Regels grafbedekkingen

Geldend van 18-01-2017 t/m heden

Intitulé

Regels grafbedekkingen

Het college van de gemeente Epe,

gelet op artikel 18, derde lid van de Beheersverordening begraafplaatsen 2014;

besluiten

vast te stellen de volgende nadere regels voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze nadere regels verstaan onder:

  • 1.

    grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats;

  • 2.

    gedenkteken: steen, zerk of ander monument, daaronder begrepen kettingen en hekwerken;

  • 3.

    grafbeplanting: winterharde beplanting en seizoensaanplant

Artikel 2 Aanvraag vergunning

  • 1. Bij de aanvraag van een vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingediend.

  • 2. Op deze werktekening dienen ten minste voor te komen:

    a. een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    b. de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

    c. de vermelding of de letters etc. ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

    d. de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

    e. het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken;

    f. de gegevens van de rechthebbende van het graf en handtekening;

    g. het grafnummer.

Artikel 3 Beslissing

De beslissing op de aanvraag wordt door het college schriftelijk medegedeeld.

Artikel 4 Gedenkteken

Het gedenkteken moet voldoen aan de vastgestelde maat, die afhankelijk is van de grafsoort:

• - Particulier graf: max. 1 meter breed, 2 meter lang en 125 cm hoog

• - Urnenkeldertje: max. 60 cm breed, 80 cm lang en 125 cm hoog

• - Kindergraf: 75 cm breed, 150 cm lang en 125 cm hoog.

Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals

  • 1.

    Vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof en metaal, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weersbestendig zijn, onderhoudsvrij zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen e.d. gewaarborgd is.

  • 2.

    De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van het graf niet overschrijden.

  • 3.

    De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

Artikel 5 Grafbeplanting

  • 1. Winterharde gewassen De winterharde gewassen die op de graven worden geplant, mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door snoeien binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden

    • -

      de hoogte, die mag de maximale afmetingen van het grafmonument niet overschrijden;

    • -

      het grafmonument dient te allen tijde leesbaar te zijn;

    • -

      sterk wortelende onkruiden zijn niet toegestaan (zoals hanepoot, kweek, winde);

    • -

      het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan;

  • 2. Losse bloemen en planten

    • -

      seizoensaanplant is toegestaan als deze blijft binnen de gestelde afmetingen;

    • -

      potplanten en bloemen in vazen mogen op het graf worden geplaatst, deze moeten zodanig vaststaan dat dit niet kan wegwaaien of ander overlast kan veroorzaken.

  • 3. Bij excessen treden burgemeester en wethouders regulerend op zonder dat hieruit aansprakelijkheden kunnen voortvloeien;

  • 4. Het vereiste van een vergunning geldt ook voor de winterharde beplantingen op een graf. Niet ieder blijvend gewas is geschikt om op een graf te worden aangebracht. Sommige van deze gewassen kunnen de gedenktekens schaden. Overleg tussen de rechthebbende en de medewerker van de begraafplaats over de keuze van winterharde beplanting is daarom gewenst.

Artikel 6 Slotbepalingen

  • 1. Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na de bekendmaking.

  • 2. Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: Regels grafbedekkingen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van burgemeester en wethouders van 16 juni 2014.
de burgemeester Ir. H. van der Hoeve MPA
de secretaris, mw. C. Kats