omgeving; Rodenburg en omgeving; Nienoordsrand; Buitengebied ten oosten van Leek; Buitengebied ten zuiden van Leek; Drostinnewijk; Buitengebied ten noorden van Zevenhuizen; Bebouwde kom Tolbert; Sint Maheerdt; Buitengebied Tolbert; Bebouwde kom Midwolde; Pasop; Buitengebied Midwolde; Bebouwde kom Lettelbert; Bebouwde kom Oostwold; Buitengebied-Oostwold; Bebouwde kom Enumatil; Buitengebied Enumatil; Overschild; Verspreide huizen Overschild; Rengerslaan; Knijpslaan; Verspreide huizen ten zuiden van Kolham; Harkstede; Borgweg (gedeeltelijk); Verspreide huizen in het Westen).

Provincie Fryslân

Noord-Friesland

Franekeradeel (Franeker Binnenstad; Professorenbuurt; Oostelijk en zuidelijk industrieterrein; Vliet, Tuinen westelijke industrieweg; Kaatsersbuurt en Sexbierumerplan; C. van Saarloosstraat e.Ooster; Noordelijk Burg. J. Dijkstraweg; Plan Arkens; Watertoren, Bloementerp en Zevenhuize; Verspreide huizen Franeker; Zweins; Herbaijum; Verspreide huizen Herbaijum), Harlingen, Leeuwarden, Menaldumadeel (Dronrijp; Verspreide huizen Dronrijp; Deinum; Verspreide huizen Deinum; Blessum; Boksum; Verspreide huizen Boksum).

Zuidwest-Friesland

Sneek

Zuidoost-Friesland

Heerenveen (Kanaal; Leeuwarderstraatweg; Businesspark Friesland; Nijehaske; Noord; Mobilisatieweg; Centrum; Het Meer; de Greiden; Midden; de Heide; de Akkers; ten Woude; Nieuweschoot; Zuid), Opsterland (Gorredijk; Verspreide huizen Gorredijk; Langezwaaag; Luxwoude; Verspreide huizen Luxwoude; Terwispel; Verspreide huizen Terwispel; Beetsterzwaag; Olterterp; Ureterp; Verpsr. huizen Ureterp), Skarsterlân (Jonkersland; Blaauwhof, Centrum; Westermeer; Zuiderveld; Skipsleat; Wylderhoarne; Sewei/De Ekers; Woudfennen; Haskerhorne, Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Oudehaske; Nijehaske; Broek; Verspreide huizen Broek; Goingagrijp), Smallingerland (Centrum; De Wiken; De Singels; De Drait; De Wiken-Oost; De Venen; De Folgeren; De Swetten; De Bouwen; Noordoost; De Haven; Buitengebied Drachten; Fennepark; Bedrijvenpark; Vrijburg; Burmaniapark; Opeinde; Drachtstercompagnie).

Provincie Drenthe

Noord-Drenthe

Assen, Noordenveld (Roden; Roden West; Industrieterrein Roden; Nieuw-Roden; Buitengebied Roden zuid; Buitengebied Roden-West; Lieveren; Roderesch; Steenbergen; Norg; Verspreide huizen Norg; Langelo; Verspreide huizen Langelo; Peest; Verspreide huizen Peest; Eelde; Oosterbroek en vliegveld; Verspreide huizen Eelde; Eelderwolde; Verspreide huizen Eelderwolde), Midden-Drenthe (Wijster; Verspreide huizen Wijster).

Zuidoost-Drenthe

Coevorden (Coevorden-Centrum; Lootuinen; Poppenhare; Binnenvree Buitenvree Pikveld; De Heege; Klooster; Ballast; De Loo; Verspreide huizen Coevorden; Holwert; Hare; Leeuwerikenveld; De Heegte en De Mars; Klinkenvlier; Ossehaar; Steenwijksmoer; Verspreide huizen Steenwijksmoer; Nieuwe Krim; Verspreide huizen Nieuwe Krim; Verspreide huizen Wijerswold; Verspreide huizen Vlieghuis en Padhuis; Stieltjeskanaal; Verspreide huizen Stieltjeskanaal), Emmen (Noordbarge; Zuidbarge; Weerdinge; Westenesch; Emmerschans; Barger-Oosterveld; Verspreide huizen overig dorpsgebied Emmen; Emmen Centrum; Emmermeer; Emmen-Oude Roswinkelerstraat; Emmen over het spoor; Angelslo; Emmenhout; Bargeres; Bargermeer industrieterrein; Rietlanden; Delftlanden; Nieuw-Dordrecht; Verspreide huizen Nieuw-Dordrecht; Oranjedorp; Vastenow; Nieuw-Amsterdam-Centrum; Verspreide huizen Nieuw-Amsterdam; Barger-Erfscheidenveen; Langs de Vaart; Klazienaveen-Noord; Klazienaveen-Zuid; Schoonebeek; Verspreide huizen Schoonebeek; Oosterse Bos en Middendorp; Westerse Bos; Zandpol; Industrieterrein De Vierslagen; Ermerveen; Veenoord; Verspreide huizen Veenoord).

