Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Eemsmond (financieel besluit)

Geldend van 01-01-2010 t/m heden

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning 2009

Hoofdstuk 1. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget

Artikel 1.1. Regels rond verstrekking en verantwoording

Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van de aanvrager.

Artikel 1.2. Regels rond verstrekking en verantwoording

Verstrekking als persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien:

  • a.

    op grond van concrete aanwijzingen het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben bij het omgaan met een persoonsgebonden budget;

  • b.

    er sprake is van een progressief of regressief voortschrijdend ziektebeeld waarbij op grond van medische indicatie verwacht mag worden dat de voorziening binnen een jaar moet worden aangepast of vervangen en zo snel weer door een aangepaste voorziening vervangen dient te worden waardoor deze verstrekking zich daardoor niet leent voor een persoonsgebonden budget;

  • c.

    er sprake is van voorzieningen met een op basis van een medische indicatie geschatte looptijd van minder dan een jaar;

  • d.

    het een vervoersvoorziening betreft waar een collectief vervoerssysteem in kan voorzien;

  • e.

    het onder b en c gestelde geldt niet voor de voorziening hulp bij het huishouden.

Artikel 1.3. Regels rond verstrekking en verantwoording

De verantwoording van het persoonsgebonden budget door de budgethouder aan het college vindt plaats:

  • a.

    steekproefsgewijs waarbij de steekproef minimaal een omvang heeft van 10% van de verstrekte persoonsgebonden budgetten, na afloop van de verstrekking dan wel na afloop van enig kalenderjaar.

  • b.

    indien er gerede twijfel bestaat over de doelmatige besteding van het persoongebonden budget.

Hoofdstuk 2. Bijzondere regels rond persoonsgebonden budget voor roerende zaken (rolstoelen, sportrolstoelen, hulpmiddelen en verplaatsingsmiddelen)

Artikel 2.1. Hoogte van het budget

De hoogte van het persoonsgebonden budget is gelijkgesteld aan de bruto catalogusprijs van de overeenkomstige naturaverstrekking. Dit bedrag is inclusief geschatte kosten voor regulier onderhoud, service en verzekering gedurende de economische gebruiksduur van de voorziening

Artikel 2.2. Verplichtingen

De belanghebbende is verplicht om gedurende de gebruiksduur de aangeschafte zaak voldoende te laten onderhouden. In geval van een scootmobiel of elektrische rolstoel is het daarnaast verplicht om minimaal een aansprakelijkheidsverzekering (WA) af te sluiten gedurende de gebruiksduur van het hulpmiddel.

Artikel 2.3. Betaling

Het persoonsgebonden budget wordt rechtstreeks aan de belanghebbende of diens (wettelijke) vertegenwoordiger uitbetaald

Artikel 2.4. Wijziging in de situatie

Het verstrekken van een volgende voorziening binnen afloop van de, voor de gebruiker, normale gebruiksduur kan slechts in die gevallen waarin onvoorziene wijzigingen in medische of andere relevante omstandigheden daartoe aanleiding geven. De normale gebruiksduur wordt vastgesteld aan de richtlijnen die gelden voor het specifieke hulpmiddel waarbij rekening wordt gehouden met de intensiteit van het gebruik.

Hoofdstuk 3. Bijzondere regels rond persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden

Artikel 3.1 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget hulp bij het huishouden

De vaststelling van een persoonsgebonden budget vindt ten aanzien van hulp in de huishouding als volgt plaats:

Er wordt een bedrag per uur beschikbaar gesteld dat gelijk is aan het bedrag dat geldt voor de kosten voor hulp bij de huishouding in natura en biedt ruimte om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen verbonden aan de inhuur.

Artikel 3.2. Hoogte van het budget

De hoogte van een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden wordt gebaseerd op de volgende uurtarieven: HH1: € 15,90 en HH2: 23,59.

Artikel 3.3. Verplichtingen

De belanghebbende dient schriftelijke overeenkomsten te sluiten met de door hem of haar ingeschakelde hulpverleners. Daarnaast dient de belanghebbende in ieder geval een WA-verzekering en een rechtsbijstandverzekering af te sluiten.

