Verordening op de Informatie- en opinierondes gemeente Drimmelen 2018

Geldend van 18-07-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening op de Informatie- en opinierondes gemeente Drimmelen 2018

De raad van de gemeente Drimmelen

Gelezen het voorstel van 5 juli 2018

Gelet op de artikelen 16, 82 en 149 van de Gemeentewet;

Besluit vast te stellen de:

Verordening op de Informatie- en opinierondes gemeente Drimmelen 2018

Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    lid: een lid van de informatie- en opinieronde, zijnde een raadslid.

  • b.

    burgerlid: lid van de informatie- en opinieronde, niet zijnde raadslid.

  • c.

    fractie: een fractie als bedoeld in het ‘Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad van Drimmelen’.

  • d.

    voorzitter: voorzitter van een informatie- of opinieronde.

  • e.

    presidium: het presidium zoals genoemd in het ‘Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad van Drimmelen’.

  • f.

    griffier: de griffier van de raad of diens vervanger.

  • g.

    vergadering: vergadering van een informatie- of opinieronde.

Hoofdstuk 2: Instelling, taken en samenstelling

Artikel 2 Instelling

Er is een informatieronde en een opinieronde.

Artikel 3 Taken

  • 1. De informatierondes hebben tot doel: informatieverstrekking aan raadsleden, burgerleden en inwoners over aan de orde zijnde onderwerpen op de raadsagenda, met ruimte voor het stellen van informatieve/ toelichtende vragen.

  • 2. De opinieronde heeft de volgende taken:

    • a.

      Verkennende en / of kaderstellende discussie en meningsvorming aan de hand van (door het college voorbereide) voorstellen

    • b.

      Het voeren van overleg met het college of de burgemeester over verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur.

    • c.

      Het college om nadere informatie vragen of verzoeken een onderwerp uit te werken en / of met aanvullende of gewijzigde voorstellen te komen.

    • d.

      Bepalen of een onderwerp voor debat of besluitvorming (een z.g. hamerstuk) kan worden geagendeerd voor de eerstvolgende raadsvergadering.

Artikel 4 Samenstelling

  • 1. De informatierondes en opinierondes zijn openbaar.

  • 2. Aan de informatie- en opinierondes kunnen zowel raadsleden als burgerleden deelnemen.

  • 3. Voor de vertegenwoordiging in de opinierondes gelden de volgende regels:

    • a.

      Elke fractie is in de opinieronde met maximaal twee personen vertegenwoordigd. Deze vertegenwoordiging bestaat uit twee raadsleden of een raadslid en een burgerlid.

    • b.

      De fracties melden bij de voorzitter tevoren eventuele wisselingen van de fractie tijdens de vergadering (alleen wisseling per agendapunt).

    • c.

      Per onderdeel voert per fractie één persoon het woord.

    • d.

      Op voordracht van de fractie mogen maximaal 4 burgerleden worden benoemd, welke lid zijn van hun partij. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een burgerlid.

  • 4. Het gestelde onder lid 3, sub a, is niet van toepassing in geval het een eenmansfractie betreft of een fractie van twee personen. Indien het raadslid is verhinderd of vanwege belangenverstrengeling niet deel kan nemen aan de discussie, is vertegenwoordiging door twee burgerleden mogelijk.

Artikel 5 Voorzitter

  • 1. De voorzitters van de informatie- en opinierondes worden door de raad uit zijn midden benoemd.

  • 2. Het voorzitterschap rouleert per informatie- of opinieronde.

  • 3. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de bijeenkomst;

    • b.

      het formuleren van nog openstaande vragen;

    • c.

      het vaststellen dat een toezegging is gedaan;

    • d.

      het handhaven van de orde;

    • e.

      het doen naleven van deze verordening;

  • 4. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de voorzitter.

  • 5. De voorzitter van de opinieronde neemt niet deel aan de discussie.