Zuidwest-Drenthe

De Wolden (Echten; Verspreide huizen Echten; Koekange; Koekange Noord; Koekange Zuid; Koekangerveld; Verspreide huizen Koekange), Hoogeveen (Centrum; Noord; Bentinckspark; Krakeel; Wolfsbos; Zuid; Venesluis; West; Oost; Steenbergerweiden; Kinholt; Grittenhof; Schoonvelde-West; Schoonvelde-Oost; Schutlanden-Oost; Schutlanden-West; Kattouw; Trasselt; Erflanden; Industriegebied Toldijk; Industriegebied Noord A; Industriegebied Noord B; Industriegebied Buitenvaart; Hollandscheveld kern; Verspreide huizen Hollanscheveld-West; Verspreide huizen Hollanscheveld-Oost; Noordscheschut Kern; Verspreidehuizen Noordsche Schut; Nieuwlande Kern; Verspreide huizen Nieuwlande; Stuifzand Kern; Verspreide huizen Stuifzand; Verspreide huizen Alteveer; Verspreide huizen Nijstad), Meppel (Centrum; Watertoren; Haveltermade; Koedijkslanden; Ezinge; Oosterboer; Industrieterrein Oevers en omgeving; Industrieterrein-Noord; Bedrijvenpark Blankenstein; Verspreide huizen Meppel; Berggierslanden; Kern Rogat; Verspreide huizen Rogat).

Bijlage 2

Overige steunkaartgebieden in Nederland

Periode 2007¿2013

Provincie Limburg

Zuid-Limburg

Maastricht (excl. Borgharen; Itteren; Meerssenhoven; Heer);

Beek;

Heerlen;

Nuth;

Sittard-Geleen

Begrotingsjaar 2009

Uitvoeringsbesluit INVESTERINGSPREMIEREGELING NOORD-NEDERLAND 2009 (UITVOERINGSBESLUIT IPR 200 9)

Ter uitvoering van deze regeling heeft het Dagelijks Bestuur van het SNN in zijn vergadering van 23 juni 2009 voor het begrotingsjaar 2009 tot het volgende besloten:

Artikel 1

Het subsidieplafond voor het kalenderjaar 2009 is: € 5.800.000,--.

Artikel 2

De percentages als bedoeld in artikel 13, eerste lid, IPR 2009 zijn voor de volgende gebieden als volgt:

Voor de provincie Groningen

Oost-Groningen 10%

Menterwolde

Delfzijl en omgeving 10%

Appingedam, Delfzijl

Overig Groningen 10%

Eemsmond

Voor de provincie Fryslân

Noord-Friesland 10%

Franekeradeel

Zuidwest-Friesland 10%

Sneek

Zuidoost-Friesland 10%

Heerenveen

Voor de Provincie Drenthe

Noord-Drenthe 10%

Assen, Noordenveld

Zuidoost-Drenthe 10%

Coevorden

Zuidwest-Drenthe 10%

De Wolden

Artikel 3

De subsidiepercentages als bedoeld in artikel 2 van dit besluit worden voor de volgende categorieën projecten met de volgende percentages verhoogd:

Vestigingsprojecten voor kleine ondernemingen 10%

Vestigingsprojecten voor middelgrote ondernemingen 5%

Onder een kleine onderneming wordt verstaan een kleine onderneming als bedoeld in bijlage 1 van Verordening (EG), Nr. 800/2008 van 6 augustus 2008, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 2 van deze bijlage wordt onder een kleine onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijks balanstotaal € 10.000.000,-- niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

Onder een middelgrote onderneming wordt verstaan een middelgrote onderneming als bedoeld in bijlage 1 van Verordening (EG), Nr. 800/2008 van 6 augustus 2008, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 3 van deze bijlage wordt onder een middelgrote onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50.000.000,-- of het jaarlijks balanstotaal

€ 43.000.000,-- niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

Indien de regelgeving van de Europese commissie op dit gebied wijzigt, verandert de definitie van onderneming in de regeling overeenkomstig.

