Subsidieverordening Twents Fonds voor Vakmanschap

Geldend van 23-02-2021 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 05-01-2021

Intitulé

Subsidieverordening Twents Fonds voor Vakmanschap

De raad van de gemeente Enschede;

gelezen het voorstel van het college van,

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening 2016;

besluit vast te stellen de:

Subsidieverordening Twents Fonds voor Vakmanschap

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede;

Artikel 2 Bevoegdheid college

Het college besluit met inachtneming van deze verordening op subsidieaanvragen.

Hoofdstuk 2 Subsidiebepalingen

Artikel 3 Toepassingsbereik; doel

  • 1.

    Deze verordening is een bijzondere subsidieverordening als bedoeld in de Algemene subsidieverordening van de gemeente Enschede;

  • 2.

    Deze verordening heeft tot doel regels te stellen voor de subsidiëring van activiteiten in het kader van het Twents Fonds voor Vakmanschap;

  • 3.

    Het Twents Fonds voor Vakmanschap kent een aantal doelstellingen. Deze subsidieverordening heeft betrekking op de volgende doelstellingen:

    • a.

      Het door scholing van kandidaat-werknemers beter op elkaar afstemmen van vraag naar en aanbod van vaktechnisch geschoold personeel op de Twentse arbeidsmarkt;

    • b.

      Het bijdragen in Twente aan het landelijk beleid van een Leven Lang Ontwikkelen.

Hoofdstuk 3 Subsidievereisten

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt: voor opleidingen die gericht zijn op beroepen die staan op de op het moment van aanvragen geldende Kansberoepenlijst van het UWV voor de Regio Twente.

  • 2. Indien een beroep niet op de Kansberoepenlijst van het UWV voor de Regio Twente staat vermeld, kan subsidie worden verstrekt als er een aantoonbaar arbeidsmarktperspectief is voor aanvrager. Dat perspectief kan worden aangetoond door middel van een intentieverklaring van een werkgever voor een aanstelling van minimaal 24 uren per week voor minimaal 6 maanden.

  • 3. Uitsluitend directe opleidingskosten zoals cursus-, examen-, boeken- en arrangementskosten worden vergoed. Er wordt geen vergoeding verstrekt voor reiskosten, hulpmiddelen en voor branche-/sector verplichte cursussen.

  • 4. Het college kan bij nadere regels bepalen dat voor een aantal opleidingen zoals bedoeld in lid 1 en 2 van dit artikel geen subsidie wordt verstrekt.

Artikel 5 Subsidiecriteria

Een subsidieaanvraag wordt getoetst aan de volgende criteria:

  • 1.

    Aanvrager

    • a.

      kan alleen een natuurlijke persoon zijn;

    • b.

      is inwoner van één van de 14 Twentse gemeenten;

    • c.

      valt binnen de leeftijdscategorie van 18 tot 67 jaar en;

    • d.

      heeft ten hoogste een opleiding MBO 4 behaald.

  • 2.

    Er zijn geen voorliggende voorzieningen waaruit de opleiding betaald kan worden.

  • 3.

    De opleider is NRTO, OCW of Crebo gecertificeerd en voldoet aan de gedragsregels van de eigen organisatie.

  • 4.

    Het College kan in bijzondere gevallen van bovenstaande criteria afwijken.

Artikel 6 Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond wordt vastgesteld door het College.

  • 2. Aanvragen worden in volgorde van binnenkomst behandeld.

Artikel 7 Subsidiehoogte

  • 1. Een subsidie die verstrekt wordt op grond van deze verordening bedraagt maximaal € 5.000 per aanvrager per jaar.

  • 2. Het college kan bij nadere regels bepalen dat voor een deel van de opleidingen of voor alle opleidingen zoals bedoeld in artikel 4 lid 1 en lid 2 van deze verordening een lager maximumbedrag dan € 5.000 per aanvrager per jaar wordt verstrekt.