Artikel 3.4 onderscheid vormen PGB en rechtsgevolgen

PGB Regulier:

- arbeidsovereenkomst: volledig werkgeverschap

- aovk Regeling Dienstverlening aan huis: gedeeltelijk werkgeverschap

- overeenkomst van opdracht: geen werkgeverschap

PGB vergoeding voor alfahulp

-aovk Regeling Dienstverlening aan huis: gedeeltelijk werkgeverschap

maximaal 3 dagen per week

Artikel 3.5. Betaling

Het persoonsgebonden budget wordt rechtstreeks aan de belanghebbende of diens (wettelijke) vertegenwoordiger uitbetaald. Afhankelijk van de hoogte van het PGB vindt de uitbetaling plaats per maand, per kwartaal, per half jaar of per jaar. Hiervoor gelden de volgende bedragen:

  • ·

    een PGB tot € 2.500,00 op jaarbasis: uitbetaling in een keer;

  • ·

    een PGB tussen € 2.500,00 en € 5.000,00 op jaarbasis: per half jaar;

  • ·

    een PGB tussen € 5.000,00 en € 25.000,00 op jaarbasis: per kwartaal;

  • ·

    een PGB boven € 25.000,00 op jaarbasis; maandelijks.

Hoofdstuk 4. Bijzondere regels rond persoonsgebonden budget en financiële tegemoetkoming voor woonvoorzieningen

Artikel 4.1.1. Verhuiskosten

Het bedrag voor de verhuiskostenvergoeding als genoemd in artikel 14, lid 1 onder a van de Verordening bedraagt de werkelijk gemaakte kosten, doch ten hoogste € 3.500,-.

Artikel 4.1.2. Woonvoorzieningen

De hoogte van de kosten van een woonvoorziening als bedoeld in artikel 14, lid 1 onder b tot en met h van de Verordening wordt bepaald op basis van een door het college van Burgemeester en Wethouders goedgekeurde offerte.

Artikel 4.1.3. Bezoekbaar maken woning

Het bedrag dat als tegemoetkoming wordt verstrekt bij het bezoekbaar maken van een woning als genoemd in artikel 19, lid 2 tot en met 5 van de Verordening bedraagt maximaal € 3.000,-.

Voor minderjarige uitwonende kinderen geldt een maximaal bedrag van € 20.000,-. Dit bedrag mag ingezet worden voor zowel het bezoekbaar als het logeerbaar maken van de ouderlijke woning.

Artikel 4.1.4. Niet bouwkundige of niet woontechnische voorziening

De hoogte van het persoonsgebonden budget of de financiële tegemoetkoming voor niet bouwkundige of niet woontechnische voorzieningen wordt vastgesteld op de door het college goedgekeurde kosten van de voorziening, inclusief eventuele kosten voor onderhoud en service gedurende de gebruiksduur van de voorziening.

Artikel 4.2 Verplichtingen

De belanghebbende is verplicht om gedurende de gebruiksduur de getroffen voorziening of de aangeschafte zaak voldoende te laten onderhouden en, voor zover van toepassing, toereikend te verzekeren.

Artikel 4.3. Betaling

a.Bouwkundige woonvoorzieningen:

De financiële tegemoetkoming of het persoonsgebonden budget voor bouwkundige voorzieningen als bedoeld in artikel 4.1.2. en 4.1.4. van dit besluit wordt rechtstreeks aan de eigenaar van de woning uitbetaald, met inachtneming van het volgende:

  • 1.

    De financiële tegemoetkoming wordt betaald na gereedmelding en vaststelling, zoals genoemd in artikel 4.4. onder a.

  • 2.

    Een persoonsgebonden budget voor bouwkundige voorzieningen kan slechts worden verstrekt aan de belanghebbende die tevens eigenaar is van de woning. Dit budget wordt uitbetaald na toekenning van de voorziening.

b. Niet bouwkundige woonvoorzieningen:

Het persoonsgebonden budget of de financiële tegemoetkoming voor verhuiskosten of voorzieningen van niet bouwkundige of woontechnische aard wordt rechtstreeks aan de belanghebbende of diens (wettelijke) vertegenwoordiger uitbetaald.