Artikel 4

Het percentage als bedoeld in artikel 11, eerste lid, IPR 2009 is: 80%.

Artikel 5

Het percentage als bedoeld in artikel 17 sub d van de IPR 2009 is 20%.

Artikel 6

Het aantal arbeidsplaatsen als bedoeld in artikel 17 sub g van de IPR 2008 is voor:

vestigingsprojecten waarbij de subsidie wordt berekend op basis van de kosten van de investeringen: 1 fte en

vestigingsprojecten waarbij de subsidie wordt berekend op basis van de kosten van loon: 15 fte.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking op 3 juli 2009.

Artikel 8

Dit besluit kan worden aangehaald als het uitvoeringsbesluit Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2009 (verkort: uitvoeringsbesluit IPR 2009).

Exemplaren van de tekst van de IPR 2009, de toelichting van de IPR 2009 en de bijbehorende aanvraagformulieren zijn te downloaden via de website

www.snn.eu

of kunnen worden verkregen bij deUitvoeringsorganisatie van het SNN

Laan Corpus den Hoorn 200

Postbus 779

9700 AT GRONINGEN

Telefoon: 050-5224900

Begrotingsjaar 2010

Uitvoeringsbesluit INVESTERINGSPREMIEREGELING NOORD-NEDERLAND 2009 (UITVOERINGSBESLUIT IPR 200 9)

Ter uitvoering van deze regeling heeft het Dagelijks Bestuur van het SNN in haar vergadering van

8 december 2009 voor het begrotingsjaar 2010 tot het volgende besloten:

Artikel 1

Het subsidieplafond voor het kalenderjaar 2010 is: € 8.600.000,--.

Artikel 2

De percentages als bedoeld in artikel 13, eerste lid, IPR 2009 zijn voor de volgende gebieden als volgt:

Voor de provincie Groningen

Oost-Groningen 10%

Menterwolde (Zuidbroek; Uiterburen; Heiligelaan; Westeind; W A Schottenweg; Verspreide huizen Zuidbroek; Muntendam met Oude Verlaat; Tussenklappen; Tripscompagnie; Borgercompagnie (gedeeltelijk); Verspreide huizen Muntendam), Pekela (Boven-Pekela; Verspreide huizen Nieuwe Pekela), Scheemda (Scheemda; Eexta; Eexta-Zuid; Heiligerlee; Scheemdermeer; Napels; Nieuw-Scheemda; 't Waar; Hamrikkerweg; Scheemderzwaag), Stadskanaal (Mussel; Verspreide huizen Mussel; Kopstukken; Vledderveen; Alteveer; Verspreide huizen Alteveer; Ceresdorp; Industriegebied; Dideldom; Buitengebied-Zuid), Veendam, Vlagtwedde (Ter Apel; Ter Apelkanaal; Ter Apel 't Heem; Verspreide huizen Ter Apel en Ter Apelkanaal; Agobuurt; Jipsingboermussel en Zandberg), Winschoten.

Delfzijl en omgeving 10%

Appingedam, Delfzijl (Delfzijl-Centrum; Delfzijl-Noord; Delfzijl-West; Fivelzigt; Tuikwerd; Meedhuizen; Uitwierde; Verspreide huizen Eemskanaal (ten Zuiden); Industrieterrein; Verspreide huizen in het Noorden; Farsum; Bierum; Verspreide huizen Bierum; Spijk; Holwierde; Godlinze; Losdorp; Krewerd).

Overig Groningen 10%

Eemsmond (Uithuizermeeden; Verspreide huizen Uithuizermeeden; Oosternieland; Roodeschool; Oosteinde; Hooilandseweg; Hefwal; Oudeschip; Oldenzijl; Eemshavengebied), Groningen, Haren (Paterswolde (gedeeltelijk); Verspreide huizen ten Westen, Noord Willemskanaal); Hoogezand-Sappemeer, Leek (Diepswal; Centrum Leek en omgeving; Rodenburg en omgeving; Nienoordsrand; Buitengebied ten oosten van Leek; Buitengebied ten zuiden van Leek; Drostinnewijk; Buitengebied ten noorden van Zevenhuizen; Bebouwde kom Tolbert; Sint Maheerdt; Buitengebied Tolbert; Bebouwde kom Midwolde; Pasop; Buitengebied Midwolde; Bebouwde kom Lettelbert; Bebouwde kom Oostwold; Buitengebied-Oostwold; Bebouwde kom Enumatil; Buitengebied Enumatil; Overschild; Verspreide huizen Overschild; Rengerslaan; Knijpslaan; Verspreide huizen ten zuiden van Kolham; Harkstede; Borgweg (gedeeltelijk); Verspreide huizen in het Westen).