Artikel 6 Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een voorzitter van een informatie- of opinieronde of burgerlid eindigt in ieder geval aan het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2. Een burgerlid houdt op burgerlid te zijn indien niet meer voldaan wordt aan de in artikel 4, derde lid, sub d, gestelde eisen.

  • 3. De raad benoemt of ontslaat een burgerlid op voorstel van de fractie die het burgerlid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4. De raad kan de voorzitters van een informatie- of opinieronde ontslaan.

  • 5. Een burgerlid of een voorzitter van een informatie- of opinieronde kan te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6. Indien door overlijden of ontslag van een voorzitter een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 7. Indien een fractie blijkens een schriftelijke verklaring aan de voorzitter van de raad niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt het lidmaatschap van het burgerlid dat op voordracht van die partij is benoemd, van rechtswege.

Artikel 7 Griffier

De griffier of adjunct griffier is aanwezig in iedere informatie- of opinieronde.

Artikel 8 Aanwezigheid burgemeester, college, gemeentesecretaris en externen

  • 1. De burgemeester is aanwezig bij de opinieronde.

  • 2. De wethouders zijn aanwezig in de opinieronde en nemen deel aan de beraadslagingen, voor zover er onderwerpen zijn geagendeerd die functioneel tot zijn werkterrein behoren.

  • 3. Het presidium kan de gemeentesecretaris zelf of via de gemeentesecretaris (een) ambtelijk vertegenwoordiger(s) verzoeken aanwezig te zijn in de informatie- of opinieronde en deel te nemen aan de beraadslagingen die functioneel tot zijn werkterrein behoren.

  • 4. Het presidium kan een externe verzoeken aanwezig te zijn in de vergadering en deel te nemen aan de beraadslagingen die functioneel tot zijn werkterrein behoren.

Hoofdstuk 3: Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereidingen

Artikel 9 Vergaderfrequentie

  • 1. Jaarlijks wordt door de raad een vergaderschema voor de vergadering van de raad vastgesteld. De vergaderingen van de informatie- en opinierondes vangen aan om 19:30 uur.

  • 2. De vergaderingen van de informatierondes vinden plaats in het praathuis van het gemeentehuis of een door het presidium aangewezen andere locatie.

  • 3. De vergaderingen van de opinierondes vinden plaats in de raadzaal van het gemeentehuis.

  • 4. Voorts wordt vergaderd indien het presidium het nodig oordeelt of indien tenminste twee fracties schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

  • 5. De voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag of aanvangsuur bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen. Hij/zij voert hierover overleg met de griffier.

Artikel 10 Oproep en agenda

  • 1. De voorzitter zendt ten minste tien dagen voor een vergadering de leden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering.

  • 2. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden.

  • 3. Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 11, tweede lid, worden deze agenda en de daarop vermelde voorstellen of onderwerpen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

  • 4. De oproep aan de raadsleden en de voorlopige agenda worden elektronisch verzonden.

  • 5. Bij aanvang van de vergadering stellen de leden de agenda vast.

Artikel 11 De agenda

  • 1. Voordat de schriftelijke oproep wordt verzonden, stelt de voorzitter de agenda van de vergadering voorlopig vast.

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de schriftelijke oproep tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen.

  • 3. De oproep en de voorlopige agenda worden elektronisch verzonden.

  • 4. Wanneer de vergadering een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies worden gevraagd. De vergadering bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

  • 5. Mits de meerderheid van de vergadering ermee instemt, kan op voorstel van een lid of de voorzitter de volgorde van behandeling van de agendapunten worden gewijzigd.

Artikel 12 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor de informatie- en opinieronde digitaal op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de vergadering.

  • 2. Elektronisch beschikbare stukken worden op de website van de gemeente geplaatst.

  • 3. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • 4. Stukken waaromtrent op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier of diens plaatsvervanger. Deze verleent de raadsleden op verzoek inzage.

Artikel 13 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt ter openbare kennisgeving gebracht door aankondiging in het huis-aan-huis blad ’t Carillon en de gemeentelijke website.