Artikel 4.4 Verantwoording

a. Bouwkundige voorzieningen

Artikel 4.4.1. Financiële tegemoetkoming

Direct na voltooiing van de werkzaamheden, maar uiterlijk binnen 15 maanden na de datum van de toekenning van de voorziening, verklaart degene aan wie de financiële tegemoetkoming wordt betaald dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. Deze gereedmelding is tevens een verzoek om vaststelling en uitbetaling van de financiële tegemoetkoming. De gereedmelding gaat vergezeld van een verklaring dat bij het treffen van de voorzieningen is voldaan aan de voorwaarden waaronder de financiële tegemoetkoming is verleend en van de op de werkzaamheden betrekking hebbende nota's. Indien tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden de verwachting bestaat dat de kosten zullen afwijken van het begrote bedrag, dient de belanghebbende hierover onverwijld in contact te treden met het college.

Artikel 4.4.2. Persoongebonden budget

Direct na voltooiing van de werkzaamheden, maar uiterlijk binnen 15 maanden na de datum van toekenning van de voorziening, verklaart degene aan wie het persoonsgebonden budget is uitbetaald, dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. Deze gereedmelding gaat vergezeld van de op de werkzaamheden betrekking hebbende facturen. De gereedmelding leidt niet tot nabetaling.

Indien tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden de verwachting ontstaat dat de kosten zullen afwijken van het begrote bedrag, dient de belanghebbende hierover onverwijld in contact te treden met het college.

b.Niet bouwkundige woonvoorzieningen.

Voor de verantwoording van niet bouwkundige woonvoorzieningen geldt hetgeen is gesteld onder artikel 1 van dit besluit.

Hoofdstuk 5. Bijzondere regels rond persoonsgebonden budget voor het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel (vervoersvoorzieningen)

Artikel 5.1 Personen die geen gebruik kunnen maken van het collectief vervoer

Het persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen wordt vastgesteld op 100% van de catalogusprijs van de goedkoopst-adequate voorziening. Dit bedrag is inclusief onderhoud en reparatie.

Artikel 5.2 Gebruik van een eigen auto

  • a. De hoogte van het door Burgemeester en Wethouders te verlenen persoonsgebonden budget voor de kosten van gebruik van een eigen auto bedraagt maximaal € 232,50 per kwartaal.

  • b. Voor een autoaanpassing wordt de hoogte van het persoonsgebonden budget vastgesteld aan de hand van de kosten van de overeenkomstige naturaverstrekking, inclusief eventuele kosten voor onderhoud en service gedurende de gebruiksduur van de voorziening.

Artikel 5.3. Verplichtingen

De belanghebbende dient de frequentie en de bestemmingen van de gemaakte reizen bij te houden en taxibonnen of overige betalingsbewijzen gedurende een periode van één jaar te bewaren.

Artikel 5.4. Betaling

Het persoonsgebonden budget wordt rechtstreeks, in kwartaaltermijnen, aan de belanghebbende of diens (wettelijke) vertegenwoordiger uitbetaald.

Hoofdstuk 6. Eigen bijdragen, eigen aandeel

Artikel 6.1.1. Omvang van eigen bijdragen en eigen aandeel

Het bedrag dat de ongehuwde persoon jonger dan 65 jaar dient te betalen bedraagt € 17,20 per vier weken, met dien verstande dat indien zijn inkomen meer bedraagt dan € 21.703 het bedrag van € 17,20 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn inkomen en € 21.703.

Artikel 6.1.2.

Het bedrag dat de ongehuwde persoon van 65 jaar of ouder dient te betalen bedraagt €17,20 per vier weken, met dien verstande dat indien zijn inkomen meer bedraagt dan € 14.812 het bedrag van € 17,20 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn inkomen en € 14.812.

Artikel 6.1.3.

Het bedrag per vier weken dat gehuwde personen indien een van beiden jonger is dan 65 jaar dienen te betalen bedraagt € 24,60 per vier weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke inkomen meer bedraagt dan € 26.535 het bedrag van € 24,60 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijk inkomen en € 206.535.

Artikel 6.1.4.

