Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen 2017

1. De begraafplaats is voor eenieder dagelijks toegankelijk van zonsopkomst tot een uur voor zonsondergang.

2. De gemeentelijke begraafplaats is voor het begraven opengesteld van 8.00 uur tot 16.00 uur.

3. De gemeentelijke begraafplaats is voor het bezorgen van as opengesteld van 8.00 uur tot 17.00 uur.

4. Alle van de in het eerste en tweede lid genoemde uren afwijkende tijden worden als ‘buitengewone uren’ aangemerkt.

5. Het is niet geoorloofd lijken of asbussen, met of zonder urn, naar de gemeentelijke begraafplaats te vervoeren en aldaar te begraven, bij te zetten of as te verstrooien op zondagen en algemeen erkende feestdagen.

1. De particuliere graven worden uitgegeven voor de tijd van 10 of 20 jaren en zijn bestemd voor het begraven van ten hoogste twee lijken dan wel het plaatsen van 2 asbussen met of zonder urnen.

2. In de algemene graven wordt eenieder gelegenheid gegeven om ten hoogste twee lijken te begraven voor de tijd van tien jaar.

1. De particuliere urnengraven worden uitgegeven voor de tijd van 10 of 20 jaren en zijn bestemd voor het daarin bijzetten van ten hoogste twee asbussen, met of zonder urnen.

2. De particuliere urnenplaatsen worden uitgegeven voor de tijd van 10 jaren en zijn bestemd voor het daarin bijzetten van ten hoogste twee asbussen, met of zonder urnen.

3. De particuliere urnennissen worden uitgegeven voor de tijd van 10 of 20 jaren, bestemd voor de bijzetting van ten hoogste twee asbussen, met of zonder urnen.

1. Op het strooiveld kunnen per kalenderjaar de asresten van maximaal vijfentwintig gecremeerde lijken worden verstrooid.

2. Degene die as wil doen verstrooien geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de verstrooiing zal plaatsvinden kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag.

1. Het is aan steenhouwers, hoveniers en daarmee gelijk te stellen personen niet toegestaan, anders dan met toestemming van de beheerder, werkzaamheden voor derden aan grafbedekkingen op de begraafplaats te verrichten.

2. Het is niet toegestaan met motorrijtuigen of voertuigen op de begraafplaats te rijden:

• a.

  elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen. Motorrijtuigen zijn buiten de rijwegen (slechts) toegestaan voor een begrafenis of voor het vervoer van materialen;

• b.

  sneller dan 10 km per uur.

3. Het is niet toegestaan voertuigen mee te voeren.

4. Het is niet toegestaan op enigerlei wijze reclame te maken voor handel of bedrijf

5. De beheerder kan toestemming verlenen af te wijken van het bedoelde in de aanhef en onder a van het tweede lid.

6. Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

7. Degene die zich niet aan de in het zesde lid bedoelde aanwijzing houden, moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaats verwijderen.

1. De melding wordt gedagtekend en ondertekend en dient te bevatten:

a. naam en adres van de aanvrager;

b. de soort, het nummer en de ligging van het graf;

c. de naam en het adres van de rechthebbende op het graf ;

d. de datum van begraving of bijzetting;

e. de naam van het steenhouwersbedrijf dat de te verrichten werkzaamhedenop de begraafplaats uitvoert;

f. een werktekening.

2. Op de werktekening dienen tenminste voor te komen:

a. een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte, breedte-, dikte- en lengtematen;

de soort, kleur, bewerking van het te gebruiken materiaal (voor de gedenktekens en grafranden mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

b. de vermelding van de wijze waarop de letters en figuraties op het gedenkteken aangebracht zijn;

c. de volledige tekst en woordindeling van het opschrift alsmede de plaats vande figuratie(s);

d.de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging vanhet gedenkteken daarop.

3. Voor het plaatsen van een grafbedekking wordt steeds vooraf en per graf een afspraak met de beheerder gemaakt. Deze afspraak wordt uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan de beoogde plaatsingsdatum gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag.

1. De lengte en de breedte van een graf bedragen:

a. voor het graf van een persoon van twaalf jaar of ouder:

• breedte 100 centimeter.

• lengte 200 centimeter.

b. voor het graf van een persoon jonger dan twaalf jaar:

• breedte 60 centimeter.

• lengte 100 centimeter.

2. De onderdelen van het gedenkteken moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

3. De minimaal en maximaal toegestane afmetingen van een staand gedenkteken, gemeten vanaf de bovenzijde grafrand, zijn:

a. voor het graf van een persoon van twaalf jaar of ouder:

• maximale breedte 80 centimeter;

• maximale hoogte 110 centimeter;

• minimale dikte 8 centimeter.

b. voor het graf van een persoon jonger dan twaalf jaar:

• maximale breedte 60 centimeter;

• maximale hoogte 90 centimeter;

• minimale dikte 5 centimeter.

c. Het college voorziet in de inrichting van een urnenplaats.

4. De maximaal toegestane uitwendige afmetingen van een liggende grafrand of zerk, gemeten vanaf de voorzijde van het gedenkteken, zijn:

a. voor het graf van een persoon van twaalf jaar of ouder:

• maximale breedte 80 centimeter;

• maximale lengte 180 centimeter;

• minimale dikte 10 centimeter (maximale hoogte gemeten vanaf maaiveld 15 centimeter).

b. voor het graf van een persoon jonger dan twaalf jaar:

• maximale breedte 60 centimeter;

• maximale lengte 100 centimeter;

• minimale dikte 10 centimeter (maximale hoogte gemeten vanaf maaiveld 15 centimeter).

c. voor het graf waarin een urn met de as van een overledene is begraven in de urnentuin (liggende gedenkplaat op de voor-geïnstalleerde grafkelder):

• maximale breedte 55 centimeter;

• maximale lengte 55 centimeter;

• minimale dikte 5 centimeter, maximale dikte 8 cm.

5. Een gedenkplaatje op de herdenkingsvoorziening bij het strooiveld wordt bij een extern bedrijf aangevraagd. De beheerder draagt zorg voor de bevestiging van het plaatje. Voor de gedenkplaatjes worden uniforme afmetingen en materiaal gebruikt.

1. Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: ‘Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen 2017’.

2. Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2017.

3. Op het in lid 2 bedoelde tijdstip worden de ‘Voorschriften grafbedekkingen’ van 16-1- 1996 en de ‘Nadere regels Graven’ 1999 ingetrokken alsmede alle andere nadere regels die ooit van kracht waren voor deze begraafplaatsen.