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.

  • 3. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      de voorlopige agenda en de wijze waarop en de plaats waar een ieder deze en de daarbij behorende voorstellen met uitzondering van de in artikel 25, tweede lid, Gemeentewet bedoelde stukken kan inzien;

    • c.

      de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 15.

Paragraaf 2 Orde der vergadering

Artikel 14 Opening vergadering; quorum voor de opinieronde

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

  • 2. Als op grond van het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, bepaalt de voorzitter opnieuw een vergadering op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.

  • 3. Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De vergadering kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd, alleen beraadslagen of besluiten, indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 15 Spreekrecht bij de opinieronde

  • 1. Personen die het woord willen voeren over de op de agenda vermelde onderwerpen melden dit tijdig voor de vergadering bij de griffier of dienst plaatsvervanger.

  • 2. Het onderwerp waarover men wil inspreken wordt – indien mogelijk (gelet op de aard van de overige agendapunten op de agenda) – naar voren gehaald op de betreffende vergaderagenda

  • 3. De spreektijd in eerste termijn bedraagt per spreker maximaal vijf minuten. De spreektijd in tweede termijn bedraagt per spreker maximaal twee minuten (reactie op 1ste termijn).

  • 4. Zij die zich tevoren als spreker hebben aangemeld verkrijgen van de voorzitter het woord. De voorzitter kan een totale spreektijd bepalen en de aan te wenden spreektijd evenredig over de sprekers verdelen, indien het aantal sprekers daartoe aanleiding geeft.

  • 5. Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • 6. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit voor aanvang van de vergadering aan de griffier. Hij/zij vermeldt daarbij zijn/haar naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij/zij het woord wil voeren.

  • 7. De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 8. De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem/haar dit heeft verleend. De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

Artikel 16 Verslaglegging van de opinieronde

  • 1. De hele vergadering van de opinieronde, vanaf opening tot sluiting, wordt, behoudens het bepaalde in hoofdstuk 5 van deze verordening, op een beeld- en geluidsmedium geregistreerd. Dit vormt het digitaal verslag van de vergadering en is te raadplegen via de openbare website van de gemeente. Daarnaast wordt er een besluitenlijst van de vergadering opgesteld. Beeld- en geluidsopname en vastgestelde besluitenlijst zijn openbaar.

  • 2. De opinierondes worden uitgezonden via livestreaming.

  • 3. De ontwerpbesluitenlijst van de voorgaande vergadering worden, zo mogelijk, aan de leden toegezonden gelijktijdig met de schriftelijke oproep. Bij het begin van de vergadering wordt, zoveel mogelijk, de besluitenlijst van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 4. De leden en de voorzitter hebben het recht een voorstel tot verandering aan de raad te doen, indien de ontwerpbesluitenlijst onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeven wat gezegd of besloten is.

  • 5. De besluitenlijst bevat in elk geval:

    • a.

      de naam van de voorzitter, de griffier, de aanwezige raads- en burgerleden, en overige personen die in de vergadering het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest met vermelding van de advisering;

    • c.

      de door de burgemeester of wethouder gedane toezeggingen;

  • 6. De besluitenlijst wordt opgesteld onder de zorg van de griffier of diens plaatsvervanger.

Artikel 17 Volgorde sprekers bij de opinieronde

  • 1. Een lid, de burgemeester of een wethouder voeren het woord nadat het aan de voorzitter is gevraagd en van hem/haar verkregen te hebben.

  • 2. De volgorde van sprekers kan worden gewijzigd, wanneer het woord wordt gevraagd over de orde van de vergadering.

Artikel 18 Aantal spreektermijnen bij de opinieronde

  • 1. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de vergadering anders beslist.

  • 2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten.

  • 3. Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4. Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 19 Spreektijd bij de opinieronde

Een lid kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden.

Artikel 20 Voorstellen van orde bij de opinieronde

  • 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen.

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de vergadering terstond.

