Regeling vervallen per 31-12-2005

Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2005

Geldend van 31-12-2005 t/m 30-12-2005

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van brandweerrechten 2005

De raad van de gemeente Dronten,

op voorstel van burgemeester en wethouders, d.d. 9 november 2004, no. B04.001416;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van de raadscommissie Algemene Zaken van 9 december 2004;

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende verordening; Verordening op de heffing en de invordering van brandweerrechten 2005 (Verordening Brandweerrechten 2005).

Artikel 1. Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam "brandweerrechten" worden geheven:

    • a.

      rechten voor het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde bezittingen van de gemeentelijke brandweer of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeentelijke brandweer in beheer of in onderhoud zijn;

    • b.

      rechten voor het genot van door de gemeentelijke brandweer verstrekte diensten.

  • 2. Geen rechten als bedoeld in het eerste lid worden geheven ter zake van:

    • a.

      het voorkomen, beperken en bestrijden van brand;

    • b.

      het beperken van brandgevaar;

    • c.

      het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand;

    • d.

      al hetgeen met de onderdelen a, b en c verband houdt;

    • e.

      het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand;

    • f.

      de bestrijding en beperking van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet Rampen.

Artikel 2. Belastingplicht

Belastingplichtig is:

  • a.

    degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a;

  • b.

    degene die een dienst aanvraagt dan wel degene te wiens behoeve een dienst is verleend, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b.

Artikel 3. Maatstaf van heffing en tarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als volle eenheid aangemerkt.

Artikel 4. Belastingjaar

Voor zover in de bij deze verordening behorende tarieventabel tarieven zijn opgenomen die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De rechten waarop artikel 4 van toepassing is, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, zijn de rechten, in zoverre in afwijking van artikel 3, tweede lid, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 6. Wijze van heffing

  • 1. De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

  • 2. Indien zich ten aanzien van een zelfde belastingplichtige meerdere belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten ter zake daarvan worden geheven bij wege van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

Artikel 7. Termijn van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald op het moment van uitreiking van de in artikel 6 bedoelde kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van brandweerrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De "Verordening Brandweerrechten 2004" van 27 november 2003, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking. In afwijking in zoverre van het in het voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover daarvan de heffing van de brandweerrechten in die periode plaatsvindt.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2005.

  • 4. Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening Brandweerrechten 2005.

Ondertekening

Dronten, 23 december 2004.

De raad van Dronten,

voorzitter
griffier

Tarieventabel, behorende bij de "Verordening Brandweerrechten 2005"

ALGEMEEN

Alle in deze verordening opgenomen tarieven zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

Hoofdstuk 1. Diensten personeel

1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag :

1.1.1

bij alle vormen van beschikbaar stellen van personeel, per manuur

30,40

1.1.2

voor het uitoefenen van toezicht en het geven van leiding, per manuur

45,60

Hoofdstuk 2. Voertuigen en ander materieel

2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het ter beschikking stellen van voertuigen, ander materieel en dergelijke, per uur of een gedeelte daarvan:

2.1.1

een motorspuitaanhanger

20,80

2.1.2

een poederaanhanger

20,80

2.1.3

een schuimaanhanger

20,80

2.1.4

een lichtaanhanger

20,80

2.1.5

een tankautospuit met een vermogen tot 2.400 l/min.

86,15

2.1.6

een hulpverleningsvoertuig

86,15

2.1.7

een tankwagen inhoud 5.000 liter

55,75

2.1.8

een boot op trailer

55,75

Hoofdstuk 3. Overige diensten

3.1

Het tarief bedraagt voor:

3.1.1

het controleren van een gelaatstuk

10,95

3.1.2

het vullen van een persluchtcilinder

12,70

3.1.3

het ter beschikking stellen van een draagbaar blustoestel, per etmaal

3,95

3.1.4

het ter beschikking stellen van een leslokaal, per uur of een gedeelte daarvan

13,80

3.1.5

het ter beschikking stellen van een portofoon, per etmaal

6,60

3.1.6

het ter beschikking stellen van een mobilofoon, per etmaal

13,20

3.1.7

het ter beschikking stellen van een nood- of transparant verlichtingsarmatuur, per etmaal

3,65

3.1.8

Het vervangen van een patroon

12,90

3.1.9

Het vervangen van een verbroken verzegeling

12,90

Hoofdstuk 4. Verbruikte middelen

4.1

Het tarief voor de in hoofdstuk 1 tot en met 3 vermelde diensten wordt verhoogd met:

4.1.1

Per vulling poeder 9 kg.

57,80

4.1.2

Per vulling poeder 10 kg.

63,50

4.1.3

Per vulling poeder 12 kg.

71,00

4.1.4

Per vulling koolzuursneeuw 5 kg.

30,80

4.1.5

Per vulling koolzuursneeuw 6 kg.

32,05

4.1.6

Per stuk sproeischuim (9 liter)

30,15

4.1.7

Per gasvulling propaan

28,90

4.1.8

Per liter wegdekreinigingsvloeistof

6,20

4.1.9

Per afvoer van poeder 9 kg.

35,60

4.1.10

Per afvoer van poeder 10 kg.

39,55

4.1.11

Per afvoer van poeder 12 kg.

47,50

4.1.12

Per afvoer van schuim 9 liter

20,35

Met betrekking tot de artikelen 2.1.1 tot en met 2.1.7 geldt dat daarbij ter zake van de bezetting van het voertuig afzonderlijke rechten worden geheven overeenkomstig het tarief onder 1.1.1.

Behoort bij raadsbesluit van 23 december 2004.

De griffier van Dronten,