Het bedrag per vier weken dat gehuwde personen indien beide ouder zijn dan 65 jaar dienen te betalen bedraagt € 24,60 per vier weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke inkomen meer bedraagt dan € 20.431 het bedrag van € 24,60 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijk inkomen en € 20.431.

Artikel 6.2. Maximaal negenendertig perioden van vier weken

Indien een voorziening bestaat uit een roerende zaak die in eigendom wordt verstrekt of uit een bouwkundige of woontechnische aanpassing van een woning die eigendom is van de aanvrager, wordt gedurende een periode van maximaal 39 maal vier weken een eigen bijdrage in rekening gebracht dan wel bij de vaststelling van de hoogte van een financiële tegemoetkoming gedurende die periode een met toepassing van het in artikel 2 vastgesteld bedrag in mindering gebracht.

Artikel 6.3. Besparingsbijdrage

Het bedrag dat als besparingsbijdrage gevraagd wordt bij verstrekking van een driewielfiets of een fiets in bijzondere uitvoering bedraagt € 190,00 (4-6 jaar), € 220,00 (8-10 jaar) € 400,00 voor overige fietsen (bron: Nibud 2008-2009).

Hoofdstuk 7. Samenhangende afstemming

Artikel 7.1. Samenhangende afstemming

Om de verkrijging van individuele voorzieningen samenhangend af te stemmen op de situatie van de aanvrager wordt bij het onderzoek inzake het advies ex artikel 33 van de Verordening Wmo gemeente Eemsmond indien van toepassing aandacht besteed aan:

  • a.

    de algemene gezondheidstoestand van de aanvrager;

  • b.

    de beperkingen die de aanvrager in zijn functioneren ondervindt als gevolg van ziekte of gebrek;

  • c.

    de woning en de woonomgeving van de aanvrager;

  • d.

    het psychisch en sociaal functioneren van de aanvrager;

  • e.

    de sociale omstandigheden van de aanvrager;

  • f.

    de compensatiebehoefte van de aanvrager.

Bij de besluitvorming en de motivering van het besluit wordt door het college bij deze bevindingen aangesloten.

Hoofdstuk 8. Hardheidsclausule

Artikel 8.1. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen bepalingen van dit besluit buiten toepassing laten of van bepalingen van dit besluit afwijken, voor zover toepassing daarvan gelet op het belang van de aanvrager leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.

Hoofdstuk 9. Slotbepalingen

Artikel 9.1. Vaststelling en inwerkingtreding

Dit besluit is vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Eemsmond van 24 september 2009 en treedt in werking per 1 januari 2010. Het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Eemsmond komt per genoemde datum te vervallen.

Artikel 9.2. Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als “Besluit maatschappelijke ondersteuning 2009’

Bijlage HH uit bestek RRNG 2009

De in deze aanbesteding bedoelde hulp bij het huishouden, uit te voeren op woon- c.q. verblijflocatie van de individuele cliënt, betreft:

-Hulp bij het huishouden niveau 1 (HH-1);

Het in overleg met de cliënt zelfstandig verrichten van verschillende alledaagse huishoudelijke werkzaamheden, die samenhangen met beperkingen van cliënt bij het zelfstandig kunnen uitvoeren van huishoudelijke werkzaamheden. (Zie tevens functieprofiel opgaveformulier D.3.)

-Hulp bij het huishouden niveau 2 (HH-2);

In aanvulling op de werkzaamheden van HH-1, tevens gerichte hulp bij de organisatie van de huishouding. Geheel of gedeeltelijk overnemen van activiteiten op het gebied van hulp van het huishouden, met inbegrip van hulp bij de organisatie van het huishouden en instructie en voorlichting, direct verbonden met de activiteiten voor het voeren van een

huishouding. (Zie tevens functieprofiel opgaveformulier D.3.)

Opgaveformulier D.3. Beroepsbekwaamheid in te zetten personeel

Inschrijver verklaart, toegerust te zijn dan wel zich toe te rusten tot het op deskundige wijze adequaat kunnen uitvoeren van de verlangde diensten, waarbij de beroepsbekwaamheid en het gedrag van werknemers voor het uitvoeren van de respectievelijke taken HH-1, HH-2 en leidinggevenden tenminste voldoen aan navolgende:

Functie Eisen Ja / Neen

HH-1 Taken:

Geheel of gedeeltelijk overnemen van activiteiten op het gebied van hulp

van het huishouden (met inbegrip van enige begeleiding bij die

activiteiten). Er wordt verondersteld dat de cliënt in staat is tot zelfregie

over de planning van de activiteiten.