Artikel 21 Handhaving orde; schorsing bij de opinieronde

  • 1. Een spreker mag in zijn/haar betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem/haar aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een lid hem/haar interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn/haar betoog zal afronden.

  • 2. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij/zij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem/haar gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem/haar te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

  • 4. De voorzitter kan de vergadering voorstellen aan een lid dat door zijn/haar gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de voorzitter hem/haar verwijderen. Bij herhaling van zijn/haar gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 22 Deelname aan de beraadslaging door anderen bij de opinieronde

  • 1. De vergadering kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

  • 2. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 23 Afronding beraadslaging bij de opinieronde

Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij/zij de beraadslaging, tenzij de vergadering anders beslist.

Hoofdstuk 4: Besloten vergadering

Artikel 24 Besloten vergadering

  • 1. De vergaderingen worden in het openbaar gehouden.

  • 2. De deuren van de vergadering worden gesloten, wanneer ten minste een/vijfde van het aantal leden het vordert of de voorzitter het nodig acht.

  • 3. Over punten, welke in een besloten vergadering worden behandeld, kan ook in die vergadering een besluit worden genomen.

  • 4. Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 25 Besluitenlijst

  • 1. De besluitenlijst van een besloten vergadering wordt slechts verspreid onder de leden.

  • 2. Deze besluitenlijst worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Deze besluitenlijst wordt op de eerstvolgende vergadering in beslotenheid vastgesteld.

Artikel 26 Geheimhouding

  • 1. Voor afloop van de besloten vergadering beslist de vergadering overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De vergadering kan bij meerderheid besluiten de geheimhouding op te heffen.

  • 2. Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de vergadering die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de vergadering overleg gevoerd.

Hoofdstuk 5: Toehoorders en pers

Artikel 27 Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

  • 3. De voorzitter is bevoegd, toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken. Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij/zij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.

Artikel 28 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn/haar aanwijzingen.

Hoofdstuk 6: Slotbepalingen

Artikel 29 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de vergadering op voorstel van de voorzitter.

Artikel 30 Intrekking oude verordening

De Verordening voor informatie- en opinierondes Drimmelen en commissie ruimtelijke plannen 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 31 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2. Op deze datum wordt de ‘Verordening voor informatie- en opinierondes Drimmelen en commissie ruimtelijke plannen 2014’ ingetrokken.

  • 3. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening voor informatie- en opinierondes gemeente Drimmelen 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 5 juli 2018.

De raad voornoemd,

Griffier,

F.M.C. Ronde

Voorzitter,

drs. G.L.C.M. de Kok

Toelichting op de verordening voor informatie- en opinierondes

Deze verordening voorziet in het vaststellen van de taken, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de informatie- en opinierondes.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

Om te voorkomen dat de omschrijving van terugkerende begrippen in de verordening moeten worden herhaald, zijn in deze bepaling een aantal begrippen eenmalig gedefinieerd.

Artikel 2

De bevoegdheid tot instelling van informatie- en opinierondes ligt bij de raad

Artikel 3

De taken van met name de opinierondes sluiten aan bij de taken van raadscommissies die zijn vastgelegd in artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet. Hieraan is toegevoegd de mogelijkheid tot verkennende, kaderstellende en meningsvormende discussies.

Artikel 4

De raad bepaalt de samenstelling van de opinierondes. De leden zijn raadslid of burgerlid (commissielid niet zijnde raadslid). Men dient echter wel lid te zijn van de politieke partij. Op grond van het vierde lid moeten leden voldoen aan hetgeen is bepaald in de artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet. Dit betekent onder andere dat zij achttien jaar moeten zijn, over een geldige verblijfstitel moeten beschikken, hun nevenfuncties openbaar moeten maken, geen functie als bedoeld in artikel 13 mogen vervullen en niet in strijd mogen handelen met artikel 15.

