Regeling vervallen per 01-01-2006

Subsidieregeling sportstimulering

Geldend van 01-01-2002 t/m 31-12-2005

Intitulé

Subsidieregeling sportstimulering

Inhoud

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Gedeputeerde staten kunnen met inachtneming van deze regeling een incidentele subsidie verlenen aan:

1.   a.   provinciale/regionale geledingen van landelijk erkende sportorganisaties in Drenthe;

b.   organisaties/instellingen die werkzaam zijn binnen de sportsector, die geen winstoogmerk hebben en die geen deel uitmaken van de hiervoor onder a bedoelde sportorganisaties;

2.   Wanneer in Drenthe slechts 1 vereniging aanwezig is die is aangesloten bij een bepaalde, landelijk erkende sportorganisatie, wordt deze vereniging aangemerkt als een provinciale/regionale geleding.

Artikel 2

In het kader van deze regeling kan een subsidie worden verleend in de kosten van:

a.   activiteiten die ten doel hebben de deelname aan sportbeoefening in Drenthe te stimuleren;

b.   activiteiten die bijdragen aan de verbetering van de kwaliteit van de sportbeoefening in Drenthe;

c.    activiteiten die een promotionele waarde hebben voor Drenthe als sportprovincie.

Artikel 3

1.   Activiteiten als bedoeld in artikel 2, onder a, komen slechts voor subsidie in aanmerking indien deze:

a.   georganiseerd worden voor groepen van de bevolking die qua deelneming aan sportbeoefening in een achterstandssituatie verkeren of een sterke afname laten zien of

b.   georganiseerd worden voor jeugdigen tot en met 18 jaar of

c.    gericht zijn op de promotie van minder bekende en beoefende takken van sport en

d.   plaatsvinden binnen de provinciegrenzen.

2.   Activiteiten als bedoeld in artikel 2, onder b, komen slechts voor subsidie in aanmerking indien deze gericht zijn op de personele of organisatorische voorzieningen.

3.   Activiteiten als bedoeld in artikel 2, onder c, komen slechts voor subsidie in aanmerking indien:

a.   aan de activiteit ten minste op provinciaal niveau publiciteit wordt gegeven of

b.   de activiteit vermeld staat op de wedstrijdkalender van de landelijke of internationale sportorganisatie van de desbetreffende tak van sport.

Artikel 4

1.   De subsidies voor de in artikel 2 genoemde activiteiten worden, met uitzondering van de subsidies voor de in artikel 2, onder b, genoemde activiteiten, in beginsel slechts eenmalig verleend. De subsidies voor de in artikel 2, onder b, genoemde activiteiten kunnen ieder jaar opnieuw worden verstrekt, met dien verstande dat subsidie niet vaker wordt verstrekt dan voor 2 achtereenvolgende jaren.

2.   Subsidies voor een activiteit die zich over meerdere jaren uitstrekt kunnen maximaal voor een periode van 2 jaar worden verleend.

3.   Geen subsidie wordt verleend voor activiteiten die door het college van gedeputeerde staten worden gerekend tot het reguliere activiteitenaanbod of takenpakket van instellingen of organisaties.

Artikel 5

1.   Voor subsidieverlening komen de volgende kosten in aanmerking:

-     organisatiekosten

-     accommodatiekosten

-     kaderkosten (leiding en begeleiding)

-     materiaalkosten

2.   Niet voor subsidie in aanmerking komen de kosten van aanpassingen van accommodaties en kosten van aanschaf van materialen die geacht kunnen worden te dienen voor meervoudig en/of algemeen gebruik.

Artikel 6

1.   De subsidie voor de in artikel 2, onder a en b, genoemde activiteiten wordt berekend aan de hand van de in de desbetreffende begroting opgevoerde subsidiabele kosten en zal niet meer bedragen dan 60% van deze kosten tot maximaal het tekort.

2.   De subsidie voor de in artikel 2, onder c, genoemde activiteiten zal afhankelijk van de door het college van gedeputeerde staten vast te stellen publiciteitswaarden voor de provincie niet meer bedragen dan maximaal € 1.140,-- per activiteit. Tevens kan de subsidie nooit meer bedragen dan het tekort.