Voor de provincie Fryslân

Noord-Friesland 10%

Franekeradeel (Franeker Binnenstad; Professorenbuurt; Oostelijk en zuidelijk industrieterrein; Vliet, Tuinen westelijke industrieweg; Kaatsersbuurt en Sexbierumerplan; C. van Saarloosstraat e.Ooster; Noordelijk Burg. J. Dijkstraweg; Plan Arkens; Watertoren, Bloementerp en Zevenhuize; Verspreide huizen Franeker; Zweins; Herbaijum; Verspreide huizen Herbaijum), Harlingen, Leeuwarden, Menaldumadeel (Dronrijp; Verspreide huizen Dronrijp; Deinum; Verspreide huizen Deinum; Blessum; Boksum; Verspreide huizen Boksum).

Zuidwest-Friesland 10%

Sneek

Zuidoost-Friesland 10%

Heerenveen (Kanaal; Leeuwarderstraatweg; Businesspark Friesland; Nijehaske; Noord; Mobilisatieweg; Centrum; Het Meer; de Greiden; Midden; de Heide; de Akkers; ten Woude; Nieuweschoot; Zuid), Opsterland (Gorredijk; Verspreide huizen Gorredijk; Langezwaaag; Luxwoude; Verspreide huizen Luxwoude; Terwispel; Verspreide huizen Terwispel; Beetsterzwaag; Olterterp; Ureterp; Verpsr. huizen Ureterp), Skarsterlân (Jonkersland; Blaauwhof, Centrum; Westermeer; Zuiderveld; Skipsleat; Wylderhoarne; Sewei/De Ekers; Woudfennen; Haskerhorne, Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Haskerhorne; Oudehaske; Verspreide huizen Oudehaske; Nijehaske; Broek; Verspreide huizen Broek; Goingagrijp), Smallingerland (Centrum; De Wiken; De Singels; De Drait; De Wiken-Oost; De Venen; De Folgeren; De Swetten; De Bouwen; Noordoost; De Haven; Buitengebied Drachten; Fennepark; Bedrijvenpark; Vrijburg; Burmaniapark; Opeinde; Drachtstercompagnie).

Voor de Provincie Drenthe

Noord-Drenthe 10%

Assen, Noordenveld (Roden; Roden West; Industrieterrein Roden; Nieuw-Roden; Buitengebied Roden zuid; Buitengebied Roden-West; Lieveren; Roderesch; Steenbergen; Norg; Verspreide huizen Norg; Langelo; Verspreide huizen Langelo; Peest; Verspreide huizen Peest; Eelde; Oosterbroek en vliegveld; Verspreide huizen Eelde; Eelderwolde; Verspreide huizen Eelderwolde), Midden-Drenthe (Wijster; Verspreide huizen Wijster).

Zuidoost-Drenthe 10%

Coevorden (Coevorden-Centrum; Lootuinen; Poppenhare; Binnenvree Buitenvree Pikveld; De Heege; Klooster; Ballast; De Loo; Verspreide huizen Coevorden; Holwert; Hare; Leeuwerikenveld; De Heegte en De Mars; Klinkenvlier; Ossehaar; Steenwijksmoer; Verspreide huizen Steenwijksmoer; Nieuwe Krim; Verspreide huizen Nieuwe Krim; Verspreide huizen Wijerswold; Verspreide huizen Vlieghuis en Padhuis; Stieltjeskanaal; Verspreide huizen Stieltjeskanaal), Emmen (Noordbarge; Zuidbarge; Weerdinge; Westenesch; Emmerschans; Barger-Oosterveld; Verspreide huizen overig dorpsgebied Emmen; Emmen Centrum; Emmermeer; Emmen-Oude Roswinkelerstraat; Emmen over het spoor; Angelslo; Emmenhout; Bargeres; Bargermeer industrieterrein; Rietlanden; Delftlanden; Nieuw-Dordrecht; Verspreide huizen Nieuw-Dordrecht; Oranjedorp; Vastenow; Nieuw-Amsterdam-Centrum; Verspreide huizen Nieuw-Amsterdam; Barger-Erfscheidenveen; Langs de Vaart; Klazienaveen-Noord; Klazienaveen-Zuid; Schoonebeek; Verspreide huizen Schoonebeek; Oosterse Bos en Middendorp; Westerse Bos; Zandpol; Industrieterrein De Vierslagen; Ermerveen; Veenoord; Verspreide huizen Veenoord).