Om er voor te zorgen dat iedere fractie en met name ook de kleine fracties in staat zijn om deel te nemen aan de vergaderingen van de vergadering bepaalt het vierde lid de plaatsvervanging.

Artikel 5

Artikel 82, vierde lid, van de Gemeentewet schrijft voor dat de voorzitter van een vergadering raadslid moet zijn. Dit artikel wordt hier analoog toegepast. Dit betekent dat ervoor wordt gekozen om de (plaatsvervangende) voorzitters van de informatie- en opinierondes door de raad te laten benoemen.

De voorzitter neemt geen deel aan de discussie. Op deze wijze kan de voorzitter zich concentreren op zijn/haar taak als (technisch) voorzitter en zijn/haar tijd en energie aanwenden voor het bewaken van de positie van de vergadering.

Het ligt voor de hand dat de (plaatsvervangend) voorzitters, evenals de leden van de opinie- en informatierondes in de eerste vergadering van de raad in nieuwe samenstelling worden benoemd, aangezien de zittingsperiode van de voorzitters en de leden aan het einde van de zittingsperiode van de raad eindigt (artikel 6, eerste lid). Aangezien het echter niet altijd mogelijk zal zijn om de voorzitters direct na de verkiezingen te benoemen, is er voor gekozen om geen termijn in artikel 5, eerste lid, op te nemen. Hetzelfde geldt overigens voor artikel 4, tweede lid.

Artikel 6

De zittingsperiode van de voorzitter van de informatie- en opinierondes en burgerleden is even lang als de zittingsperiode van de raadsleden, in principe dus vier jaar. De benoeming eindigt derhalve van rechtswege, de raad hoeft hen niet te ontslaan. Op grond van het tweede lid eindigt het lidmaatschap van een vergadering eveneens van rechtswege indien een burgerlid niet meer voldoet aan de in artikel 4, derde lid, sub d gestelde eisen en indien een burgerlid is benoemd op voordracht van een fractie die blijkens een schriftelijke verklaring aan de voorzitter van de raad niet meer vertegenwoordigd is in de raad.

De raad kan een burgerlid op voorstel van de fractie die het lid heeft voorgedragen, ontslaan. Deze situatie kan zich voordoen in geval van een splitsing van een fractie. De ontstane nieuwe fractie heeft dan overigens op grond van artikel 4, tweede en derde lid, recht op een eigen burgerlid.

De voorzitter van een vergadering kan door de raad worden ontslaan, bijvoorbeeld indien deze voorzitter niet meer het vertrouwen van de meerderheid van de raad bezit.

Het vijfde en zesde lid voorzien in de situatie van tussentijdse vacature, hetzij door ontslag het zij door overlijden.

Artikel 7

Iedere vergadering wordt ondersteund door de (plv.) griffier als secretaris.

Artikel 8

De vergadering kan per vergadering beslissen of de aanwezigheid van een collegelid al dan niet gewenst is en of hij/zij aan de beraadslagingen mag deelnemen. Artikel 82, vijfde lid, dat artikel 21, tweede lid, van overeenkomstige toepassing verklaard, is hiervoor de grondslag. Dit geldt zowel voor besloten als voor niet besloten vergaderingen. In de regel zullen ze veelal wel aanwezig zijn ten behoeve van het voeren van overleg en het uitoefenen van controle door de vergadering.

Om te komen tot een praktische regeling is er in deze bepaling voor gekozen om het presidium een voorlopige beslissing omtrent de aanwezigheid van de burgemeester of een wethouder en de deelname aan de beraadslagingen te laten nemen. Als de vergadering het niet met deze voorlopige beslissing van de voorzitter eens is, kan zij bij aanvang van de vergadering anders beslissen. Een expliciete beslissing bij iedere vergadering is niet nodig.