Werkzaamheden:

-Licht huishoudelijk werk;

o opruimen, stof afnemen/ ragen, afwassen, hand – en spandiensten,

bedden opmaken en verschonen.

-Zwaar huishoudelijk werk;

o stofzuigen, schrobben / dweilen / soppen van sanitair en keuken,

opruimen huishoudelijke afval.

-De was doen;

o kleding en linnengoed sorteren en wassen in wasmachine doen,

centrifugeren, ophangen en afhalen, in droger doen, strijken en

opbergen.

  • -

    Huishoudelijke spullen netjes op orde houden.

  • -

    Boodschappen doen;

o boodschappen inkopen en opslaan, boodschappenlijst samenstellen.

-Broodmaaltijden bereiden;

o broodmaaltijd klaarzetten, tafeldekken en afruimen, koffie / thee

zetten, afwassen, opslaan en beheer levensmiddelen.

-Warme maaltijden bereiden;

o eten voorbereiden, eten koken, tafeldekken en afruimen, afwassen,

opslaan en beheer levensmiddelen voorraad.

Vaardigheden:

-ervaring met huishoudelijke werkzaamheden of schoonmaak en deze

zelfstandig kunnen uitvoeren,

  • -

    goed met (oudere)mensen kunnen omgaan,

  • -

    cliëntvriendelijke en hulpvaardige instelling,

  • -

    kunnen signaleren en rapporteren van veranderingen in de leefsituatie

van cliënt,

-beheersing van de Nederlandse taal.

Deskundigheidsniveau:

-Het deskundigheidsniveau van de uitvoerende waarborgt het adequaat

uitvoeren van HH-1 taken.

Gedragscode (uitgangspunten gedragscode individuele werknemers belast met uitvoer HH-1):

  • -

    Correcte cliënt bejegening,

  • -

    Respecteren ziens- en zijnswijze van cliënt,

  • -

    Privacy, geheim te houden al hetgeen is toevertrouwd.

  • -

    Verbod op het aannemen van cadeaus c.q. schenkingen.

Functie Vereisten Ja / Neen

HH-2 Taken:

Naast huishoudelijke werkzaamheden ( zie HH-1) organisatie van het

huishouden, zoals:

-(Dagelijkse) organisatie van het huishouden;

o administratieve werkzaamheden, organisatie huishoudelijke

activiteiten, plannen en beheren van middelen m.b.t. het huishouden.

-Anderen helpen in huis bij bereiden van maaltijden;

o (ochtend, middag en avond) maaltijd voorbereiden.

-Kinderen helpen met de zelfhulp;

o Wassen en aankleden, hulp bij eten en drinken, sfeer scheppen,

opvoedingsactiviteiten.

Vaardigheden:

-ervaring met huishoudelijke werkzaamheden of schoonmaak en deze

zelfstandig kunnen uitvoeren,

  • -

    ervaring met de hulp van kinderen,

  • -

    goed met (oudere)mensen kunnen omgaan,

  • -

    cliëntvriendelijke en hulpvaardige instelling,

  • -

    kunnen signaleren en rapporteren van veranderingen in de leefsituatie,

gezondheidstoestand en sociale situatie van cliënt,

-beheersing van de Nederlandse taal.

Deskundigheidsniveau:

-Het deskundigheidsniveau van de uitvoerende waarborgt het adequaat

uitvoeren van HH-2 taken.

Gedragscode (uitgangspunten gedragscode individuele werknemers belast met het

uitvoeren van HH-2 taken):

  • -

    Correcte cliënt bejegening,

  • -

    Respecteren ziens- en zienswijze van cliënt,

  • -

    Privacy, geheim te houden al hetgeen is toevertrouwd,

  • -

    Verbod op het aannemen van cadeaus c.q. schenkingen.