3.   In naar het oordeel van gedeputeerde staten bijzondere gevallen kan een hogere subsidie worden verleend.

Artikel 7

Bij de berekening van de subsidiabele kosten zullen de door het college van gedeputeerde staten vastgestelde, geharmoniseerde normen voor vergoeding van vrijwilligerswerk worden gehanteerd.

SLOTBEPALING

Artikel 8

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1998.

TOELICHTING OP DE SUBSIDIEREGELING SPORTSTIMULERING

ALGEMEEN

Het beleid dat de provincie voert met betrekking tot de sport is erop gericht te bevorderen dat zoveel mogelijk inwoners van de provincie naar eigen keuze en overeenkomstig hun aanleg en mogelijkheden op een verantwoorde wijze sport kunnen bedrijven of daarbij betrokken zijn.

Het accent wordt daarbij gelegd op de verbetering van de kwaliteit van de sportbeoefening en de stimulering van de deelname eraan onder die groepen van de bevolking die qua participatiegraad in een achterstandssituatie verkeren.

Voor het verbeteren van de kwaliteit van de sportbeoefening vormen de voor de sportbeoefening essentiële voorzieningen als kader (personeel) en organisaties (structuren) voor de provincie de belangrijkste aangrijpingspunten.

ARTIKELSGEWIJS

Artikel 2

a.   Tot activiteiten die ten doel hebben de deelname aan sportbeoefening in Drenthe te stimuleren kunnen onder meer voorlichtings-, wervings- en promotiecampagnes worden gerekend.

      Ook sportevenementen en -manifestaties kunnen tot doel hebben sportbeoefening te stimuleren. Wanneer dat de bedoeling is, zal dit onder meer tot uitdrukking dienen te komen in het beleid dat de desbetreffende organisatie voert met betrekking tot sportstimulering.

b.   Tot activiteiten die ten doel hebben de kwaliteit van de sportbeoefening te verbeteren, kunnen onder meer worden gerekend kadervorming en -scholing, begeleidingsactiviteiten van jeugdige en talentvolle sporters, demonstratiewedstrijden en -trainingen.

      Ook organisatorische maatregelen, onderzoeken en projecten kunnen bijdragen aan kwaliteitsverbetering van de sportbeoefening. In dergelijke gevallen zal dat in de doelstelling van die activiteit en de follow-up daarvan tot uitdrukking dienen te komen.

c.    Tot activiteiten met een promotionele waarde voor Drenthe kunnen nationale en/of internationale wedstrijden en kampioenschappen in Drenthe worden gerekend. Ook wanneer dergelijke wedstrijden of kampioenschappen buiten Drenthe worden gehouden, kunnen deze toch een promotionele waarde voor Drenthe hebben, indien bijvoorbeeld inwoners van Drenthe deelnemen of indien de provincie op een of andere wijze een relatie of samenwerkingsverband kent met de desbetreffende plaats of het gebied.

Artikel 5

Onder organisatiekosten worden onder meer begrepen:

-     administratiekosten (papier, telefoon, porti etc.)

-     vergaderkosten

-     advertentie- en drukkosten

-     EHBO/sportmedische begeleiding

Onder accommodatiekosten worden onder meer begrepen:

-     huur accommodaties

-     kosten van noodzakelijke tijdelijke aanpassingen/inrichting

Onder kaderkosten worden onder meer begrepen:

-     uur-/dagvergoedingen/honoraria

-     reis- en verblijfkosten

Onder materiaalkosten worden onder meer begrepen:

-     huur materialen (inclusief eventuele vervoerskosten)

-     aanschaf klein materiaal voor eenmalig gebruik

Artikel 6

Een voorbeeld van een bijzondere omstandigheid is dat een voor de gehele sportsector in Drenthe uitermate belangrijke activiteit geen doorgang dreigt te vinden, omdat ondanks de maximale subsidie de overige inkomsten ontoereikend zijn om de begroting dekkend te krijgen.