Artikel 9

Veelal zullen de vergaderingen plaatsvinden op een vaste dag en plaats voorafgaand aan de vergaderingen van de raad. Men vergadert vaker als de voorzitter het nodig oordeelt of indien ten minste twee fracties hierom vragen. Deze keuzes zijn aan de raad voorbehouden. Indien de vergadering een hoorzitting zal willen houden, kan de voorzitter gebruik maken van het derde lid en een andere dag, aanvangsuur of plaats bepalen. Bepaald is dat de voorzitter hierover overleg voert met de griffier.

Over de openbaarheid van de vergaderingen bevat deze verordening geen bepaling, aangezien artikel 82, vijfde lid, hierin voorziet. In deze bepaling wordt artikel 23 van overeenkomstige toepassing verklaard op informatie- en opinierondes. Dit betekent dat de vergaderingen in de regel in het openbaar plaatsvinden. Op verzoek van een vijfde van het aantal leden van een vergadering of de voorzitter beslissen om achter gesloten deuren te vergaderen. Van een besloten vergadering wordt een afzonderlijk verslag opgemaakt, dat niet openbaar is.

Artikelen 10, 11, 12, 13.

Deze artikelen spreken voor zich en behoeven geen nadere toelichting

Artikel 14

Artikel 20 van de Gemeentewet regelt het vergaderquorum van de raad. Artikel 14 voorziet hierin voor de informatie- en opinierondes. Indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is en de presentielijst heeft getekend, kan worden vergaderd. Het derde lid voorziet in een regeling voor een nieuwe vergadering indien het quorum niet aanwezig is, anders zou de afwezigheid van leden de voortgang van werkzaamheden kunnen belemmeren. Uiteraard staat op het moment dat de voorzitter bepaalt op welke datum en tijdstip, nog niet vast op welk moment de schriftelijke oproep uitgaat. Indien er enkele dagen tussen de twee vergaderingen zit, mag er vanuit worden gegaan dat het mogelijk is om 24 uur van tevoren een schriftelijke oproep te versturen. Overigens ligt het in de rede dat de voorzitter overlegt met de vergadering over de datum van een nieuwe vergadering.

Artikel 15

Deze bepaling regelt het spreekrecht. Het spreekrecht is beperkt gehouden tot geagendeerde onderwerpen, omdat burgers op die manier een doeltreffende bijdrage kunnen leveren aan de beraadslagingen van een vergadering. Doordat het spreekrecht betrekking heeft op geagendeerde onderwerpen, kan een burger alleen inspreken over onderwerpen die een vergadering aangaan. Als een burger zich meldt voor een onderwerp dat een andere vergadering aangaat, ligt het voor de hand dat de griffier de betreffende persoon naar de juiste vergadering verwijst. In het vijfde lid zijn drie onderwerpen opgenomen, waar het spreekrecht niet voor geldt. De griffier bewaakt de juiste toepassing van dit artikel.

Algemene Verordening Gegevensbescherming

Het opnemen en uitzenden van insprekers tijdens de opinieronde (en raadsvergadering).

In de Gemeentewet zijn voorschriften opgenomen met betrekking tot de openbaarheid van raadsvergaderingen (artikel 23 GW). De gemeenteraad behoort immers als volks vertegenwoordigend orgaan in de openbaarheid te vergaderen. Het maken van camerabeelden teneinde een openbare raadsvergadering via internet live uit te zenden, is conform de privacywetgeving. Het live uitzenden kan als ‘gerechtvaardigd doel’ worden aangemerkt. Het doel is een toegankelijke, laagdrempelige en transparante lokale politiek. De manier waarop de gegevens worden verwerkt is niet onverenigbaar met dit gerechtvaardigd doel. Het is dan ook niet noodzakelijk om vooraf expliciet toestemming te vragen aan betrokkenen voor het live uitzenden van beelden. Betrokkenen dienen wel actief geïnformeerd te worden. Dit kan bijvoorbeeld door een duidelijk bord op te hangen bij aanvang van de raadsvergadering of door een mededeling bij de openbare kennisgeving van een vergadering. Insprekers in de vergadering kunnen via het inspreekformulier worden gewezen op het feit dat de raadsvergadering live zal worden uitgezonden.