Zuidwest-Drenthe 10%

De Wolden (Echten; Verspreide huizen Echten; Koekange; Koekange Noord; Koekange Zuid; Koekangerveld; Verspreide huizen Koekange), Hoogeveen (Centrum; Noord; Bentinckspark; Krakeel; Wolfsbos; Zuid; Venesluis; West; Oost; Steenbergerweiden; Kinholt; Grittenhof; Schoonvelde-West; Schoonvelde-Oost; Schutlanden-Oost; Schutlanden-West; Kattouw; Trasselt; Erflanden; Industriegebied Toldijk; Industriegebied Noord A; Industriegebied Noord B; Industriegebied Buitenvaart; Hollandscheveld kern; Verspreide huizen Hollanscheveld-West; Verspreide huizen Hollanscheveld-Oost; Noordscheschut Kern; Verspreidehuizen Noordsche Schut; Nieuwlande Kern; Verspreide huizen Nieuwlande; Stuifzand Kern; Verspreide huizen Stuifzand; Verspreide huizen Alteveer; Verspreide huizen Nijstad), Meppel (Centrum; Watertoren; Haveltermade; Koedijkslanden; Ezinge; Oosterboer; Industrieterrein Oevers en omgeving; Industrieterrein-Noord; Bedrijvenpark Blankenstein; Verspreide huizen Meppel; Berggierslanden; Kern Rogat; Verspreide huizen Rogat).

Artikel 3

De subsidiepercentages als bedoeld in artikel 2 van dit besluit worden voor de volgende categorieën projecten met de volgende percentages verhoogd:

Vestigingsprojecten voor kleine ondernemingen 10%

Vestigingsprojecten voor middelgrote ondernemingen 5%

Onder een kleine onderneming wordt verstaan een kleine onderneming als bedoeld in bijlage 1 van Verordening (EG), Nr. 800/2008 van 6 augustus 2008, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 2 van deze bijlage wordt onder een kleine onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijks balanstotaal € 10.000.000,-- niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

Onder een middelgrote onderneming wordt verstaan een middelgrote onderneming als bedoeld in bijlage 1 van Verordening (EG), Nr. 800/2008 van 6 augustus 2008, betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen. Op grond van artikel 2 lid 3 van deze bijlage wordt onder een middelgrote onderneming verstaan een onderneming waar minder dan 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50.000.000,-- of het jaarlijks balanstotaal

€ 43.000.000,-- niet overschrijdt. Indien de onderneming voor 25% of meer in eigendom is van een of meer andere ondernemingen tellen deze ondernemingen voor de berekening van het aantal personen, de omzet en het balanstotaal geheel of gedeeltelijk mee.

Indien de regelgeving van de Europese commissie op dit gebied wijzigt, verandert de definitie van onderneming in de regeling overeenkomstig.

Artikel 4

Het percentage als bedoeld in artikel 11, eerste lid, IPR 2009 is: 80%.

Artikel 5

Het percentage als bedoeld in artikel 17 sub d van de IPR 2009 is 20%.

Artikel 6

Het aantal arbeidsplaatsen als bedoeld in artikel 17 sub g van de IPR 2008 is voor:

vestigingsprojecten waarbij de subsidie wordt berekend op basis van de kosten van de investeringen: 1 fte en

vestigingsprojecten waarbij de subsidie wordt berekend op basis van de kosten van loon: 15 fte.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.

Artikel 8

Dit besluit kan worden aangehaald als het uitvoeringsbesluit Investeringspremieregeling Noord-Nederland 2009 (verkort: uitvoeringsbesluit IPR 2009).

Exemplaren van de tekst van de IPR 2009, de toelichting van de IPR 2009 en de bijbehorende aanvraagformulieren zijn te downloaden via de website www.snn.eu of kunnen worden verkregen bij de

Uitvoeringsorganisatie van het SNN

Laan Corpus den Hoorn 200

Postbus 779

9700 AT GRONINGEN

Telefoon: 050-5224900