Hoofdstuk 4 Procedurele bepalingen

Artikel 8 Subsidieaanvraag

  • 1. Een subsidieaanvraag voor een opleiding kan vanaf 10 weken voor aanvang en tot uiterlijk 2 weken voor de start van de opleiding ingediend worden; een subsidieaanvraag voor een volgend jaar, kan vanaf 1 november van het lopende jaar worden ingediend.

  • 2. De ondertekende aanvraag bevat de naam, het adres, de geboortedatum, het telefoonnummer, het e-mailadres, het huidig opleidingsniveau en het Burgerservicenummer van de aanvrager.

  • 3. De ondertekende aanvraag bevat de naam van de opleiding(-en) en de naam van het (de) opleidingsinstituut (-ten).

  • 4. Een aanvrager kan gemotiveerd in hetzelfde jaar tweemaal een subsidieaanvraag indienen voor een vervolgopleiding. Het maximale subsidiebedrag blijft in dit geval € 5.000 per aanvrager per jaar.

Artikel 9 Beslistermijn; subsidievaststelling;

  • 1. Het college beslist binnen 1 maand na ontvangst op een subsidieaanvraag.

  • 2. Het college kan voornoemde termijn, met redenen omkleed, eenmalig met een maand verlengen. Hiervan wordt schriftelijk mededeling gedaan aan aanvrager.

  • 3. Het college beslist in geval van toekenning tot subsidievaststelling zonder voorafgaande verlening.

Artikel 10 Subsidieverplichtingen

  • 1. Subsidieontvanger dient te voldoen aan de redelijke inspanningsverplichting om de opleiding succesvol af te ronden.

  • 2. Subsidieontvanger dient zich aan de regels en aanwijzingen van het opleidingsinstituut te houden.

  • 3. Indien subsidieontvanger zich niet houdt aan de verplichtingen genoemd onder 1 en/of 2 kan het college besluiten de subsidie geheel of gedeeltelijk in te trekken.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening Twents Fonds voor Vakmanschap.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 9 december 2019,

De Griffier, R.M. Jongedijk,

De Voorzitter, G.O. van Veldhuizen

Toelichting bij Subsidieverordening Twents Fonds voor Vakmanschap

In art. 4.3 wordt gesproken van arrangementskosten; hiermee worden bv. door opleider verplicht gestelde lunch of overnachtingskosten bedoeld. Onder hulpmiddelen wordt verstaan: mobiele telefoon, IPad, Laptop, ed.

Art. 5.4 Voorbeelden van bijzondere gevallen: een Hbo-opgeleide jongerenwerker die met een burn-out thuis zit en een MBO-technische opleiding wil volgen voor een technisch beroep. Of een werkzoekende die tijdelijk in Duitsland woont en die een baangarantie van een werkgever in Nederland heeft voor een technische baan.

Het in Art. 6.1 genoemde subsidieplafond wordt jaarlijks vastgesteld door het College en is afhankelijk van de jaarlijkse bijdragen in het kader van het Twents Fonds voor Vakmanschap van de Agenda voor Twente, de Provincie Overijssel, de Regiodeal en de Twentse bedrijven; minus de overheadkosten die de gemeente Enschede maakt voor uitvoering van de Fondstaken; plus eventuele overschotten uit voorgaande jaren. Zodra de jaarlijkse bijdragen van genoemde partijen per brief aan de gemeente Enschede kenbaar zijn gemaakt, stelt het College het subsidieplafond vast.

Art. 6, 1 en 2: Aanvragen die binnenkomen nadat het subsidieplafond bereikt is, worden afgewezen.

Art. 8.4: Wanneer een aanvrager bijvoorbeeld met op de 1ste aanvraag € 3.000,00 voor de opleiding toegewezen heeft gekregen en vervolgens een aanvraag voor een vervolgopleiding indient voor € 2.500,00, wordt daarvan maximaal € 2.000,00 vergoedt door het Fonds.

Art. 10.1 Redelijke inspanning houdt in dat een aanvrager de opleiding met een gemiddelde inspanning en motivatie heeft gedaan en aanwezig is geweest waar de opleider dit nodig vond.

De intrekking uit Art 10.3 kan als gevolg hebben dat de subsidie (deels) moet worden terugbetaald.