Artikel 16

Per 1-1-2008 is overgestapt op digitale verslaglegging met een besluitenlijst.

De besluitenlijst wordt zo mogelijk tegelijkertijd met de schriftelijk oproep verstuurd aan de leden. De voorzitter, de leden, de collegeleden hebben het recht een voorstel tot wijziging te doen. Een voorstel tot wijziging dient bij de secretaris te worden ingediend. Het is aan de voorzitter om, gehoord de gemaakte geluidsopnamen, te beslissen of een voorgestelde wijziging of aanvulling geaccepteerd wordt. De verantwoordelijkheid voor de besluitenlijst ligt bij de secretaris op grond van het vijfde lid.

De opinierondes worden uitgezonden via livestreaming.

Artikel 17

Indien er andere sprekers zijn, bepaalt de voorzitter vanaf welke plaats zij spreken.

Artikelen 18 en 19

Deze artikelen strekken ertoe te benadrukken dat een vergadering op eigen initiatief regels kan stellen over de spreektijd van de leden.

Artikel 20

Ieder lid heeft te allen tijde het recht een voorstel van orde te doen. De beslissing of er inderdaad sprake is van een voorstel van orde is aan de betreffende vergadering. Over een voorstel van orde wordt direct, zonder beraadslaging, besloten door de vergadering.

Artikel 21

Het eerste lid verzekert dat leden vrijelijk kunnen spreken. Wel zijn interrupties uiteraard toegestaan voor zover de voorzitter bij een overvloed aan interrupties of in het belang van de voortgang van de beraadslagingen niet bepaalt dat een spreker zijn/haar betoog zonder verdere interrupties afrondt. Om te bevorderen dat leden zich niet belemmerd voelen om hun mening te uiten bepaalt artikel 82, vijfde lid, van de Gemeentewet bovendien dat artikel 22 van overeenkomstige toepassing is op leden van vergadering. Hierdoor zijn leden niet in rechte te vervolgen, aan te spreken of verplicht getuigenis af te leggen over hetgeen zij in de vergadering zeggen of schriftelijk overleggen. Dit geldt voor zowel raadsleden als burgerleden/niet-raadsleden.

Op basis van het tweede lid kunnen alle sprekers in bepaalde gevallen door de voorzitter tot de orde worden geroepen en kan hen zo nodig over het aanhangige onderwerp het woord ontzegd worden. Ook kan de voorzitter de vergadering schorsen en bij herhaling van de verstoring van de orde, kan hij/zij de vergadering sluiten. In het uiterste geval kan hij/zij een lid het verdere verblijf ontzeggen en hem/haar uit de vergadering doen verwijderen. Indien een lid blijft volharden in zijn/haar gedrag kan hem/haar de toegang tot de vergadering voor ten hoogste drie maanden worden ontzegd. Het vierde lid sluit aan bij artikel 26, derde lid, van de Gemeentewet, die een dergelijke regeling geeft ten aanzien van raadsleden.

Onder interruptie is overigens niet te verstaan het geven van tekenen van goed- of afkeuring; deze uitingen worden beschouwd als verstoringen van de orde. Voor wat betreft de handhaving van de orde op de publieke tribune wordt verwezen naar artikel 27 van deze verordening.

Artikel 22

Deze bepaling is noodzakelijk in verband met het in artikel 22 Gemeentewet geregelde verschoningsrecht. Dit artikel wordt in artikel 82, vijfde lid, van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing verklaard op leden van de vergadering en andere personen die aan de beraadslagingen deelnemen. Het is uiteraard ook mogelijk dat de vergadering bepaalt dat een bepaalde functionaris in bepaalde gevallen altijd aan de beraadslaging mag deelnemen. Het gaat in deze bepaling om anderen dan de leden, de voorzitter, de burgemeester, de wethouders en de gemeentesecretaris. Deze hebben op grond van de artikelen 8, 9, 19 en 20 van deze verordening reeds het recht om aan de beraadslagingen deel te nemen. Uiteraard hebben deze andere sprekers niet dezelfde rechten als de leden. Een andere spreker heeft onder meer geen recht om een voorstel te doen tot wijziging van de notulen, een voorstel over de spreektijd of over de orde van de vergadering.

Artikel 23

De voorzitter kan de beraadslaging sluiten, als hij/zij vaststelt dat een onderwerp voldoende is toegelicht, tenzij een vergadering anders beslist. Een vergadering neemt geen beslissingen, maar bereidt de besluitvorming in de raad voor en overlegt met het college en de burgemeester. Ten behoeve van het debat in de raad en om recht te doen aan de mening van alle fracties, inclusief minderheidsstandpunten, wordt de standpunten van alle fracties opgenomen.

Artikel 24

Bij bepalingen die van overeenkomstige toepassing zijn kan onder meer gedacht worden aan de bepalingen omtrent het tijdig verzenden van stukken, het vergaderquorum en voorstellen van orde. De bepalingen van deze verordening zijn echter niet van toepassing, voor zover de toepassing van die bepalingen strijdig is met het besloten karakter van de vergadering. Zo zullen er bijvoorbeeld geen beeld- en geluidsregistraties voor openbaar gebruik gemaakt kunnen worden. Ten aanzien van de stukken die betrekking hebben op een besloten vergadering en het behandelde zal een vergadering moeten besluiten of geheimhouding als bedoeld in artikel 86 van de Gemeentewet wordt opgelegd dan wel opgeheven.

Op grond van artikel 82, vijfde lid, van de Gemeentewet is artikel 23 van overeenkomstige toepassing. Het vierde lid van artikel 23 van de Gemeentewet schrijft voor dat van een besloten vergadering een afzonderlijk verslag wordt opgemaakt, dat niet openbaar wordt gemaakt tenzij de raad en in casu dus de vergadering anders beslist. In aanvulling hierop bepaalt het tweede lid van deze verordening dat de besluitenlijst van een besloten vergadering ter inzage ligt bij de griffier. De vergadering beslist over het openbaar maken van deze besluitenlijst.

Artikel 25

Hetgeen besproken wordt in een besloten vergadering, valt niet van rechtswege onder de geheimhoudingsplicht. Daarvoor is toepassing van de procedure volgens artikel 86 van de Gemeentewet nodig. Niet alleen de vergadering kan geheimhouding opleggen, ook de voorzitter van de vergadering, het college en de burgemeester kunnen geheimhouding aan de vergadering opleggen. Overigens kan de vergadering ook geheimhouding opleggen aan de raad of het college ten aanzien van stukken die zij aan de raad of het college overlegt (artikel 25, tweede lid, en artikel 55, tweede lid, van de Gemeentewet). De geheimhouding geldt ten aanzien van een ieder die aanwezig is bij een besloten vergadering of die kennis draagt van stukken ten aanzien waarvan geheimhouding geldt. De geheimhouding geldt totdat het orgaan dat de geheimhouding heeft opgelegd of de raad, haar opheft.

Artikel 26

Zoals uit de eerdere toelichting kan de raad de geheimhouding die de vergadering aan de raad oplegt, opheffen. In deze verordening is een overlegverplichting opgenomen waardoor recht wordt gedaan aan het principe van hoor en wederhoor.

Artikel 27

Artikel 26, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet regelen dat de voorzitter van de raad toehoorders die de orde verstoren, kan doen vertrekken en bij volharding in hun gedrag de toezegging kan ontzeggen. Voor informatie- en opinieronds voorziet het derde lid hierin.

Artikel 28

Aangezien de vergaderingen in principe openbaar zijn, kunnen radio- en tv-stations geluid- en beeldregistraties maken. Dit is uiteraard niet het geval als het een besloten vergadering betreft.

Artikelen 29 en 30

Deze artikelen behoeven geen toelichting.